De vreemde wereld van afbraak en opbouw.... r ^ZATERDAG 31 MEI 1980 Foto: Klaas Koppe. Lekkerkerk binnenrijden heeft iets heel feestelijks. Het dorpje aan de Lek vlagt alsof er uitsluitend te herdenken valt dat het zevenhonderd jaar bestaat. Van lantaarnpaal tot lantaarnpaal, vanaf het kozijn van de slaapkamer tot aan het tuinhek: duizenden vlaggetjes in alle kleuren van de regenboog. Totdatje een hoek omslaat. Geen vlaggetje meer te zien. Af en toe een touwtje dat van een lantaarn paal is afgerukt. In de wijk die op tolueen, xyleen en nog zo wat van die vergiften gebouwd Is, heerst een opvallen de stilte. Tegen de trottoirband ligt zo hier en daar een vlaggetje, in de meest giftige kleuren, aangewaaid. Hetis een prachtige nieuw bouwwijk. Speelstraten en parkeerhavens, rotstuinen en ruime plantsoenen. Twee ge pensioneerden uit Oud-Lek- kerkerk kuieren wat rond. Ze blikken nieuwsgierig in de woningen zonder vitrage en met op de voordeur een ver veloos plekje waar ooit het naambordje zat. 'O nee, me neer', zegt er één 'U valt me helemaal niet lastig. Er moet veel meer over geschreven worden. Het is een schandaal Het komt allemaal door dat vuile klerekapitaal. Ze flikke ren de boel maar in de grond. Het is bar, meneer. Ach ja, meneer, u moet maar zo den ken: wij zijn van de gepensio neerde pers. Haha! Een eindje verder staat een me vrouw te poseren in de tuin. Er staan verhuisdozen op haar zonnige, terras. Ze mag op de Belgische televisie. Te gen een cameraman roept ze: 'Pas op voor mijn plantjes!' Na haar opmerking kijkt ze even in de lucht, schrikt van zichzelf en zegt: 'Ach, wat hindert het nou eieenliik noi> allemaal'. De Belgen laten de camera snorren. Een soort-van-regis seur frummelt de geluidsman in een heg opdat hij niet in beeld komt. De hengel met de microfoon steekt zodoende op een vreemdsoortige wijze uit de ligusterhaag. 'Ruikt u wereldnieuws?' vraag ik aan de Belgische TV-man. 'België is niet persé de wereld', ant woordt de Belg, 'maar dit nieuws gaat wel even de grens over.' Ik kan me voorstellen dat wij eerdaags zo iets ook in België krijgen. Neemt u eens de haven van Antwerpen, als u ziét wat daar aan giftige stoffen verwerkt! Bij ons is al cyaankali gevonden aan de rand van het Albert-kanaal en daar komt zestig procent van het Antwerpse drinkwater uit, weet u. Uiteindelijk is het een kwestie van bëwustwor- den, Studie De Belg blijkt een hele studie van het milieu te hebben ge maakt. Hij citeert uit het hoofd wetenschappelijke rapporten. Op mijn vraag in welk programma zijn opna men zullen worden vertoont, antwoordt hij: 'In een rubriek die zich bezighoudt met nieuws in de marge. Het pro gramma heet Terloops. "Ik glimlach wat voor mij uit: de Belg blikt ernstig naar zijn Twee jongetjes rennen haastig achter een verhuiswagen weg. Ik loop naar ze toe. 'Is die stereo?', vragen ze terwijl ze naar de bandrecorder wijzen. De ventjes vinden het niet leuk om te verhuizen. De één gaat naar een huis elders; de ander naar een caravan. 'Ik ben mijn eigen kamertje kwijt', zegt de laatste verdrie tig. Een reeds geheel ontta keld huis verdwijnt bijna ach ter een enorme verhuiswa gen. In de openstaande deur staat een heer van middelbare leef tijd met een klerenhanger in de hand: Nee, ik zeg niks. Ik werk hier bij de gemeente, vraagt u mijn baas maar'. Hij kijkt mij wat verloren aan. Aan de overkant van zijn wo ning staat een jonge vrouw in een leeg huis te telefoneren. Als je niet beter zou weten, zou je denken dat ze opbelt uit haar spiksplinternieuwe wo ning om aan haar moeder te vertellen hoe mooi het huis wel niet is. Maar het is ander som. Op zijn minst een ge deelte van deze modelwijk zal tegen de grond gaan. Seringen De seringen bloeien, de tuinen staan er fantastisch bij op de ze zomerse voorjaarsdag. Op een regenton staan viooltjes. In de huizen die nog bewoond zijn, staan steeds mensen ach ter het raam. Er valt dan ook heel wat te zien: wagens met containers die af en aan rij den, verhuisauto's, pers en politie. Op veel hoeken in de wijk staan afvalcontainers. Bovenop één container staat parmantig een paraplu ie. Vlak ernaast staan twee dames. 'Ik wacht op mijn man', zegt de oudste van de twee dames, 'Ik moet de dertigste eruit. We hebben een aanzegging gekregen dat we de eenendertigste weg moesten zijn anders worden we eruit gehaald. Ach me neer, we kunnen er niet stil bij blijven staan maar het is ver schrikkelijk. Als je blijft tob ben word je toch getikt. Ik heb een gestoffeerd pension in Langerak gehuurd. Nee, ik denk niet dat ik terugkom. Moet u eens kijken, dat uit zicht. Daar op dat weiland zit een zwaan met vijf kleine jonkies. Dat moeten we nou allemaal missen. Ik heb een tuin, meneer, met goudenre gen en een clematis tegen de schuur op. Dat graven ze straks allemaal stuk. We zeg gen vaak hier in de buurt te gen elkaar: zou er werkelijk vergif in de grond zitten? Moet u die tuinen zien! Hoe het bloeit en groeit! De andere mevrouw, met een verrekijker om haar hals, zegt: 'Weet u hoeveel wormen er in mijn tuin zitten? Nee? Nou meneer, u kunt ze nog niet in één jaar tellen, zoveel! Wij hebben ook helemaal nooit last gehad van vergif of hoofdpijn maar mijn huis staat ook niet op een sloot. Ja meneer, ik kom terug als het even meezit. Zo n uitzicht als hier krijg ik toch nergens an ders? Maar stel je voor dat ze alle huizen achter het mijne wegbreken; dat ik tegen een kale vlakte vanuit de achter tuin moet aankijken.Ja, ik ga naar 'De Weide', met vijf personen in een caravan'. De twee dames staren weer uit over de landerijen. Voor zover het oog strekt groen, groen en nog eens groen. "Meneer!", roepen ze. Ik ga terug en ze vertellen - "we moeten nog even iels kwijt": Weet u wat ik denk? Dat alles tegen de grond gaat. En wat moet ik dan met mijn gordijnen? Die zijn pas, wat moet ik daarmee in een huis met een lager pla fond?" De mevrouw die naar "De Weide" gaat, komt daar tegenover haar buurvrouw te wonen. Dat is nog een troost; dat ze bij elkaar blijven. Vertrouwen "We wisten wel dat de moge lijkheid er in zat dat we moes ten evacueren maar toen dachten we nog: hooguit voor een paar maandjes. Toen we hoorden dat het drinkwater vervuild was, toen wisten we dat het mis was. We hebben ons huis aan het Rijk ver kocht maar we weten nog niet wat we er voor krijgen. Maar dat vertrouw ik wel. Onze burgemeester is best te ver trouwen. Het is een enorme organisatie, hoor, zo n eva cuatie. Financieel? Kijkt u eens: er op vooruit, gaan we in elk geval niet. Ze zeggen wel dat alles vergoed wordt maar ellende valt niet te vergoeden. Ik heb wel eens gezegd: die man die die vaten gif hier in de grond heeft gestopt moes ten ze ophangen. Een jaar in een caravan met drie stude rende kinderen valt heus niet Wagens met zand rijden af en aan. In het weiland wordt een terrein in gereedheid ge bracht. Er zal een gigantische directiekeet op worden ge bouwd voor het bedrijf dat de afgravingen zal uitvoeren. Een mevrouw die een kleedje uitklopt wil weglopen. Even later heeft ze toch nog iets te vertellen: "Er is sprake van geweest om dat zevenhon derd-jaar-feest niet te laten doorgaan. Oud-Lekkerkerk wilde het niet afgelasten. Voor mij is het plezier er van af. In het begin hadden wij hier ook vlaggetjes. Toen we van dat giftige drinkwater hoorde toen hebben we alle vlag getjes weggehaald". Een me vrouw - buiten verhuizers is er bijna geen man in de wijk te vinden - roept of we haar huis kunnen fotograferen: "Kun nen ze zien hoe mooi ik woonde, godverdomme!" De dame met de verrekijker om haar hals, kijkt nu door het apparaat naar het nest met zwaantjes. Een boer rijdt er met een tractor vlak langs. Heel in de verte staat een wa tertoren. Vogels en koeien. Schijnbaar is er een paar me ter verder niks aan de hand. Bij een afvalcontainer liggen tijdschriften. Onder andere een hele jaargang van een mi- lieutijdsc^rift. Een artikel luidt: "De koepel vormige plantenkas" en een ander "Ondergrondse leidin gen". In de container een sta pel romannetjes (waaronder De ruige vechtjas) en een boekje over de genietingen van marihuana. Verder op vallend veel folders van ma kelaars. Bij bestudering er van blijken het allemaal re cent aangevraagde folders te zijn voor huur- en koopwo ningen. Lekkerkerk is voor veel mensen definitief "Srreerkerk" geworden. Paadjes Tussen de huizen zijn heerlijke paadjes. Erandgangen die op een zomeravond het erotisch gevoel van jonge Lekker- kerkse stelletjes ongetwijfeld beroerd zullen hebben. De paadjes gaan tegen de grond. Of nog beter gezegd: ze gaan uit de grond. Tot vijfenzeven tig centimeter onder het maaiveld. Bij ieder huis staan kratten met flessen drinkwa ter. Ook bij de reeds leegge haalde huizen. Ondanks het prachtige weer zit niemand in de tuin. Overal zie je vrouwen dozen inpakken. De sche merlampen staan bij elkaar op een tafel. De schilderijen zijn van de muren gehaald. In elke tuin staat het gras heel hoog. De laatste weken is er kennelijk niet meer gemaaid. Waarom zouden de bewoners ook? Behalve het gras van de gemeentelijke groenstroken. Dat ziet er keurig-netjes uit. Op een pleintje aangekomen, zet een man huisraad in zijn eigen auto. In een volière zit een papegaai uit volle borst te schreeuwen. Het is één uur in de middag geworden. Bijna nergens spelende kinderen. Speelgoed ligtonbespeeld op de stoep. Kamerplanten wor den ook weggegooid. Omdat ze in aarde uit de tuin waren gepoot. Eindelijk een kleine jongen. "Wat doe je?", vraag ik. "Ik speel verhuisau- tootje", zegt hij. "Wij gaan naar de IJsbaan", praat hij trots. Hij heeft de parapluie en de boeken uit de container gehaald. Op sommige zolder vensters zijn affiches geplakt. "De burgemeester", zegt de jongen. Het is echter het por tret van Jan Terlouw die een lezing in Lekkerkerk komt houden. "Daar heb ik een boek van gelezen, dat over Pjotrzegt het Knaapje na dat ik hem heb verteld dat het niet de burgemeester is. Een man laat een gordijnroede uit zijn zolderraam vallen. Hij vloekt. Het schalt door de zonnige wyk. In een achter tuin is een moestuintje inge richt. De sla staat er patent bij. De verhuiswagens dragen be schilderingen in de trant van "You meet us everyday", de verhuizers vertellen dat ka merplanten wel mee mogen maar plantjes uit de tuin niet. Naast een keukendeur hangt als versiering een reddings boei. Op de grasmat een an ker. Het lijkt op een tuin van een gepensioneerde zeeman. De grens tussen gif en niet-gif wordt gevormd door een heel schone sloot. Met waterlelies en tientallen eendjes. Aan de overkant van de sloot vlag getjes, was aan de lijn en blije, spelende kinderen. Een op geschoten jongeman speelt trompet in een keurig onder houden tuin. Een meisje staat te hoelahoepen. Luxueuzer In de villawijk van het vergif tigde kwartier teruggekeerd; hetzelfde beeld: Stilte, ver huiswagens en dozen. Een straat draagt de idyllische naam "De Groene Zoom". Het afgedankte huisraad in de afvalbakken is iets luxueuzer dan elders in de wijk. Vier meisjes in discokleding lopen zwijgend door de straat. Niks geen druk bakvisgekwetter. Na een paar uur ga ik me steeds beter beseffen hoe "gek", hoe afschuwelijk vooral, deze volksverhuizing is. Mensen die twee maanden geleden nog dachten over een zwembad in de tuin, zijn nu veroordeeld tot een stacara van. Een villabewoner leest in een bijeengeruimd interieur de krant. Op een gevel is een bordje geschroefd met de tekst "Alle verzekeringen". Tegen het gif-leed heeft de ei genaar van het bordje zich helaas niet kunnen verzeke ren - zo neem ik aan. Lees verder op pagina ËH

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 19