'Eurocommunisme' nu al het graf in Onderlinge discussie in Italië wel aangewakkerd Spanje gelooft nog wel in "derd Trompetgeschal van vijf jaar geleden inmiddels verstomd FRANSE COMMUNISTEN BLIJVEN MOSKOU TROUW (Door Hein ten Kortenaar) ROME - Het is de laatste tijd stil geworden rondom het Eurocommunisme, dat zich nog maar zo kort geleden aandiende als het antwoord op de Europese crisis. Even plotseling als het een jaar of vijf geleden op het toneel verscheen, blijkt het nu te zijn verdwenen. Voor het tromgeroffel en trompetgeschal van toen is een grafach tig stilzwijgen in de plaats gekomen. Het geboortejaar van het Euro- communisme kan worden ge steld op 1975, toen de Italiaanse communistenleider Enrico Ber- linguer en zijn Spaanse collega Santiago Carrillo een gemeen schappelijke verklaring onderte kenden, waaraan zij een „histo risch karakter" toekenden en waarin zij de wil van de beide par tijen vastlegden om „de demo cratische weg naar het socialisme in vrijheid" te volgen en wel in samenwerking met alle socialis tische, sociaal-democratische en christelijk-progressieve krachten die een vernieuwingspolitiek voorstaan. Later in hetzelfde jaar volgde een soortgelijke verklaring van Ber- linguer en zijn Franse collega Georges Marchais, ook al, zo be nadrukte het Italiaanse par tijblad l'Unita, „voor het eerst in de geschiedenis". Voor die vol doening bestond enige grond: nog maar enkele maanden tevo ren had Marchais in een televisie interview zijn Italiaanse tegen hanger wegens zijn eurocommu- nistische opvattingen van „krui deniersmentaliteit" (esprit de boutique) beticht. Deze keer waren beiden het erover eens, dat de verworvenheden van de „bourgeoisrevolutie" (buiten hun kringen beter bekend als de Franse revolutie van 1789) ook in de toekomstige socialistische staat behouden moesten blijven: de vrijheid van vereniging van meningsuiting, van drukpers, van godsdienst en wat al niet. De tegenstelling tot het „reële socia lisme" van het Oostblok was in deze verklaring iets bedekter dan in de voorgaande, maar er was nu voldoende stof voor de pers om te gaan spreken van „Eurocommu nisme": een eigen lijn van drie grote communistische partijen, de Spaanse, de Franse en de Ita liaanse. Het maakte genoeg indruk op de buitenwereld om reacties op te roepen van iemand als de Ameri kaanse minister van buitenland se zaken Henry Kissinger. Op een bijeenkomst van Amerikaanse ambassadeurs in Europa (de cember 1975) in Londen, zei hij: „Het valt moeilijk in te zien hoe wij voortaan discussies in de NAVO zouden kunnen houden, als deze verschillende commu nistische partijen Westeuropese regeringen onder hun controle zouden brengen. Het bondge nootschap zoals het nu bestaat, zou dit niet kunnen overleven. Het westerse bondgenootschap heeft altijd een belang gehad dat boven de militaire veiligheid uit ging. De Verenigde Staten zou den alleen komen te staan in een wereld waarin zij niet hetzelfde waardesysteem zouden verte genwoordigen als de overige lan den". Woedend Zijn medewerker voor Oost-Euro pa, Helmut Sonnenfeld, voegde er nog aan toe dat de VS er vooral belang bij hadden de Sowjet-he- gemonie in Oost-Europa veilig te stellen, door de banden tussen de Oosteuropese landen met de Sowjet-Unie te bevorderen. Wat beiden gemeen hadden, was de beduchtheid voor een verbreking van het bestaande evenwicht. Een vrees, die door de Sowjets werd gedeeld, blijkens de woe dende aanvallen op de westerse ketters door partij-ideoloog Soeslov in de Prawda en de voortdurende pogingen om op een Europees congres van com munistische partijen de tegen stellingen te overbruggen. Toen dat congres in juni 1976 ein delijk in Berlijn werd gehouden, werden de tegenstellingen eerder toegedekt in een weinig zeggend slotdocument, dat geen van de drie eurocommunistische partij en ertoe verplichtte af te zien van hun „nationale weg naar het so cialisme" of zich te houden aan een alleenzaligmakende model van één socialistische staat: dat van Sowjet-Rusland, dat zij in tussen allen hadden afgewezen. Dat was het grote moment van het Eurocommunisme: de term zelf, van onzekere journalistieke afkomst, kreeg diezelfde maand, op een massabetoging in Parijs, de zegen van Berlinguer, die het woord overigens omgaf met hoorbare aanhalingstekens, die ook in de gedrukte tekst terug te vinden waren. [n maart 1977 ontmoetten de drie partijleiders elkaar in Madrid. Sleutelwoorden in het gemeen schappelijk communiqué waren „dialoog" en „het vinden van overeenstemming" met „antika pitalistische" en „vredelievende krachten". Behalve een gemeen schappelijke politieke lijn, het streven naar een maatschappij- vorm „die afwijkt van elk ander bestaand model", betekende het vooral een nieuwe vorm van soli dariteit tussen een aantal wester se communistische partijen. De twee grootste daarvan (van Frankrijk en Italië) stonden zoals het er toen uitzag, op de drempel van regeringsverantwoordelijk heid De vrees voor evenwichts- verstoring bij de twee wereld machten was dus niet onge grond. Nu, vier jaar later, zien de zaken er heel anders uit. Carrillo, intussen leider geworden van een officieel toegestane Spaanse partij, is er aan de ene kant uitgesprongen door de Sowjet-Unie zelfs elk so cialistisch karakter te bestrijden. Hoewel zijn boek „Eurocommu nisme en staat" door de Italiaanse communisten in vertaling werd uitgegeven, heeft de PCI hem op deze weg nooit gevolgd. Het leni nisme heeft voor Carrillo afge De drie communisten leiders van Frankrijk (Marchais. Spanje (Carrillo) Italië (Berlinguer), hier van links naar rechts broederlijk bijeen. De verbroederings gedachte van één Eurocommunisme is echter, sinds de lancering vijf jaar geleden, ineen gezakt. daan, hoewel het als onderdeel van de partijgeschiedenis nooit zal afgeschreven, al was het al leen maar omdat men het zich niet kan veroorloven de oude garde van de partij voorgoed van> zich te vervreemden. En aan de andere kant heeft men Marchais zien verdwijnen: nadat hij in het zicht van de Franse pre sidentsverkiezingen had getoond dat de PCF niet bereid is de tweede viool te spelen en de kans op een linkse overwinning had verbruid door het eenheidspact met Mitterrand's socialisten op te zeggen, liet hij ook ten opzichte van Berlinguer geen gelegenheid voorbijgaan om de Franse onaf hankelijkheid te benadrukken. De afwijzende houding van de PCF ten aanzien van de Europese verkiezingen botste regelrecht met de positieve instelling van de PCI. Dat kwam duidelijk tot uitdruk king in het nietszeggende com muniqué van de ontmoeting tus sen de twee partijleiders in mei 1979: alle voorafgaande geza menlijke verklaringen werden nog eens bevestigd, maar over de lopende kwesties, en met name over de aanstaande verkiezingen, werd met geen woord gerept. Een soortgelijk échec leed de ontmoe ting van jan. dit jaar, die uitliep op een vage verklaring van soli dariteit, waarin niets werd ge zegd over het brandendste probleem van het ogenblik: de Russische inval in Afghanis tan. Na afloop van die ontmoeting snel de Marchais naar Moskou om zijn instemming te betuigen met het Sowjet-optreden, terwijl Berlin guer en het centraal comité van de PCI er hun scherpe afkeuring over uitspraken. En alsof dat nog niet voldoende was, kondigden de Italianen onlangs aan een par tijdelegatie naar Moskou's aarts vijanden, de Chinese communis tische kameraden, te sturen. Geschilpunt Een ander geschilpunt tussen de kameraden is de steil ingname ten opzichte van de NAVO. De Fran sen willen er totaal niets van we ten, Carrillo en de zijnen kiezen voor een „derde weg": neutraal, maar met behoud van de Spaans- Amerikaanse bases, terwijl de Italianen het NAVO-lidmaat- schap accepteren, ook al stellen ze net als de Spaanse CP tegen blokvorming te zijn. Er is dus niets meer over van de veelbelovende solidariteit van vier jaar geleden. In die zin is het Euracommunisme van het toneel verdwenen. Wat de drie partijen ook elk voor binnenlandse con sumptie prediken, één funda mentele vaagheid resteert. Want hoe de „derde weg" tussen so ciaal-democratie en het „reële so cialisme" van Oost-Europa er moet uitzien, is nog nooit hele maal uit de verf gekomen. MADRID - De Russische inval in Afghanistan heeft ook de Spaanse communistische partij niet onberoerd gelaten, gezien ook het feit dat op een officiële reactie (de inval werd be treurd) vijf dagen moest worden gewachte Eén van de belangrijkste afde lingen van de PCE, die van Catalonië, liet zich echter aan het afkeurende oordeel van de centrale leiding in Madrid niets gelegen liggen. In een resolutie werd het Sowjet-op treden in Afghanistan góed- gekeurd en in één adem de term „Eurocommunisme" als politieke definitie ge schrapt. Slim Voor de geharde en slimme par tijleider Santiago Carrillo gaat echter geen zee te hoog. De Catalaanse reactie wuift hij van de hand als „emotio neel. Je, moet dit zien in het kader van de strijd tegen het Amerikaans imperialisme." En de bijvalsbetuigingen van n onze correspondent Peter Hattink) zijn Franse collega Marchais aan het adres van Moskou worden naar buiten toe ook als een te verwaarlozen factor in de verhoudingen met de zusterpartijen gedefinieerd. Carrillo: „De verhoudingen met de PCF zijn uitste kend". Ik vraag Carrillo of de reacties van zijn Spaanse en Franse kameraden zijn geloof in een derde weg, tussen sociaal democraten en pro-Moskou communisten, niet heeft ver zwakt. Carrillo, emotioneel: „Voor mij is de Russische in val in Afghanistan een toon beeld van Sowjet-hegemonie en imperialisme. Natuurlijk zijn er ook in Spanje nog communisten van de oudere generatie, die de illegale ver- zetsperiode onder Franco niet kunnen vergeten. Zolang de restanten van stalinisme en leninisme binnen de partij geen georganiseerde tendens vormen, is er geen reden tot ongerustheid. Onze derde weg is levensvatbaar, ook in ternationaal. We willen met iedereen samenwerken, ook met bijvoorbeeld de West- duitse sociaal-democra- trouwste adepten in Oost-Eu ropa: de Bulgaarse partijlei der Zjivkov. "Die uitnodiging lager al een jaar. Ik heb er vier dagen in de bergen gejaagd, op everzwijnen en hazen. En twee dagen geconfereerd, ook over de Russische inval. Ja, we verschilden grondig van mening" Hoewel het begrip „Eurocom munisme" diverse malen valt, blijkt een directe vraag vol doende om Carrillo behou dender stellingen te zien be trekken. Is de PCE een euro- communistische partij? Car rillo: „Daar geef ik geen ant woord op. Ik heb geleerd voorzichtig te zijn". Een heet hangijzer in de Spaan se politiek is de verhouding tot de NAVO. Als Spanje niet toetreedt, hoe kan het dan militair serieus worden ge nomen door zowel Oost als West? Explosie ten". Carrillo heeft er ook weinig moeite mee dat hij direct na de Russische inval op bezoek ging bij één van Moskou's Het lijkt alsof Carrillo explo deert. „Spanje zal militair nooit en door niemand se rieus worden genomen. Als er een conflict komt, zal Spanje met bondgenoten moeten manoeuvreren (hij vermijdt zorgvuldig verdere aandui dingen). Spanje kan met zijn Carrillo .inval in Afghanistan toon beeld van imperialisme eigen militaire technologie en industrie een eind komen. Het land moet zich net zomin als Joegoslavië aan een bui tenlands militair machtsblok onderwerpen. Als lid van de NAVO zou Spanje slechter af ^zijn dan als onafhankelijke (militaire) mogendheid. Uit realistisch oogpunt van de fensieverhoudingen is onze partij niet tegen handhaving van de drie Amerikaanse ba ses op Spaanse bodem, zo lang de Amerikaanse ge vechtsvliegtuigen of oorlogs schepen op weg naar een conflictzone geen gebruik maken van de faciliteiten op deze Spaans-Amerikaanse bases" PARIJS - Zeven maanden nadat de drie kopmannen van het Eu rocommunisme, Berlinguer, Marchais en Carrillo, elkaar in Madrid omarmden (maart 1977), was voor de Franse communis ten de geestdrift voor „brede samenwerking" in de binnen landse politiek al voorbij. De onderhandelingen met de so cialisten over de zgn. herziening van het gemeenschappelijk re geerprogramma liepen dood. De verkiezingsnederlaag van de „an tikapitalistische krachten" in Frankrijk in het begin 1978 bete kende voor de Franse communis ten een nieuw begin. Van die dag af werden de Franse socialisten van alle denkbare en ondenkbare vormen van kwaadaardigheid beschuldigd. Italianen en Span jaarden begrepen toen dat in Frankrijk het Eurocommunisme ten einde liep. In januari schoof Georges Marchais het Eurocommunisme definitief achter de coulissen, nadat hij eerder vanuit Moskou zijn volle dige instemming had betuigd met de Sowjet-inval in Afghanis tan. Tijdens een interview - hij sprak anderhalf uur lang op ho- nend-provocerende toon - bena drukte hij dat de Fransen „nog niet hebben begrepen dat ik Mar chais heet, en dat hij daar Berlin guer heet en die andere Carrillo. U hebt nog niet begrepen dat de Franse communistische partij i elk probleem, het ook gaat, in alle on- Marchais eigenzinnig optreden afhankelijkheid zijn eigen poli tiek bepaalt en dat zonder raad te vragen noch aan mijn vriend Berlinguer, noch aan Leonid Brezjnjev, noch aan Santiago Carrillo, noch aan wie dan ook Kloof De kloof tussen een groot deel van het Franse kiezersvolk en de CP is door Marchais' eigenzinnige optreden vergroot. Eén reden is zijn weigering om een afdoend antwoord te geven óp zijn erva ringen in de oorlogsjaren. Mar chais wordt ervan beschuldigd achter te houden dat hij vrijwillig in Dujtsland heeft gewerkt. Maar meer nog hebben de vele koers wijzigingen van de parti j het ver trouwen in de leiding ge schokt. Het is de Fransen nog steeds niet duidelijk waarom precies de communisten de onderhandelin gen over herziening van het ge meenschappelijke regeerpro gramma met de socialisten lieten springen. De ware achtergrond van die „volte face" is nooit ge schilderd. De voornaamste theo rieën die erover in omloop zijn, willen dat de communisten be vreesd waren als kleinste coali tiepartner door de socialisten te worden overvleugeld. Maar ook, dat vanuit Moskou de „linkse opmars" werd geblokkeerd om dat de Sowjet-Unie liever met een „onafhankelijke" Giscard d'Es- taing van doen had, dan met een regering Mitterrand-Marchais, die het wankele machtseven wicht in West-Europa wel eens in gevaar zou kunnen brengen. De links-radicale socialist Jean- Pierre Chevenement, die een van de warmste voorstanders van het gemeenschappelijk program was, merkte onlangs op: „Wel licht ging het met het commu nisme om niets anders dan om een tactiek, waarmee de commu nistische partijen in West-Europa binnen een hen vijandige omge ving meenden te kunnen overle- Getto Socialisten-leider Mitterrand wordt nu als kapitalistenvriend afgeschilderd. Georges Marchais en de zijnen hebben zich in een getto teruggetrokken, waartoe ook de oude „vrienden" Berlin guer en Carrillo nauwelijks toe gang meer hebben. Van i ■respondent Hein I Kon Berlinguer ...lievelingsidee op achtergrond geraakt ROME - Hoewel de Italiaanse communisten ook tot het besef moeten zijn gekomen dat Euro- communistische banden met vooral de Franse CP weinig meer inhouden dan papieren solidari teit. wil dat niet zeggen dat de PCI zijn onafhankelijke lijn opzij heeft gezet. Zoals er in zijn eigen geschiedenis, van Gramsci via Togliatti naar Berlinguer,een lo gische ontwikkeling valt aan te wijzen waarvoor de partij geen bijvalof solidariteit van buitenaj nodig heeft gehad, zo wordt deze lijn ook binnenslands doorge trokken. Het „historisch compromis isopde achtergrond geraakt. Dit lieve- lingsidee van Berlinguer, uitge werkt na de val van Allende m Chili, hield een nauwe samen werking in met de christen-demo cratische partij. Het leed echter schipbreuk toen de liefde uitslui tend van één kant bleek te komen. Na de sensationele verkiezings winst van 1976 liet de PCI zich in een ondergeschikte positie drin gen. De christen-democraten, onder premier Andreotti, bleven als al tijd aan de regering. De commu nisten mochten hen goedgunstig van buitenaf steunen. Het leidde, naast een verscherping van het extreeth-linkse terrorisme {nu ook gericht tegen de „berlingueriaan- se. revisionisten"), tot grote onte vredenheid binnen de partij en tot aanzienlijke verliezen bij de vervroegde verkiezingen van 1979. Van toen afbleven de communisten in de oppositie en weigerden zij elke medewerking aan de rege ring, zolang zij er zelf geen deel van zouden uitmaken. Met hoe weinig resultaat, bleek nog eens twee weken geleden, toen het lan delijk congres van de christen democraten met tweederde meerderheid elke vorm van rege ringssamenwerking met de PCI Met enig recht lonen de Italiaanse communisten zich kriegel wan neer de andere partijen, en vooral de christen-democratenelke keer nieuwe eisen blijven stellen voor hun toelatingsexamen tot de de mocratie. De enigen van wie zij een voldoende verwachten, zo zeggen zij, zijn de kiezers. Het moet gezegd dat de zojuist aj'ge- treden christen-democratische partijleider Benigno Zaccagmni zijn congresrede verantwoordelijkheid volmondu Maar Zoo heeft vas dan ook de 9>.toijl de overwinnaar Fanfani eze week in een interview met et Romeinse blad La Republica oldaan kon vaststellendat de hristen-democraten volledig de uit sluit ir ig van de communisten uit de reg lering op zich hebben ge- Zo lijkt de weg van het Eurocom- ook in ituiiè aan alle kanten r ast te lopen, maar wel nteressant gevolg: de in- terne discussie binnen de partij is ïngewakkerd. Tot nu toe overheen i te het „democratisch een tra lis me", waarbij een theore- tisch vrij e discussie werd gevolgd dooi een topbeslissingdie don ook duo, alle partijleden on voor- waardel i jk moest worden aan- paard en bi leden Tegenwoordig staan partijbladen als l Unita en Rinascitt i open voor kritische stemmen uit de partij. Dat geldt niet alleen voor topfigu ren ah Giorgio Amendola. met zijn kritiek op het sociaal-econo misch beleid van de partij en de communistische vakbond, maar ook voor nagezonden brieven van de basis, waarin ergernis ioordt uitgesproken over het historisch compromis, heimwee naar de ou de tijd van het stalinisme of kri tiek op al te genuanceerde partij oordelen over Oosteuropese toe standen. Dat de PCI een levendig forum is gewordenis zeker te veel gezegd, maar hoe onwennig ook, er woidt gediscussieerd. En dat maakt de communistische partij in Italië alleen maar interessan-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 23