Bernard Sijtsma forceert erkenning Actieverhalen geven boeiend beeld tropen Fuchsia is met „bellen" getooid Kind-koning Matthijsje Thriller voor twee camera's WOENSDAG 9 SEPTEMBER 1981 PAGINA 13 Het komt nogal eens voor dat schrijvers wier naam of werk niet ieders boekenplankje tooit, tenslotte alle hoop op Roem en Geld laten varen. Zij worden gewoon weer huis-aan-huisbladjournalist of lopen in de WW, net als ge wone mensen. Anderen grij pen naar grovere middelen om het dommelende lezers volk te wekken. Plagiaat is zo'n methode, al leidt die gewoonlijk alleen tot galg en rad. Vreedzamer en beslist succesvoller kan het zijn de aandacht op je te ves tigen door luidkeels blijk te geven van Vriendschap met een Wèl beroemd Schrijver. Een slijm- en likmethode die niets dan walging dient te wekken bij fatsoenlijke men sen. Het is dan ook niet zon der mokken te constateren dat deze tijgersluipgang naar erkenning de auteur Bernard Sijtsma dichter bij zijn doel heeft gebracht. Vele fans van Gerard Reve zul len zich het boekje Lieve Ge rard aange^haft hebben, een bundel "Brieven aan Ge rard Reve 1965-1980" van de hand van Sijtsma. Zoals ge bruikelijk liegt de achterflap: "Door de brieven van Bernhard Sijtsma heen ontslaat er een beeld van de Volksschrijver Gerard Reve dat verrassend anders is. De brieven tonen evenzeer aan dat Sijtsma een schrijver is die gelezen moet worden". Een leugen? De eerste zin beslist wel: Reve blijft - mede door het ont breken van zijn antwoorden op Sijtsma's epistels in het bundeltje een uitermate schimmige figuur: hoogstens geeft hij blijk van een warme en gulle inborst door zijn ho- mosexuele kunstbroedertje toestemming te geven via hèm. Reve. enige klandizie te werven. Maar dan: is Sijtsma een schrijver die gelezen moet worden? Vooruit, een onbekommerd jawel. Hij is een glibberik en een gladja nus, maar en dat redt hem van hel en eeuwige verdoe menis - hij kan prima schrij ven. Zijn brieven zijn zeer leesbaar, vaak geestig, soms onbeschaamd in hun vertoon van vastklampen aan Reve's Roem en getuigen uiteinde lijk (gelukkig) van ontwikke ling. zelfstandigheid en vrije literaire aspiraties. Sijtsma's laatste brief heeft iets van verantwoording en ver ontschuldiging. terwijl ze ook enig licht werpt op de rol van de uitgever. Peter Loeb: "Omdat ik niks beters te doen had. je hebt van die 'eb-perio- des'. je weet wel. dan komt er mets zinmngs tevoorschijn, hoe je je ook inspant, ben ik eindelijk eens mijn brieven aan jou (vanaf '65) gaan or denen. Kladachtige afschrif ten. fragmenten her en der., en puinhoop. Ik wist dat alles nog compleet was, maar moest het eerst aanpakken, eer ik dat ook bewezen kon achten. Alles gaan uittypen, zodat het naar behoren on dergebracht kon zijn. Voor wie? Waarom0 Bij het corri geren dacht ik. al lezende: 'Verrek. Het geheel laat zich waarachtig als een roman le zen. Aangezien hij toch te betrokken is om objectief te kunnen oordelen, besloot ik het aan Peter Loeb te sturen. Wel. hij was uitermate ver rast. noemde het 'een ontroe rend document' en had er ook 'een heel andere kijk op Reve door gekregen'. Zou hij de mens achter de auteur bedoe len"? Dat is pas werken aan je carriè re: anderen gebruiken om ho gerop te komen en dat open lijk toegeven, zo de critici vóór wezend. Een gelijke po litiek. maar (nog) geen akte van békwaamheid. Die mag gul toegekend worden na lezing van de eveneens door Loeb verstrekte bloem lezing "verhalen die Bernard Sijtsma in de loop van een tiental jaren heeft geschreven en waarvan de beste nu zijn bijeengebracht in de verza melbundel As en Regen". Al dus Johan Polak in een voor woordje. Uitstekende verha len. zoals ik ze niet vaak lees in onze letterkunde. Stijl en zinsbouw zijn bijzonder hel der. de gegevens autobiogra fisch en m een prettige chro nologische volgorde. Het is moeilijk uit de verhalen, overwegend homosexueel getint, een favoriet te kiezen: een plusje of minnetje daar gelaten halen alle een kwalifi catie van "ruim voldoende" tot "zeer goed". Hoewel Reve het le verhaal. De tuin van de man heit "schier su bliem" noemt, reikt mijn voor keur naar het fraaie Een liefde in Leeuwarden. In deze langere vertelling worstelt hoofdper soon Harm met zijn homosexue- le voorkeur. "In bed was nog steeds die Ita liaanse jongen op zijn netvlies, wilde hij zich bevredigen, maar durfde niet. omdat er inderdaad niets anders was dan die film jongen. Als hij zich rustiger voel de. maakte hij geen bezwaar te gen het beeld van Tarzan of een Romeins soldaat. Maar nu wilde hij niet. De werkelijkheid wilde hij. en die was anders. Er moest toch een meisje bestaan dat hem begreep en hem zou openbaren wal het betekende verliefd te zijn op een vrouw", (p.43) Verderop ontstaat dan een veelbelovende relatie met Margje, maar zonder effectuering op het sexuele vlak omdat Margje vermoedelijk niet 'durft'. Waarom niet? Is zij ook homosexueel? Wilde zij even eens - met behulp van Harm - het tegendeel bewijzen? Het ver haal heeft een merkwaardig open einde en biedt geen uit sluitsel: des te knapper. Het is dat de ruimte mij hier ont breekt anders was ik met genoe gen op meerdere verhalen inge gaan. zoals op het treurig/humo ristische CPN-familieverhaal Migratie of het prachtige en tra gische Hoop op herstel. Ver bluffend goed werk van een schrijver die - voor deze ene keer met recht - naar dubieuze middelen heeft gegrepen om be wondering af te dwingen. Bij de ze dan. Bernard Sijtsma. Lieve Gerard. Brieven aan Gerard Reve965- 1980. Uitg. Peter Loeb, Amsterdam 1981. Bernard Sijtsma. As en Regen. Uitg. Loeb. Amsterdam 1981. ROB VOOREN Bij Nijgh Van Ditmar ver schenen dit jaar de boeken Vlucht voor de dood van C. van Heekeren en De Trinita- ria van C. Goshnga. Span nende lezenswaard me verha len met lokale en historische details, over Nederlanders in onze voormalige tropische gebiedsdelen. Goshnga plaatst zijn 1U verna- len op Curacao. Deze kunst historicus was vijftien jaar le raar aan het Peter Stuyvesant College, een roemrucht ly ceum op Curacao, dat onder zijn vaak zeer kundige, soms excentrieke leraren o.a. Frank Martinus Arion. Bou- kema en Armand Lee telde: oud-leerlingen van PSC zit ten op allerlei plaatsen in on ze maatschappij. Witte Lakens heet een schets van een doodziek jochie: "Maai." waren zijn laatste woorden. "In de hemel lopen we allemaal met witte lakens. Niet waar. Maai"' Ook ne gers". Rum gaat over het ver voer van een lijk. De samen hangende verhalen over een barre varkensfokker lijken in Hollandse ogen misschien onwaarschijnlijk, maar de Curacaose kranten (en juri sprudentie) bevestigen ge beurtenissen die in ons nuch tere vaderland ondenkbaar zijn. Enige invloed van Antil liaanse schrijvers als Debrot en Van Leeuwen blijkt uit Michaela en het titelverhaal De Trinitaria. Onder die "boom" vindt de ont knoping plaats. "Nergens op het hele eiland had ik ooit zo'n geweldige trinitaria ge zien: nooit zag ik een boom die zo overvloedig bloesemde als de tijd van het jaar daar was." De breed vertakte boom komt steeds terug in het verhaal, en dat mag ook wel. want het is een bota nisch wonder, vrees ik. De trinitaria - vaker bougainvil le genoemd - is een stekelige heester, die als klimplant en zelfs als heg wordt aange plant. Misschien heeft Gos hnga de flamboyant be doeld'' Dan klopt verder al les. Deze verhalenbundel lijkt genuanceerder dan Gos- linga's verhalen die eerder ondr de titel De Bullepees verschenen, daarin schaften een paar dames zich o.a. een mannelijke harem van ne gerslaven aan. Van Heekeren C van Heckeren's Vlucht voor de Dood behandelt de tocht van een aantal Nederlandse vrouwen door het binnen land van Borneo. De Japan ners zijn geland, een luite nant leidt hen naar Long Mo- dang. Van Heekeren is een indoloog. die als bestuurs ambtenaar op Sumatra werk zaam was. toen de oorlog uit brak. Hij maakte als krijgsge vangene een wekenlange mars door de rimboe en werkte aan de Pakan Baroe- spoorweg. Grote waardering kregen zijn documentaire boeken Het Pannetje van Oliemans en Batavia seint Berlijn. Daarbn wordt ook Trekkers en Blijvers (1980) vermeld. De stof voor dit laat ste boek behandelde Van Heekeren al eerder in zijn verslag omtrent Long Na- Ditmaal kiest hij voor een ver dichting die op een histori sche roman gelijkt. Petra van Doorn, de contro leursvrouw. knap en slank in haar kakhipak, zag hoe An nie Weinberg, de jonge Indi sche onderwijzeres, haar gro te donkere ogen doordrin gend op het gezicht van de blonde luitenant richtte en zwaar op zijn arm leunde. Hij torende uit boven zijn om geving en leek alles met zijn grijze ogen op te nemen. Naast Beelaars stond John Dans. de sergeant, zijn knap pe. Indische gezicht geheven naar de luitenant, in afwach ting van diens bevelen. Har troerend. volgens mij is die blonde, luitenant ook niet le lijk. Vijftien hoofdstukken belopen een periode van 8 maanden in 1942 plus een afronding in november 1945 Het hetero gene gezelschap vindt na een lange mars door de rimboe in Long Modang een toevlucht soord. In juni 1942 voegt zich een gezelschap Engelsen bij hen. In hun onderlinge con flicten komen allerlei aspek- ten van de vooroorlogse kolo niale mentaliteit naar voren Een Japanse patrouille over valt hen en moordt eerst de mannen, dan de vrouwen en kinderen uit. De enige overle vende is de brigadier Van Campen. die met een Dajak- meisje in een ladanghuisje is getrokken. In 1945 tracht hij Tarakan te bereiken om weer contact met de beschaafde wereld te krijgen. De zeden van de Dajaks. de Japanse opvattingen en de onderlinge relaties van de vluchtelingen worden onderhoudend be schreven Als de jonge abonnee, die m maart en mei belde, weer zou vragen: "Ja. maar is dat nou hoge literatuur?" Wat dan te zeggen^ Noch Goshnga. noch Van Heekeren hebben met hun boek een indringende hoogliteraire creatie beoogd. Ze hebben een grondige ken nis van hun onderwerpen en weten die boeiend, soms snaaks, te brengen. Zowel De Trinitaria als Vlucht voor de Dood zullen beslist gewaar deerd worden door lezers, die belangstelling hebben voor de beschreven plaatsen en si tuaties. Tot slot Hugo Raes schrijft me naar aanleiding van de be spreking van Het Jarenspel, dat een penis wel degelijk kan breken. Twee urologen/ hoogleraren bevestigden dit; het komt zo'n twee maal per jaar voor bij mensen "die nogal originele standjes uit proberen"; eh, heren? Voor zichtig. hè BOUKE JAGT Cornells Ch. Goslinga. De Tri nitaria, 25.50 C. van Heeke ren. Vlucht voor de dood, 29,50. Nijgh Van Ditmar, 's-Gravenhage, 1981. Het is nog maar een dik half jaar geleden dat ik na het le zen van twee thrillers van de Amsterdamse journalist Joop van den Broek in deze rubriek opmerkte dat er van mij meer verhalen mochten volgen Ik was nogal gechar meerd van de wijze waarop hij zijn spannende histones in elkaar had gezet Prompte bediening nu reeds ontving ik van zijn Alphense uitgever een nieuw geestesprodukt Uiteraard weer een thriller. En weer wordt daarin de hoofdrol vertolkt door de zwierige fotograaf Lex van der Tuvn Walema. Een man overigens die meer bezeten is van het ontrafelen van moordzaken dan van het schieten van plaatjes. Ieder zijn meug Maar deze Lex blijft ditmaal dichter by huis In vorige boeken van Joop van den Broek opereerde hij in Indo nesië of in Spanje. Dat zorgde voor een aparte entourage, die in deze nieuweling node heb gemist. Trouwens, hoewel ik tot de fans van Joop van den Broek mag worden gerekend, moet ik zeggen dat deze "Thriller r twe mij c tikkeltje heeft teleurgesteld. Het verhaal is wel weer goed verteld, maar er is beduidend minder actie en de ontkno ping ziet men al mijlen tevo ren aankomen Niet elk schot kan de roos raken. "Thriller voor twee camera's". Joop van den Broek, uitg. Sijthoff 13,50). KOOS POST Doemdenkers en onheilsprofe ten kunnen hun hart ophalen aan de roman 'Avondland' van de Noor Knut Faldbak- ken. In kleurrijke beelden schildert deze jonge auteur de ondergang van een glo rieuze consumptiemaat schappij, gesymboliseerd in de stad Sweetwater. Een we reldstad waarin het maat schappelijk leven langzaam maar zeker ontaardt in een chaos. De individuele vrij heid wordt opgeofferd aan steeds ingrijpender maatre gelen om te redden wat er te redden valt. De meeste bewo ners accepteren alles gelaten. Zo niet de architect Allan Ung. De afbrokkeling van de wel vaartsstaat stimuleert Allan nieuwe wegen in te slaan. Sa men met zijn 18-jarige vrouw Lisa en zoontje Boy vestigt hij zich op de Stort, een gi gantische vuilnisbelt vlakbij Sweetwater. Daar, temidden van afgedankt huisraad, or ganisch afval en roestige au towrakken, hoopt Allan alles te vinden om in leven te blij ven. Hij blijkt niet de enige te zijn die er zo over denkt. De Stort herbergt een bont ge zelschap mensen dat door de buitengewone omstandighe den wordt gedwongen in een redelijke harmonie samen te leven. Een leven dat lijkt op een 'terug naar de natuur'. Remmingen opgelegd door de maatschappij vallen van Allan af. Waarden en normen - het vernislaagje van de be schaving - maken plaats voor de oerwet: doden of gedood worden in de strijd om het bestaan. Maar wat Allan en thousiast als 'natuurlijk' be stempelt is in feite leven in een schijn-natuur, een kari katuur van de consumptie maatschappij. Hij blijft in sommige opzichten een wel vaartskind. De ontmanteling van het socia le leven weet Faldbakken suggestief te beschrijven, al gaat zijn beeldspraak soms wel eens te ver. Het leven op de Stort wordt beheersd door felle hartstochten en emoties, beleefd met een intensiteit waarin ook de seizoenen - schroeiende hitte afgewis seld met stortbuien - schijnen te delen. 'Avondland' is het eerste deel van een grote 'ecologische' roman, deel 2 is nog niet ver taald. Volgens de uitgever bleek het niet haalbaar beide delen gezamenlijk uit te brengen. Het vormen van een totaalbeeld moet nog even wachten, er kan alleen een tussenbalans worden opge maakt. Aan 'Avondland' ligt een som bere levensfilosofie ten grondslag. Faldbakken geeft de mens die zijn eigen lot in handen neemt niet veel kans van slagen. Van de stille wens van vele - als het straks écht rot gaat in de wereld je rustig terugtrekken op een stukje grond en geheel 'self supporting' leven - laat de au teur ook de complicaties 'Weet je hoeveel r stad wonen? Kun je even uit rekenen hoeveel bouwland er nodig zou zijn, als iedereen zich de luxe zou permitteren om op het land te wonen, te leven van de opbrengst en verder niks? Je kan vast en zeker ook niet vertellen wat we moeten doen met die ne gentiende van de bevolking waar eenvoudig geen plaats voor is in het natuurlijk pa radijs', houdt de cynische Stortbewoner Smiley een op timistische Allan voor. Misschien geeft het tweede deel van deze roman een ant woordt op deze vraag. Avondland, Knut Faldbakken, vert. Per Jordal, uitg. Else vier, prijs f 27,50. MARGOT KLOMPMAKER 'Als ik koning was, dan zou ik....'. De droom van ieder kind wordt werkelijkheid voor prins Matthijs. Als ko ning Matthijsje de Eerste moet hij een groot rijk bestu ren op een leeftijd waarop ie der ander kind in de school banken leert lezen, schrijven en rekenen. Een keur van ministers staat de kind-koning terzijde om hem van advies te dienen, maar al gauw heeft Matthijs door dat ze hem bedonderen. 'Ze zien me niet voor vol aan', reali seert hij zich. Hij doet zijn mi nisters verbaasd staan door zich te ontwikkelen tot een krachtige figuur die zich niet zomaar opzij laat schuiven. Matthijs ontwikkelt grootse plannen: er moet een kinder- parlement komen. Verder is Matthijs voorstander van ge lijke rechten voor kinderen en volwassenen. Maar hij wil te veel in te korte tijd. Zijn hervormingen storten het land in chaos en zijn eigen le ven hangt aan een zyden draadje. 'Koning Matthijsje de Eerste' is een boek van de in 1878 ge boren Poolse arts Henryk Goldszmyt. Een man met vooruitstrevende opvattin gen over de relatie kind-vol wassene. Goldszmyt wees op de eigenwaarde van elk kind en zijn recht als volwaardig mens behandeld te worden. In de Tweede Wereldoorlog is deze arts-schrijver omge bracht in het concentratie kamp Treblinka. Goldszmyt schreef 'Koning Matthijsje' onder het pseudoniem Ja- nusz Korczak. Het boek werd vertaald en van een inleiding voorzien door Benjamin Gij zel. Goldszmyt's opvattingen over de verhouding kind-vol wassene vormen de basis voor dit verhaal. Gelijke rechten, medezeggen schap en medeverantwoorde lijkheid kunnen niet van de ene op de andere dag tot stand worden gebracht Dat wordt Matthys door de prak tijk pijnlijk duidelijk ge maakt. Er moet. vooral bij volwassenen, eerst een men taliteitsverandering plaats vinden, die voorbereidend werk verricht Goldszmyt-Korczak weet zijn pleidooi voor beter begrip tussen kind en volwassenen aantrekkelijk te verpakken. Zijn verhaal houdt het mid den tussen fantasie en reali teit Hy beschrijft op een hu moristische. boeiende ma nier de machtsverhoudingen, politieke belangen en het spel van onderhandelen ge zien door de ogen van een kind. De perikelen rond Matthijs be slaan meer dan 240 dichtbe drukte pagina's. Dat is vrij fors voor eau jeugdboek, maar de inhoud is de moeite waard. Ook voor volwasse nen. Jammer dat het boek nogal abrupt en dus onbevre digend eindigt In het na woord wordt verwezen naar een tweede deel. maar het is onduidelijk of dit zal worden uitgegeven. Koning Matthijsje de Eerste, Janusz Korczak, uitg. Else vier, f24,90. MARGOT KLOMPMAKER Doorlopende voorstelling - Ivan Wolffers. Uitg. Bert Bakker, f27.50. De toestand van de wereld - Kidron Segal. Een politieke atlas. Informa tie wordt gerangschikt naar onderwerp en overzichtelijk in kaart gebracht. Onder werpen o.a. bewapening, economie, arbeid, onder wijs. religie, kernenergie, politieke macht enz. Uitg. Bert Bakker. I 34.51». Truik.i - A di n Iimil.i.ird Omnibus met drie romans van Den Doolaard De druiven plukkers. De herberg met het hoefijzer Orient Expres Uitg. Querido, f 37.50 Opperlandse taal en letter kunde - Battuv Uitg Querido. f79.- Bouke. leven en dood met he roine - De Bie Van Dijk Mo lenaar. Het boek op basis van vijf VA RA radioprogramma' ver flood van een aan heroïne verslaafde tongen. lUitg. Sijthoff. f 17.50 11 m h u lat k mm Uitg Mculenhoff. f 13.90 D "aroara Beu herman. UilR Krcc Spint, f 26.50 In afwachting van stormen Bertolt Brecht Uitg. Mculenhoff. f26.50 Wereld van een lappenpop' Sprookjes in lapjes. Talloze suggesties voor appli- ceren met lapjes stof. voor- n van patronen en kleurrij- Uitg Thiemc. f 22.50 p.d. Kinderboeken: Kai-To. het zingende olifantje. Uitg Hollandia. f 19.50. Belfloor en ISnnnevu en het /i ii i. letee/Dcn neg ui In VBonMtI» Ihl.le brund. Avonturen van twee Uitg. Van Goor' f 11.90 p.d. haag worden toegepast, wat echt wel een leuk effect geeft. Kunnen al die andere fuchsia's dan niet in de tuin? Zeker wel, maar 's winters moeten we ze binnen halen. Het zijn werkelijk ideale planten om op een terras te zet ten of op een balkon! Daar heb ben ze de ruimte en u kunt ze van alle kanten bekijken en... onder houden. Want u doet er goed aan de uitgebloeide bloemen eruit te knippen, tenzij u de bessen wilt zien. Voor het vermeerderen zijn die niet nodig, want de fuchsia laat zich gemakkelijk stekken. Daarvoor zijn de maanden au gustus en september gunstig, hoewel februan-maart ook mo gelijk is. In het laatste geval krijgt u niet zulke forse planten die echter wél nog dezelfde zo mer bloeien. Als stek knipt u een kruidachtig scheutje af van zo'n 8 cm lengte. Laat er drie blaadjes aan Het steeltje doopt u in een poeder dat de wortelvorming bevordert, al vorens u het in de „grond" steekt. Die grond bestaat uit een mengsel van 2 delen turfmolm en 1 deel rivierzand; dat heet stekmedium. Fuchsia-stek zet u vooral niet in de zon, wél in 't licht en liefst onder een plastic kap of folie tegen het verdampen. Na een week of drie moeten de stekjes in een grotere pot. Gedurende de winter houdt u de fuchsia-plantjes bu zo'n 10 graden Celsius over. De uitge bloeide grote planten snijdt u wat terug om ze eveneens op een koele, lichte plaats binnen te la ten overwinteren. De grond kunt u betrekkelijk droog houden, maar in het voorjaar flink mest en veel water geven. Een fuchsia-op-stam is een decora tief element, dat overal past. Maar niet de hele dag in de volle zon zetten. Voor enkele tientjes te koop. Zo'n hoogstam kunt u ook zelf kweken door het eerste jaar de zijscheuten naast de stam weg te nemen. Het tweede jaar knijpt u de top uit de stam en u kort de zijscheuten herhaaldelijk in. zodat zich een kroon vormt. Erg leuk. Bekend zijn ook de hangfuchsia's die in speciale manden (ca. f 10) aan de pergola kunnen worden gehangen. Wel goed water geven en als ze bloeien, die fuchsia's ook regelmatig plantenmest toe dienen. Dan bljjvcn ze bloeien. Vallen knoppen of blad af dan staan ze of te droog, of ze krijgen te weinig licht. De fuchsia heeft vele vrienden. Die hebben zich verenigd in de Ne derlandse Kring van Fuchsia vrienden. (mevr. H. Wit-Njjhuis), Oranje Nassaulaan 32 te Biltho- ven. Zij kweken en experimente ren en kunnen u met raad en daad terzijde staan, als u iets wilt weten. Fuchsia, een vrolijk gezicht in de tuin Bellenjan. zoals de fuchsia ook wel toepasselijk wordt genoemd - of bellenplant - houdt ervan in zijn eentje te pronken met zijn bijna exotisch aandoende bloemen. Die bestaan heel vaak uit ver schillende gekleurde kelk- en kroonbladen waaruit meeldra den én een eigenwijs lange stam per steken, die voor fraai kant werk zorgen. Een heel bijzonde re plant die zowel als kamerplant als in de tuin tot zijn recht kan komen. Om te beginnen: de fuchsia in de tuin. Als perkplant voldoet hij meestal niet. Dat komt voort uit zijn bouw die in groepsverband wat warrig overkomt. Maar in zijn eentje kan hij bloeiend zeker onze aandacht trekken en die verdient hij ter dege. Er zijn fuchsia-hybriden die spe ciaal voor de tuin zijn geschapen, zoals fuchsia magellanica. In een halfschaduw hoekje voelt hij zich het beste thuis. Daar laat hij u genieten van een „waterval" van rode bloemen. Er zyn ook rassen met de van de kamerplan ten bekende rood wit en rood- violet combinaties. Hoewel deze tuinfuchsia's vaak winterhard worden genoemd, kunt u ze toch beter met stro of blad afdekken bij vorst. Vermel denswaard is nog dat ze wel als

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1981 | | pagina 13