Brandende liefde: uitgebalanceerd Mik in de weekbladen Boeiende beschrijving van rijk violistenleven boeken - boeken - boeken - boeken - boeken - boeken - boeken Nieuwe roman van Jan Wolkers Portret van een kunstenaar: Herman Krebbers KISEVIERS PAGINA 12 DONDERDAG 3 DECEMBER 1981 lan Wolkers en de literaire kritiek. Aan dat on-, derwerp zou de VPRO eens een uitzending van het nieu we programma De Letteren moeten wijden. Dat wordt vuurwerk. Want als er één schrijver is in Nederland die op gespannen voet staat met de heren recensenten dan is hy het wel. Cyaankali moeten ze krijgen, riep hij al eens wraakzuchtig. "Hoewel- muizen geef je geen cyaan kali". De critici verwijten Wolkers op hun beurt ook het een en an der. Veelgehoord is de vol gende klacht. Wolkers schrijft tegenwoordig met de hark, omdat hij te arrogant is geworden. Vroeger, toen hij nog niet zoveel pretenties had was zyn recht-toe-rech- t-aan proza goed, maar nu is het een truc geworden, die hij op schaamteloze wijze ex ploiteert. Zou het echt zo zijn? Het valt inderdaad niet te betwisten dat Wolkers in zijn nieuwste boek, Brandende liefde, af en toe een taal hanteert, die net iets te ronkend is. Of laten we zeggen: net iets te gespierd. Maar het grappige is nu juist dat dit bij Wolkers helemaal niet storend is. Veel mensen zullen dit boek in één adem uitlezen; precies zoals dat het geval was bij de andere boeken van Wolkers. Zeker, hij maakt gebruik van cliché's, zijn symboliek ligt soms teveel voor de hand. maar - en dat is natuurlijk belangrijk - zijn taal laat aan duidelijkheid niets te wensen Brandende liefde, speelt zich voornamelijk af in een groot huis aan de Amsterdamse Sarphatistraat. De hoofdbe woners zijn mademoiselle Bonnema en haar hoogbe jaarde vader, een gepensio neerde chirurg, die bij elke tree die hij breekbaar om- hoogklautert een scheet in een andere toonaard laat. De eerste verdieping is onder verhuurd aan het echtpaar Laman. Hij is violist bij het Concertgebouworkest en zij, tien jaar jonger, is voorname lijk mooi naast haar man. De ik-figuur komt regelmatig op bezoek bij mademoiselle Bonnema. omdat hij evenals een aantal andere studenten van de Academie van Beel dende Kunsten Franse les van haar krijgt. Makkelijk is ze niet, deze oude, tang, die niet met zich laat sollen en al van zedenverwildering spreekt als de geslachtsdaad in een boek normaal wordt aangeduid. En de oploskoffie die ze maakt is nauwelijks te onderscheiden van melk, zo weinig gevriesdroogde kor rels gooit ze in de beker. Dat dit pand zo'n grote aan trekkingskracht op de stu denten van de academie uit oefent komt door Anna La- man. PuurTitiaan is ze, vindt de ik-figuur en als hij haar de trap op ziet gaan kan hy zich niet meer inhouden: hij pakt haar schoentje. Later op haar kamer zal hij verklaren dat zijn daad een symbolische handeling was, gekanaliseer de passie. Bedscenes zijn evenwel niet het gevolg, zoals iedereen na tuurlijk had verwacht. Nee, hun verhouding blijft juist onder stroom staan, omdat het zover niet komt. Schilde ren, dat mag hij haar na enig aandringen wel. Ondertussen woont hij ook in het pand, omdat mademoiselle Bonne ma hem heeft gevraagd voor haar vader te zorgen. Die vader, steeds verder aftake lend, en Anna, wiens buik steeds verder bolt in verband met zwangerschap, fascine ren hem. En hij besluit een schilderij te maken waarop Anna aan het bed staat van de oude man. Suzanne en de grijsaard zal het doek heteh, waarop dood en leven zijn ge- sym.bpliseerd. Als het schil derij klaar is lopen de gebeur tenissen in elkaar over: de oude chirurg sterft werkelijk en Anna Laman krijgt in de kamer van de ik-figuur een kind. Hierna vertrekt hij naar Parijs, om daar zijn opleiding te ver volmaken. Pas tien jaar later krijgt hij weer contact met zijn verleden. Hij ontvangt een rouwkaart. Mademoiselle Bonnema is gestorven en hy heeft de sneeuwwitte kan, die hij altijd al zo graag had willen hebben, geerfd. (Met deze gebeurtenis begint het boek, dat dus grotendeels een flash back is.) Bij de be grafenis ontmoet hij Anna, inmiddels gescheiden, weer. Met haar vertrekt hij. Een open einde. Want dat ze 's avonds samen gaan eten we ten we, maar daarna? Figuurzagen Evenals de verhouding tussen de ik-figuur en mademoiselle Bonnema is die tussen hem de oude man prachtig be schreven. De laatste is op een kinderlijke! manier zeer arg wanend. Een citaat om dat te illustreren. Ter verduidelij king: op de kamer van de ou de man loopt een kakkerlak die hij graag even wil zien. "Daar gaat het aardige diertje", zei ik kinderlijk. "U ziet wel, we kunnen het best gezellig hebben samen. Ik kan u hel pen met figuurzagen". "Daar breng je niets van te recht, jongmens. Dat is preci siewerk". "Ik kan uitvoeren wat u zegt". "Je blijft overal van af. Overal!" Het ligt voor de hand om de be schrijving van de vriend van de ik-figuur, de Van Gogh Baard, karikaturaal te noe men. Al brallend kloddert hij als een bezetene het ene doek na het andere vol. Later, als Jan Wolkers de twee kunststudenten el kaar weer ontmoeten aan het graf van mademoiselle Bon nema, blijkt de woesteling te zijn getransformeerd tot een gladde jongen, die goed in de slappe was zit dank zij zijn geklodder. De Vén Gogh Baard is minder uitgewerkt dan de ik-figuur, ja, maar Wolkers heeft hem natuurlijk niet voor niets ten tonele gevoerd. Tegenover de ik-figuur, die rustig stillevens schildert en zich niet bekom mert om moderne stromin gen, wilde hij waarschijnlijk iemand zetten die op een heel andere manier werkt. Op die wijze voorkomend dat de weegschaal naar een bepaal de kant doorslaat. Het is de vraag of je er conclu sies uit mag trekken, maar onomstotelijk staat vast dat Jan Wolkers in zijn twee laat ste boeken op een andere ma nier is gaan schrijven over dood en seksualiteit. Je hoeft er alleen een boek als Turks Fruit maar op na te slaan om de verschillen te zien. In dat boek is de dood angstaarya- gend en de sexscenes zijn on stuimig. Paul Verhoeven maakte daar dankbaar ge bruik van bij het maken van zijn film op basis van het boek, zoals de bioscoopbe zoeker zich nog wel zal weten te herinneren. Nu schrijft Wolkers veel ingetogener over die zaken. Zoals gezegd: bedscenes komen niet voor in Brandende Liefde. Maar opgepast, dit impliceert niet dat in het boek geen sex voor komt. Door zich in te houden wordt de spanning die Wolkers op roept des te groter. Waarom Wolkers anders is gaan schrijven? Uitgekeken op zijn vroegere stijl wellicht. Ook een dagje ouder gewor den. Je kunt het allemaal met evenveel recht beweren en dus heeft het weinig zin om je te verliezen in speculaties. Bovendien moet je oppassen met kwalificaties als de Nieu we Wolkers. Laten de litera- tuutwetenschappers - ma^r uitmaken of Wolkers een ge heel andere weg is ingesla gen. WIM BRANDS Ik ben niet zo gelovig, maar ik geloof dat deze beslissing van hoger hand is gekomen. Dat ik die niet zelf hoefde te nemen was, hoe vreemd dat in mijn po sitie ook moge klinken, een opluchting, een be vrijding. Ik dacht: nou, dat hoef ik niet meer te beslissen als ik zestig of vijfenzestig ben. IV heb voor mezelf altijd een bepaalde prognose ge had wat ik ook niet helemaal juist vind, dat merk ik nu wel - maar ik heb altijd gezegd: 'Als ik zestig of drieëenzestig ben, wil ik er mee ophouden'. Ik was zevenenvijftig. Het is een paar jaar eerder gekomen... Eerlijke taal van Herman Kreb bers, die zijn carrière als vio list na een ongeval met een zeilboot op het IJsselmecr twee jaar geleden beëindigd wist. Een schitterende carriè re, die zevenveertig jaar heeft geduurd. Herman Krebbers vertelt er uitvoerig over in een door Tony van Verre sa mengesteld boek, dat bij Meulenhoff is verschenen in de serie 'Portret van een kun stenaar'. De serie betreft een reeks biografieën en mono grafieën, waarvan dejinhoud is gebaseerd op interviews met de betrokken kunste naars. In deze serie versche nen tevens 'Willem Sand- berg' en 'Josepha Mendels'. Het portret van Herman Kreb bers is een buitengewoon boeiende beschrijving van een rijk violistenleven. Kreb bers, die samen met Theo Olof - 'Ik vond dat Olof beter speelde en ik geloof dat hij dacht dat ik meer talent had' - jarenlang San de top van het Nederlandse solistendom heeft gestaan, brengt gede tailleerd, verslag uit van het hém overkomen ongeVal, doet vervolgens uitvoerig uit de doeken wat wijlen Oskar Back als leermeester voor hem heeft betekent, vertelt vlot over zijn ervaringen als solist en als concertmeester, stelt de hebbelijkheden en onhebbelijkheden van som mige dirigenten - Lorin Maazel bijvoorbeeld wordt als 'moeilijk' omschreven - aan de orde en geeft zijn visie op kwesties als modernise ring van het repertoire en de mocratisering in het orkest, herman Krebbers geeft ook zijn mening over het publiek, waarvan volgens hem een deel de concertzaal bezoekt uitsluitend om gezien te wor den. Hij vindt overigens wel, dat wanneer een orkest in rok speelt het publiek zich daar een beetje bij aan moet pas sen. 'Niet in smoking, de da- 'mes niet in het lang, maar het moet wel enigszins in ver houding tot elkaar staan'. En over applaus: 'Het publiek applaudisseert; soms uit be leefdheid, soms uit overma tig enthousiasme. Men is snel beinvloed. Bijvoorbeeld door een grote naam, door een lo vende kritiek, zelfs door de kwaliteit van het instrument dat de solist bespeelt'. Her man Krebbers doet trouwens nog een opmerkelijke uit- spraak over applaus: 'Het staan applaudiseren als ui ting van respect of dankbaar heid is zo algemeen gewor den in onze concertzalen dat er geen enkel onderscheid meer is - dat is jammer'. Krebbers gaat ook in op de mu Herman Krebbers ziekkritiek, die naar zijn me ning in ons land een belang rijke plaats inneemt. 'Het is belangrijk dat er over je ge schreven wordt. Er is niet één kunstenaar die zich niets aan trekt van een slechte kritiek'. De ideale criticus is volgens de voormalige concertmees ter van het Concertgebouw orkest iemand die primair de partituur kent, zich daarin verdiept en daarnaast een in strument bespeelt. 'Het vak van muziekkritiek is een vak op zichzelf, niet een leuke bij verdienste voor een muziek onderwijzer die bevriend is met de uitgever van de plaat selijke ochtendkrant'. Kreb bers laat verder nog weten, dat ér bij CRM plannen be staan om muziekkritiek bij de conservatoria als vak in te Herman Krebbers gaat boven dien openhartig in op de fru straties die men in menig groot orkest aantreft, maar hij geeft tegelijkertijd deze mening: 'Een harmonieus sa mengaan van dirigent, con certmeester en orkestleden, een werkwyze die niet geba seerd is op jaloezie, daar ge loof ik in. Het orkest als een fantastisch geheel, met maar één gezamenlijk belang: zo goed mogelijk muziek ma ken'. Interessant om te lezen is ook het boek over Willem Sand- berg, dat de kunsthistorica Ank Leeuw-Marcar heeft sa mengesteld. uit de teksten van een door de VARA uitge zonden serie radio-inter views, dit jaar aangevuld met nieuw materiaal. Willem Sandberg: de destijds zo veelbesproken directeur van het Stedelijk Museum in Arri- sterdam, de grote stimulator van moderne kunst, die er niet tegenopzag om op hoge leeftijd een benoeming in Je ruzalem te aanvaarden. Een bijzondere persoonlijkheid in het roerige wereldje van de beeldende kunsten, een 'ge boren' vegetariër, die zich als jongeman aansloot bij de Mazdaznan-beweging(een beweging op natuurgenees kundige basis met een reli gieuze achtergrond'), een ty pografisch ontwerper met een veelomvattende visie op de kunst van deze eeuw. De hoofdstukken in dit boek be lichten steeds een ander facet van Sandbergs visie op de moderne kunst en samenle ving. Ook komen zijn ge ruchtmakende tentoonstel lingen als Cobra, Bewogen Beweging en het Dynamisch Labyrinth aan de orde. En evenals Herman Krebbers geeft hij ook zijn mening over de kunstkritiek, waarvan hy vindt, dat die de kunst eerder zou moeten benaderen met een vraag - 'waartoe kan dit leiden, wat beeldt dit uit over de richting die we opgaan?' - dan met een oordeel. Een an der hoofdstuk gaat over de taak van de museumdirec teur, waarover Sandberg ook zo het n en ander te vertel len heeft. In het derde boek van de serie kunstenaarsportretten ont moet Max Nord de bejaarde maar nog zeer vitale Josepha Mendels, een sinds 1936 in Parijs wonende schrijfster, die op 72-jarige leeftijd als to neelspeelster debuteerde en enkele weken geleden nog de kans kreeg haar eigenzinnige visie op het leven inliet tele visieprogramma van Sonja Barend te ventileren. Dit ge schreven portret, dat evenals de andere boeken in deze se rie met vele foto's is geillu- streerd, gaat in op haar werk, haar leven en haar opvattin gen. Behalve een bibliografie zijn er ook brieven, manus cripten en kritiekën in afge drukt. Heel apartdit vrou wenleven. Kunstenaarsportretten van Herman Krebbers (f29,50), Willem Sandberg (f32,50) en Josepha Mendels (f27.50), verschenen bij Meulenhof in Amsterdam. PI ETER C. ROSIER MACA7INF In Elseviers Magazine werpen Sig. Wolf. Hans Pot. Eddy Schekman en Onno Rcitsma zich op de hy potheek-ellende: na de euforie van de late jaren '70. waarin hui zen over de toonbank vlogen als warme broodjes tegen steeds ho gere prijzen, het diepe dal van de jaren '80. Zij komen eendrachtig tot de conclusie dat 'het grote stuwmeer bam financierings moeilijkheden nog moet door breken'. De cijfers leren nu al dat het aantal verkopen bij executie aanzien- lyk is gestegen in vergelijking met vorig jaar. De RPS spreekt zelfs van een riiime verdubbe ling: van 37 panden in de eerste tien maanden van 1980 naar 80 in dezelfde periode dit jaar. En als straks alle hypotheken van vier jaar geleden- 1977 geldt als top jaar van de huizenhandel - wor den vernieuwd, zal de ellende he lemaal niet meer te overzien zijn, meent EM. Kortom, hypotheekverstrekkers, makelaars err woningbezitters in de knel. EM laat ze allemaal aan het woord. Alleen de vraag of er misschien iets fundamenteel blyft liggen met de wijze waarop in onroerend-gocd wordt gehan deld en gespeculeerd blijft lig gen. Elders in EM geeft Dieudonnée ten Berge een vertaling van wat er zit in 'de toverdoos van Den Uyl'. De sombere uitkomst: er komen geen 60.000 banen bij, maar slechts 5000 tegen een pryst van vyf ton per stuk. En dat is vol gens EM nog niet alles, want de plannen van Den Uyl zouden ook nog eens leiden tot een ver lies van 20.000 arbeidsplaatsen in het bedrijfsleven. Een negatief saldo dus van 15.000 banen, zo luidt de conclusie. 'Wat niet no dig was geweest als er eindelijk beleid zou worden gevoerd, waar de economie wél door herstelt. Zoals bijvoorbeeld het verklei nen van het finanancieringste- kort'. Verder D.M. van Rosmalen over de hoge druk die staat op de onder handelaars Nitze (VS) en Kwit- sinsky (Sowjct-Unie) in Genève: 'Als resultaat uitblijft keert de Koude Oorlog terug, zal de bewa peningswedloop worden voort gezet en zal vrede een woord zijn dat voor onbepaalde tijd uit het diplomatieke woordenboek kan worden geschrapt'. hervormd nederland HN wijdt deze week het omslagar tikel aan discriminatie van min derheden. in het bijzonder Suri- namers. Aan de hand van ge sprekken met zeven Surinamers belicht het blad vooral de effec ten van discriminatie onder de kop "Zoiets doe je zelfs een dier niet aan". De voorbeelden die het zevental opsomt, zijn weinig fraai. Van de controleur in de metro: "Jullie Surinamers zijn wel snel om een uitkering bij de sociale dienst te bemachtigen, maar niet zo snel als je een tram abonnement moet vernieuwen". Tot de overbuurman, voor wiens huis een Surinaams jongetje aan het voetballen is: "Rot op naar je eigen land". De enige (mogelijke) remedie hier tegen die in HN wordt aangedra gen is: solidariteit tussen Neder landers en Surinamers, bijvoor beeld bij acties in de buurt, ac ties in fabrieken en dergelijke. In HN verder een interview met de Westduitse oud-generaal Gert Bqstian. Hij presenteerde vorige week samen met een aantal an dere oud-generaals uit diverse landen een memorandum waarin gepleit wordt voor het niet plaat sen van nieuwe atoomraketten in West-Europa. Bastian stuurt aan op een minder eenzijdige bena dering van de kernwapens door militairen. Want, zegt hij, "de sol daat ziet de wereld door de loop van een kanon". Sinterklaas komt in HN ook aan bod en wel aan de hand van een gesprek met architect Gerard de Klerk (56). Deze heelt nu voor de negentiende keer als Sinterklaas de intocht in Amsterdam ver zorgd. Een man met ervaring dus. Hij schudt dan ook moeite loos een reeks van anecdotes uit de mouw. waarby technische verhandelingen niet worden ge schuwd: "De snor heeft wel eens los gezeten, maar dat is niet zo erg omdat je een zakje mastiek (hars) in je binnenzak hebt. De Pieten gaan dan even om je heen staan terwijl je hem vastplakt". De Klerk rekent overigens gena deloos af met psychologen die "de grote leugen" om pedagogi sche redenen onverantwoord vinden. Hij zegt: "Ik heb ontdekt dat kinderen het zelf heerlijk vin den, het is niet vervelend, ze vin den het fijn". En: ik vind dat je het kinderen niet moet afpak ken". Prof. Zoutendijk wordt in De Tijd ondervraagd door Rob Vermaas over zijn veelbesproken uitlatin gen over verschillen tussen blan ken en zwarten in Zuid-Afrika. Hij wijst apartheid af, maar gaat wel ver in de richting mee, zo sig naleert Vermaas. "Mijn opmer kingen zijn goed bedoeld", zegt Zoutendijk, "maar als je minder welwillend bent kun je ze ook anders lezen". In "Hier en daar een bui" komt on der meer het interview aan de or de dat Fredie Heineken toestond aan het Amerikaanse blad Fortu ne. Heineken praat zelden met de pers en zeker niet over zijn privéleven. Nu deed hij dat wel. "Als zoon van de baas word je toch altijd als een idioot gezien". Het verhaal gaat in op de gouden bril op zijn toilet en zijn verzame ling dure auto's. Lou de Graaf, de ex-staatssecreta ris van sociale zaken voorziet dat den Uyl niet om ingrijpen in de sociale zekerheid heen kan. De alleenstaanden moeten in zijn vi sie meer gaan inleveren, de kop peling lonen en uitkeringen kan hij niet garanderen. Hedy d' Ancona omschrijft zichzelf in een gesprek als iemand met talloze eigenschappen die "me niet tot de makkelijkste of rede lijkste figuur maken". Desalniet temin niets dan lovends van poli tici over haar optreden tot nu toe. Over haar beleid zegt ze: "Ik zeg niet dat ik het beter zal doen, maar wel anders, ik heb andere wortels dan mijn voorgangster". De Tijd ging ook met de suppor ters mee naar FC Den Haag en bericht over de spanningen en de onrust die voor, tijdens en na de wedstrijd de boventoon voeren. Tot nu toe zaten de 800.000 ambte naren in pns land 'geramd'. Niet alleen kwamen zij door allerlei voordelen aan een hoger netto salaris, over het algemeen lag - in vergelijkbare posities - ook hun bruto-inkomen aan de hogere kant. Daar zal nu wellicht verandering inkomen. Aanleiding voor Frank van Empel en Flip de Kam een uitgebreid artikel te wijden aan de strijd die de ambtenarenbon den te wachten staat: "Het zal de ambtenarenbonden steeds moei lijker vallen om zich te blijven verzetten tegen verdere aantas ting van de onmiskenbare voor sprong die in de loop van de tijd op het punt van de arbeidsvoor waarden is opgebouwd". Het lijkt erop dat de overheid zal afstappen van het zogenaamde trendsysteem, waarbij die over heid in haar salarisbeleid de alge mene trend in de loonontwikke-. ling bij de particuliere bedrijven volgt. "De werkgevers juichen zo'n ontkoppeling toe. want dan wordt niet langer iedere loons verhoging die zij met hun werk nemers afspreken automatisch vertaald in hogere salarissen (en hogere belastingen, om die sala rissen te betalen) bij de pver- heid". W.L. Brugsma heeft achteraf toch spijt dat hij niet is meegelopen in de anti-kemwapendemonstratie van 21 november. "Eén troost: achteraf bleek tenminste toch dat ik in Norman,dië als meelo per werd gezien". Brugsma was op.dat moment in Normandië voor een televisie-reconstructie van D-day. "Willem Brugsma aus dem Land der Hollanditis", zo werd hy voorgesteld. Een van de redenen, waarom hij door vooral enkele Amerikaanse en Franse medewerkers met de nodige arg waan werd behandeld. Een half jaar na de verkiezingen verbreekt Joop den Uyl het zwij gen. Hij laat zich interviewen door VN-redacteuren Feike Sal- verda en Max van Wezel. Den Uyl spreekt met hen onder meer over "de agressie van de onder nemers; zijn ergernis over Ter louw; de Nieuw-Rechtse opvat tingen van zyn omgeving en de werkloosheid die - zijns ondanks - nauwelijks kan dalen. Den Uyl gaat er van uit. dat de kri tiek op dit kabinet van de kant van werkgeversorganisaties niet tegen hem persoonlijk is gericht. "Dat zou te veel eer zijn". "Het idee dat je je moet neerleggen bij een beperkt aantal werkenden die goed betaald worden, zeer goed geschoold zijn; dat je je moet verzoenen met een blijvend hoog aantal werklozen, dat beschouw ik als een typisch Nieuw-Rechtse filo sofie", zegt Den Uyl. "Ik moet eerlijk zéggen, dat ik nogal eens gëirriteerd ben door de opstel ling van D'66. Zij maken zich te makkelijk los van de situatie waarin een groot deel van de mensen zich bevindt. De partij heeft geen voldoende oog voor de betekenis van inkomen sachteruitgang. De manier waar op ik bezig ben; knokken, vech ten om water uit de rots te slaan", aldus Den Uyl, op volle toeren. Akzo-chemie, in Amsterdam- Noord. veroorzaakte overlast in de buurt door miljoenen kilo's zuur in het water te lozen. "Een vieze, misselijkmakende overge kookte-meiklucht", zoals de ac tiegroep Tegengif formuleert. Van een millieusubsidie van twintig miljoen gulden werd een zogenaamde zuurkraker ge bouwd plus wat wijzigingen in de produktie ingevoerd om de milieuoverlast te kunnen ver minderen. De actiegroep Tegen gif vreest echter, dat wat als mi lieuvoorziening gepresenteerd wordt een opwerkingsfabriek voor chemisch afval is. In het kleurkatern: De wereld van Godfried Bomans.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1981 | | pagina 12