Nieuwe Linie 35 jaar rersoonlijk. van der WIEL Ieder zijn eigen boek en'n Boekenweekgeschenk voor allemaal. WmË?.1 craju V. slfeS, I3CI=KI:NWIÏIÏK Geschiedenis van een links anarchistisch weekblad WOENSDAG 1 APRIL 1981 VARIA PAGINA 19 Het vveeKblad De Nieu we Linie heeft een stormachtige ontwik keling doorgemaakt. Conflict na conflict stapelde zich op. En dikwijls dreigden in terne twisten het defi nitieve bankroet in te luiden. Maar steeds weer hield het blad stand. Deze week herdenkt De Nieuwe Linie haar 35- jarig bestaan met een speciaal jubileum nummer over de me dia. Hoe heeft het blad de stormen ovzrleefd? Wat is het geheim van een onrendabel be drijfje dat gewoon blijft draaien? De ge schiedenis van een links-anarchistisch fe nomeen in de grote we reld van de weekblad- journalistiek. Zo'n zeven jaar geleden dreigde De Nieuwe Linie voor het eerst een voortijdige dood te zullen sterven. Om dat gevaar af te wenden stapte hoofdredacteur, aandeelhou der en directeur Gerard van den Boomen naar de toenmalige PPR-minister van crm, Van Doorn, en deed een dringend beroep op financiële steun uit het Bedrijfs fonds voor de Pers. Tevergeefs. Want één van de normen waaraan het blad moest voldoen, was het uitzicht op een rendabele bedrijfsvoering. Daarvoor was vreemd kapitaal nodig en het blad had dat niet. Van den Boomen: "Ik kwam dus bij Van Doorn en ik zei dat ik dat nogal raar vond voor een PPR-minister, dat geld een criterium was. Ik zei: dat is een nogal kapitalis tische norm. Nou kon hij daar verder ook niet veel aan doen, want hij werd daarin geadviseerd door het fonds en daar kon hij moeilijk van afwijken. Hij liet me uit en bij de deur zei hij: ja^kijk es, ik zit natuurlijk wel in deze re gering, maar zo progressief is die nou ook weer niet. Waar op ik zei: dat is nou precies wat wij wekelijks schrijven". Van den Boomen (58) om schrijft zijn blad als een "dui delijk links" periodiek. De redactie schrijft veelal be schouwend over bevrij- dingsbewegingn "uit de ba sis", zoals actiegroepen, strijdgroepen, guerrilleros. De joods-christelijke traditie van de vroegere linie is geble ven. De feministische theolo gie, de vrouwenbeweging, neemt een prominente plaats in. En de aandacht voor vraagstukken van jongeren spitst zich sterk toe. In het redactiestatuut wordt het blad gekarakteriseerd met begrippen als socialisme, niet-kapitalistische economi sche orde, poëzie als uitdruk king van menselijke (zelfbe vrijding en bevordering van veranderingsgezindheid. Contrast In bijna schril contrast daar mee is het lyrische voor woord waarmee de redactie van de voormalige Linie in het eerste nummer, eerste jaargang 1946, haar taak aan ving. "Het doel", aldus de tekst, "is een offensieve ver schansing op te werpen tegen de chaotische vloedgolven, die de wereld dreigen op te slurpen en een schutse te zijn voor datgene dat het leven zijn zin en zijn onbeschrijfe lijke bekoorlijkheid geeft". En: "Wij zijn ons ervan be wust wie wij tegen ons heb ben: de veelkoppige - draak van het hedendaags commu nisme, de poliep van de plu tocratie, het onmetelijke weekdier der burgerlijke ge makzucht, het serpent der onnoemelijke haat en de haai van het egoïsme". Dat de toenmalige redactie haar taak als een "schier bo venmenselijke" beschouwde, is niet verwonderlijk. Want het waren louter paters Je zuïeten die het blad volschre ven en de boodschap Gods drong dus wekelijks tot de kolommen door. De eerste di recteur en hoofdredacteur van De Linie was de Jezuïet prof. dr. J. H. C. Creyghton, die een zwaar stempel drukte op de inhoud van het blad. Hij waakte voor de belangen van de Jezuïetenorde, maar oogstte in de kerkprovincie ook felle kritiek, vooral later bij de bisschoppen, die zich met name bezorgd toonden over de kritische houding van De Linie ten opzicl\te van de KVP. Oud-NSB'ers In het begin van de jaren vijftig kreeg het blad zelfs een brief- op-poten van de toenmalige aartsbisschop van Utrecht, Joh. Kard. de Jong, die ern stig waarschuwde voor het openlijk afgeven op de KVP. Hij schreef dat De Linie hier mee oud-NSB'ers in de kaart speelde, omdat die als van ouds anti-KVP gezind waren. Een rondreis van Creyghton langs de bisschoppen ver zachtte de opstelling van de geestelijke vaders «chter aan zienlijk. In zijn proefschrift "De Linie 1946-1963: een weekblad in handen van Jezuïeten" (1978) typeert dr. Ben Boersema het blad als "Jezuïetisch", maar zegt er tegelijk bij dat dit be grip vaag is en voor vele in terpretaties vatbaar. Bij zijn bespreking van Boersema's proefschrift is Van den Boo men (van De Nieuwe Linie) daar zijdelings op ingegaan. (ADVERTENTIE) Uw bril onderstreept uw persoonlijkheid Nadrukkelijk of subtiel, dat is ook een kwestie van persoonlijkheid. En dat geldt voor kontaktlenzen eigenlijk net zo. Nieuwe Rijn 62 Leiden 071 - 124108 met zorg voor uw ogen en oog voor uw uiterlijk. De Jezuïetenorde is een vat vol tegenstrijdigheden, schreef hij. Verbetenheid gaat gepaard met vergevings gezindheid, nederigheid met ijdelheid, manipulatiezucht met openheid, naïviteit met arglistigheid, gezagstrouw- heid met vrijbuiterij. Zo was ook De Linie en zo waren de meeste van haar medewer kers. Dat is misschien ook de verklaring voor de soms blin de aanpak van hoofdredac teur Creyghton, die bijvoor beeld de opmaak van het na- tionaal-socialistische blad van Goebbels, "Das Reich", zo mooi vond, dat hij onmid dellijk ook zijn eigen blad daarmee toerustte. Creygh ton nam ook medewerkers aan die in de oorlog "fout" waren geweest. Al leidt dat volgens Boersema niet auto matisch tot de veelgehoor de conclusie dat De Linie "fascistisch" of "fascistoïde" zou zijn geweest. De Linie groeide uit van een reactionair blad tot een open periodiek. Aanvankelijk wer den het geloof en het aposto laat verdedigd met een vast beradenheid waar de honden geen brood van lustten. Zelfs de katholieke pers gispte de onverzoenlijke houding van de Linie-redactie, die voorna melijk door middel van een krachtig offensief de eigen behuizing, het eigen geloof, veilig wenste te stellen. De strijd tegen de "verregaan de verheidensing" leverde ook slachtoffers op. Dat ge beurde bijvoorbeeld in de culturele sector, op welk ge bied de kunst minder met es thetische en meer met morele maatstaven werd beoordeeld. De schrijver Bertus Aafjes moest in dat licht zijn on schuldige poëzie "Voetreis naar Rome" bekopen met grove verdachtmakerij. In 1962 leek opheffing van De Linie onvermijdelijk. Het blad zat financieel aan de grond en de provinciale orde der Jezuïeten voelde er niets voor om het blad te blijven steunen. Het aantal paters dat de redactionele kolom men vulde, was sterker ge slonken en het "lekenbe- stand' bij de medewerkers was dusdanig gegroeid, dat er maar een poging moest worden gedaan om het blad op een andere manier voort te zetten, vond de leiding van de Jezuïeten. Bokma Eén van de redacteuren, toen nog pater, Joost Arts kreeg opdracht naar een andere hoofdredacteur om te zien. Hij benaderde Gerard van den Boomen, chef van de nachtredactie bij de toen nog zeer katholieke Volkskrant van hoofdredacteur Lücker. "Hij belde me op", vertelt Van den Boomen nu, "en een half uur later zat-ie bij me en ver telde me over De Linie. Op een gegeven ogenblik vraag ik: en wie zou dan die nieuwe hoofdredacteur moeten wor den? En hij zegt: u. Nu pater Arts. zeg ik, zullen we de theekopjes dan nu maar even wegzetten en de fles Bokma tevoorschijn halen". Later zou de jeneverfles op nieuw op tafel komen, want hoewel Van den Boomen er wel oren naar had om hoofd redacteur te worden, was er nog steeds geen geld en stond de dreigende opheffing nog levensgroot voor de deur. Links hoofdredacteur Gerard vo De Haagse Post mat de ver dwijning van het omstreden weekblad breed uit in haar kolommen en dat bleef niet onopgemerkt. Drs. Jan Feh- mers, bankier bij de firma Teixeira de Mattos, las het verhaal en stak de helpende hand toe. Pater Arts benader de Van den Boomen op nieuw. En in mei 1963 kwam het eerste nummer uit van De Nieuwe Linie, een progres sief katholiek weekblad, dat volgens Van den Boomen in speelde op de vrijheids- en democratiseringsdrang van de jaren zestig. Conflict Drie paters Jezuïet maakten toen nog steeds deel uit van de redactie, Joost Arts, Nico van Hees (de eerste pater Je zuïet die later voor het socia listische Vrije Volk ging schrijven) en Wim Pisa. Ver der: Henk Enkelaar (nu NOS- radio), Ben Bos en later Jac. Vroemen. De Nieuwe Linie profileerde zich niet als een politiek geëngageerd blad, al werd het politieke gebeuren wel kritisch gevolgd. De redactie bewoog zich veelal op kerke- lijk-maatschappelijk gebied. Zij schreef over oecumene en geboorteregeling en nam soms ook scherp stelling te gen de paus. Uit die opstelling ontstond een regelrecht conflict met Ro me, waar de generaal der Je zuïeten toevallig een Vla ming - de pennevruchten van de drie redactionele pa ters nauwlettend had ge volgd. De drie paters kregen moeilijkheden en er werd hun een schrijfverbod opge legd. Daarop schreven zeven tig paters Jezuïet een boze brief naar Rome, m] i den Boomen en naast hem directeur Henk Jan Kuypers. F oto José Melo). censuur scherp veroordeel den. Maar Rome was niet te vermurwen. Later stapten Arts en Van Hees uit de orde en kregen zij als priesters on derdak bij bisschop Beckers van Breda. "Van Hees", vertelt Van den Boomen, "zei toen nog tegen mij: ik heb drie solidariteiten. De eerste is de redactie van De Nieuwe Linie, de tweede zijn de lezers en de derde is de orde van de Jezuïeten. In die volgorde". Failliet In 1966 ging de kapitaalver schaffer van De Nieuwe Li nie failliet. Het abonneebe stand van het blad was in middels verdubbeld tot ver over twintigduizend. En Van den Boomen huldigde de op vatting: "Als een bank ver dwijnt, dan hoeft er nog geen opinieweekblad te verdwij- Hij benoemde zichzelf tot hon derd procent aandeelhouder en directeur en bleef de hoofdredactie over De Nieu we Linie voeren. Korte tijd later ging de helft van zijn aandelen naar andere venno ten, kwam er een vereniging van bedrijfsgenoten en werd er een stuurgroep opgericht die de administratieve lei ding moest gaan uitoefenen. In de woorden van Van den Boomen had "het plenum de macht en waren de aandelen in handen van een coöpera tie". Zo kon De Nieuwe Linie nog enige tijd voortbestaan. Maar ook een opinieweekblad moet een zekere basis heb ben en die basis werd steeds smaller. Steeds meer abon nees haakten af. Niet in de laatste plaats doordat de aard van het blad veranderde. Volgens Van den Boomen fun geerde De Nieuwe Linie in de jaren zestig nog als promi nent doorgeefluik voor vele (twijfelende, kritische) katho lieken. Maar door verande ringen in de samenleving (al dus Van den Boomen) wijzig de zich ook de inhoud van het blad. De joods-christelij ke traditie maakte plaats voor nieuwe maatschappelij ke stromingen, die gemid deld genomen een vrij vluch tige betekenis hadden, zoals de Zen-beweging. Feest Veel abonnees stapten over naar de Groene Amsterdam mer of namen Vrij Neder land. En in 1972 was het abonneebestand van De Li nie zover teruggelopen dat er werd besloten tot een wer vingsactie "Tienduizend" waarmee het aantal abonnees van zo'n veertien- tot vieren twintigduizend moest wor den vergroot. Er kwam een groot wervings- feest in Krasnapolsky. Van den Boomen en zijn collega's reden met opgesmukte bak fietsen door Amsterdam. En de actie slaagde. Er kwamen minstens tienduizend abon nees bij, die evenwel niet standvastig bleken. De "deelnemende journalis tiek" van De Nieuwe Linie dat wil zeggen: het inspelen op nieuwe maatschappelijke stromingen - sloeg niet goed aan. Het blad kreeg te kam pen met een identiteitscrisis, die later nog eens werd ver sterkt door een intern con flict van grote omvang. Vol gens Van den Boomen ging het om een generatieconflict, waarbij ook persoonlijke an tipathieën een rol gingen spe len. In 1975 vertrok Van den Boo men als hoofdredacteur en nam zijn aandelen (dus een stuk van de macht) mee. Hij werd opgevolgd door Gerard de Bruijn, die echter al spoe dig in conflict kwam met drie vrouwelijke redacteuren. Van den Boomen spreekt van een "krotrevolutie" (in plaats van paleisrevolutie) vanwege de oude, krakende behuizing van het blad aan de Prinsen gracht. Naar buiten toe werd deze nieuwe interne twist volgens hem ten onrechte vertaald als een conflict tus sen anti- en pro-feministen. In elk geval kwam Van den Boomen terug toen in 1977 het voortbestaan van De Nieuwe Linie opnieuw ter discussie kwam te staan. Hij werd weer hoofdredacteur en Gerard de Bruijn vertrok, evenals twee van de drie eer dergenoemde redactrices. Huub Oosterhuis Inmiddels is er een nieuwe be sloten vennootschap, die het weekblad uitgeeft. De aande len zijn voor een derd,e in handen van de Stichting Me dia "De Populier", die voort komt uit het gelijknamige so ciaal-culturele vormingscen trum van de priester-dichter Huub Oosterhuis. Deze maakt met nog drie anderen deel uit van de redactie van De Nieuwe Linie, die volgens Van den Boomen de toe komst hoopvol tegemoet ziet. Volgens de nieuwe directeur van het blad. Henk-Jan Kuy pers, ligt er nog een flink ter rein braak, waarop De Nieu we Linie straks een goede toekomst kan bouwen. Hij meent dat "het linkse ant woord op de jaren tachtig" niet van de politieke partijen zal komen, maar van de "soli daire solisten", van actiegroe pen met een linkse mentali teit en van veel jongeren die hun geloof in de politiek heb ben verloren. Politiek is (der halve) geen bedrijf waar De Nieuwe Linie zich primair op zal richten. "Wij verdiepen ons meer in de achtergrond van de politiek als we erover schrijven", zegt Van den Boomen. "En we schrijven bij voorkeur over wat er bui ten het parlement gebeurt. Al heb ik iemand wel eens ho ren zeggen dat het CDA de grootste buitenparlementaire groep van Nederland is". Half miljoen Het Bedrijfsfonds voor de Pers is inmiddels niet tevergeefs aangesproken. De Nieuwe Linie heeft een half miljoen gulden per lening verstrekt gekregen, die het blad in 1986 moet gaan aflossen. In mei a.s. zal er een nieuwe aan vraag voor eveneens een half miljoen de deur uitgaan. Want er is heel wat geld voor nodig om het abonneebe stand, dat in de jaren zeven tig terugliep van zo'n 22.000 naar 4.500, weer een groei im puls te geven. "We hebben een nieuw ronrept", /ent Kuypers. "De redactie is uit gebreid, de opmaak is verbe terd. En daar beginnen we nu al iets van te merken Het gaat beter. En ik denk wel dat we het zullen redden". (ADVERTENTIE) Het is weer Boekenweek! Dit jaar onder het motto Jeder zijn eigen boekt Want bij de erkende boek handel vindt iedereen moeiteloos 'n boek dat bij hem past. Je hebt er alle keuze, kunt er rustig rondsnuf felen en vragen zoveel je wilt. Natuurlijk is er ook het jaarlijkse Boekenweek geschenk. Bij aankoop van ten minste f 18,50 aan boeken krijgt u „De Ronde van '43"door Henri Knap van uw boekhandelaar cadeau. Een ontroerend verhaal uit de tweede wereld oorlog. Over de wanhopige pogingen van een jonge huisvader om een klein Joods meisje een onderduikadres te bezorgen. Een Boekenweekgeschenk voor allemaal! De aanbieding gekit alkttn tijdeas de Boekenweek (van 26 maart t/m 4 april), echter zolang de voorraad strekt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1981 | | pagina 19