Veilig opbergen materiaal kan u veel geld besparen 'Volk moet gezond voedsel eisen sport zee-viswijzer ZATERDAG 13 SEPTEMBER 1980 QORB/? -% gen van de tien keer goed. Maar die ongelukkige tiende keer blijkt dat het pennetje wat in de knel is gekomen en dat de antenne is gekraakt. De kans dat zoiets in een pen- nendoos gebeurt, is aanmer kelijk kleiner. Mu vertegenwoordigt een pen netje de waarde van slechts enkele guldens, maar er zijn ook onderdelen van uw hen- geluitrusting die beslist veel kostbaarder zijn. Neem bij voorbeeld eens uw hengels. Als die zomaar in de achter bak van de auto worden ge mikt of met touwtjes aan de fiets worden vastgebonden, beschadigen ze vrij snel. Hun levensduur is aanmerkelijk korter dan van hengels die in een foudraal worden gestopt. Mu heb je foudralen en foudra- len. Er is zeer veel kwaliteits verschil wat niet altijd weer spiegeld wordt in de prijs. Bovendien hangt de "ideale hengelfoudraal" sterk af van de persoonlijke voorkeur. Eerst iets over het materiaal: dat kan canvasdoek, nylon, maar ook een goedkoop soort plastic zijn, dat al na enkele malen te zijn gebruikt, scheu ren vertoont. foudralen zijn er ook in sterk' uiteenlopende afmetingen. De maat wordt bepaald door het aantal hengels dat u erin wilt opbergen en de lengte van de verschillende hengel- delen. De meest simpele is er een waar een stuk of drie hen gels in kunnen. Echter zonder de mogelijkheid om ze on derling van elkaar te schei den. Een wat luxere uitvoe ring heeft de beschikking over verschillende vakken. Om te voorkomen dat bij voorbeeld topeinden in een foudraal toch afbreken be staan er ook uitvoeringen met een stalen of houten verstevi ging. En dan zijn er ook nog DELFT - En passant wijst Olof Stolp van de galerij van zijn verzorgingsflat naar een parkeerterrein. „Die oranje Opel Kadett daar, die is van mij. Heb altijd Kadett gereden. Ik was zeventig toen ik mijn rijbewijs haalde". Curieus denkt de verslaggever en opent zijn notitieblok. In de huiskamer gekomen geen flauwe inleidende praatjes. Stolp steekt gelijk van wal. Op een toon die de verslagge ver dwingt te noterenr „Ik ben geboren in 1893, ik ben dus van de vorige eeuw. Mijn va der was boer in West-Fries land. Toen bestond die gif troep nog niet". „Ik heb de landbouwkundige stations zien opkomen. Die propageerden het gebruik van chemicaliën. Ik voelde toen al dat ze bezig waren met het toedienen van gif. Het is steeds erger geworden. Men wilde niet luisteren naar de filosoof Rudolph Steiner. Men luisterde naar de recla- „Ik vecht voor de kinderen van nu. Als ik ze zie spelen, denk ik: wat voor toekomst hebben jullie nog? De wereld waarin zij opgroeien is toch afschu welijk? Daar moeten we met z'n allen hard tegenaan gaan". Op maat gesneden teksten. Olof Stolp weet wat journalisten leuk vinden. En inderdaad, hij heeft er al een aantal over de vloer gehad. Een man van 87 jaar die actie voert tegen het gebruik van chemicaliën in de landbouw is immers een verhaal waard. Vorig jaar startte hij een hand tekeningenactie onder het motto: „Regering maak ons voedsel gifvrij". Dat gebeur de officieel op Tweede Paas dag, tijdens een radiouitzen ding van de NCRV. Dit nsgaar zou Stolp de handtekeningen aanbieden aan minister Gin jaar van volksgezondheid en milieuhygiëne. Maar de spurt zit momenteel zo goed in de actie dat hij nog maar even wacht totdat er 100.000 hand tekeningen zijn. Het idee voor de actie ontstond nadat hij op verzoek van de directrice van het verzor gingstehuis aan het bejaar denblad „Op Leeftijd" een in terview over biologisch dy namische landbouwmetho den had gegeven. Op dat ver haal kwamen veel reacties, vooral sympathiebetuigin gen. Vandaar het besluit om handtekeningen te verzame len. Stolp: „We moeten zorgen dat de wereld niet naar de blik sem gaat. De grond is al vol komen verknoeid door het gif. Kijk maar naar Lekker- kerk. Ik kan wel zeggen: het zal mijn tijd wel uitduren. Dat is de weg van de minste weer stand. Dan zou ik me laten le- „En als je gaat zitten suffen, kwijn je weg. Ik kan niet stil zitten...". „Hou op zeg", voegt mevrouw Stolp zich in het gesprek, „ik ga liever gewoon dood". Ze vervolgt: „De meeste oude mensen hebben nergens meer belangstelling voor. Mijn man wilde een paar vruchtbomen in de tuin zet ten. Dat leek hem mooi. Kon den de mensen het fruit zien groeien. Maar dat wilden de oude dames niet. Dan zagen ze de snelweg niet meer. Nou, die zien ze nu ook niet meer, want de beplanting langs de snelweg is dichtgegroeid Het echtpaar bemoeit zich nauwelijks met de andere bewoners van het tehuis. Het onderlinge gekonkel maakt hen misselijk. Bovendien is er geen tijd voor. De actie geeft te veel werk. De handteke ningen moeten geteld, brie ven beantwoord en media, scholen en instellingen warm gemaakt worden. Ruim 30.000 handtekeningen heeft de bejaarde actievoer der reeds. „Ik krijg ook reac ties van artsen, academici, kamerleden, mensen van adellijke stand. Allemaal po sitief. Dat betekent dat ik toch geen gekke dingen voorstel, niet? De mensen schreeuwen om alternatieve voeding. De gewone voeding is slecht vanwege de chemische stof Hij zou het een ramp vinden als hij de actie niet zou kunnen afmaken. „Het is een levens doel, een opdracht voor mg om het volk bewust te maken. De mensen moeten bewust gaan leven. Ze moeten eisen: wij willen gezond eten. Ik hoop dat ik mijn taak kan volbrengen zoals ik dat heb uitgedacht". „Ik wil miljoenen mensen in beweging zetten. Ik zou erg gelukkig zijn als u mijn adres in de krant wilt zetten: Actie "Regering maak ons voedsel gifvrij", wooncentrum Abts- woude. Aart van de Leeuw laan 384, 2624 LJ Delft. En er eventueel bij: „Ik vecht voor jullie gezondheid. Doe me een plezier, stuur een brief kaart". Stolp laat zijn werkkamer zien. De reacties zijn keurig gesor teerd. Op de banderollen staan de aantallen: 100, 10.000,7000,5000; zo liggen er stapels. „Ik vind het prachtig, al die reacties. Sommige mensen sturen ook geld, een tientje, vijf gulden. Vooral Noordhollanders sturen nog wel eens wat. Ja. ik heb ook maar aow en een niet-waar- devast pensioentje. Ik heb zelf al 2000 met de hand ge schreven brieven ver stuurd". De fanatieke actievoerder opent een deurtje van zijn bu reau en haalt twee grote zak ken te voorschijn die gevuld zijn met glimmende appels en mooie sperziebonen. „Als jeblieft, uit de eigen tuin. U hoeft dus niet bang te zijn dat die wat mankeren. En eh...'\ lacht hij snaaks, „de groeten aan uw vrouw". Het is nu he lemaal duidelijk, de principes van de public relations heeft hij al volkomen onder de knie. Stolp brengt de verslaggever naar de ingang van het tehuis, waar ook zijn postvak is. Dit keer bracht de postbode niet zoveel: een paar brieven en een stel briefkaarten, in totaal goed voor een kleine zestig steunbetuigingen. De activist lijkt wat teleurgesteld. Zegt dan: „Nou ja, het zijn er toch weer zestig". WEERT SCHENK Olof Stolp bij zijn onbespoten boomgaard fen. Daar komen nare ziekten uit voort. Er sterven jaarlijks alleen al 30.000 mensen aan kanker". Kinderen zetten zich geweldig in voor de actie, vertelt Stolp. Ze sturen handtekeningen, maar schrijven hem ook over hoe het op school gaat of ge ven hun opinie over de we reld. Stolp pakt een paar brieven: „Het kan zo niet verder met deze aangetaste maatschap pij", vindt een mavo-leerling. En een meisje uit Naaldwijk schrijft: „Het gaat om ons. Wij moeten nog zo heel lang le ven. Gezondheid is voor geen geld te koop". Met enige trots laat Stolp een persoonlijke brief van minis ter Ginjaar zien. De be windsman schrijft de actie te steunen. Hij dankt Stolp voor zijn initiatief, maar voegt er echter aan toe dat de land bouw op dit moment nog niet zonder chemicaliën kan. Er is eerst nog onderzoek nodig. Stolp vindt dat onzin. Vol gens hem kan de landbouw vrij gehouden worden van schadelijke insekten door ge bruik te maken van organi sche middelen. Zijn eigen praktijk bewijst het toch? Driemaal per week reist Stolp van Delft naar Moerdijk, waar hij achtereen klooster een lap grond van 2000 vierkante me ter bewerkt. Hij kweekt er zijn eigen grgenten en fruit, wat allemaal groeit zonder bespoten te zijn met gif. ,Het kan best zonder chemica liën. Er wordt zonder naden ken gif gespoten. Goed, de sla en het fruit zien er prachtig uit. Maar ze zijn misschien wel dertig keer bespoten. Er zit geen reuk meer aan en de smaak van het produkt is voor zeventig procent verlo- Olof Stolp werkte vroeger niet in de land- of tuinbouw. Hij was scheepsbouwkundig constructeur, maar bezat een volkstuin. Nooit gebruikte hij chemicaliën, alleen milieu vriendelijke methoden. "Ik heb altijd goed gegeten. Daarom ben ik in zo'n puike conditie". briek van deze week besteden aan het opbergen van ons hengelsportmateriaal. Niet alleen bespaart het u flink wat tijd wanneer u iets wilt heb ben. Maar bovendien kan het u ook nog flink wat geld schelen, warft slecht opge borgen materiaal gaat eerder stuk. Simpel Om een simpel voorbeeld te noemen. Na afloop van een visdag kun je twee dingen met een tuigje doen. Je kunt hem van de hengel halen, op een plankje rollen en in je pennendoos opbergen. Je kunt de lijn ook op de kikker tjes van het topeind rollen, en het topeind compleet met pennetje in een dikker hen- geldeel stoppen. Dat gaat ne- Vliegtuig Fel: „Als je de sla niet lang en goed genoeg afspoelt, krijg je blaren in de mond en je tong wordt stijf. Het is toch te gek om over te praten. Mijn fruit hoef je niet af te spoelen. Nou ja, een beetje vanwege de luchtverontreiniging" Hengelaars zijn mensen die behalve graag een visje vangen ook ten prooi zijn aan een grote verzamel woede. Hun sportvisuitrusting breidt zich in de loop der jaren steeds verder uit en de gemiddelde sport visser sleept steeds meer mee naar de waterkant. Een sportvisser die zegt: mijn uitrusting is com pleet, moet jè meteen lantaarntje zoeken. Ik heb die oude wijsheid van een doorknede hengelsportwin kelier. En omdat hij aan de basis staat van die voor- raadvorming hecht ik er alle geloof aan. Trouwens als ik zie wat ik te genwoordig in de kofferruim te van de auto kwak als ik naar mijn stekkie trek, dan heb ik ook zo het stille ver moeden dat er heel wat meer meegaat dan in de periode dat ik nog op de bromfiets naar het viswater tufte. En dat was al weer veel meer dan in de jongensjaren, toen een opge tuigde hengel en een sneetje brood alles was wat ik nodig had om een visje te kunnen vangen. Behalve dat een hengelaar in de loop der tijd steeds meer op zijn comfort gesteld raakt, is er ook nog zoiets als spaar: zucht dat hem parten speelt. Laten we het maar zonder dralen erkennen. We kunnen maar moeilijk afstand doen van onze bezittingen. Ook als we weten dat het nog maar zelden of misschien nooit meer wordt gebruikt. Een mogelijkheid om wat orde in die chaos te scheppen is om zo nu en dan de zaak eens aan een kritische beschouwing te onderwerpen. Kijken wat nog werkelijk bruikbaar is en al les afdanken wat als nutteloze ballast kan worden be schouwd. Wat ook kan helpen is de zaak eens wat systemati scher opbergen. Want een ge bruikelijk verschijnsel is dat voor het begin van het nieuwe seizoen alles pico bello in or de is, maar dat er in de loop van het seizoen steeds meer onvolkomenheden tevoor schijn komen. Ik heb een collega-sportvisser zo na een paar maanden vis sen wel eens horen uitroepen: "Als ik in m'n vistas kijk, springen de tranen in m'n ogen". Om u een beetje be hulpzaam te zijn bij de "grote schoonmaak" wil ik de visru- foudralen die aparte voor- vakken hebben voor het op bergen van hengelsteunen en visparaplu. Zoals ik al zei: de prijzen kunnen sterk varië ren. Er zijn al foudralen van een tientje, vijftien gulden, maar er zijn er ook van ver over de honderd gulden. Dat laatste lijkt erg veel. Be denk echter dat er hengelaars zijn die op hun werphengel heel dure geleide- en topogen hebben gemonteerd. Dan is het best een flink bedragje waard om die ogen goed te beschermen. Verborgen of afgebroken geleideogen zijn een veel voorkomende be schadiging. Voor de werphengel is er ook nog een speciale foudraal in de handel die de mogelijk heid biedt om de hengel, compleet met werpmolen op te bergen. Ik blijf het een wat riskante opbergmogelijkheid vinden, omdat de kans op be schadiging van de werpmo len niet is uitgesloten. Bo vendien heb ik de indruk dat er eerder wordt ingespeeld op de luiheid van de hengelaar om zijn spulletjes goed op te bergen, dan een werkelijk praktische vinding. Een werpmolen kan men veel beter van de hengel halen en opbergen in een speciaal daarvoor gefabriceerd molen tasje. Dat is voorzien van een rits, terwijl de wand van leer of skai in vele gevallen is ge watteerd, zodat het tegen een stootje kan. Verder is van groot belang de molen af en toe schoon te maken en van nieuw vet te voorzien. Aparte voorzieningen zijn er nodig wanneer de hengels per vliegtuig naar het buitenland worden getransporteerd. Bij het laden en lossen wordt er meestal niet al te zachtzinnig met bagage omgesprongen. Zo zijn er al veel hengelsport vakanties op een grote teleur stelling uitgelopen, omdat de hengel bij aankomst bleek te zijn gebroken of enkele gelei- deringen miste. Nog afgezien van die keren dat de hengels pas na een week arriveerden. Dat laatste heeft diverse reizen de sportvissers ertoe ge bracht de hengel mee te ne men in het vliegtuig, zodat men persoonlijk kan waken over de uitrusting. Het hangt van de luchtvaartmaatschap pij of het baliepersoneel af, of dat lukt. Nog beter is het om geen risico te nemen en een speciale vliegtuigfoudraal te kopen. Het is ook mogelijk zo'n opbergkoker zelf te ma ken van grijs hard polyester buis, dat bij de verschillende bouwmatenalenzaken wel te krijgen is. Aan beide uitein den moet dan een afschroef- bare bus worden gemonteerd. Het dragen kan worden ver gemakkelijkt door het plaat sen van een handvat op de buis met «en paar boutjes of het maken van twee kleine gleufjes, waardoor een draag riem kan worden gehaald. Let er dan wel op dat de gleufjes niet groter zijn dan noodza kelijk is, omdat anders de ge- leideringen er toch nog door kunnen steken. Bij speciale hengelsportreizen is het zinvol de foudraal een aantal bijzondere merktekens te geven - bijvoorbeeld een paar felgkleurde stroken plakpapier eromheen draaien - en een duidelijk kaartje met vermelding van bestemming en uw eigen woonplaats. Omdat pennen een zeer kwets baar onderdeel van de hen- geluitrusting uitmaken is de aanschaf van een pennendoos belist geen overbodige luxe. Nieuw zijn de verstevigde mini-foudraaltjes waarin flink wat pennetjes een plaatsje kunnen krggen. Voor de wat grotere exemplaren moet u zelf aan de slag. Er zijn twee mogelijkheden: kocp een stuk breed plastic buis, dat de elektriciens gebruiken en plaats aan beide uitein den een kurk. Ook kunt u een hengeldeel dat door een ongelukje is be schadigd, nog benutten. Af zagen met een ijzerzaagje op de vereiste lengte, een paar plastic doppen kopen en de zaak is klaar. Tenslotte nog iets over de tackle-box. Het is een handig opbergmiddel voor al uw kleine spulletjes als haken- steker. arterieklem, looddis- tributeur, vismes, spinstan- getjes, onderlijntjes, spinners en wat dies meer zg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 33