Genoeg werk bij HCG, Reeden sociale dienst Leiden Een Matze stapt uit het gruttersvak Economische crisis treft veel Leidenaars n Van kruidenier tot cipier DONDERDAG 31 DECEMBER 1981 Meer dan één op de negen Leidse arbeiders is werk loos. Opnieuw werden dit jaar veel Leidenaars het slachtoffer van de econo mische crisis. De tikmachinefabriek Adler aan de Rooseveltstraat is dicht: 400 mensen in één klap op straat. De laatste textielfabriek van Leiden, de Wolspinnerij Ede aan de Ka- naalweg, sloot haar Leidse vesti ging: vijftig mensen ontslagen. Boekbinderij Van den Berg aan de Eerste Groenesteeg is al een half jaar dicht (zestien werkne mers), de grootste matrassenfa- briek van Nederland, Olga aan de Evertsenstraat sluit binnen kort (57 mensen) en bij de com- weg naar Veenendaal. De Leid- sche Apparatenfabriek verhuis de bijna drie jaar geleden van Leiden naar Zoeterwoude. De 57 werknemers zijn sinds twee maanden verder van huis, in Delft en in Dongen. personeel is op het moment niet meer acuut noodzakelijk. Van der Nat heeft nu zes i dienst. Stellingen Onopvallend puterfabriek Indal aan de Admi raal Banckertweg staan binnen enkele maanden 28 straat. y en toe kunnen werknemefs meeverhuizen; soms honderd, soms tweehonderd kilometer verderop. Een aantal Olgawerk- nemers 'mag' mee naar de ma- trassenfabriek van Vredestein in Maastricht. De helft van de zestig werknemers van de Leidsche Wolspinnerij 'Neveda' kon mee verhuizen van de Zoeterwoudse- Het "recht op werk" is een papie ren recht geworden. Bezuinigin gen van het rijk treffen de uni versiteit en de gemeente, de grootste werkgevers in Leiden. Sluipend wordt werkloosheid geschapen. Open plaatsen wor den niet meer ingevuld. Bij de universiteit en de gemeente gaan aldus het komende jaar tiental len arbeidsplaatsen 'onopval lend' verloren. Even ongemerkt verdwijnen men sen uit de winkelsector. De koopkracht daalt. Mensen stel len bestedingen uit omdat de toekomst hen onzeker lijkt. Er sluiten meer winkels dan erbij komen. En winkels nemen min der mensen in dienst. Honderd winkels die één winkelbediende minder in dienst hebben, beteke nen een verlies van honderd ar beidsplaatsen. Het verlies valt pas op in de werkloosheidstatis tieken. Het sluiten van de mode winkel Waals aan de Haarlem merstraat viel een half jaar gele den wel op; zeventien mensen op straat. Kenmerkend voor de werkloos heidssituatie is de kleine machi nefabriek Van der Nat aan de Admiraal Banckertweg. Bij de viering van het 45-jarig jubileum, vier jaar geleden, klaagde direc teur Van der Nat dat er geen per soneel te krijgen zou zijn. Hij had toen acht mensen in dienst. Het gaat niet slecht "gezien de om standigheden", vertelt Van der Nat nu, maar uitbreiding van De economische crisis legt tegen spraken en tegenstellingen bloot. Het is absurd dat een kwart van de 3000 Leidse werk loze mannen bouwvakker is ter wijl tegelijkertijd de woning nood schrijnend is. Emancipatie schijnt slechts 'leuk' te zijn bij economische opgang. Veel vrou wen nemen nu niet eens meer de moeite om zich als werkzoekend in te schrijven. De werkloosheid onder de Leidse vrouwen steeg naar de 1200. Een kwart van hen zoekt werk in de administratieve sector. Het aanbod van werk daalde dit jaar in de hele Leidse regio tot onder de 200 banen. Wanbeleid van de bedrijfsleiding kon in hoogtijdagen nog bedekt blijven, maar wordt in crisistij den onverbiddelijk aan het licht gebracht (Batteljee, Van den .Berg, Wolspinnerij Ede). De Leidse werknemers trokken zich het afgelopen jaar weinig aan van het gezegde dat zij altijd in hun lot berusten. Zy voerden actie om hun bedrijf open te hou den of om er tenminste een rede lijk sociaal plan uit te slepen. De Wolspinnerij Ede werd bezet. Voor het behoud van Adler is ge demonstreerd en gestaakt. De boekbinderij Van den Berg is een week bezet geweest. Voor het behoud van Olga in Leiden hebben de werknemers zeer luidruchtig gedemonstreerd om daarna overigens heel stil en be rustend te worden. Vakbonden en werknemers heb ben in geen van de gevallen slui ting kunnen voorkomen. Het leek vaak meer op het blussen van het pand van tante Mien aan de Nieuwe Rijn met een brand- blusapparaat. Maar in sommige gevallen konden vakbonden en werknemers in elk geval een so ciaal plan of een beter sociaal plan afdwingen (Adler, Wolspin nerij Ede). Alleen de failliete drukkerij Batteljee Terpstra kon overgenomen worden; maar niet zozeer door toedoen van werknemers en vakbonden, maar door het kapitaal van be leggers van buiten het bedrijf. De overname kostte dertien van de twintig mensen hun baan, maar het bedrijf aan de Oude Rijn draait tenminste. Het is er zelfs "stervensdruk". Het is niet alles kommer en ellende met de werkgelegenheid. De ma chinefabriek HCG aan de Zoeter- woudseweg en de olie-boorkop- penfabriek Reed aan de Roose veltstraat breidden uit. Het be drijf Wernink Beton en Wernink Rekreatie aan de Morsweg wordt weer zelfstandig opgebouwd na het faillissement van het moe derconcern Van der Vliet-Wer- nink. En ook de aannemer en keukenbouwer Arnoldus krab belt weer op aan de Admiraal Banckertweg, na meegesleept te zijn in het faillissement van en kele grote aannemers. De gemeente Leiden geeft het goe de voorbeeld aan andere bedrij ven door het verdelen van de werkgelegenheid: het scheppen van deeltijdbanen. Wat er van ge meenteplannen zoals het actief werven van bedrijven, de Lei- den-promotie (Schuttersveld) en van het plaatselijk werkgelegen heidsplan terecht zal komen, staat in de sterren. Het is het pro beren waard. Maar om dichter bij huis te blijven; Alphen aan den Rijn probeert het ook. mige diensten enorm toe. Het ar beidsbureau kreeg er het afgelo pen jaar vier mensen bij en vol gend jaar tenminste nog eens vier. Liep de afdeling economi sche zaken van de gemeente aan vankelijk leeg, omdat "de drukte de ambtenaren teveel werd", binnenkort telt de afdeling zeven mensen. De sociale dienst kreeg er het afgelopen jaar vijf mensen bij. Het komende jaar krijgt deze (Foto Jan Holvast) dienst er zeventien arbeidsplaat sen bij. Voor het afwerken van de eenmalige uitkering aan mini mumlijders heeft de sociale* dienst bovendien tijdelijk acht mensen aan kunnen trekken. In de kracht van zijn leven moest kruidenier Jan Matze (35) begin dit jaar besluiten de eens zo bloeiende familiezaak aan de Nieuwe Rijn er aan te geven. Hij ging daarbij niet over één nacht ijs. Daarvoor had Matze senior in het verleden te vaak geroepen: "Een Matze hoort in de zaak thuis". Ondanks het veelvuldig weerklinken van deze gebiedende toon in zijn dromen heeft de jonge Matze zijn kruideniersmental iteit afgezworen en een vaste betrekking bij de overheid gezocht. Hij is daarmee wel het zwarte schaap van de familie geworden. De kleine kruidenier Matze is verslagen in de strijd tegen de grootwinkelbedrijven. In een korte spanne tijds zag Matze zijn omzet per klant kelderen van zeven gulden naar nog geen rijksdaalder. Voor een kratje bier moest hij bij de grossier f 12,65 neertellen, terwijl de Edah hetzelfde kistje voor een gul den minder aan de man bracht. "Daar kon ik niet te genop bieden", zegt Matze enigszins bitter in zijn wo ning In Alphen aan den Rijn. "Klanten vroegen naar prij zen waar ik geen artikelen voor kon leveren". Toch was hij niet de man die bij de pakken neer ging zitten. Nog tijdens zijn winkelperio de toog hij naar het arbeids bureau om te informeren wat zijn mogelijkheden waren. Matze had toen al voor zich zelf besloten niet meer in een zaak te willen staan en ook niet als werkloze door het le ven te zullen gaan. "Ik dacht, nu heb ik nog de leeftijd om te veranderen. Veel van mijn oudere collega's moeten te gen beter weten in doorgaan. Zij kunnen nergens meer te recht. Als je in dezelfde bran che terugkeert, bijvoorbeeld als bedrijfsleider van een groentenafdeling, blijf je op de wip zitten". Het arbeidsbureau kon hem niet direct aan iets nieuws helpen. Hij ging zelf maar op advertenties solliciteren. Voornamelijk in het admini stratieve vlak. De familie had hem inmiddels voor 'gek' verklaard. "Een Matze die uit het kruideniersleven stapt". Ze wisten niet dat Jan nog andere ambities koesterde. "Je weet hoe dat ging in die tijd. Hup, na de lagere school de zaak in. Er was geen keu ze. Er werd niet eens over an dere beroepen nagedacht", verklaart hij nuchter. Een baas Fokker maakte op een gegeven ogenblik kenbaar een man met een slagersvakdiploma, middenstandsdiploma en er varing als kruidenier wel te willen hebben op de inkoop afdeling. Inmiddels hadden zich allerlei emotionele tafe relen rond zijn winkel afge speeld. De buurt was in het geweer gekomen om de klei ne rommelige kruideniers zaak, waar bruine bonen nog per ons konden worden afge wogen, te behouden. Echter Matze was niet meer te ver murwen. "De klanten die voor my opkwamen heb ik diep in mijn hart gesloten, maar het was echt onverant woord om door te gaan. Ik leefde niet in mijn eentje. Het klinkt nu sentimenteel, maar mijn vrouw en drie kinderen waren er ook nog". Matze moet toegeven: de over gang was groot. Als kleine zelfstandige had hij in een keer met een baas te doen. Met koffiepauzes, vergade ringen en vakantiedagen wist hy in het begin geen raad. Ook de hele dag zitten viel hem zwaar. Uit z'n hart komt het: "Wat wordt er op de be drijven veel tijd verdaan met kletsen. Ik wist in het begin niet wat ik meemaakte. Het overviel me allemaal een beetje. Aan de andere kant was het heel prettig om om vijf uur thuis te komen en nog van de avond te kunnen genieten. Toen ik nog kruidenier was stond ik elke morgen vóór zessen op om de veiling te be zoeken en was 's avonds pas om acht uur, half negen thuis. En dat zes dagen in de week. Nee, mijn vrouw heb ik nooit in de zaak willen hebben. Dat klinkt cru, maar mijn ouders stonden allebei in de winkel. Ik heb weinig aan ze gehad. Bij mijn trou wen heb ik gezworen mijn kinderen zoiets niet aan te doen". Sociaal werker Het verhaal van Matze is hier mede niet ten einde. Eigen lijk vond hy dat de baan bij Fokker hem nog weinig vas tigheid bood. "Als er te wei nig orders binnenkomen, lig je er zo weer uit. Voor een tweede maal op straat komen te staan zou ik moeilyk kun nen verdragen", bekent hij. Na drie maanden neemt hij de beslissing in dienst te tre den bij het ministerie van Justitie. Hij had heimelijk op de advertentie voor gevange nisbewaarder gesolliciteerd. Een langdurige selectieperiode houdt hem daarna in span ning. Als hij een brief krijgt waarin staat dat hij is aange nomen, bedenkt Matze zich geen ogenblik. Van kruide nier naar cipier. "In deze baan heb ik myn draai gevon den. Ik hoef niet echt stil te zitten en ben voortdurend met mensen bezig. Ook de opleiding bevalt me goed. Je probeert voor de lieden die moeten 'zitten' iets te beteke nen. Dat lukt mij denk ik wel. Als mijn ouders geen kruide nierszaak hadden gehad, was ik waarschijnlijk sociaal werker geworden. Ik heb veel plezier in dit werk". Zyn vrouw die rustig heeft mee geluisterd beaamt dit hardop. "Natuurlijk denk ik nog wel eens aan het kruideniers be drijf. De mooie dingen ko men nu langzaam weer bo ven. De naam Matze in het middenstandswezen is ge lukkig niet verdwenen. M^jn broers hebben nog een groot handel. Bloeiend mag ik wel zeggen. Als ik vrij heb, ga ik regelmatig naar ze toe. Ja, ze vinden me wel een rare snui ter. Ik laat dat maar zo". Op de vraag waar nu de bood schappen worden gehaald, barst hij in een homerisch ge lach uit. Zijn vrouw is hem zodoende met het antwoord voor. "Hy heeft er een ontzet tende hekel aan. De drank voorraad wordt via AH op peil gehouden en de overige spullen worden gekocht by een zelfstandige Spar en de melkman komt aan huis".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1981 | | pagina 20