Koude oorlog Leeuwenhoek nog niet ontdooid "Provincie moet maar beslissen over woningbouw"1 Gastkolom Gemeente en universiteit rollen vechtend over omstreden terrein Centrumgemeente zijn is meer dan alleen maar winkels hebben Raadscommissie over Leeuwenhoek: PAGINA 4 ST llP'SPTOT'lBi VRIJDAG 30 JANUARI 198! lEIDEN - Wethouder het AZL en universitaire doel- met de belangen van de universi- dat dan opnieuw nu of in de toe- universiteit naar voren ge- zijn van woningbouw Dat was verscheen de nieuwe versie Waal heeft het al eens ver- clnden teit zou onvoldoende reke- komst, vervelende situaties zou- bracht". indertijd dc condit e"' Waarschijnlijk niet veel leesbaar geleken met het voeren Wnninapn S^dïïhSfhïïSS, wnmó" den kunnen ontstaan", schreef J der voor de gemiddelde Leide. LEIDEN - Wethouder Waal heeft het al eens ver geleken met het voeren van een koude oorlog, dat getouwtrek tussen de uni versiteit en de gemeente over de Leeuwenhoek. Een te zware vergelijking misschien, maar feit is dat er nog steeds geen woning staat in het gebied tussen de Plesmanlaan en de Wassenaarseweg. En dat de gemeente nu een schets heeft gemaakt waarop precies staat aangegeven hoe het gebied volgens haar moet worden inge deeld zal de universtiteit er niet van weerhouden om bezwaren in te dienen. Integendeel mr. Kop pelaars van het College van Be stuur: "In dal plan houden ze ab soluut geen rekening met ons. Dat accepteren we niet. En zoals het er nu uitziet zullen ook de in specteur voor de milieuhygiëne en het ministerie van onderwijs en wetenschappen "nee" zeggen tegen de plannen van de ge meente". Mogen er in een gebied waar labo ratoria staan woningen worden gebouwd? En zo ja, welke veilig heidszone moet er dan in acht worden genomen zodat de bewo ners zonder gevaar naar bed kun nen. Al jaren sleept het conflict en nog steeds melden de partijen met de regelmaat van de klok dat er sprake is van een verharding van de verhoudingen. De prijs van de grond was eigen lijk de eerste inzet van de ruzie tussen de gemeente en de uni versiteit. Na jarenlange discus sies werd er in 1975 uiteindelijk overeenstemming bereikt. De raad ging akkoord met het feit dat het ministerie van onderwijs en wetenschappen een deel van de Leeuwenhoek, waar inmid dels al laboratoria stonden, op kocht voor de nieuwbouw van Woningen De gemeente hield zelf tien hectare maagdelijke grond in haar bezit. In '77 besliste het toenmalige ka binet Den Uyl echter dat de nieuwbouw van het AZL in het gebied niet doorging. Op het ter rein van 31 hectare moesten maar woningen komen vond het ministerie van volkshuisvesting en ruimtelijke ordening. Leiden wilde de 31 hectare terug kopen. Er was tenslotte een recht van terugverkoop. Discussie ont stond over de vraag op hoeveel grond de gemeente precies recht had. Eén en ander werd nog be moeilijkt door het feit dat alle partijen een beroep deden op één en dezelfde uitspraak van het ka binet. Het vraagstuk is nog niet opgelost. En zoals het er nu uitziet is het ministerie van onderwijs en we tenschappen ook niet van zins om Leiden 31 hectare terug te verkopen. Het zal aanzienlijk minder worden. Leiden kan op die niet terugverkochte gronden natuurlijk wel gewoon woningen bestemmen. Bij het behandelen van het pro gramma van eisen voor het ge bied in '79 ging de gemeente er evenwel nog van uit dat onge veer 41 hectare haar eigendom was. Verder was het programma ook nogal hoopvol gestemd. Zo viel er bijvoorbeeld in te lezen dat nog in 1980 een begin moest worden gemaakt met de woning bouw in de Leeuwenhoek. Dat Leiden haast had met de bouw van zo'n 2500 woningen (inclu sief studentenhuisvesting) was overigens logisch. De komende jaren zagen er somber uit. Een gat in de woningbouwproductie dreigde. De universiteit trok echter geheel andere conclusies. Bij de opzet van het programma van eisen was er volgens haar woordvoer ders geen rekening gehouden met de belangen van de teit. Er zou onvoldoende reke ning zijn gehouden met de die het bouwen gen in een gebied met laborato ria met zich meebrengt. En ren de laboratoria niet bewust buiten de bebouwde kom ge bouwd? "Nu komt echter de be bouwde kom naar de laboratoria toe". De regionale inspecteur van de volksgezondheid Drs. Krul, die ook een stem in het kapittel heeft, was het hier mee eens. Hij adviseerde het gemeentebestuur naar eigen zeggen al in 1975 de Leeuwenhoek niet voor woning bouw te bestemmen. "Ik vreesde dat dan opnieuw, nu of in de toe komst, vervelende situaties j den kunnen ontstaan", schreef hij. Ach, met die risico's zou het wel loslopen meenden de Leidse wethouders. Zo zei wethouder Van Dam, die toen nog milieu in zijn portefeuille had: "Ik geloof dat het op dit moment wel mee valt met de risico's. De risico's zijn in elk geval niet zodanig dat wij als gemeente verwach ten dat we de plannen voor de Leeuwenhoek moeten aanpas sen". En wethouder Waal zei: "Wij hebben niet de indruk dat er sprake is van werkelijke ge varen. Dat is ook nooit door de Dat hadden ze misschien beter niet kunnen zeggen, want Gorlaeus- directeur Dr. 9.J. Roorda deed nu een aantal uitspraken die er niet om logen. Onder de kop "Het Sylvius-laboratorium? Daar komt de Tritium de schoor steen uit!" zei hij in het universi teitsweekblad Mare onder meer: "Ja-ja. Er zijn mensen invalide of ziek geworden door het werk hier op het lab". En: "Ik zeg alleen maar: de concen tratie Tritium uit de schoorsteen is afgestemd op het niet in de on- middelijke omgeving aanwezig Jé*-;,, Koppelaars voor de Gorlaeus-laboratoria in de Leeuwenhoek: "Mei laboratorium-onderzoek kom je in onbe kende gebieden". Onderzoek De beer was los. Het College van Bestuur van de universiteit kwam weliswaar met een verkla ring dat de uitlatingen van Roor da over invaliditeit betrekking hadden op een periode net na de oorlog. Maar de opschudding die het verhaal teweeg bracht was er niet minder om. Om het vraagstuk - wel of geen wo ningbouw in de buurt van de la boratoria - nu maar eens voor al tijd op te lossen werd besloten een onafhankelijk extern bureau in te schakelen dat de mogelijke gevaren zou gaan onderzoeken. Het adviesbureau AVIV uit En schede deed zijn intrede. In de laatste maand van 1979 over legde het AVIV de onderzoeksre sultaten in de vorm van een rap port aan de opdrachtgevers, de universiteit, de gemeente en het AZL. Een aantal opmerkingen: "Hoe groot de kans op een onge luk is kan niet worden gezegd. Ook kan geen voorspelling wor den gedaan over het effect dat de uitstoot van chemische en radio actieve stoffen door de laborato ria op langere termijn op de ge zondheid van de Leeuwenhoek bewoners zal hebben". Het kan dus vriezen of dooien, dat was de conclusie die menigeen uit dit onderzoek trok. Ook wet houder Waal zei dat hij had ver wacht dat het rapport iets con creter zou zijn. Verder vond hij het rapport niet schokkend en was hij in zijn mening gesterkt dat woningbouw zeer wel moge lijk was. Omdat bij velen de indruk bestond "even ver te zijn als voor het rap port" werd voor een vervolgon derzoek gepleit. Daar kwam het niet meer van. Wel werd het AVIV-rapport nog herschreven door de Chemiewinkel zodat meer mensen er kennis van zou den kunnen nemen. Medio '80 verscheen de nieuwe versie Waarschijnlijk niet veel leesbaar- de gemiddelde Leide naar dan de oorspronkelijke uit gave. Tegelijkertijd met het uitkomen van het hersfchreven rapport lanceerde de universiteit een idee dat een einde zou moeten maken aan de patstelling. Rond de laboratoria zou volgens het College van Bestuur een veilig heidszone moeten worden aan gelegd van honderdvijftig ter. Binnen die grens zouden geen woningen mogen worden gebouwd. Begraafplaats Een standpunt dat werd gedeeld door de regionale inspecteui voor de volksgezondheid, die dat een begraafplaats w£ schijnlijk de beste bestemming was binnen de zone. Later trok hij die woorden weer in en ze dat er ook wel kon worden ge dacht aan universitaire bestem mingen. De universiteit deed hierna noj eenmaal een zet om uit de impas se te komen. Was het niet moge lijk om de Plesmanlaan te verleg gen. Een verkeerstechnische greep, die twee grote voordeler zou hebben: de weg zou dan de buffer vormen tussen de nieuwe woonwijk en de aanwezige labo ratoria en de terreinwinst vooi de gemeente Leiden zou zo') drie hectare bedragen. Volgens wethouder Waal was di voorstel niet realistisch. "De gro te vraag is of het ministerie verkeer en waterstaat deze andering zou willen betalen. Bo vendien vraag ik mij af of de ter reinwinst wel zo groot De presentatie van de schets dooi de gemeente is eigenlijk het laat ste nieuws van het front. Onge twijfeld niet het allerlaatste. De koude oorlog is nog niet tenein de. Zojuist in deze krant gelezen het bericht, dat de Edese Wol spinnerij definitief heeft be sloten om de Leidse vestiging aan de Kanaalweg te sluiten. Een triest besluit voor de 46 medewerkers. Het sociale plan zal dan nog moeten pro- beren het leed enigszins te verzachten. De sluiting heeft echter ook een historische betekenis voor de stad Leiden, want door deze sluiting is Leiden textielstad af. Een eeuwenoude bedrijfs tak is dan verdwenen. De Leidse lakenindustrie van de 17e eeuw met zijn opvolgers in de 19e eeuw eindigt roem loos in de 20ste eeuw. Bekende namen als Zaalberg, Van Wijk, Krantz, Clos en Leem bruggen ziet men nog op de panden staan, waarvan som mige reeds gedeeltelijk zijn afgebroken. De rest is nu uit sluitend geschiedenis. Op zo'n moment ga je even zit ten bladeren in het boekje: "Leidse wevers onder gas licht" (uitgave in 1952 in op dracht van de N.V. Koninklij ke Nederlandse fabrieken van Wollen Dekens v/h J. C. Zaalberg en Zoon, en geschre ven door mr. A. J. Backer). Wat mij in dit boekje het meest boeit, zijn de bijlagen. De cijfers tonen zo duidelijk aan hoe belayigrijk de textiel industrie in het begin van de ze eeuw voor Leiden was, wat betreft de werkgelegenheid. In 1910 bezat Leiden nog 22 tex tielbedrijven, waarvan zes wollen-deken fabrieken. Uit één van de opmerkingen die bij een cijferreeks staat ver meld. valt op te maken dat Leiden in de wollen-deken- produktie toonaangevend was. In 1912 waren er in heel Nederland tien van zulke be drijven, waarvan vijf in Lei den. De dekenfabriek van Zaalberg telde in 1910 onge veer 135 medewerkers. Nadat in de negentiende eeuw veel bedrijven waren verdwenen (in 1802 had Leiden 214 tex tielbedrijven) telde Leiden in 1910 noq 23 bedrijven. Een andere opmerking in dat zelf de boekje zegt hierover dat de verdwenen bedrijven "voor het merendeel kleine, minder kapitaalkrachtige bedrijfjes waren". De kapitaalkrachti ge bedrijven stonden in 1900 nog recht overeind. Nu 80 jaar later is er niets meer van over. Althans wat loeiden be treft. De laatste draad is op gerold. Bouwstenen Het zou interessant zijn te zien hoe deze structuurverande ring zich sedert die tijd heeft voorgedaan. En nog interes santer is of tijdgenoten het hebben opgemerkt en zo ja om welke maatregelen is ge vraagd bij b.v. de landelijke of stedelijke overheid. Hoe hebben werkgevers, vakbewe gingKamer van Koophan del gereageerd? In hel on- door W. Bleijie raadslid CDA langs door de FNV gepubli ceerde en zeer interessante boek "80 jaar vakbeweging in Leiden" is hierover helaas weinig terug te vinden. In ze kere zin is onlangs enigszins de balans opgemaakt en wel door de afdeling Economische Aangelegenheden en Bedrij ven van de gemeente Leiden. In de nota "Bouwstenen voor een economisch beleidsplan" wordt een beeld geschetst van de Leidse werkgelegenheids- structuur anno 1980: 1. Leiden kent een eenzijdige industriële traditie. Een klein aantal bedrijven heeft een overheersend ka rakter gehad of heeft dat soms nog. 2. De textiel is vervan gen door de metaal. 3. Behalve Heineken en H.C.G. zijn er eigenlijk geen bedrijven die het re gionale beeld bepalen. 4. De grotere Leidse be-' drijven zijn veelal geen hoofdvestigingen. 5. Tussen de grotere be drijven bestaat geen speci fieke verwevenheid. Wanneer het een en ander met cijfers wordt aangetoond, dan blijkt hieruit dat het aantal arbeidsplaatsen in de industrie ae laatste l jaar is gehalveerd en dal de machi nebouw, metaal- en elektroni sche industrie samen met de bouw- en installatiebedrijven bijna 55% van de arbeids plaatsen voor hun rekening nemen. De Leidse bevolkings grootte is de laatste tien jaar niet ingrijpend gewijzigd. In de zeventiger jaren heeft dat steeds geschommeld om de 100.000 inwoners. De beroeps bevolking zal eerder groter dan kleiner zijn geworden. En dan komt de vraag op, waar is de compensatie ge vonden voor al deze verloren gegane arbeidsplaatsen. In de dienstverleningDe cijfers tonen aan dat zich in deze sector inderdaad een uitbrei ding heeft voorgedaan. Toch leert een vergelijking van Leiden met andere steden met hetzelfde inwonertal dal de kantorenontwikkeling (en veel dienstverlenende instel lingen zijn kantoorhoudend) minder groot is geweest dan elders. Pendel Maar waar dan wel? Uit de cij fers blijkt dal de uitgaande pendel in deze periode (de ja ren 70) met 65% is toegeno men. Of eenvoudiger gezegd: de Leidenaar is buiten Lei den gaan werken. In 1979 is 44% van de beroepsbevolking werkzaam buiten Leiden. Voorzover het de Grote Polder gemeente Zoeterwoude) en de omliggende gemeenten be treft, is dit niet zo opmerke lijk. Maar de grote stromen bewegen zich niet naar deze plaatsen. Van de uitgaande pendel beweegt 61% zich naar buiten de regio. De "grote trek"-gemeenten zijn Den Haag. Amsterdam en Rotter dam. maar ook in Alphen en de Bollenstreek werken Leide- naars. Opmerkelijk bij dit al les is, dat de uitgaande pen delaars niet uitsluitend uit de Merenwijk komen. Sommige politieke kringen hebben er behoefte aan om deze wijk voor te stellen als de "slaap wijk van Den Haag" (sommi gen vergeten dan overigens dat zij zelf van die mogelijk heid gebruik maken). De "rest van Leiden" levert ook haar aandeel. De verhouding is 52 tegen 48%. Dus Leiden is meer de slaapstad van Den Haag. Dit is naar mijn opvatting een slechte zaak. Het pende len heeft zijn bezwaren: reistijd, reiskosten, verkeers drukte, maar ook zoals de-no ta "Bouwstenen" opmerkt: koopkrachtafvloeiing naar elders, hetgeen de centrum functie van Leiden zeker aan tast. De hele discussie over het economisch beleid is in volle gang. Het ontwerp nota eco- nomisch beleidsplan is in de inspraak gegaan, zoals dat zo mooi heet. Ik hoop dat niet alleen de bekende instanties van deze mogelijkheid ge bruik maken, maar dat de he le Leidse beroepsbevolking en zeker de aanstaande beroeps bevolking gebruik maken van de mogelijkheid om zijn zegje te zeggen over de toe komstige werkgelegenhèids- slructuur van Leiden. Het le zen van de nota "Bouwstenen voor een economisch beleids plan" is daarom een zeer leer zame aangelegenheid, en een noodzakelijkheid als men iets wil zeggen over het ontwerp nota economisch beleidsplan. Deze beide nota's vormen een eenheid. Daarom komt de scheiding in deel I en deel II wat gekunsteld voor. Centrumgemeente Tenslotte. Ik ben begonnen met het sombere bericht betreffen de de "textiel". De eerder ge noemde nota "Bouwstenen" laat zien dat de gehele werk- gelegenheidsstructuur van Leiden niet rooskleurig is. Nu het gemeentebestuur voor een aantal belangrijke beslissin gen staat - o.a. wat te doen met het Schuttersveld - dient dit heel goed gerealiseerd te worden. Centrumgemeente willen zijn is natuurlijk een mooi credo, maar het omvat meer dan alleen het winkelge- beuren. Onderwijs, cultuur, maar ook werkgelegenheid voor de agglomeratie horen daarbij. Alleen dan wordt men volwaardige centrumge meente, anders meer een slaapcentrum. LEIDEN - De provincie moet over een tijdje maar aangeven waar de gemeente wel en niet mag bouwen in de Leeuwenhoek. Op dat standpunt stelden de meeste leden van de raadscommissie voor ruimtelijke ordening zich gisteravond tijdens de bespreking vanj de voorlopige stand van zaken. Weinig bijval kreeg een voorstel van het PPR-raadslid Van Oos ten om het bestemmingsplan in twee of drie stukken te hakken. "Er moet nu een gedetailleerd plan worden gemaakt", bracht PvdA-raadslid Koning daar te gen in. "Anders krijg je onher roepelijk moeilijkheden met de exploitatieopzet. En het is na tuurlijk ook niet de bedoeling dat je een klein stukje van de wijk opzet zonder voorzieningen. We presenteren over een tijd ge woon het hele plan en dan zien we vanzelf wel hoeveel bezwaren we binnen krijgen". Twintig hectare, goed voor 1500 a 2000 woningen, zou volgens ge meenteambtenaar v/d. Wardt echter zonder meer beschikbaar zijn voor woningbouw. Direct bouwen bij de barakken waar pa rasitologie tijdelijk wordt ge huisvest is volgens hem niet mo gelijk en ook het gebied tussen het Gorlaeus en het SJylviuslabo- ratorium moet voorlopig vrij blij- Over dit idee zei wethouder Waal: "Deze gedachte sluit wel aan bij wat het ministerie van onderwijs en wetenschappen vindt. Die staan ook op het standpunt datje moet bekijken waar je zonder problemen kunt beginnen". Inmiddels heeft de gemeente ook een middel bedacht om de ge luidshinder voor de flats die ge bouwd worden aan de Plesman laan te verminderen. Langs een gedeelte van de weg zal een wal worden opgeworpen met daar bovenop nog eens een meter glas. Ingaan op de wens van de universi teit dat er tussen de laboratoria en de woningen een grens van 150 meter moet komen kost vol gens gemeenteambtenaar Van der Wardt teveel grond. "Wij gaan uit van een grens van hon derd meter, maar als we die grens van vijftig meter er bij tel len verliezen we tien hectare. Wat blijft er dan over voor wo ningbouw vraag je je af". Bij die universitaire eis werden overigens wel een aantal kantte keningen geplaatst. Dc meeste raadsleden wilden weieens we ten waar dat getal op was geba seerd. "Honderd of honderdvijf tig. Wat maakt het uit?", vroegen zij zich af. Dc universiteit moet maar eens met de billen bloot stelde PvdA-raadslid Koning "Inderdaad", zei PPR-raadslid Van Oosten. "Ze doen toch al te lang alsof ze God in Frankrijk zijn". CDA-er Walenkamp vond dit ge- schiedsvervalsing. "De i teit heeft nooit de problematiek willen verhullen", meende hij. "Bovendien ontstaat er nu een vreemde situatie: de gemeente jaagt de universiteit achterna". Schrik Mr. Koppelaars, lid van het College van Bestuur van de universiteit, zal zich wel kunnen vinden in de woorden van het CDA-raadslid. Ook hij is niet zo gelukkig met de plannen die de gemeente op tafel heeft gelegd. In het algemeen ge steld vindt hij dat de universiteit muurvast komt te zitten. Hij zal ook niet ongelukkig zijn met het voorstel om de vraag over wel of geen woningbouw door te spelen naar de provincie. "Ik heb al zo vaak in de besprekingen met de gemeente gezegd: laten we het overleg naar een hoger niveau til len. Van de kant van de gemeen te is daar echter nooit op gerea geerd". Daarnaast heeft Koppe laars ernstige bezwaren tegen een aantal aangekondigde maat regelen. Zo wil hij bijvoorbeeld een trans- portweg op het terrein om ge vaarlijke stoffen niet over de Wassenaarseweg te hoeven ver voeren. De gemeente heeft daar niet veel oren naar. "Dat kan met een zekere regelmaat over het fietspad gebeuren", zei v.d. Wardt gisteravond. "Er £al toch niets vrijkomen als een fietser te gen een transportwagentje knalt". Ook de knik in de Wassenaarseweg zint Koppelaars niet. "Bij de uit voering van dat verkeersplan zullen ze toch rekening moeten houden met ons leidingnet", zegt hij. "Want daar gaan ze wel over. Ja, beweren ze: de Wassenaarse weg is dan geen racebaan meer. Maar laat ik u verzekeren dat die weg dat nu ook niet is". De zone van honderd meter die de gemeente wil aanleggen tussen de laboratoria en de woning bouw is vragen om moeilijkhe den volgens hem. "Kijk, ook een zone van 150 meter is in feite een slag in de lucht. Maar deze tak van wetenschappelijk onder zoek, waar nog vrij veel onbe kend is en veiligheidseisen steeds strenger worden, moet de nodige flexibiliteit in acht wor den genomen om de kans op on gelukken zo klein mogelijk te houden. De universiteit doet dat intern ook zoveel mogelijk. Pas nog hebben we miljoenen gul dens geinvesteerd in veiligheids voorzieningen. Maar dat neemt niet weg dat je nog wel terdege moet beseffen dat je met laboraj toriumonderzoek soms in onbe-j kende gebieden komt". Veel beter is het volgens de unii versiteitsbestuurder om bij de laboratoria grond vrij te houi den. Hij zegt zich daarbij gei steund te weten door het minis-! terie van onderwijs, dat in het laatste overleg met universiteit en gemeenten ook met eei\ ideeénschets kwam. "Ik wil daar niet veel van zeggen, maaij het gebied dat daarin voor woj ningruimte is uitgetrokken, is. aanzienlijk - en ik zeg met naj druk aanzienlijk - minder dan het door de gemeente gewenste aantal hectare"! Trouwens niet alleen uit veilig heidsoverwegingensoverwegin- gen, maar ook om kleinschalige industrie, die aansluit bij het we tenschappelijk onderzoek aan te trekken, moet volgens hem ruimte overblijven. Koppelaars: "Natuurlijk zie ik best in dat de gemeente met een grote woning nood heeft te kampen. Maar er is een probleem dat zeker zo groot is: werkloosheid. En ik ben er ze-) ker van dat je bedrijven na« Leeuwenhoek kunt lokken als je grond vrijhoudt". Rust rond tuintje LEIDEN - De firma Wagemaker aan de Hoge Morsweg en de fa milie Veerman hebben de strijd bijl begraven. Ze zijn gisteren overeenkomen hoe de crfafschei- ding tussen het bedrijf van Wa gemaker en de tuin van Veerman eruit moet komen te zien. Anderhalve maand geleden v nielden de gebroeders J. en Wagemaker het tuintje van de fa-1 milie Veerman. In een kort ge ding besliste de Haagse recht bank dat Wagemaker de tuin in de oude staat moest herstellen. Dat gebeurde ook, maar niet naar de wens van buurman Veer man. De fundering zal nu met een hout werk worden opgetrokken tot een meter tachtig. Overigens ont kent Wagemaker - zoals wij in ar tikel van 27 januari stelden - dat er voor de afscheiding grafste nen zijn gebruikt. "De betonnen platen met aan de bovenkant een rechthoekig gat zijn bestemd voor de fundering van grafmonu menten", aldus Wagemaker.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1981 | | pagina 4