"Zed [oen van al ies; er komt alleen niel ts uit" Methode om afwijkingen kind eerder te ontdekken Prof. Schuyt en de vrijheid-blijheid mentaliteit van sommige sociologen Onderzoek leidt tot standaardwaarden consultatiebureau s Drie ongelukken op Europaweg Krakers trekken in leeg pand gemeente Bruggetjes in aanleg bij Valkbrug 'AGINA 4 LEIDEN WOENSDAG 28 OKTOBER 1981 LEIDKN - Op het so ciologisch instituut zijn de normen de laatste tien jaar stelselmatig verlaagd. Onder een aantal mensen heerst al een paar jaar de menta liteit dat iedereen even veel weet. Na de demo cratisering kwam er een grote vrijheid, die door sommigen niet goed werd gebruikt. Medewerkers die niet een persoonlijke ver antwoordelijkheid voor wetenschappelijk werk konden opbrengen". Prof. C.J.M. Schuyt, als hoogle raar in dc empirische sociolo gie aan de Leidse universiteit werkzaam, stelt zichzelf een vraag waarop hij vooralsnog geen hard antwoord wenst te geven. Uit zijn mond zul je niet optekenen, dat er gelan- terfanterd wordt aan het so ciologisch instituut van de Leidse universiteit. Hij zegt: "Het probleem is na melijk dat je van een aantal sociologen niets te zien krijgt. Dus kun je ook niet weten of ze nu wel wat kun nen of niet". Even later voegt hij daar aan toe: "Ja, vanzelfsprekend heeft ie mand, die tien jaar lang niets heeft gepubliceerd, de schijn tegen zich". Zonder meer stelt hij: "Uit de handen van een aantal mede werkers komt niets. Ze zitten hier de hele dag wel te werken, maar dat levert geen tastbare resultaten op". Maar wat doen ze dan wel? "Ze doen van alles, er komt alleen niets uit. Ik kan natuurlijk niet om de tien minuten als een politieagent om de hoek kijken. De oplossing ligt hier in regelmatige controle". Coaching Schuyt stelt zich met deze uit Schuyt: "Het probleem is datje van een aantal sociologen niets te zien krijgt". (Foto Jan Holvast) spraken op hetzelfde stand punt als vakgenoot prof. Van de Vall, die enige tijd geleden de knuppel in het sociologi sche hoenderhok gooide door te stellen dat er aan de Leidse universiteit zo twaalf sociologen ontslagen zouden kunnen worden, zonder dat het onderwijs en onderzoek daaronder zouden lijden. Een mening waartegen vier an dere hoogleraren weer pro testeerden, omdat zij vonden dat Van de Vall die beschul diging niet hard kon maken. Van de Vall deed een aantal mensen groot onrecht aan, meende het viertal. Ook prof. Schuyt werd door hen bena derd om de protestbrief te ondertekenen. Maar Schuyt zei nee. Gevraagd naar het waarom van die ontkenning, zegt Schuyt: "Als je het met die vier hoog leraren eens bent, betekent dat datje de problemen weer onder tafel werkt". Op de vraag wat er dan mis is, antwoordt Schuyt: "Het heeft zover kunnen komen door verschillende factoren. De medewerkers zijn in de achter ons liggende periode nooit goed gecontroleerd. Ze gingen hun eigen gang maar. Vrijheid, blijheid. Die menta liteit heerste er. Natuurlijk ontbrak het ook aan goede coaching. Een aantal mede werkers zei ergens aan bezig te zijn, maar - en daar zijn we weer bij het begin gecon troleerd werd hun werk niet. Werkbesprekingen vonden kennelijk niet plaats". Baantje Fout ging het volgens Schuyt aan het begin van de jaren ze ventig. "Studeerde je in sep tember af, dan had je in okto ber soms al een baantje aan de universiteit. Dat wil vooral zeggen: als je politiek gezien goed lag. Ik bedoel daarmee te zeggen dat je makkelijker aangesteld werd als je je ook flink inspande voor de demo cratisering. Na vier jaar werd er dan bijna automatisch een vaste aanstelling gegeven. Al leen, na zes jaar had zo ie mand dan soms nog niets ge publiceerd. Maar hij bleef wel zitten. Kijk, bij de juridische faculteit komt het ook wel eens voor dat mensen tot de ontdek king komen dat het weten schappelijk werk hen niet goed ligt. Soms zie je dat ze dan in de politiek gaan, ge meenteraadslid worden of zelfs wethouder. Maar bij so ciologie heb je dat niet. Dat komt ook weer - het is een vicieuze cirkel - doordat veel sociologen zo weinig specia listische kennis hebben. Ook een jurist, die het bij de uni versiteit voor gezien houdt, heeft altijd wel wat specialis tische dingen geleerd, die hem bij een andere baan goed van pas kunnen ko- Opvallend is het natuurlijk dat juist in deze tijd, nu er bezui nigd dient te worden, ieder een begint te roepen dat de kwaliteit van het sociologi sche onderwijs en onderzoek veel te laag is. Hieruit kan al leen de conclusie worden ge trokken dat menigeen in voorgaande jaren vaak een oogje dicht heeft gedaan en de situatie liet voor wat-ie was. Schuyt daarover: "Zoals ik al eerder zei: er heerste een vrij heid-blijheid stemming. Nu hoor je de protesten. En dat komt inderdaad vooral door de bezuinigingen. Logisch natuurlijk, het is dringen ge blazen op de arbeidsmarkt. Jonge, talentvolle academici komen moeilijk aan de slag. Oudere medewerkers, onder wie degenen die zelden of nooit iets publiceren, zitten hun in de weg. Aan de andere kant: zelfs als er niet bezuinigd hoefde te wor den, had er op dit moment een discussie moeten ont staan over de kwaliteit van een aantal sociologen. Daar van ben ik overtuigd". Ommekeer De woorden van Schuyt mogen niet noden tot optimisme, zeer somber is hij toch niet over de toekomst. Staat ons wellicht een ommekeer te wachten? Schuyt: "Wat ik merk is dat er bij de laatste lichtingen goede studenten zitten. Zij accepteren het ook dat eisen worden verhoogd. Sterker: ze vinden dat plezie rig". Maar wat moet de universiteit beginnen met de medewer kers uit wier handen niets komt? Door laten modderen of ontslaan? Schuyt: "Laat ik dat heel duidelijk stellen: voorlopig kun je niet denken aan ontslag van medewer kers. We moeten er dus mee beginnen om hun werkzaam heden veel beter te begelei den. Het lijkt mij geboden om misschien eens in de twee weken een werkbespreking te houden om te zien of ze op schieten. Ik denk ook dat we duidelijke afspraken moeten maken. Zo in de trant van: een medewerker dient per jaar zoveel stukken te schrij ven van wetenschappelijke aard. Op goede Amerikaanse universiteiten gebeurt dat ook. Daar moeten weten schappelijke medewerkers 200 tot 400 bladzijden in drie jaar tijd publiceren. Het lijkt me dan ook zinnig om derge lijke eisen in Nederland over te nemen". Toch valt het natuurlijk nog maar te bezien hoe het con flict over de kwaliteit (of mis schien beter gezegd: het ont breken daarvan) afloopt. Be staat bijvoorbeeld niet het ge vaar dat beide partijen zo on verzoenlijk tegenover elkaar komen te staan, dat het nog tot Sint Juttemis duurt eer er een bevredigende oplossing is gevonden. Het spookbeeld van een loopgravenoorlog doemt op. Schuyt: "Ik denk het niet. Maar er is wel een ander probleem. Het is nu nog niet gebeurd, maar het gevaar is natuurlijk levensgroot aanwezig dat het een politiek conflict wordt". "En dat is vervelend. Ik hoor ze al zeggen dat ik de linkse mensen er uit wil werken. Maar zo is het natuurlijk niet. Het gaat mij om de kwaliteit. Ik ben zelf ook links en ik vraag me daarom af hoe iemand die zichzelf progressief noemt het tegen over de samenleving kan rechtvaardigen dat er jaren lang helemaal niets uit zijn handen is gekomen. Terwijl die samenleving hem wel voorziet van veel vrijheid en een vorstelijk salaris". LEIDEN - Ruim tachtig jaar geleden werd in Nederland het eerste consultatiebureau voor zuigelingen opgericht. Verantwoordelijke man was de Haagse arts Plantinga en achtergrond was de drama tisch grote sterfte onder zui gelingen (op sommige plaat sen zelfs dertig procent). Eerste taken van het Haagse bureau waren het adviseren van moeders en het ver strekken van melk. Nu, tach tig jaar later, is het feno meen consultatiebureau niet meer uit onze samenle ving weg te denken. In het hele land zijn er drieduizend bureau's voor baby's en tweeduizend voor kleuters. Het bereik is ook groot. Meer dan negentig procent van de Nederlandse zuige lingen ziet een consultatie bureau (nu een instelling van de kruisverenigingen) regelmatig van binnen. De taken zijn danig veran derd. Melk is van het pro gramma verdwenen. Bege leiding van kleine kinderen en bevordering van hun ont wikkeling prijken nu boven aan het lijstje. Om met name dat laatste zo goed mogelijk te doen en afwijkingen in een vroeg stadium te ont dekken, heeft mevrouw Schlesinger een methode be dacht, waarmee die ontwik keling op consultatiebu reau^ goed kan worden ge volgd. UTRECHT/LEIDEN - In een zö vroeg mogelijk stadium stoornis sen in de ontwikkeling van ba by's en kleuters ontdekken. Met dat doel voor ogen is mevrouw E.A. Schlesinger-Was uit Utrecht in 1971 aan het werk getogen. Bij 550 kinderen werd in Utrechtse consultatiebureau's, naast het gebruikelijke geneeskundige on derzoek, de ontwikkeling van het kleine kind gevolgd. De wijk verpleegkundige enqueteerde de ouders en de arts observeerde de kinderen. Aan de hand van die jarenlange er varing (het onderzoek eindigde in '79) kwam mevrouw Schlesin ger tot de formulering van een aantal zogenaamde 'standaard- waarden' voor kinderen in de verschillende leeftijdsgroepen. Onder de titel 'Ontwikkelingson derzoek van zuigelingen en kleu ters op het consultatiebureau' verwerkte de Utrechtse dat in een proefschrift, waarop ze van daag aan de Leidse universiteit is gepromoveerd tot doctor in de geneeskunde. De door haar ontwikkelde metho de heeft inmiddels al vruchten afgeworpen en zal dat binnen kort op grote schaal doen. Me vrouw Schlesinger: "Een aantal bureau s had van mijn onder zoek hier in Utrecht gehoord en is er - uiteraard met de nodige in structies - al mee begonnen te werken. Dat heeft zich echt als een olievlek verspreid. In de loop van 1982 wordt het landelijk in gevoerd. De formulieren, waarop nu wordt bijgehouden hoe een kind zich ontwikkelt, zijn sterk verouderd. Het noodt niet be paald tot registratie, eenvoudig omdat je weinig met de gegevens kan. Volgend jaar komen er ech ter nieuwe medische dossiers, zoals dat officieel heet Daarin zijn die standaardwaarden ver werkt, waarmee wel degelijk te werken is". Langdurig Een helemaal nieuw begrip is dat overigens niet, standaardwaar den. Ook in het verleden zijn die al eens vastgesteld. Maar, zegt mevrouw Schlesinger: "Dat was gebaseerd op een ander soort on derzoek. Dan werden kleine groepen van kinderen in ver schillende leeftijden getest. Wij hebben echter 550 kinderen ge volgd van nul tot vijf jaar. Daar mee krijg je natuurlijk een volle dig beeld van ieder kind. Het is ook vrij uniek, zo'n langdurig en daarom ook kostbaar onder zoek". Het werd mogelijk ge maakt door de kruisverenigin gen en het Nederlands Instituut voor Preventieve Geneeskunde/ TNO in Leiden, waar mevrouw Schlesinger wetenschappelijk medewerkster is. Haar methode is toegespitst op het vyerken in consultatiebureau's. "Dat betekent dat niet alleTacet- ten aan bod kunnen komen. Je hebt nu eenmaal in een consulta tiebureau niet dezelfde facilitei ten als bij een psycholoog. Het is er druk en rommelig. Bovendien krijg je ook niet te zien hoe bij voorbeeld een kind eet. Dat vra gen we natuurlijk wel aan de ou ders, maar we hechten nu een maal wat meer waarde aan onze eigen observatie". Tempo Doel van net onaerzoeK is dus dat vroegtijdig een afwijking bij een kind kan worden ontdekt. Hoe gaat dat nu in zijn werk? Me vrouw Schlesinger: Aan de hand van de standaardwaarden - zeg maar vaste waarden waar mee je andere kinderen verge lijkt, krijg je een beeld van het kind. Informatie o\ipr het tempo van het kind. Om ren voorbeeld te geven: een kleuter kan na een x-aantal weken nog niet uit zich zelf gaan zitten. De ouders ma ken zich daar zorgen over en het blijkt dan dat de kleuter tot de tien procent hoort, die dat nog niet kan. Dat hoeft nog niet verontrustend te zijn. Je hebt nu eenmaal snelle en trage kinde ren. Maar je kunt dan vervolgens ook andere aspecten nagaan. Al die gegevens samen kunnen dan uitsluitsel geven, of het veront rustend is of niet". Mevrouw Schlesinger werkte daar bij ook met speelgoed, waarmee het kind getest kan worden op zijn vaardigheden. Uit een doos je tovert ze tien blokjes en twee belletjes te voorschijn. Met be hulp daarvan kwam ze ook tot het vaststellen van waarden: het kijken naar het blokje op een be paalde leeftijd, het oppakken van het blokje op een bepaalde leeftijd, enzovoorts. Wat dat laat ste betreft: ook kan bekeken worden hoe de greep van het kind is. met andere woorden, of het spastisch zou kunnen zijn. Dc belletjes zijn een soort voorlo per op de gchoortest, die in een latere fase altijd nog bij kinderen wordt afgenomen. "Maar. het is echter zaak zo snel mogelijk te ontdekken of een kind niet kan horen. Enerzijds omdat er in een groeiend zenuwstelsel misschien nog wat aan te doen is en aan de andere kant om een kind zo snel mogelijk met die handicap te le ren leven". Het unieke van haar onderzoek wordt volgens mevrouw Schle singer eens te meer onderstreept door het na-onderzoek dat heeft plaatsgevonden. "Dat was me thodologisch ook juist", zegt ze. Er werden daarbij nog eens 157 van de 550 kinderen 'onder de loep genomendie inmiddels tenminste vijf jaar oud waren. Een leeftijd waarop stoornissen in de ontwikkeling duidelijk aan de oppervlakte komen. "Bij vijf kinderen bracht dit na-onder zoek afwijkingen aan het licht. Die waren echter zo gering dat ze niet hadden geleid tot klachten. Dat bewijst volgens mij wel hoe efficiënt de ontwikkelde metho de is". BART JUNGMAN Dit bleef er over van de auto van de Katwijkse vrouw die zelf zwaar gewond raakte. LEIDEN - Drie verkeersongeluk ken op één dag gebeurden giste ren op de Europaweg. 's Morgens om half acht reed een twintigjari ge Leidenaar achterop een stil staande auto. De auto stond stil in het midden van de weg, omdat de 34-jarige bestuurster uit Oegstgeest linksaf wilde slaan, de Vrouwenweg op. De Leide naar richtte flinke blikschade aan. Om kwart over tien in de ochtend ontstond een ernstige frontale botsing tussen twee personenau to's. Een 42-jarige vrouw uit Kat wijk verliet met haar auto om on bekende reden de file, die op de Europaweg was ontstaan, en kwam op de linker weghelft. Een tegemoet komende automobilist uit Maassluis (35) botste frontaal. De Katwijkse raakte hierbij ernstig gewond. Met inwendig letsel en verwondingen aan hoofd, benen en armen werd zij overgebracht naar het Academisch Zieken huis. In de auto zaten verder haar schoondochter en een kind. De schoondochter werd met lichte verwondingen naar het zieken huis gebracht. Het kind en de au tomobilist uit Maassluis kwamen er zonder kleerscheuren van af. Om kwart over zes was het op nieuw raak. Een 35-jarige auto mobilist uit Rijswijk verleende bij de afrit van rijksweg 4 geen voorrang aan een 51-jarige Al- phenaar, die op de Europaweg reed. De auto van de Alphenaar werd totaal vernield. LEIDEN - Deze week is er begon nen met het heiwerk bij de Valk- brug. zodat ter weerszijden twee fiets-voetgangersbruggetjes kunnen worden aangelegd De eerste voorbereidingen werden op 19 oktober al getroffen. Op die datum werd de brug afgesloten. omdat de heimachine moest wor den geplaatst. Het gemotoriseerde verkeer sta- d-uit wordt sinds enige tijd om geleid via de 2e Binnenvest- gracht. Herenstraat en Stations weg. Deze omleiding is met bor den aangegeven. LEIDEN Het pand Janvossen- steeg 43 is zondagavond door drie werkende jongeren ge kraakt. Het pand stond sinds 6 oktober 1980 leeg, nadat de glas- en verfhandel Van der Kwast verhuisde naar het industrieter-1 rein De Waard. Het pand is sinds dien eigendom van de gemeente. De gemeente kocht het pand (een winkel met woonruimte boven) voor de verwezenlijking van het bestemmingsplan Maredorp. De versterking van de woonfunctie staat in dat plan centraal. De krakers verspreidden gisteren een pamflet in de buurt, waarin zij vragen om sympathie voor de actie. "Aangezien het pand al ruim een jaar leeg staat en het er naar uitzag dat dat nog veel lan ger zou gaan duren, hebben wij het huis in gebruik genomen", aldus het pamflet. Voor de winkelruimte van de voor malige verfhandel zijn al gerui me tijd gegadigden. Enkele Am sterdammers willen er een win kel in tweede hands grammo foonplaten vestigen. De gemeen te zou het pand aan hen willen verkopen, mits de bovenetage een woning blijft. De gegadigden zouden hiertegen geen bezwaar hebben. De buurtvereniging Maredorp heeft al eens gevraagd om het pand te mogen gebruiken als buurthuis. Dat is door de ge meente afgewezen. Sinds september vorig jaar was de gevel van het pand getooid met een bord waarop de verhuizing werd aangekondigd. Het bord waarop tie verhuisdatum stond, is nooit door de gemeente weg gehaald, zodat elke voorbijgan ger kon constateren hoe lang de leegstand al duurde.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1981 | | pagina 4