steeds dieper in de put" ZATERDAG 4 APRIL 1981 EXTRA PAO.NA 19 Tekst: Jan Westerlaken Foto's: Jan Holvast Directeur Wurfbain toont een schilderij dat hoognodig moet worden opgeknapt. De noodklok luidt. Musea, óók in Leiden, hebben geen geld om de voorwerpen in goede staat te houden. De financiën die nu beschikbaar worden gesteld, zijn niet toereikend. Gevolg: de museumstukken en archief- voorwerpen verkeren in een deplorabele toestand. De museums hebben een ach terstand van 3800 arbeidsjaren; voor ar chiefstukken zelfs 26.000. De cijfers zijn afkomstig uit een onderzoek dat het Instituut voor sociaal-weten schappelijk onderzoek van de Katholieke Hogeschool in Tilburg heeft verricht. Op drachtgever was het ministerie van cul tuur, recreatie en maatschappelijk werk. Het IVA moest bekijken hoe groot de be hoefte was voor het conserveren van voorwerpen van hout, textiel, papier, leer en perkament. De uitslag is schrikba rend. Gebrek aan voldoende personeel speelt een belangrijke rol; het gebruik van cen trale verwarming werkt eveneens vernie tigend op vele, waardevolle, spulletjes. Directeur M.L. Wurfbain van de Leidse La kenhal, woordvoerder namens de musea, kampt met dezelfde problemen als elk museum in ons land. LEIDEN - Schaamte overvalt hem. Tóch wil hij die opslagplaats voor oude meubelen niet gesloten hou den. Het is er inderdaad een rommel. En alles staat op elkaar gestapeld. Hier en daar afgedekt met een plastic zeil. Ventilatie is er niet. Daarom staat de deur dag en nacht open. De stoelen, tafeltjes en kas ten, lijden zichtbaar. Ruimtegebrek én een té krap pe beurs zijn dé sleutelwoorden. Zelfs 's nachts heeft directeur M.L. Wurfbain van dc Leidse Lakenhal liggen dubben of hij in deze ruimte wel 'potte- kijkers' zou toelaten "Deze deur, ook al staat zij open, blijft voor iedereen dicht. Ik kan het niet ontkennen: de zaak wordt hier verwaar loosd. Maar ik kan geen kant heen. Alles is volgepropt. Van boven tot beneden." Veel, heel veel spulletjes kan Wurfbain tevoorschijn halen die hoognodig moeten wor den gerestaureerd. Niet al leen meubelen, maar ook schilderijen, lijsten en textiel. De directeur van De Laken hal denkt, om alles in één keer op te knappen, zeker vier of vijf miljoen gulden no dig te hebben. Voor dit werk krijgt hij niet meer dan net dertigduizend gulden per jaar. "Wanneer ik anderhalve ton krijg, vijf keer zoveel dus als nu, kan ik wat van die achterstand afknabbelen", denkt hij. Verzoeken Vaak heeft de Lakenhal-direc teur een beroep op de ge meente Leiden gedaan Om er wat geld bij te krijgen. Zonder resultaat. "Het is geen onwil. Er is gewoon geen geld." Wurfbain schroomt niet om van tijd tot tijd particulieren of het bedrijfsleven aan te spreken. Uit deze hoek wil men hem nog wel eens de helpende hand toesteken. Een bierbrouwer, bijvoor beeld, legde een niet onaan trekkelijk bedrag op tafel om het kamertje 'De Bierbrou wers' (schilderijen en een schouw) te kunnen opknap pen. "Dat gebedel is echt wel eens vervelend hoor", geeft de di recteur toe. ,,'t Is een genante bezigheid die eigenlijk niet nodig moest zijn. Omdat het financieel soms uitzichtloos is, moet je toch wat. Word je min of meer gedwongen zo te werk te gaan. Meevallen doet het beslist niet. Overtuig de mensen maar eens dat het om een goede zaak gaat. Een re latie, zoals met die bierbrou wers. moet er zijn. Doorgaans kun je die niet aantonen. Dus is het niet interessant voor particulieren om daar geld in te stoppen." Het gebeurt nogal eens dat De Lakenhal een beroep doet op het Leidse universiteits fonds. "We hebben in onze collectie de nodige portretten van hoogleraren. Zodra die moeten worden gerestau reerd, dienen we hier een ver zoek in om steun. Uitzichtloos? Wurfbain schroomt. Dc situatie als 'helemaal uitzichtloos' te schetsen, durft hij niet. Voegt er direct aan toe, dat het werken op deze manier be paald niet bemoedigend is. De directeur van De Laken hal is, omdat hij van de ge meente Leiden geen geld hoeft te verwachten, een an dere weg ingeslagen. Hij is naar erm (ministerie van cul tuur, recreatie en maatschap pelijk werk) gestapt met het verzoek wat af te schuiven. Hoop leeft er wél in zijn hart. Tegelijk is er toch ook dié angst, dat het ijdele hoop is. "Heil van de gemeente heb ik zeker niet te verwachten. Als er wat gebeurt, moet dat van het rijk komen. Incidenteel heeft dit wel eens wat toege stopt. Ik vraag me af of het politiek gezien allemaal wel interessant genoeg is Pas als de regering zich ermee gaat Directeur Leidse Lakenhal: sen kunnen niet dag in. dag uit met restaureren bezig /ijn Het inrichten van ten* toonstellingen vraagt veel van hun tijd. "In het begin", weet Wurfbain,."werd er al leen maar gekeken naar de stukken die mooi waren Al leen die werden uitgestald. De minder mooie dingen ver dwenen ergens in een donker hoekje. Nee, niet zo opgebor gen als nu het geval is Ge woon tegen elkaar gezet. On derhoud werd er niet aan ge daan." Commissie Wat vindt de gemeente van een dergelijke situatie? "Zij is natuurlijk een veelzijdig lichaam. "We hebben in Lei den een museumcommissic, die heus wel het één en ander doet. Zij weet ook wel hoe slecht de zaken er voorstaan Ze probeert her en der geld los te peuteren. Van de werkelijke kosten komt er maar een beetje af Je zakt op die manier steeds dieper in de put", zucht Wurfbain Een groot probleem waarmee de restaurateurs ook te ma ken krijgen, zijn de lijsten om de schilderijen Vaak zijn die bedroevend slecht. "Vóór we die rekken hadden, stonden ze achter elkaar tegen een muur", vertelt de directeur. "Bovendien gebeurde het dikwijls dat de vorige eige naar zo'n lijst nooit had laten opknappen Wij doen dat nu in eigen beheer. Om de kos ten te drukken De kleine stukjes hout, of gipsafdruk ken zijn niet zó duur Maarde tgd die erin gaat zitten ontzettend Het gebeurt nog al eens dat één van on/e men sen wel twee weken bezig is met slechts é«-n lust Als je dat buiten de deur moet laten doen. kost het smakken geld." bezighouden, wordt het voor de museums aantrekkelijk." Waarom dat beroep op erm? Wurfbain is er duidelijk over: "Het opknappen van monu menten betaalt dit ministerie toch ook? Nou, ik zie in dit geval geen verschil tussen roerend (museumstukken)- en onroerend (oude, kapitale panden) goed. De museums mogen toch ook best meepro fiteren uit die pot? Of niet Slechts één keer dacht de di recteur wat (financiële) arm slag te krijgen. Dat was toen er werd besloten om entree te gaan heffen. "Ik dacht, dat geld kunnen we mooi aan wenden om wat spullen op te knappen. Maar daar stak de gemeente een stokje voor. Die inkomsten moesten in een algemene pot. Het mo tief: ons museum kost elk jaar meer dan twee miljoen gulden. Dus dit beetje moest ook voor andere doeleinden kunnen worden aangespro ken." Eindeloos Hoe groot is de 'stapel' spullen die nu eens nodig onderhan den moet worden genomen'' "Een deel restaureren we zelf', legt Wurfbain uit. "Hout en textiel doen we buiten de deur. Wat dat betreft, daar kan ik eindeloos mee blijven doorgaan. Je moet het dan natuurlijk wél kunnen beta len. Want het materiaal dat daarvoor moet worden ge bruikt. is ontzettend kost baar. Weet je. het is net als met een huis. Knap je de zaak niet op, dan zakt het in el kaar. Ach, er is wel wat van die achterstand ingelopen. Vppral als ik naar vroeger, zo'n vijftien jaar geleden, kijk Drieduizend gulden stond er toen op de begro ting. Daar moest alles van worden betaald: restauraties, maar ook een rol wc-pa- pier Het gaat de Lakenhal-directeur wel eens aan het hart als hij ziet hoe bepaalde stukken er bij staan Hij vraagt zich ook af waar dat op den duur heen moet. Ondanks dat er nu meer wordt gerestaureerd dan vroeger Wurfbain denkt zeker drie restaurateurs per manent aan het werk te kun nen houden. De financiën staan, helaas voor hem, dit niet toe. Die mensen kosten meer dan wanneer bepaalde klussen worden uitbesteed De Lakenhal-directeur weet, dat hij niet de enige is die met dit probleem heeft te kam pen Het Boerhaave-museum heeft, zo weet hij te vertellen, al een heel poosje geleden vier fraaie schilderijen ge kocht. Ze staan opgeslagen in een depót Omdat er. het wordt vervelend, geen geld is om ze te laten opknappen. Frustreren Wurfbain windt er geen doek jes om. "Het frustreert wel eens", geeft hij volmondig toe "Je ziet de dingen zien derogen achteruitgaan. Ja. dat is verschrikkelijk." De Lakenhal heeft één keer een schilderij moeten verkopen om werkzaamheden aan een stuk en het museum te kun nen bekostigen. "Van dat geld hebben we ook de schib denjenzaal kunnen laten op knappen. Nee. het was niet mijn idee om dat stuk van de hand te doen. Ik had geld no dig. Daar vroeg ik dc ge meente om. Maar ik kon het niet dekken. Toen zei de ge meente verkoop maar een schilderij...." Het was overigens wei een stuk. dat 'per vergissing' was aangekocht. Van een vreem de meester Een mooi schil derij. dat wel Maar het paste niet in de collectie "Is het een fraai stuk. dan gaat het toch wel aan je hart ais je dat moet verkopen. Ik houd van kunst Moet je zoiets verko pen, dan doet dat pijn De achterstand in onderhoud is eigenlijk een ingebakken iets Een doek dat uit een huis werd 'gesloopt' Opknappen is er niet bij. Geld ontbreekt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1981 | | pagina 19