Bittere nasleep van "dioxineramp" VOOR DE LEI DATO! SLEUTEL-WAARDEBON LEIDSCH DAGBLAD Oud-topman Philips Duphar: "Deze geschiedschrijving niet interessant" Slaufcal-woardabon von 3 gulden Waarde 3 gulden RIJDAG 11 SEPTEMBER 1981 Bedrijfsleider ir. W.C. Wisse van Philips-Duphar reiki aan Jan van Wier (rechts) het diploma chemisch bedieningsman uit. Van Wlerarbeidsonge schikt nu); "Ik had het gevoel dat het niet helemaal pluis zat". Vorige week werd een rapport van de Wereldgezondheidsorganisatie gepubliceerd, waaruit bleek dat van de 106 arbeiders die in 1963 na een ongeluk bij Philips Duphar in Amsterdam zijn blootgesteld aan de uiterst giftige stof dioxine, er acht binnen tien jaar zijn gestorven en 44 ernstige huidaandoeningen hebben gekregen. Hoewel het een rapport van drie jaar geleden betrof, dat nog nooit in de openbaarheid was gekomen, kwam daardoor de kwestie rond de besmette fabriekshal aan de Hem- weg weer volop in de belangstelling te staan. Verslaggevers Weert Schenk en Kees Tops verdiepten zich in de achtergronden van de nog steeds in nevelen gehulde zaak. Het complex ran Philips-Duphar aan de Amsterdamse Hemweg werd in 1973 gesloopt. Het puin ran de besmette hal kwam in de Atlantische Oce aan terecht.... AMSTERDAM - Op 6 maart 1963 barstte in de Philips Duphar-fabriek aan de Amsterdamse Hemweg een ho- gedrukketel uit zijn voegen waarin het tussenprodukt voor het onkruidverdelgingsmiddel 2,4,5-T werd ge maakt. Temperatuur en druk in de ketel waren tot enorme hoogte gestegen, waardoor de reactie geheel uit de hand liep. De 10 centimeter dikke, massief stalen deksel, bijna roodgloeiend geworden, werd door de helse krachten in de ketel omgebogen alsof het een stuk karton betrof. Een deel van de zwarte inhoud gulpte vervolgens naar buiten. Daarbij kwam het uiterst giftige dioxine vrij, dat zich over de gehele fabriek verspreidde. Volgens een rapport van de We reldgezondheidsorganisatie zijn na het ongeluk 106 arbei ders aan de dioxine blootge steld. Zij verrichtten in de ver giftigde hal herstelwerkzaam heden. Van die ruim honderd schoonmakers, schilders, iso- leerders en monteurs zijn er acht binnen tien jaar gestorven. Vierenveertig kregen ernstige huidaandoeningen. Aan de juistheid van het onder zoek dat tot dit drie jaar oude maar pas vorige week in de openbaarheid gekomen rapport heeft geleid, wordt evenwel ge twijfeld. Zoals over vrijwel alle nadere bijzonderheden in deze kwestie de meningen sterk uit eenlopen. Zo wordt getwist over het aantal chemische bedieningsmannen dat op het moment van de „plof' in de produktiehal aanwezig was; over de bezetting van de schoonmaakploeg van Philips- personeel, die als eerste de zwart geworden hal werd ingestuurd. Zelfs is men het niet eens over het dienstverband van een van hen bij Philips. De hamvraag is echter: „Was de lei ding van Philips Duphar op de hoogte van de enorme gevaren die aan de bereiding van 2,4,5-T verbonden zijn, en zo ja, heeft men het personeel dat daarmee moest werken voldoende op de hoogte gebracht?". Geweten Ir. W. C. Wisse, in de bewuste pe riode bedrijfsleider van de Phi lips Duphar-vestiging aan de Hemweg, zegt dat de bedrijfstop ook vóór het ongeluk wist dat aan de fabricage van 2,4,5-T ge varen waren verbonden. Maar hij voegt er meteen aan toe dat men geen flauw idee had van welke aard die gevaren waren. De bedrijfsleider, die tegenwoor dig werkzaam is als wiskundele raar. verwijst naar de literatuur tot 1963. „Wanneer u die eens zou raadplegen, komt u tot de con clusie dat bijna niemand er een barst van afwist". Dat neemt niet weg dat in de periode vóór 1963 wel degelijk ongelukken in che mische bedrijven bekend waren, waarbij eveneens arbeiders met dioxine besmet raakten". In 1949 al ging er iets mis in de 2,4,5-T producerende fabriek Monsanto Chemical Company in Nitro West-Virgina in de VS. Hierbij werden 228 mensen aan dioxine blootgesteld. Soortgelij ke ongelukken deden zich sinds dien voor bij BASF in Ludwigs- haven (1953). twee keer bij Boeh- ringer-Ingelheim in Hamburg (1954 en 1956) en bij fabrieken in Frankrijk (1956) en in Itali (1962). Tot de lichamelijke en geestelijke gevolgen voor de bij deze geval len betrokken werknemers be hoorden de chemische huidziek te chlooracnè, storing van de luchtwegen, hart- en spieraan- doeningen, beschadiging van le ver, nieren en milt, aantasting van het centrale zenuwstelsel, nervositeit en lusteloosheid en kanker. Waarschuwing kon gaan. Te meer niet doordat de bedrijfsleiding van Boehnn- ger na het tweede ongeluk in haar Hamburgse vestiging de be drijven die met soortgelijke che mische processen werkten, heeft gewaarschuwd voor de gevaren. Ir. Wisse nu: „Ik ontken niet dat ik op de hoogte was van die onge lukken. Maar men wist niet of nauwelijks wat voor spul dioxine was en welke giftige werking het had. Daar had men wel ideeén over en vermoedens, maar men wist het niet exact". Naar zeggen van de voormalige be drijfsleider wisten die andere on- geluksbedrijven ook niet precies wat er was gebeurd. „Er was iets fout gegaan. Dat was als zodanig bekend, net als van die chloorac nè, meer niet". Een deskundige van het rijksinsti tuut voor volksgezondheid be vestigt dit betoog min of meer. In die tijd waren er bijna geen mo gelijkheden om dioxine te analy seren. Dat is pas later gekomen, nadat Amerika 2,4,5-T op - en met desastreuze gevolgen - enor me schaal als strijdmiddel tij dens de oorlog in Vietnam had gebruikt. Ir. Wisse blijft in het vage over de vraag of het personeel van Du phar was ingelicht over de dui velse stof waarmee gewerkt werd. „Het zal wel gebeurd zijn", is zijn antwoord. Meer Een ander staflid. Gaat u naar de Leidato? Vast wel. Er valt veel te beleven en te ontdekken. Ook uw Leidsch Dagblad is er present met een stand. Wipt u even aan? Graag. Er is trouwens een èxtra reden om dat te doen. U kent onze rubrieksadvertenties: onze Sleuteltjes. Dat zijn die kleine advertenties, die voor alles en nog wat worden gebruikt. Niet alleen door bedrijven en bedrijfjes, maar ook door particulieren, ledereen heeft weieens iets aan te bieden. 't Zijn vaak dingen die voor een ander zeer waardevol zijn en die dus geld kunnen opbrengen. Heeft u aleens zo'n Sleuteltje geplaatst? Voor de kosten behoeft u dat niet te laten. En nu zéker niet! Want hier is een Deze bon is alleen geldig in onze Leidato-stand. Als u daar de bon inlevert krijgt u f 3,- korting op het toch al zo gunstige tarief. Zie de Sleutelpagina in deze krant, linksboven. Dan weet u alles. En wilt u meer weten? Stel al uw vragen straks maar in onze stand! Tot op de Leidato (van 11 t/m 20 september). HIERLANGS AFSCHEUREN Vul de tekst van uw advertentie in blokletters in a.u.b. Plaatsen op: Adres Deze bon is alleen geldig in de leidoto-stond von he» Leidsch Dogblad. Als u door von 11 t/m 20 september de bon afgeeft en de advertentiekosten voldoet krijgt u 3 gulden reductie. Succes met uw Sleuteltje! weet hier meer over. Hij spreekt met enig gewicht, omdat hij het veiligheidssysteem in de inmid dels gesloopte en in de Atlanti sche Oceaan afgezonken fabriek heeft opgezet en er tot 1960 ver antwoordelijk voor was (vanaf dat jaar hield hij zich in hoofd zaak bezig met personeelszaken) Zetzema meldt niet op de hoogte te zijn geweest van ongelukken zo als in Hamburg en Ludwigsha- fen, maar wel degelijk van het gevaar. „Als iemand op de Hem weg kwam solliciteren en vroeg: is het hier veilig, dan zei ik: nee hoor, het is hier niet veilig" Hij vertelde de sollicitanten daarop over het sluipende gevaar. „Wan neer je in de haven een stalen plaat in de takels ziet. weetje dat je zo plat als een luis bent als hij op je valt. Je kijkt dus wel uit. Hier is het veel gevaarlijker, om dat je het gevaar niet ziet". „We zullen je beschermen tegen het bedrijf', vervolgde Zetzema dan, „maar we kunnen je niet be schermen tegen jezelf. Jij moet er zelf op toezien datje de veilig heidsvoorschriften niet aan je laars lapt". Zetzema nu: „Ik zweer het. Dat hoorde iedere sol licitant. Trouwens, iedere werk nemer had voor 2700 gulden aan veiligheidsmateriaal tot zijn be schikking". elke advertentie werkt, ook de kleinste! Andere verhalen Wie zijn oor te luisteren legt aan de andere kant van de scheidslijn bedrgfsbond-arbeiders. krijgt over die veel geprezen veiligheid en informatie over de gevaren andere verhalen te horen. Voor het ongeluk in 1963 wist zelfs het chemisch bedieningspersoneel - de mannen dus die de chemische reactie in de hogedrukketel in bedwang moesten houden - niet eens met welk produkt men be zig was. Er werden dikwijls fouten ge maakt. Het produktiepersoneel moest dan het meestal te droge en derhalve gemakkelijk opstui vende fabrikaat uit de ketels scheppen. Zo kwamen ze in eer ste instantie al in aanraking met de dioxine, die een verontreini gende stof is in de 2,4,5-T. Maar ook toen de ketel eenmaal was opengebarsten, bleef men onkundig van het gevaar Tot de eerste ploeg die na de plof de be smette fabriekshal werd inge stuurd om de zaak schoon te spuiten, behoorde chemisch-be- dieningsman Jan van Wier. Van Wier, die net als vele anderen die bij Philips Duphar werkten, nu arbeidsongeschikt is. herin nert zich: „Met drie collega-ope rators ben ik daar aan het werk geweest. Er lag een dikke laag roet. We spoten het spul met wa ter het Noordzeekanaal in. Zoals gewoonlijk waren wc gekleed in ketelpakken en plastic hand schoenen". Zweren Al gauw ontstonden op de licha men van zijn drie maten puisten en bruine zweren chlooracnè. Ze meldden zich ziek. Van Wier had nergens last van. Vanwege een onbestemd gevoel dat het niet helemaal pluis zat, had hg zich steeds grondiger dan de an deren gedouchet Bovendien verbrandde Van Wier na elke werkdag zijn ondergoed. „Omdat die collega's uitslag kre gen. werd de hal gesloten. Ratten en konijnen gingen de hal in. Van Wier vertelt dat hg de ratten verzorgde, nog steeds in zijn nor male werkgoed. Pas toen zijn af delingschef een kijkje in de hal kwam nemen en zich tevoren in een soort maanpak hees. begon Van Wier. die samen met een ploeg classificeerders nog ver dere herstelwerkzaamheden had verricht, nattigheid te voelen. Wat hebben ze me nou geflikt, dacht ik. Ze hebben het gewe ten". Ook andere arbeiders die korter of langer na het ongeluk in de Du phar-fabriek hebben gewerkt en later een verband begonnen te leggen tussen die werkzaamhe den en hun geestelgke en licha melijke klachten, menen dat de bedrijfsleiding op de hoogte moet zijn geweest van de aard van het gevaar Hoewel hun veel al geen beschermende kleding werd verstrekt, werd hun na drukkelijk, maar zonder nadere toelichting, aangeraden om na het werk extra zorgvuldig de handen te wassen en in sommige Inspectie Een ander veeg teken was, achteraf bezien, de wijze waarop de be drijfsleiding reageerde op de komst van de Arbeidsinspectie. Van Wier: „In zo'n geval werd er geroepen: Jongens, zet even de ramen open, want we krijgen vandaag arbeidsinspectie. Het wrange is dat wij nota bene zelf die ramen open hebben gezet. Maar ja, je ging ervan uit dat je baas je goed beschermde, dus je werkte mee". Nu zit menigeen die. onder meer op deze manier, zijn loyaliteit met het bedrijf toonde, met de el lendige gevolgen terwijl het be wijs dat deze zijn voortgevloeid uit het werken bij Philips Du phar niet kan worden geleverd. Jan Neimeijer was zo'n man. Twee keer heeft hij via een kop pelbaas bij de fabriek aan de Hemweg gewerkt. In 1963 maakte Neimeijer deel uit van de ploeg van 18 classificeer ders die, nadat de hal door het Duphar-personeel was schoon- gespoten, alle verf van houtwerk en leidingen moest afkrabben en de hal opnieuw schilderen. Twee jaar later, toen de produktie van 2,4,5-T in een nieuwe hal weer op gang was gekomen, keerde hg terug om in een ketel een klusje op te knappen. Hem werd gezegd dat hg dat in zijn ge wone ketelpak kon doen. Groot was echter zgn verbazing toen hij na afloop met overall en al on der de douche moest en hem sindsdien met grote regelmaat bloed werd afgenomen, ter con trole. Anderhalve maand later keerde Neimeger zgn vroegere baan de rug toe om samen met zgn vrouw Anne een winkel te beginnen. Vanaf toen begon de altijd energie ke en kerngezonde Neimeijer snel te vermageren en sterke te kenen van lustelooshe id te verto nen Medicijnen hielpen niet. In de tijd die volgde onderging hg een schildklieroperatie, raakte hij gedeeltelijk verlamd en kreeg hij een hartinfarct. In 1975 over leed Jan Neimeger ten slote op 58-jange leeftgd aan leukemic Een hevig gemotioneerde Anne Neimeger illustreert de tien iaar lange lijdensweg aan de hand van de pasfoto's op de drie laat ste rijbewijzen van Jan Gezien de ziekteverschijnselen ligt een verband met Philips Duphar voor de hand. Bergafwaarts Hetzelfde geldt voor de nu 47-jan- ge ex-onderhoudsmonteur die, sinds hij net als Neimeijer tot tweemaal toe en via dezelfde koppelbaas bij Philips Duphar aan de slag was, nooit meer heeft kunnen werken. „Aan het eind van de eerste periode", vertelt hg nu. „ging het bergafwaarts met mijn gezondheid Ik voelde me lichamelgk sterk verzwakken, kreeg het benauwd, kon nauwe- lgks nog fietsen en raakte vaak gespannen, wat ik daarvoor nooit was". Intuitief besloot hij ontslag tc ne men. Toen hg een paar jaar later, mm of meer toevallig, opnieuw bg Duphar terecht kwam. begon nen de klachten, die hij intussen goeddeels kwgt was, opnieuw Achtereenvolgens kreeg hij oe deem aan handen en voeten, een ongebruikelgke vorm van astma, gewnchtsaandocningen en ver lammingsverschgnselen aan een been Voorts was hg door geeste lgke sufheid nauwelijks meer in staat iets te ondernemen Sinds 1975 is hij arbeidsonge schikt „Pas in 1980 begon ik t» vermoeden wat er met me aan de hand was. Ik had een artikel ge lezen over de gevolgen van het gebruik van ontbladeringsmid- delen op Amerikaanse Vietnam- veteranen. Ik had dezelfde kwa len", aldus de geëmotioneerde man. die zo bang is voor het hele gebeuren, dat hg anoniem wenst te blgven. Bewijs worden bewezen dat hun ziekte- verschgnselen het gevolg zgn van het werk bg Philips Duphar. Dat is dan ook de voornaamste reden dat de Wereldgezond heidsorganisatie al die gevallen op een rg probeert te krijgen De WGO wil zo onder meer onder zoeken of er een vergroot kan- kemsico is in fabrieken waar uit het chemisch proces de vorming van dioxine voortvloeit Men heeft daartoe een overzicht ge maakt van de gevolgen van alle ongelukken waarbij dioxine vrij kwam. Een conclusie is niet ge trokken. De informatie over Philips Duphar stoelt vooral op het onderzoek van dr. L. Dalderup. medisch ad viseur van de Arbeidsinspectie, te Amsterdam Uit haar relaas blijkt dat het deel in het WGO- rapport dat over Duphar handelt nooit helemaal zuiver kan znn. Zo heeft mevrouw Dalderup niet alle arbeiders die mogelijk in de Hemweg-fabnek aan dioxine zgn blootgesteld kunnen achter halen. Diegenen van hen die in dit verhaal aan het woord zgn ge komen. zijn bijvoorbeeld niet door de Arbeidsinspectie bena derd. Wel zijn in het rapport loodgieters, schilders en isolecrders meege teld. die pas na de grondige schoonmaken door het Philips- personeel en de ploegen classifi ceerders aan het werk gingen. Van hen is bekend dat er een aan een hartinfarct overleed, maar dat kan evengoed een andere oorzaak hebben Een andere omstandigheid die tot onzorgvuldigheid kan hebben geleid, is dat mevrouw Dalderup de mensen die ze wél te pakken kreeg, slechts telefonisch heeft onderzocht. Wegens gebrek aan financièle middelen kon dat niet anders, deelt ze mee. ..Het ging er eigenlijk alleen maar om of ze leefden of dood waren", aldus de mcdisch-adviseur. Inmiddels staan de mogelijke slachtoffers van Philips Duphar in de kou. De classificeerders zijn door het bedrijf afgekocht met bedragen variërend van 1000 tot 5000 gulden. In ruil daarvoor moest een verklaring worden on dertekend waann zg afstand doen van hun rechten om later eventueel Philips aanspr.k. Ifyfc te stellen voor de gevolgen Ook onder het Phihps-personeel is dit in sommige gevallen gebeurd. Doodvonnis Ir. Zetzema herinnert zich dat hij binnen de Philips Duphar staf de enige w as die niet met deze gang van zaken akkoord ging. „Ik heb gezegd: als je dat doet, leken je het doodvonnis van dit bedrijf. Wat er gebeurt is. is in woon een bedrijfsongeval. Als je bloedgeld gaat uitkeren, kom je nooit meer van deze zaak af. Dan spuwt Philips MM uit He laas heb ik gelijk gekregen". Sinds de pubhkatie vonge week van het bestofte rapport van de Wereldgezonheidsorganisatie. beginnen zich steeds meer men sen tc melden die mevrouw Dal derup kennelijk niet kon achter halen. Mensen die claimen dat hun gezondheid door het werk bg Philips Duphar is verwoest De ex-onderhoudsmonteur is be zorgd over wat er omtrent zgn lotgenoten nog aan het licht zal komen. „Het beangstigende is dat er op dit moment op allerlei plaatsen in deze stad. en daarbui ten, mensen zitten zoals ik. Men sen die ziek zgn, maar niet weten wat ze precies mankeren Ze zit "ten achter een pot met valium of acljer een pot met sterke drank Niemand heeft al die tgd zgn mond open gedaan, maar ze zijn er En let op mgn woorden het gaat nog beginnen hoor, het erg ste moet nog komen". Ir. Wisse, die als bedrgfsleider de hoogste Duphar man aan de Hemweg was. onthoudt zich, af gezien van bovenvermelde uit spraken. van commentaar „Ik heb geen behoefte om nog aan dat stuk geschiedschrgving te gaan meedoenzegt h;j. „ik voel er niets voor Het is ook helemaal niet interessant Het is geweest, voorbij Kijk, ik vind de Tachtig jange Oorlog ongeveer net zo in teressant als dit geval Maar het is zo verdomde lang geleden"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1981 | | pagina 21