"Bankiers regeren Europa" Samen-wonen en mede-huren (2) Rabobank 9 <£_3 Rabobank S3 aWjgBwMgWmKumjIM Rabobank 9vvv Door Jan Gerritsen BRUSSEL (GPD) - ,,De strijd tegen de inflatie wordt te eenzijdig gevoerd. De huidige aanpak in de EG-landen heeft het gevaar in zich dat de werkloosheid nog belangrijk toeneemt. Die prijs is te hoog om te betalen". Deze waarschuwing is afkomstig van ir. Henk Vredeling, EG-commissaris voor sociale zaken en werkgelegenheid. De oorzaak van de eenzijdige aanpak volgens Vredeling: „Niet de regeringen maar de bankiers regeren Europa". Alleen de pre?identen van de cen trale banken voeren in Europa werkelijk overleg, aldus Viede- ling. Het overleg in de Europese Gemeenschap over een gemeen schappelijke aanpak op econo misch en sociaal terrein is „in de mist blijven steken Vredeling: „Wat zich op dit gebied afspeelt is zeer vagelijk en heeft weinig of geen vorderingen opgeleverd. Er is geen vergelijk mogelijk met de vooruitgang op monetair ge bied". In alle EG-landen wordt thans een strakke geldpolitiek gevoerd om de inflatie doeltreffend te bestrij den. De doelstelling is uitste kend. maar het middel is te een zijdig. Het afglijden naar een mo- netairistisch beleid - voor zover er geen sprake is van een bewuste keuze zoals in Engeland - heeft ernstige gevolgen voor de werk loosheid, aldus Vredeling. De EG-commissaris wijst op de Ver enigde Staten: de rente is daar tot ongeveer 18 procent gestegen en de werkloosheid bedraagt 7 pro cent. In Engeland gaat het de zelfde kant op. Aan de andere kant is er het voor beeld van Duitsland. Vredeling: „Ook in Duitsland is altijd een tamelijk strakke geldpolitiek ge voerd. Maar dat gebeurde in het kader van een volstrekt samen hangend beleid op economisch en op sociaal gebied. Daarbij speelde uiteraard de Duitse angst voor inflatie een grote rol. In Ne derland week het beleid niet veel af van het Duitse. Herstel van de volledige werkgelegenheid was en is formeel nog steeds de eerste doelstelling van de economische politiek van de regering in Den Haag EG-commissaris Henk Vredeling Rentestijging Voor de krap-en-dus-duur geldpo litiek van de centrale banken ziet Vredeling twee oorzaken. In de eerste plaats is er de verhouding van de Europese munten tot de Amerikaanse dollar. Door de enorme rentestijging in de Ver enigde Staten moest ook de rente in Europa worden opgetrokken om te voorkomen dat te veel ka pitaal naar Amerika zou af vloeien. De eerste gevolgen zijn bekend: hoge hypotheekrenten, het ineenstorten van de woning markt en in éen jaar 50.000 werk lozen in Nederland erbij. Een tweede factor - waarop de EG- landen meer invloed hebben dan op de dollarkoers - is het Euro- frees Monetair Systeem (EMS). De munten van acht EG-landen (allien Engeland doet niet mee) zijn aan elkaar „gekoppeld het geen tot een grote discipline bij het monetair beleid noopt. Vre deling: „Toen de Negen besloten tot instelling van het EMS (de cember 1978) kwamen ze ook overeen „begeleidende maatre gelen te nemen om een gemeen schappelijke economische en so ciale politiek te ontwikkelen. Bo vendien zouden er zulke maatre gelen nodig zijn om de arme EG- landen (Italië en Ierland) in staat te stellen economisch in de pas te blijven bij de sterke EMS-broe- ders, vooral Duitsland. Maar daar is vrijwel niets van terecht geko- ,De monetaire samenwerking heeft daardoor geen vervolg ge kregen op economisch en sociaal gebied. Van een Europese wei k- gelegenheidspolitiek is al hele maal niets in huis gekomen. Het is dan ook een zeer wijze daad van de regeringsleiders van de negen EG-landen dat ze besloten heb ben tot uitstel (tot volgend jaar) van de tweede fase van het EMS. Ik ben bang dat het nu doorvoe ren van die tweede fase ten koste van de werkgelegenheid zou zijn gegaan aldus de Nederlandse EG-commissaris. Minder ingenomen is Vredeling met de constatering van dé Euro pese raad van regeringschefs ir een verklaring na hun topberaad dat „het streven in de Gemeen schap om de structurele werk loosheid terug te dringen geïn tensiveerd en beter gecoördi neerd moet worden Niet zonder bitterheid zegt hij: „Deze oproep die gericht is aan de Europese Commissie, is te vergelijken met een advies aan de politieagenten in Amsterdam dat ze bij volgende rellen zonder pet en wapenstok de straat op moe ten gaan en tegen de stenengooi ers met twee woorden moeten spreken" Er is niets erger dan verantwoorde lijkheid zonder macht, vervolgt Vredcling. In de EG ligt de macht bij de Europese Raad. Die roept nu de Europese Commissie op aan het werk te gaan, maar wei gert het EG-bestuur tegelijkertijd reële macht te geven. Daardoor lok je in de EG een crisis uit en dat terwijl in de wereldpolitiek branden woeden. Het geeft soms een hopeloos gevoel, maar het hoort wel bij het politieke be drijf. Cumulus Congestus: gezwollen stapelwolk Maandag weet u meer. PAGINA 31 Tegen muur Zoals de regeringen in een moeilijk pakket zitten, zo staan ook de vakbonden met de rug tegen de muur. erkent Vredeling. Maar als van de regering een meer op be houd van werkgelegenheid ge richte politiek wordt gevraagd, dan zouden ook de vakbonden bereid moeten zijn zich soepeler op te stellen. Vredeling: „Zo dient de volledige automatische prijscompensatie in deze tijd geen heilige koe meer te zijn. Maar daar dient dan ook wat te genover te staan, bijvoorbeeld op het gebied van herverdeling van arbeid, de medezeggenschap en de vermogensaanwasde- ling". Vredeling betreurt dat de vakbon den in Nederland „politiek zijn uitgepraat" als gevolg van de loonmaatregel van de regering- Van Agt en nu „illegale acties krijgen opgedrongenHij wijst erop dat in Frankrijk zeer on langs een onderhandelings grondslag tussen regering en so ciale partners is rondgekomen die een oplossing biedt voor het vraagstuk van de herverdeling van arbeid. Aan dit akkoord heeft ook de grote communistische vakcentrale CGT meege werkt. De Europese commissaris voor werkgelegenheid hoopt dat ook in andere landen de geesten rijp worden voor een dergelijke aan pak van de werkloosheid. Die hoop is echter gering. Vanaf het begin van dit jaar probeerde Ita lië de ministers van financiën, van economische zaken en van sociale zaken van de Europese Negen bij elkaar te krijgen om over zo n beleid te discussiëren. De financien-ministers gingen niet op de uitnodiging in. Vrede ling: „Ze zijn als struisvogels die bij gevaar hun kop in het zand steken". De strijd tussen de Andriessens en de Al bed as speelt in elk land, al dus Vredeling. En nationaal re sulteert dat uiteindelijk ook in beleid. Maar een gemeenschap pelijke Europese aanpak ont breekt. Dat leidt tot de laatste sombere constatering van de Eu ropese sociale commissaris: „De bankiers regeren Europa. Dat be tekent niet dat er sprake is van een machtsovername door de di recteuren van de banken. Zij re geren huns ondanks. De rest - de regeringen - doet zijn plicht niet". Veel sterker dan tot voor kort wordt het leven van veel mensen beïn vloed door de beheersers van het geld, de banken. Geld is duur. zoals talloze huiseigenaren weten. Hoge hypotheekrente (ver boven de tien procent) en verzwaarde leningsvoorwaarden, nebben veel men sen in grote moeilijkheden gebracht. Duur geld betekent ook minder investeringen, minder uitbreiding van de produktie en dat terwijl de werkloosheid toeneemt, de inflatie aanwakkert en de economische groei bijna tot stilstand is gekomen. Na de laatste mislukte Europese topconferentie van de regeringsleiders van de Europese Negen, enkele weken geleden in Luxemburg, klonk een noodkreet van de Europese vakbonden (EW). De Europese Ge meenschap moet een strategie ontwikkelen ter bestrijding van de werkloosheid, de inflatie en de algemene achteruitgang in de levens standaard van de werkende klasse, luidde de verklaring van de te leurgestelde vakbonden. Daarmee gepaard ging de oproep regeringen en de Europese Commissie, het „dagelijks EG-bestuur", onder druk te zetten. De vakbonden zijn bang dat de Negen steeds meer een monetairistische economische politiek zullen volgen. Die stelt inflatiebestrijding voorop, met een toeneming van de werkloosheid als gevolg - de hardhandige remedie van de Amerikaanse econoom Milton Friedman, die nu in Engeland als eerste EG-land, door de conservatieve regering van Margaret Thatcher wordt beproefd. De Belgische Bank Brussel Lambert schreef onlangs een overzicht over de internationale conjunctuur: „Het aansnoeren van de monetaire buikriem en het duurder geworden krediet gaan nog meer drukken op een economie die al naar adem snakt". De vakbondsroep om een EG-strategie tegen de werkloosheid is dus maar al te zeer op zijn plaats. Toch bleef ze vrijwel onopgemerkt. Ir. Henk Vredeling, EG-commissaris voor sociale zaken en werkgelegen heid, zegt waarom: „Niet de regeringen maar de bankiers regeren Europa". Telefoon 071-143171. 9 Dit stukje is het vervolg van ons stukje in deze rubriek van 3 mei 1980. Daarin ging het om de nieuwe huurrechtbepa lingen voor mensen, die ongehuwd samenleven. We heb ben al beschreven hoe de huurder en zijn partner het medehuurderschap voor de partner kunnen aanvragen en op welke gronden de kantonrechter zo'n verzoek toewijst. Waarom is het nu zo belangrijk, dat de persoon met wie de huurder samenwoont. medehuurder wordt? De twee voorbeelden in ons vorig stukje laten daar al iets van zien. De zoon in Den Haag werd nog net op tijd wèl medehuurder: de aanvraag voor het medehuurder schap kwam voor de vrouw in Rotterdam te laat! Het medehuurderschap is vooral van belang, als de huurder en de partner uit elkaar g*ian en de huurder de huur opzegt. Als de partner dan medehuurder is, mag hij blijven zitten. Wel moet hij dan binnen twee maanden opnieuw naar de kan tonrechter om te vragen of hij de huurovereenkomst mag voort zetten. De kantonrechter wijst dit verzoek altijd toe, als de partner een woonvergunning van de ge meente kan krijgen. Zo n verzoek aan de kantonrechter is niet no dig. als de verhuurder meteen al bij het aangaan van de huurover eenkomst of later zelfheeft inge stemd met het medehuurder schap. dus zonder dat: daarvoor een kantongerechtprocedure hoefde te worden gevoerd. iAls de partner in geval van opzeg ging door de huurder een mede huurder is, kan hij de huurover eenkomst alleen dan voortzetten als de verhuurder dat goed vindt. Hij heeft er dan dus geen recht op! In geval van overlijden van de huurder mag de partner, die me dehuurder is. zonder meer blij ven zitten. Hij hoeft dan dus ook niet. zoals bij opzegging, op nieuw naar de kantonrechter. Maar is de partner geen medehuur der en de huurder komt te over lijden. dan moet hij zich wel tot de kantonrechter wenden om (mogelijk) te kunnen blijven. Dat moet dan gebeuren binnen zes maanden na het overlijden van de huurder. De kantonrechter zal zijn verzoek in elk geval afwij zen. in de volgende gevallen: 1. als hij niet kan aantonen, dat hij met de pvei leden huurder sa menwoonde en met deze een duurzame gemeenschappelijke huishouding voerde (de termijn van twee jaar wordt hier dus niet geëist): 2. als hij financieel niet in staat is de huur op te brengen; 3. als hij geen woonvergunning van de gemeente kan krijgen. Overi gens zijn dit minimumvoorwaar den. De kantonrechter kan het verzoek ook op andere gronden afwijzen. Woonvergunning In twee gevallen kan de partner van de huurder dus alleen maar blij ven zitten, als hij aan de kanton rechter een woonvergunning van de gemeente kan voorleggen; a. als de partner medehuurder is en de huurder zegt de huur op; b. als de partner geen medehuurder is en de huurder ovei lijdt. De gemeente heelt hierbij dus een belangt ijke vinger in de pap. Als de woonvergunning wordt ge weigerd, kan de partner namelijk niet blijven. Het is nog niet bekend, hoe de ge meente zal gaan optreden. De gemeente kan namelijk steeds de eis stellen, dat de partner aan de gunning moet voldoen, zoals de ze zijn vastgelegd in de regeling woonruimteverdeling. Wel lijkt het ook naar de gemeente toe ver- standig om het medehuurder schap maar zo snel mogelijk aan te vragen. De gemeente kan de woonvergunning formeel dus mand daarvoor op grond van de regeling woonruimteverdeling niet in aanmerking komt. Maar de gemeente zal allicht geneigd zijn tot een socpelei houding, als die persoon al medehuurdei is, en hoe langer hij dat is, des te be ter, denken wij. Problemen met huur der Tot dusverre ging het steeds om het belang van het medehuurder- schap voor de relatie tussen part ner en verhuurder. Maar het me dehuurderschap is ook voor de verhouding tussen huurdei en partner onderling van belang. Wie medehuurdei wordt, heeft namelijk ook tegenover de huur der een gelijkwaardiger positie. Als het samenlevingsverband tussen huurder en medehuurder stuk loopt, kunnen zij over en weer de kantonrechter vragen de ander tot ontruiming van de ge meenschappelijke woning te veroordelen. De medehuurder kan dat dus net zo goed vragen als de huurder. Dat staat zo in de wet. De rechtei zal dan de belangen van beiden tegen elkaar afwegen. Waarschijnlijk is de positie van de gene, die met de huurder samen woont, zor der dat hij medehuur der is. zwakkeiToch hoeft ook deze samenleving niet kansloos te zijn, als een van beiden de wo ning moet verlaten in verband met onderlinge conflicten. Dat blijkt uit een uitspraak van de rechtbank in den Haag. in een kort geding. Het ging hier om een man en een vi ouw.die ongehuwd samenleefden. De man was huurder. Zc hadden verzuimd het medehuurderschap voor de vrouw aan te vragen. Hun onder linge problemen liepen zo hoog op. dat de man de rechter vroeg te bevelen, dat de vi ouw de woning moest vei laten. De viouw vioeg het omgekeerde. En deze rechter zei nu niet: de man is huurder, dus hij krijgt de wo ning. Nee. hij vond. dat de man en de vrouw een gemeenschappelij ke boedel hadden, waarin ook het huurrecht van de woning viel; deze boedel zou tussen hen ver deeld moeten worden. De rechter ging de belangen van man en vrouw tegen elkaar afwegen. U it- euulclijk trok de VTOUW daarbij aan het kortste eind, maarzij had dan ook meer kans op een andere woning dan de man. Toch is dit maar een uitspraak van een rechter. Het is helemaal niet gezegd, dat een andere rechter er net zo over zou denken. Daarom blijft het ook voor de relatie tot de huurder van belang, dat diens partner medehuurder wordt. Overigens hoeft dat niet altijd ook in het belang van de huurder te zijn. De mogelijkheid bestaat immers, dat de rechter de woning in geval van conflicten toewijst aan de medehuurdei Maar de hier genoemde uitspraak toont aan. dat de rechter dat in principe ook zou kunnen doen. als de partner geen medehuurdei is. Al met al, denken we, zeker geen reden om het medehuurderschap niet aan te vragen. Voorop blijft staan dat vooial de positie van de partner naar de verhuurder daardoor veel sterker wordt. Vuistregels Deze moeilijke regeling laat zich in de volgende vuistregels voor samenwoners samenvatten: 1. Regel zo mogelijk meteen bij het aangaan van de huurovereen komst. dat deze op naam van ber den komt. 2. Probeer dat anders zo snel moge lijk daarna alsnog te regelen. 3. Schrijf daarvoor samen een ver zoek aan de verhuurder, het best per aangetekende brief met be richt van ontvangst, door beiden ondertekend. 4. Bij weigering van de verhuurder richt hetzelfde verzoek tot de kantonrechter. Doe hetzelfde, als de verhuuider na drie maanden niet heeft gereageerd. Win daar voor eerst juridisch advies in. 5. Wie medehuurder wordt door een kantongerechtprocedure, kan de huurovereenkomst na het vertrek van de huurder alleen voortzetten, als hij de kanton rechter daarom vraagt, binnen twee maanden na.vertrek van de huurder! Win opnieuw juridisch advies in. 6. Wie geen medehuurder is op het moment van overlijden van de huurder, moet zich ook tot de kantonrechter wenden, als hij wil blijven zitten, binnen zes maan- den na heti lijden, uok hiei i - voorafgaand juridisch advies ge boden. ADVERTENTIE c-r-p Moigenstond, heeft goud in de mond. .O Maandag weet u meer. ADVERTENTIE Morgenrood, b&XL water in de sloot. V/v/A1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 31