,Een diploma is niet écht' Reportage 6SZE238 Het is goed toeven aan zijlijn van'n mars .JsJLi DONDERDAG 23 JULI 1981 PAGINA 11 Door Miep de Graaff en Olaf Hoenson Foto's W ini Dijkman j Dubbelaar en de heer Bet- Eerste vier daag se-lustrum voor de Warmondse gebroeders Van Leeuwen Majoor Stam plus echtgenote: smokkelen met schoeisel Lotgevallen van streekgenoten bij de vierdaagse NIJMEGEN/LEIDEN Tussen 19.443 sjokkende, strompelende, sjouwende en marcherende deelne mers aan de 65-ste vier daagse bevinden zich ook ettelijke inwoners van de ze regio. Wat bezielt ze, om vier dagen lang een eindeloos aantal kilome ters af te leggen in ruil voor een certificaat (30/40 km per dag) of een heuse medaille (50 km)? Een antwoord op die vraag is dezer dagen te krijgen langs het par cours rond Nijmegen. Sommige toeschouwers nemen er speciaal een stoel voor mee. Want het meest populaire Nederlandse wandelfestijn is niet alleen leuk om te belijden, maar is minstens ook een blik vanaf de zijlijn waard. uit. "En ze hadden gezegd dat ik het lopen wel kon vergeten. Nou, u ziet het." En de doorsnee wandelaar waar deert de aanwezigheid van het publiek. Soms maakt dat het lij den gemakkelijker. Een andere keer dient een praatje met ie mand in de berm als een goed ex cuus om even uit te blazen. Dat geldt evenzeer voor de streek genoten in het bonte gezelschap der vierdaagse-lopers. Maar al te graag blijken zij bereid het thuis front te informeren over het wel en wee in en rond Nijmegen. Een enkele deelnemer is zelfs bereid zi.jn blaren te tonen. Dat hoeft nou ook weer niet. "Waarom ik het doe?" Leiderdor per majoor Van Duuren stelt die wedervraag oprecht verbaasd. "Nou, omdat het zoiets móóis is hier. Je vormt een éénheid met elkaar, terwijl je wildvreemden bent. Maar ik sleep dan ook ie dereen met me mee onderweg Ritme Dat is duidelijk. Want Van Duuren wil best even praten, maar -als één van de weinigen wandelaars- al lopende. Stilstaan, daar begint hij niet aan. "Dan is je ritme er meteen uit hè" zegt zijn maat, Sassenheimer De Vries, ietwat vergoelijkend. Meer tijd voor een praatje neemt de Alphense Astrid Haverkamp van Schooien. Zij blijkt het leven van de zonnige kant te zien. Na een dag lopen is zij niet vroeg on der de wol gedoken, maar heeft zij zich in het feestgedruis ge stort. Last heeft ze daar nu. de tweede dag. niet van. "Die fees ten horen er toch ook bij? En ik loop gewoon door. Ik ben niet stijf. En ik plak mijn voeten van te voren af met pleisters." Bo vendien is er dat zakflesje, waar uit ze af en toe een slok kan ne men als ze een opkikkertje nodig denkt te hebben. Een gerichte boodschap heeft Lei derdorpenaar Dekker. Na zich ervan te hebben verzekerd "die mensen van de krant" voor zich te hebben vist hij een briefje uit zijn zak. Dat blijkt een bedankje te zijn voor de medische staf van de afdeling 4A van het Elisabeth- ziekenhuis. zonder wie hij zijn vijftiende vierdaagse niet (meer) had kunnen lopen "Ik heb een hernia-operatie gehad" legt hij Verrassing Onder de vele deelnemende mili tairen (of liever: geüniformeer den) bevindt zich ook luitenant Van Dorp uit Leiden. Veertig ki lometer loopt hij, maar daar blijft het niet bij. Als rechtgeaard mili tair zeult hij ook nog eens met tien kilo bepakking, in de vorm van zakjes zand. Hij loopt alleen. "Zodra je sergeant bent of hoger mag dat" legt hij uit. Over blaren bekommert hij zich niet. Hoewel het voor hem telkens weer een verrassing blijkt om te zien hoe zijn voeten er na een dag lopen bijstaan. Een wat hoger geplaatste militair loopt samen met zijn vrouw. Om dat zijn 'legerkisten' na een dag vol regen doorweekt waren loopt majoor Stam in zijn 'survival boots'. Hij smokkelt dus een beetje, en geeft dat verlegen toe. Uit Warmond komen de drie ge broeders Van Leeuwen. Ze vie ren hun eerste vierdaagse-lus- trum. Al vijfjaar lang offeren zij een deel van hun vakantie op om in vier dagen 200 kilometer te voet af te leggen. En daarbij blijft het niet, want de heren maken de tocht Warmond-Nijmegen w per fiets. Ze zijn niet te stoppen. "Nee, dan moet er heel wat ge beuren. Je kunt het toch niet ma ken om op te houden?" zegt één van het drietal. En dan arriveert Rob Zandbergen, een 22-jarige beroepsmilitair uit Leiden. "Dus is lopen voor mij geen probleem" zegt hij opge wekt. Evenals de meeste buiten landse militairen, ruim vertegen woordigd. is Rob ondergebracht in het kamp Heumensoord. Of het daar gezellig is? "Ja. we heb ben wel lol 's avonds. Vooral de Zweden, want die drinken zich hier vol. Dat is wei te begrijpen, want alcohol is in Scandinavië niet te betalen" aldus Rob. Tussen de stroom voetgangers valt af en toe een fietser waar te ne men. Éen van hen is de Zoeter- woudenaar Vink. werkzaam op een Leids postkantoor Voorop zijn fiets is een grote kist beves tigd waarop het embleem van de Nationale Reserve pronkt. Vink's taak is het om een ploeg van 39 man aan de gang te hou den. En daarvoor is de praktisch complete huisapotheek in die kist onontbeerlijk. Vink krijgt na afloop, alhoewel hij zijn kilome ters deels fietsend aflegt, toch een medaille. Voor zijn verzor gend werk, maar ook vanwege het feit dat hij meer loopt dan fietst. Af en toe tracht een over vermoeide wandelaar, vertelt Vink, bij hem achterop te sprin gen. Maar met zo iemand maakt Vink korte metten. "Nee. want dan trek ik z'n startkaartje van z'n jas en dan is 'ie uitgevallen." Verkocht Een leuke combinatie vormt het Katwijks-Lissese wandelpaar Beltgens/Dubbelaar. In het dage lijks leven zijn ze kennissen van elkaar Het enthousiasme dat de Katwijker over de vierdaagse tentoonspreidde stak ook me vrouw Dubbelaar aan. Vandaar dat ze met hem meewandelt. Want: "Het wordt een ziekte. Als je éénmaal hebt meegedaan ben je verkocht" vertellen ze, elkaar afwisselend. "Zo'n laatste avond, dat maak je nergens mee. Dui zenden mensen zitten op terras jes. Er is geen verkeer in de Nij meegse binnenstad. Er spelen al lerlei orkestjes. sommen ze op. "En iedereen vindt elkaar." zegt de heer Beltgens. "Moet je na gaan, ik liep hier in '66 voor het eerst. En nu nog zijn er mensen die ik dat jaar heb gezien, die me kennen en een praatje maken." Zo tevreden als het tweetal is over de sfeer, zo ontevreden is het over de bijna traditionele acties tegen de aanwezigheid van dui zenden militairen op de vier daagse. "Want vergeet niet dat deze wandelmars van oorsprong juist een militaire mars is. Maar die actievoerders houden zich gelukkig rustig" aldus mevrouw Dubbelaar. De Alphense politieman Kees Duin (25) loopt alleen. Zijn colle ga's, ene 'Hans' en een zekere Piet Vink. is hij even uit het oog geraakt. Het is Kees' tweede vier daagse. De eerste liep hij niet uit. "Ik had toen helemaal niet ge traind. dus dat ging helemaal niet." Piet heeft de zaken dit jaar serieuzer aangepakt. Hij liep in totaal 150 kilometer als training en lijkt daar nu profijt van te hebben: de 50 kilometer legt hij tot dusver af zonder een centje pijn. "Nou. een klein blaartje dan" geeft hij toe. De Koudekerker Dick de Jong heeft duidelijk meer klachten. "Opgerekte kniebanden" ver klaart hij, een passend pijnlijk gezicht trekkend. Ook hij pikt de maximale afstand van 5(Tkilome- ter. "30 of 40 is niet echt. tenmin ste, dat zeggen ze."Waar De Jong op doelt, en die mening wordt die dag vaker verkondigd, is dat de felbegeerde medaille slechts wordt uitgereikt aan lopers van de 50 kilometer. De overigen ont vangen een certificaat. "En een diploma is niet echt" zo oordeelt de Koudekerker. "Maar een eind is het wèl, die 50 kilometer, 's Morgens vraag ik me steeds weer af waar ik aan begin. Als je 's avonds klaar bent dank je God op je blote knieën. Nee. ik lig om half negen op bed. Als je alle feesten afloopt kun je de volgen de dag toch zeker niet lopen. Hij heelt er speciaal een nieuw trai ningspak voor gekocht, dus moet Leidenaar Peter Klein op de foto. Pontificaal gaat hy dan ook staan. Veteranen De 'ouwe getrouwen' mogen in dit verhaal ook niet ontbreken. Zo als mevrouw Leemans bijvoor beeld. Drie-en-zeventig jaar oud en voor tie 23-ste keer de vier daagse lopend. Ze hoopt de 25- ste editie nog te halen Dit jaar heeft ze ook mynheer Lan, ook een oud-gediende,weer ontmoet. Samen halen ze herinneringen op. "Vroeger werd er meer ge- zóngen dan nu" vertelt mevrouw Leemans nostalgisch. En tenslot te roept veteraan Schipper, een 77-jarige Noordwyker. uit "Ze zeggen altijd over me: de jonge hond is er ook weer." En dat kan kloppen, want Schipper loopt zijn 23-ste vierdaagse als een kie vit. Dick de Jong uit Koudekerkde voeten omhoog tegen de opgerekte kniebanden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1981 | | pagina 11