De achteruitg van de stilsta P&l# Vier jaar sociaal-economisch beleid onder Van Agt: „Flankerend beleid" bleef uit Doelstellingen bestek'81 Stand van zaken sept. '80 Stand van zaken mei'81 as; jJ-11 CDA ZATERDAG 23 MEI 1981 i het bedrijfsleven hebben zich - de collectieve lasten zijn niet verder toegenomen - de koopkracht wordt gehandhaafd voor inkomens tot modaal, zo mogelijk tot tweemaal modaal het aantal werklozen is opgelopen tot 280.000 het financieringstekort bedraagt 5.75% herstel van de rendementen in het bedrijfsleven is uitge.bleven de druk van de collectieve lasten is toegenomen de koopkracht van de minimunkomens wordt niet gehandhaafd - het aantal werklozen is opgelopen tot 330.000 - het financieringstekort nadert de 8% - het aantal faillissementen in het bedrijfsleven, is in het eerste kwartaal met vijftig percent toegenomen, na in de laatste vier maanden van '80 al een onrust barende stijging te hebben doorgemaakt - Alle minima hebben geld ingeleverd. Krepeerge- vallen wordt een extra uitkering in het vooruitzicht gesteld, echter onvoldoende om de koopkracht vei lig te stellen m Samen mw aan. —y J t werk 'ii van agt Het meest gedesillusio neerd was Albeda zelf. De voormalig CNV-econoom drie jaar eerder aange zocht om als minister van sociale zaken het kabinet Van Agt van een "maat schappelijk draagvlak" te voorzien, maakte vorig jaar september bij de pre sentatie van de miljoenen nota geen geheim van zijn machteloosheid. "Tegen woordig", zo zei hij, "ziet men kans het werkelijk over alles oneens te zijn". Met de laatste begroting had het kabinet Van Agt dan ook niet één gunstige reactie weten uit te lokken. Vakbeweging en opposi tie, die vonden er natuurlijk van meet af aan al niets aan. Ook de werkgevers zagen er toen al ge ruime tijd geen gat meer in. Maar zelfs de "onafhankelijke" advies organen kozen voor niets-verhul- lende commentaren. De Neder- landsche Bank bespeurde in het stuk "geen bouwstenen voor een gewenste structureel andere koers" en de Raad van State, die zich voor het eerst in het open baar mag- uitspreken geeft het kabinet een onvoldoende en vindt dat "de problemen naar 1982 worden verschoven". Kranten vatten die kritiek kern achtig samen onder kopjes als. "Puinhoop", "Mismoedig", "On macht regeert", "Klemgereden", "In de versukkeling", "Krachte loos en moe". Na die veelbesproken laatste be groting blijkt het kabinet zijn toch al beperkte krediet te heb ben verspeeld. In de eigen gele deren is de neiging tot een agres sief verkoopbeleid tot' een op merkelijk minimum gedaald. Van der Stee (Financiën) geeft toe "een schoonheidsprijs" voor zijn werk een wat ongepaste ho norering te vinden en chef d' équipe Van Agt kondigt tijdens een bijeenkomst met de pers de inzet van het geheime wapen aan: "Wij zijn er niet in geslaagd om uit te leggen hoe vreselijk het met 's lands economie is gesteld. De koninging moet nu maar ver tellen hoe bar en boos de situatie Triviaal In de Tweede Kamer rest als van ouds de de meerderheid van 77 leden, maar die laten er geen twijfel over bestaan dat hun steun door aanzienlijk trivialere motieven is ingegeven, dan een voor regeringspartijen gebruike lijk enthousiasme voor het ge voerde beleid. Leden van de op positie spelen in debat met be windslieden nog nadrukkelijk op de man. Nederland moet we ten dat het Catshuis al veel te lang wordt bevolkt door een ploeg van "non-valeurs". De werkelijke oorzaak is echter subtieler. Drie jaar na aantreden wringt het nauwe keurslijf van een coalitie op minieme basis als nooit tevoren. Achterliggende confrontaties met regeringsfrac ties hebben het kabinet op voor hand gedwongen tot een "vlees- nog vis-beleid" waarin beide coalitiepartijen zich net genoeg kunnen herkennen om de ach terban tevreden te houden. Een toefje koopkracht voor de mini ma voor het CDA en een snufje extra bezuiniging en bedrijfs steun voor de VVD en de toe komst voor Van Agt/Wiegel is weer voor enkele maanden ver zekerd. Geen lid van een regeringspartij die van de ploeg niet af en toe een aai over de bol krijgt. Het is een kwestie van pappen en nat houden en er voor waken dat een loyalist in het CDA of een con servatief in de WD echt onte vreden wordt en tot onverstandi ge acties overgaat. Voortijdige val September 1980 is het kabinet Van Agt uitgeregeerd. In de eigen achterban is er geen haan die er naar kraait. Wie een dergelijk ka binet acht maanden voor de ver kiezingen laat vallen moet van goeden huize komen. Een voor tijdige val zou het land voor lan ge tijd onregeerbaar maken en dat is gezien de economische si tuatie onverantwoord, zo is bo vendien de uitgedragen overtui ging van CDA en WD. Over de minstens zo rampzalige achter uitgang van de stilstand wordt in die kring gezwegen. Drie jaar geleden waren de ambi ties groot. Tijdens de zomer vakantie van '78 werden de uit gangspunten voor het sociaal- economisch beleid in "Bestek '81" (zie cijfers elders op deze pa gina) gelanceerd. Matiging ten behoeve van het herstel van de winsten in het bedrijfsleven, de motor van onze welvaart, was het leitmotiv. Tot een uitvoering van die doelstellingen is het nimmer gekomen en dat doet de vraag rij zen of een kabinet na afloop van de rit aan de zelf gekozen uit gangspunten mag worden ge houden. Die vraag speelt, hoe kan het an ders, een hoofdrol in de verkie zingsstrijd. Zowel premier (en CDA-lijsttrekker) Van Agt ali PvdA-lijsttrekker Den Uyl heb ben er zich er bij herhaling over- uit gesproken. Van Agt stelt met zoveel woorden de vraag onder de gegeven omstandigheden (economische crisis) in de kern demagogisch en daarom oneer baar te vinden. gewezen dat Nederland het nu in vergelijking met de andere EG- landen veel slechter doet dan tij dens de eerste oliecrisis, toen juist het tegendeel aan de orde was. De oppositieleider staat in die opvatting bovendien niet al leen. De Nederlandsche Bank spreekt in achtereenvolgende jaarverslagen de indruk uit dat de crisis in Nederland minder wordt bestreden dan binnen het vermogen van de regering ligt en ook de OESO zegt in haar jong ste rapport over de Nederlandse economie, dat de gevolgen van de crisis in Nederland groter zijn dan nodig. Incident Het kabinet Van Agt heeft de oude Bestek-doelstelling echter nim mer aan de realiteit aangepast. Vanuit regeringsstandpunt ge zien heel handig, maar naar de kiezer een wat lafhartige hou ding. Minister Van Aardenne (economische zaken) heeft na de eerste rampspoed nog wel eens laten weten dat er aan Bestek' 81 misschien "een vorkje" moest worden toegevoegd, maar tot een jaarlijkse bijstelling van het rege ringsbeleid (bijvoorbeeld bij het Duisenberg Wat had de regering wel kunnen doen? Het antwoord moet de vergaderaars in het Catshuis ze ker bekend zijn. Ingrijpend be zuinigen, dat was één mogelijk heid geweest. Andriessen, de te ruggetreden minister van finan ciën, was daar een warm voor vechter van. Op het moment dat regering en kamer die opvatting niet wenstte te delen, stapte hij op. Dat is bepaald geen laffe daad geweest. Een kabinet, dat een vergaande matiging in het belang van het land noodzakelijk acht, maar daar in de kamer geen meederheid voor krijgt, moet bij zichzelf te rade gaan. Het is ver plicht de vraag te stellen of die kamermeerderheid elke bezuini ging afwijst, of dat slechts doet omdat de wijze van bezuiniging niet acceptabel is. Van dat eerste is geen sprake geweest, van het laatste zoveel te meer. Ook in dit opzicht echter heeft het kabinet nimmer weten te kiezen. Bezuiniging op de overheidsuit gaven was het hoogste goed. Zelf kon men dat uitgangspunt niet realiseren, maar nooit is d( consequentie getrokken dat het beter zou zijn geweest om terug Aan suggesties voor een herzie ning van dat overleg heeft het ze ker niet ontbroken. Zowel werk gevers als werknemersorganisa ties hebben daartoe plannen aan gedragen en ook SER-voorzitter De Pous kwam met een alge meen als constructief ervaren voorstel. Na vier jaar echter lig gen de kaarten nog gelijk ge schud en is er eerder sprake van een verslechterd onderhande lingsklimaat dan van een verbe tering. Het inkomensbeleid had, al weer volgens een eigen regeringsdoel stelling, de afgelopen periode vorm moeten krijgen door het in dienen van een wet op de inko mensvorming. Bij de laatste mil joenennota werd nog beloofd dat die wet er voor mei van dit jaar zou komen. Het mocht echter niet zo zijn. Voor de groei van de loonsom is dat niet zonder gevol gen gebleven. een inkomen uit loon dat afhan kelijk is van de cao die in de be trokken bedrijfstak is afgesloten Voor dat laatste is het aantal ver richtingen bepalend. Kiest de overheid voor een beleid van loonmatiging, dan moet in die bestaande rolverdeling moet worden ingegrepen. Dat kan elk jaar opnieuw door middel van een loonmaatregel. Bezwaar is wel dat zo'n loonmaatregel in de praktijk altijd voor een beperkte periode geldt (meestal een jaar) en dat alleen de inkomens die aan een cao zijn gebonden wor den vastgelegd. De "vrije" inko mens vallen er buiten. Wordt louter gekozen voor een loonmaatregel, dan scheppen re gering en parlement daarmee een principiële ongelijkheid tus sen "cao-loontrekkers" en "vrije- loontrekkers". Dat is ook telkens de kritiek van de oppositie ge weest op de loonmaatregel die het kabinet tot twee keer toe heeft genomen. Tot op de dag van vandaag zijn de vrije broe- pen buiten schot gebleven. Wel iswaar wordt voordturend over legd om ook die sector aan te pakken, maar praktisch is er nog niets gebeurd. Een andere mogelijkheid om mati ging op te leggen, is de al ge noemde wet op de inkomensvor- Den Uyl spreekt niet van een "mag dat wel?", maar van een absoluut "moeten". "Wat koop je anders voor doelstellingen", zo liet hij TROS-Aktua's Wibo van der Lin de desgevraagd weten. Achterhaald Doelstellingen echter uitvoering vier jaar vergt, blijken in de praktijk nog al eens door feiten achterhaald te worden. Zo sneuvelde onder het kabinet Den Uyl de aangekondigde hervor mingsvoorstellen, omdat zich een nieuwe politiek realiteit voordeed; die van een CDA dat zich niet langer aan de eerder overeengekomen uitgangspun ten gebonden voelde. Zo sneuvelde onder datzelfde kabi net het uitgangspunt van volledi ge werkgelegenheid, omdat zich een oliecrisis voordeed en het be drijfsleven de sterk gestegen energiekosten trachtte te com penseren door een vermindering van personeelslasten. Ook het kabinet Van Agt werd met tegenspoed geconfronteerd. Een tweede oliecrisis, een ingestorte wereldhandel en een torenhoge rente met gevolgen voor bouw en investeringsklimaat. Onder die omstandigheden, zo zegt Van Agt, moet een kabinet extra kre diet worden gegund en is het niet eerlijk met doelstellingen op de proppen te komen die vóór de crisis werden geformuleerd. Van Agt's opstelling klinkt sympa thiek, maar ook niet meer dan dat. Den Uyl heeft er terecht op indienen van de miljoenennota) is het nooit gekomen. Het kabi net bleef, niet zonder hulp van de meest merkwaardige begrotings trucs, de gaten te lijf gaan. Daar mee werd de indruk versterkt dat het begrotingstekort een in cidenteel in plaats van een blij vend karakter droeg. Terugblikkend valt aan te geven dat het kabinet het er op twee be langrijke fronten zelf bij heeft la ten zitten en dat die houding zijn weerslag heeft gehad op tenmin ste vier van de vijf doelstellin gen. Het tekort op de overheidsbegro ting is zoals aangegeven niet ge daald, maar tot bijna 8 percen* gestegen. De staatsschuld is toi de historische omvang van 10( miljard gegroeid. Een schuld die slechts kon worden opgevangen door öf meer te lenen öf meer geld te drukken. Dat laatste hulpmiddel is op dringend ad vies van de Nederlandsche Bank niet aangegrepen Het had een ontwaarding van het geld tot ge volg gehad, met vegl nadelige ge volgen van dien. Gekozen werd voor een extra beroep op de ka pitaalmarkt, waar de staatslenin gen elkaar de afgelopen jaren in snel tempo opvolgden. Op die kapitaalmarkt zijn felle ge vechten gevoerd tussen overheid en bedrijfsleven, dat voor nood zakelijk investeringen eveneens veel behoefte had aan krediet. De wet van vraag en aanbod, maakt alles wat schaars is ook duur. De grote vraag naar geld bracht de rente daarom op een veel hoger niveau dan nodig en verantwoord was. te treden en plaats te maken voor een kabinet dat die nagstreefde bezuiniging wel inhoud kon ge- Een andere mogelijkheid om het fi nancieringstekort terug te bren gen was, behalve matiging, de in zet van de extra aardgasbaten ge weest. Prof. Duisenberg, de toe komstige president van de Ne derlandsche Bank heeft dat bij herhaling gesuggereerd. Het ka binet heeft vastgehouden aan een gebruik ten behoeve van"het bedrijfsleven. En dat terwijl Dui- senbergs plan tot een verminder de behoefte aan vreemd kapitaal had geleid, waardoor het be drijfsleven op de kapitaalmarkt vanzelf meer ruimte werd gela ten en het kabinet indirect toch een eigen doelstelling had bena derd. Dat gebrek aan slagvaardigheid heeft niet alleen het herstel van de winsten in het bedrijfsleven op de tocht gezet, het heeft ook de basis ontnomen aan een werk gelegenheidsbeleid en de groei van de druk van belastingen en sociale premies gestimuleerd. Koopkracht Een hoofdstuk apart is de vijfde doelstelling, die van het handha ven van de koopkracht voor in komens tot modaal (ƒ33.000). zo mogelijk tot twee maal modaal. Hoewel het overleg tussen werk gevers. werknemers en overheid al ver voor het aantreden van do huidige regering onderwerp van discussie was, is de afgelopen pe riode niets ondernomen om do welhaast traditioneel verstarde verhoudingen in de Stichting van de Arbeid te doorbreken Op beide inkomensgroepen heeft het kabinet in principe geen greep. Weliswaar praat de over heid elk jaar in de Stichting van de Arbeid met werkgevers en werknemers over de loonontwik keling mee, maar dat gesprek pleegt elk jaar weer te misluk ken. Dat heeft tot gevolg dat aan de cao onderhandelingstafel bepaald wordt hoeveel het loon gaat stij gen. Sociale uitkeringen en amb tenarensalarissen houden gelijke tred met de cao-inkomens. De re gering moet dus salarissen uitbe talen, zonder dat zij op de hoogte daarvan véél invloed kan uitoefe nen. De afgelopen jaren is daar wel wat aan veranderd. Onder deel van de Bestek-operatie was een extra korting op de salaris sen van ambtenaren. Een mati ging die door de ambtenaren bonden fel is bestreden, juist om dat daarmee de trend in het be drijfsleven werd losgelaten. Vrije beroepen Voor de inkomens van vrije beroe pen geldt dat zowel werkgevers als werknemers daarop een be perkte invloed hebben. Alleen als het gaat om beroepen waarbij een tarief geldt, dat onder con trole van het ministerie van eco nomische zaken valt. slechts dan is er invloed mogelijk (tandart sen, kappers e.d.). Die invloed geldt overigens louter de prijs en niet het uiteindelijk inkomen mmg. Zo'n wet bestrijkt alle in komens, vry of niet vrij, en geeft de regering een instrument om inkomenspolitiek te voeren. Bij gebrek aan zo'n wet is dat de af gelopen jaren niet gebeurd. In de praktijk betekende dat een niet te onderschatten voordeel voor vooral de "vrije inkomens. In de wandeling heette het dan ook wel dat de regering op een ach ternamiddag beslist over cao-lo nen (veelal de lage inkomens groepen) en de rest (veelal de ho ge inkomens) laat zitten, ook al omdat daar wettelijk veel meer werk aan vast zit. In deze con- texst een begrijpelijk reactie. Sociale zekerheid Geen overheidsmatiging, geen bre de loonmatiging, de schaarste aan middelen tekende zich daar door met de dag duid- d zodat bezuinigen op de miljar- denverslindcnde sociale zeker heid vanzelf de meest logische uitweg werd Wat vier jaar gele den nog niet voor mogcliik werd gehouden, bleek nu opeens wel te kunnen. Dat geeft te denken ken. Het stelsel van sociale zekerheid is in Nederland ontstaan als uit werking van het principe van een gelijkwaardigheid van alle burgers Die gelijkwaardigheid is er niet alleen voor de wet. maar is tevens maatschappelijk ver taald m het recht op wonen, werken en inkomen Uitgangs punt in de sociale wetgeving is het solidariteitsprincipe mensen met een inkomen betalen voor de grondrechten van een groep zonder inkomen. Het parlement heeft besloten alle Nederlanders, werkend of niet werkend, in elk geval een minimum bestaansni- veau te garanderen. Op het werk loos of arbeidsongeschikt zijn mag niet de straf staan van een drastische inkomensverlaging staan (het recht op werk km be trokkene immers al niet meer la ten gelden; het recht op inkomen en woonruimte krijgt dan eerder extra dan minder gewicht). De huidige overheidstekorten lij ken de traditionele critici van de sociale zekerheid in de kaart te spelen. Het toegenomen belang van het solidariteitsprincipe in periode van schaarste ten sunt Weliswaar is de uitdrukkelijke garantie gegeven dat de koppe ling tussen lonen en uitkeringen niet ongedaan zal worden ge maakt, maar het kabinet heeft zelf nauwelijks initiatieven ont plooit om de discussie over een matiging op sociale zekerheid in verantwoorde banen te leiden. Het uitstippelen van een noodza kelijk herzieningsbeleid is na drukkelijk aan de volgende rege ling overgelaten. Voorwaarde De mislukte Bestek-operatie en het falende inkomensbeleid heb ben de afgelopen jaren terecht veel aandacht gekregen. Veel cri tici hebben de "beleidsarmoede" van het kabinet in verband ge bracht met het eveneens veelbe sproken gebrek aan "maatschap pelijk draagvlak" Tc weinig Ne derlanders zouderj zich in de koers van Van Agt herkend heb ben. CDA-fractieleider Lubbers zag die bui een paar jaar geleden al hangen en verbond aan zijn goedkeuring van de eerste loon maatregel de voorwaarde dat het kabinet "flankerend beleid" moest formuleren. Met zijn zo veelste bijdrage aan de uitbrei ding van het Haagse vocabulair, doelde Lubbers op maatregelen ter vermenselijking van arbeid De vakbeweging heeft die op merking uitgelegd als een plei dooi voor vijfploegendiensten en een herziening van de arbeids omstandighedenwet Het is voor Lubbers geen halszaak gebleken. Recentelijk wordt in derdaad veel gepraat OW "vuil en onaangenaam werk". Maar dat gebeurt dan in relatie tot de vraag of dat werk al dan niet be ter beloond moet worden Niet bepaald een aanknopingspunt' voor het jaarlijks toenemende aantal werknemers dat de poort van het fabneks- of bouwterrein noodgedwongen de rug toekeert en als arbeidsongeschikt verder door het leven moet. Jelle Zijlstra. meer bekend als huisvriend dan als vijand van dit kabinet, sprak vong jaar in het jaarverslag van de Nederland schc Bank de hoop uit dat 1980 geen verloren jaar zou worden. Dit jaar moest hij zich scharen onder de vele critici, die consta teerde dat oplossingen wederom vooruit werden geschoven De rekening van een kabinet met de kleinste mogelijkheid meerder heid in het parlement is gepe perd gebleken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1981 | | pagina 27