Kabinet zonder 'wetenschapper' Pleidooi voor sterke vrouwenpartij „Geen eelt op de ziel Van Trier teleurgesteld Nieuwe voorzitter van Rooie Vrouwen: VRIJDAG 18 SEPTEMBER 1981 PAGINA 11 DEN HAAG (GPD) - Hij heeft het imago van een voor zichtig man niet kwijt kunnen raken. „Als je eenmaal dat beeld hebt opgeroepen, schijnt dat je te moeten blijven achtervolgen. Maar ik denk dat het bij dit vak hoort te proberen de zaken rationeel te beargumenteren. Op die basis moetje discussiëren en tot conclusies komen." Voor buitenstaanders had dr. ir. A. A. Th. M. van Trier, de minister voor wetenschapsbeleid uit het eerste kabinet-Van Agt, de laat ste maanden aanleiding genoeg om dat imago van zich af te wer pen. Geen moment tijdens de (in- ïformatie is er namelijk sprake van geweest dat er ook in het nieuwe kabinet een minister voor wetenschapsbeleid zou ko- Insiders weten dat hij - ondanks het feit dat juist tijdens de vor ming van kabinetten de emoties vaak hoog oplaaien - ook de af gelopen formatie-periode steeds heeft geprobeerd „andersden kenden" met zakelijke argumen ten van zijn gelijk te overtuigen. Het ging daarbij niet om zijn ei gen positie, want een carrière-po» liticus kun je hem niet noemen, maar vooral om het voortbestaan van de onafhankelijke post we tenschapsbeleid. Hij praat dan ook vrij nuchter over de gang van zaken tijdens de for matie: „Ik heb me goed gereali seerd dat in discussies over kabi netsformaties in Nederland tra ditioneel getalsverhoudingen tussen ministersposten voor coa litiepartners een belangrijke rol spelen. In dat soort gesprekken kunnen bepaalde beleidsterrei nen onderwerp van discussie worden. Onderwerp van discus sie in die zin, dat combinaties met andere beleidsterreinen overwogen kunnen worden." Dat is dus ook met wetenschapsbe leid gebeurd. In het nieuwe kabi net zit geen aparte minister voor wetenschapsbeleid. De post is verdeeld over de minister van onderwijs en wetenschappen en die van economische zaken. Ge volg: Van Trier is de enige minis ter die niet wordt opgevolgd, of de enige minister met twee op volgers. Onafhankelijk De opmerkingen die Van Trier maakte in een brief aan de CDA- fractie. tekenen hem voor een be langrijk deel. Als getalsverhou dingen dan zo belangrijk moeten zijn, dan krijgen ze argumenten voor een andere getalsverhou ding. Een zorgvuldige analyse van de uitslag bracht hem tot het voorstel om zestien minister sposten te verdelen: zeven voor het CDA, zes voor de PvdA en drie voor D'66. Met die verdeling kon de ministerspost voor we tenschapsbeleid worden gehand haafd. Die brief kreeg de fractie op 25 au gustus, toen de zaak al beklon ken leek. Maar het was niet het eerste initiatief van Van Trier. In een nota, in de wandelgangen het testament van Van Trier ge noemd, had hij al op basis van inhoudelijke argumenten de noodzaak van een onafhankelij ke post wetenschapsbeleid be pleit. Van Trier: „Het gaat om een be leidsterrein dat voor de toekom stige ontwikkeling van Neder land en de internationale verhou dingen van erg groot belang is. Het doorsnijdt heel duidelijk de klassieke beleidsterreinen van de overheid in de verschillende vakdepartementen." De bijzondere positie van de minis ter voor wetenschapsbeleid is namelijk dat hij niet gebonden is aan enig specifiek belang van een vakministerie. Van Trier: „We kunnen vanuit onze onaf hankelijke positie bijvoorbeeld zeggen dat we voor bepaalde Van Trier: voor onafhankelijke positie. plannen deskundigen van buiten aantrekken en gaan samenwer ken met departementen die op de een of andere manier bij die plannen betrokken zijn. Het spreekt voor zich dat dat makke lijker vanuit een neutraal punt kan gebeuren, dat bovendien speciaal gericht is op het tot ont wikkeling brengen van nieuwe zaken, dan vanuit de gevestigde departementen." Achterstand Nederland heeft in een vroeg sta dium, na langdurige en funda mentele discussies in het parle ment in het midden van de jaren '60. een aanvang gemaakt met de ontwikkeling van wetenschaps beleid als afzonderlijk gebied van overheidszorg. Het jaarlijkse wetenschapsbudget, aanvankelijk niet meer dan een opsomming van begrotingspos ten voor wetenschappelijk on derzoek op de verschillende hoofdstukken van de rijksbegro ting. ontwikkelde zich in de loop der jaren steeds meer in de rich ting van een meerjarenplan voor de wetenschapsbeoefening. Ne derland liep voorop, maar dreigt nu te worden ingehaald en ge passeerd door verschillende an dere landen. In West-Duitsland bestaat al een paar jaar het Bundesmimstenum für Forschung und Technologie, dat thans over een direct budget beschikt van ongeveer 6 miljard DM. Frankrijk had in de vorige regeringsperiode een Secrétaire d'Etat by de eerste minister, waaraan het wetenschapsbeleid was toevertrouwd. Onder Mitter rand kreeg deze figuur de positie van minister voor onderzoek en technologie en werd hij boven dien toegevoegd aan het kernka binet. Twintig miljard francs mag hij besteden. Ook in Enge land gaan stemmen op om een speciale bewindsman voor dit terrein in het leven te roepen Van Trier „Ik denk dat het opde len van het ministerie voor we tenschapsbeleid zal betekenen dat men zich zal terugtrekken op het traditionele beleidsterrein wat beheerd wordt door de ver- schillende vakdepartementen. Het gevolg daarvan is waar schijnlijk dat nieuw beleid, dat meerdere departementen raakt, en dat wij vanuit onze onafhan kelijke positie makkelijker kon den aankaarten, moeilijker van de grond zal komen." Een betreurenswaardige zaak op het eerste gezicht, vooral ook omdat de komende jaren van be slissende betekenis zullen «wor den voor de rol die ons land gaat spelen in een aantal nieuwe ont wikkelingen. Van Trier: ,In de sector van het in formatiebeleid en de informatie technologie staan er hele grote belangen op het spel. Niet alleen wat de economische mogelijkhe den betreft die deze sector biedt, maar ook wat betreft het functio neren van het openbaar bestuur, van de samenleving en alles wat je daar maar bij kunt bedenken." Het is duidelijk dat deze zaken on gelooflijk diep in de Nederlandse samenleving zullen ingrepen. „Persoonlijk ben ik van me ning". voegt Van Trier daaraan toe. ..dat er juist daarom een dui delijk en goed samenhangend overheidsbeleid op dit gebied noodzakelijk is. Het is namelijk niet alleen de overheid die daar een rol in gaat spelen, maar ook het bedrijfsleven en de onder zoeksinstituten". Toekomstige verdeling Hoe de taakverdeling op het ge bied van wetenschapsbeleid tus sen de minister van economische zaken en die van onderwijs en wete nschappen er precies uit zal gaan zien, is nog niet helemaal duidelijk. Vaststaat wel dat het technologie- en innovatiebeleid naar economische zaken gaat. Van Trier „Ik ben op zichzelf erg verheugd met de eerste aanwij zingen dat de minister die recht- stri i ks verantwoordelijk zal worden gesteld voor weten schapsbeleid. Van Kemenade, van plan is om het ambtenaren apparaat, de hoofddirectie we tenschapsbeleid. te handhaven. En ik heb ook begrepen dat hij dat terrein ook als eenheid wil handhaven Dat geeft in ieder ge val de mogelijkheid om het werk voort te zetten." „Met mijn opmerkingen hbb ik al leen maar uiting willen geven aan mijn opvatting dat het in één hand bij elkaar leggen van deze verantwoordelijkheden, voor de beleidsontwikkelingen een erg belangrijke zaak is Ik ga natuur lijk niet zeggen dat mijn opvol gers het niet goed zullen doen. Ik zeg alleen maar dat het met de voorgestelde verdeling waar schijnlijk allemaal veel moeilij ker zal gaan. Ik hoop natuurlijk van harte dat in het nieuwe kabi net die zaken toch goed voor el kaar zullen komen." Sinds de laatste kamerver kiezingen zitten er 24 vrouwen in de Tweede Kamer: zeven voor de PvdA, zes voor het CDA, vijf voor D'66, drie voor de VVD, en voor PPR, PSP en CPN elk één. Dat is op de kop af 16 procent. Geen percentage om een flinke vuist mee te maken. De vrouw die in 1967 het startsein gaf voor de huidige vrouwenbe weging, Joke Smit, heeft in het septembernummer van het femi nistisch maandblad Opzij een Door Nel van Bemmel strategie uitgestippeld, zodat dat kleine groepje wel.degelijk een vuist kan gaan maken. Uiteinde lijk zou haar strategie moeten lei den tot een sterke vrouwenpartij naast CDA, PvdA, WD, D'66 en de andere politieke partijen. Jo ke Smit is in Amsterdam ge meenteraadslid voor de PvdA geweest. Stapje voor stapje geeft ze aan hoe het tot een vrouwenpartij zou moeten komen. Haar uitgangs punt is dat vrouwen zich op drie grote doelen zullen moeten rich ten. Het eerste is herverdeling van betaald en onbetaald werk. Het tweede: herverdeling van macht, en het derde: evenveel vrouwen als mannen in alle be roepen. Volgens Joke Smits opzet moeten vrouwen in politieke lichamen zoals gemeenteraden, provincie besturen en het parlement met elkaar een „vrouwenfractie" vor men, zonder de partij te verlaten waarvoor ze gekozen zijn. Die vrouwenfractie is een overleg groep, die moet proberen eens gezindheid te bereiken op vrou- wenpunten. Zaken waarover geen overeenstemming bestaat, worden „met wederzijdse hoog achting" ter zijde geschoven, en verder buiten beschouwing gela ten. Overeenstemming Vrolijker zal het toegaan wanneer de vrouwenfractie wel overeen stemming bereikt; Joke Smit stelt zich voor dat de vrouwelijke afgevaardigden in zo'n situatie aan hun mannelijke fractiegeno ten zullen meedelen hoe zij zul len stemmen, en dat zij druk zul len uitoefenen op de mannen om het vrouwenstandpunt te volge- Joke Smit meent dat de fractie niet steeds op de lijn van één bepaalde partij moet gaan zitten. Maar dat lijkt haar ook niet nodig: als het bijvoorbeeld over alimentatie gaat, kiest zij voor het CDA-standpunt. Over de individualisering van belas ting en sociale verzekeringen het WD-standpunt, en over arbeids tijdverkorting de PvdA-lijn. Ze is ervan overtuigd dat vrouwen uit verschillende partijen veel meer met elkaar gemeen hebben dan met de mannen uit hun eigen partij. Ook al zullen die mannen hun best doen de vrouwelijke partijgenotes van het tegendeel te overtuigen. De helft Vervolgens zou Joke Smit de vrou wenfractie een wetsontwerp wil len laten indienen, dat bepaalt dat de helft van de volksverte genwoordiging uit vrouwen moet bestaan. Dat kan natuurlijk niet van het ene moment op het andere, dus zou er een termijn van bijvoorbeeld twaalf jaar moeten worden vastgesteld. Me vrouw Smit vooziet nog wel pro blemen om zo'n wetsontwerp aangenomen te krijgen, maar in elk geval zouden de progressieve partijen en ook de WD het er volgens haar aardig benauwd mee krijgen. En het volgende stadium is dan de oprichting van de vrouwen partij. Joke Smit gaat ervan uit dat de vrouwenzaken in zo'n partijpro gramma voor zo'n 60 tot 70 pro cent van de vrouwelijke kiezers aanvaardbaar zou zijn. En over andere politieke vraagstukken zouden, meent ze, heel wat com promissen te vinden moeten zijn. D'66 heeft immers zijn program ma ook al discussierend vastge steld; dat moet een vrouwenpar tij dus ook kunnen. Joke Smit voorziet één gevaar, na melijk dat er verdeeldheid zou komen tussen de vrouwenpartij en groeperingen als de Rooie Vrouwen in de PvdA. bijvoorbeeld een aantal vrouwen van de PvdA zou overstappen naar de vrouwenpartij. De PvdA mag wat haar betreft boos wor den, als er met de Rooie Vrou wen maar een verhouding van wederzijdse hoogachting en soli dariteit blijft bestaan. Nodig Waarom vindt Joke Smit zo'n vrouwenbolwerk nu zo hard no dig9 Omdat mannelijke politici naar haar mening tot nog toe bar weinig voor vrouwen doen. Af komstig uit de PvdA. spitst ze haar kritiek op die partij toe. In de PvdA. vindt ze. zitten alle maal hoge mannen, die om hun eigen machtspositie veilig te stel len, zorgelijk doen over lage mannen. „Ollie B. van Kemena de, Ollie B. van Dam. Ollie. B. van der Doef', noemt zij ze. En hun leus „spreiding vaii kennis, inkomen en macht" laat te veel onrecht onder de tafel, want de privésfeer blijft buiten beschou wing. En: „Het grote verschil tussen vrouwen dat de meeste dienstbode zijn terwijl een dienstbode hebben". Ze stelt dat er genoeg mannen voor rechtvaardigheid in de verte zijn, in de Derde Wereld, maar mis schien een half procent voor rechtvaardigheid in huis en dicht bij huis. „Met andere woorden: een CDA-feministe is linkser dan 99 procent van de mannen bij de PvdA of de PSP". Zin De vraag die overblijft is hoeveel zin vrouwelijke politici in de plannen van Joke Smit hebben. Op 15 juni van dit jaar leek er heel even zoiets als een vrouwen fractie van de grond te komen: vrouwelijke afgevaardigden van CDA, PvdA. WD. D'66 en PPR gingen met een gezamenlijk ei senpakket naar de - toen nog informateur Lubbers en De Ko ning. Het eisenpakket was volle dig volgens de ideeen van Joke Smit samengesteld: punten waarover geen overeenstem ming bestond (abortus, nachtar beid) waren zonder geruzie bui ten beschouwing gelaten. Maar waren die vijf vrouwen nu ook bereid binnen hun fractie met de vuist op tafel te slaan om de vrouwenpunten aanvaard te krijgen? Daar zag het niet naar uit. De afgevaardigden haastten zich achteraf te verklaren dat het niet om een machtsblok ging en benadrukten de bereidheid tot overleg. De PvdA-woordvoerster (Pijkei Schroder) voegde er aan toe de partijpolitieke verschillen vooral niet te verdoezelen. De soep werd toen dus heel wat kouder gegeten dan Joke Smit hem nu opdient. Misschien dat het artikel in Opzij als opwar mertje kan dienen. Dat zou mooi zijn. want een hechtere eensge zindheid onder vrouwelijke poli tiek is een dringende noodzaak om tot een grotere politieke in vloed van vrouwen te komen. En of dat in de vorm van een vrou wenfractie of van een vrouwen- partij moet. daar zou nu maar eens snel over gepraat moeter gaan worden. Joke Smit drie doelen UTRECHT - Toen Frouke Stoeckart afgelopen zaterdag voor en na haar verkiezing tot landelijk contactvrouw van de Rooie Vrouwen in de PvdA het spreekgestoelte beklom, straalde ze rust en zelfvertrouwen uit. Ze wist de juiste toon te treffen en had meteen contact met de hon derden vrouwen aan wie ze zich presenteerde. Frouke Stoeckart is 38 jaar, heeft twee dochters van zes en zeven, en zat sinds 1978 in de Rotter damse gemeenteraad. Ze haalde de landelijke pers toen ze in de gemeenteraad voorstelde om de klant van een prostituee straf baar te stellen, wanneer die pros tituee zelf ook strafbaar is. Ze volgt nu Pijkei Schroder op bij de Rooie Vrouwen. Frouke Stoeckart had haar voor zorgsmaatregelen getroffen voor de zware dag cjie haar zaterdag te wachten stond: ze had een goede vriendin gevraagd de hele dag aan haar zijde te blijven voor de moeilijke momenten. En die wa ren er ook. Frouke Stoeckart. Want in persoonlijke gesprekken met journalisten komt opeens EMOTIES een heel andere Frouke Stoec kart naar voren: onzeker, naar woorden zoekend, en als wordt doorgevraagd, steeds duidelijker formulerend. Maar voor de zaal houdt ze schijn baar moeiteloos een speech die klinkt als een klok. Ze verwijst naar de politieke opvattingen van de Engelse schrijfster Virgi nia Woolf, die stelt dat het geen wonder is dat het slecht gaat met de politiek, aangezien de mensen met macht een stelletje doven en blinden zijn. Mensen die geen tijd hebben om te zien, en altijd zitten te vergderen. Frouke Stoeckart gelooft dat poli tiek van vrouwen anders moet en kan zijn: vrouwelijke politici moeten tijd voor zichzelf reserve ren en ruimte opeisen voor hun emoties. „Tot nog toe had je eelt op je ziel nodig om je in de poli tiek te kunnen handhaven. Wij moeten nu uitzoeken hoe we kunnen voorkomen in de poli tiek eelt op onze ziel te krijgen". De belangrijkste verandering die de Rooie Vrouwen vergeleken met Pijkei Schroder van haar. kunnen verwachten, noemt ze dan ook: de manier waarop vrou wen zich thuisvoelen in de orga nisatie. Je weer thuisvoelen lijkt Frouke niet alleen prettiger, maar ook noodzakelijk om meer macht te verwerven. Door de huidige werkwijze van de Rooie Vrouwen vallen, gelooft zij, veel vrouwen uit de boot. In de verga dering durven ze hun mond niet open te doen, en door de traditio nele manier van besluiten ne men, voelen minderheden zich uitgeschakeld. ,,We moeten meer nadruk leggen op het gemeen schappelijke, en daar moeten e naar zoeken, zodat we als vrou wen minder uit elkaar gespeeld worden", aldus Frouke Stoec kart. Abortus op de PvdA-ministers moeten uitoefenen, zodat de vaagheden in het regeerakkoord in het voor dcel van \Touwen kunnen wor den omgebogen. Concreet noemt ze deabortus, waarvoor de PvdA een nieuw wetsontwerp zou moeten indienen. De huidige wet vindt ze fundamenteel beledi gend voor vrouwen. Het belang van de strijd voor vrijheid van abortus noemt ze de wettelyke erkenning van het feit dat vrou wen gerespecteerd dienen te worden in de strijd voor hun ei gen lijf en leden. „Vrijheid van abortus is net zo fundamenteel als indertijd het kiesrecht", meent ze. Een ander belangrijk punt voor de komende vier jaar vindt ze de strijd voor mensen die van een minimuminkomen moeten le ven. zoals de „bijstandsmoe ders" „Als de koopkracht van de minima er al op achteruit moet gaan", vindt Frouke Stoeckart. „dan moeten we voor andere din gen zorgen om het de vrouwen in de bijstand wat gemakkelijker te maken, zoals kinderopvang, overblijfmogelijkheden. en meer kansen op scholing en vorming voor volwassenen". Minister Ook Frouke Stoeckart is zeer onte vreden over het ontbreken van vrouwelijke PvdA ministers in het nieuwe kabinet Aan de ene kant verklaart ze dit gemis aan het feit dat sommige vrouwen er voor passen om volgens de hui dige normen in de politiek te gaan. dat wil zeggen ais „emotio neel dood" te moeten functionc- Aan de andere kant wijt ze het aan politieke onzorgvuldigheid van vooral Den Uyl en het partijbe stuur. „Er zyn heel akelige din gen in de fractie gebeurd, waar door vrouwen er niet aan te pas Ze vindt dat de Rooie Vrouwen wel wat duidelijker voor hun standpunten mogen uitkomen binnen de partij en dat ze meer toenadering zouden moeten zoe ken met vrouwen in andere par tijen. Officieel is Frouke Stoeckart 25 uur per weebij de Rooie Vrou wen in dienst. Ze hoopt het Rooie Vrouwen werk gedurende de twee jaar waarvoor ze is geko zen zoanig te bcperkendat ze tyd overhoudt voor haar gezin „Dat deed ik ook al in de gemeente raad. Ik hoop op woensdagmor gen gewoon achter de strijk plank te staan, zodat ik kan ho ren wat er op de radio is Je hebt met dit werk zo gauw dat je al leen nog met je hoofd functio neert en het contact met andere vrouwen verliest En dan is het effect van wat je doet minder".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1981 | | pagina 11