Wie vertolkt in Egypte buitenlandse politiek? ZATERDAG 19 JANUARI 1980 PAGINA 31 CAIRO - Wie vertolkt in Egypte de buitenlandse politiek? President Sa- dat of zijn minister van buitenlandse zaken Bu- trus Ghali. Het ant woord is op het eerste gezicht niet moeilijk: president Sadat is de baas. „Wat ik zeg, is be palend", zou hij tegen Begin in Assoean heb ben gezegd. „Trek je niets aan van wat ande ren zeggen". Tegenover Begin loopt Sadat in de pas. Via zijn minister van buitenlandse zaken Butrus Ghali speelt hij mooi weer te genover zijn Arabische broe ders, wier belangen hij - on begrepen als hij is - ondanks alles blijft behartigen. Begin en Sadat houden het steeds mooi; strijken hun meningsverschillen gl&d, en leggen de nadruk op datgene waar ze het over eens zijn. Daar komt geen dreigend woord aan te pas. Anders is dat met Butrus Ghali, die steeds weer somber roept: geen echte vrede zonder de verwezenlijking van Pale stijnse rechten. Geen vluch ten, geen handelsverdrag, in feite een situatie van geen oorlog en geen vrede. Pijp Het is niet voor het eerst dat de president en de minister van buitenlandse zaken een ande re toon aanslaan. Onder een van Ghali's voorgangers, Is- maiel Fahmi, was het normaal dat de president zelf vredig zijn pijp rookte en tot Fahmi sprak: „Give them hell". Zo'n scenario lijkt ook nu niet on mogelijk. Want als Ghali een echte rebel zou zijn, en on danks de oorvijg van Sadat rustig doorgaat ongehoor zaam te zijn, zoals in dit ge sprek, dan zou hij wel ontsla gen zijn. Een dubbele-bodempolitiek past veel beter bij Camp Da vid, dat als het ware om twee slachtigheid vraagt. Wat Be gin en Sadat samen afspra ken, moge dan bindend zijn; de beslissingen worden - niet toevallig - steeds door Begin aangekondigd, en niet door Sadat, hetgeen Sadat een ze kere vorm van alibi geeft. Een alibi tegenover de Arabische wereld. Maar Sadat heeft evenzeer een alibi tegenover Israël nodig, en die vinden we Door Jaap van Wesel Anwar Sadat. Butrus Ghali. in de bureaucratie. Want dat besluiten van hogerhand - al of niet met opzet - verzanden in de bureaucratie, is in Egyp te een doodnormale zaak. Mooi weer Het resultaat is dat Sadats dub bele alibi hem in staat stelt mooi weer te spelen tegen over Begin, ten koste van Bu trus Ghali, terwijl Butrus Ghali ten koste van Begin volhoudt dat Egypte in het geheel niet van de Arabische concensus afwijkt: het eind doel is hetzelfde. Volgens Pattir, de woordvoer der van premier Begin, speelt de Egyptische minister van buitenlandse zaken Butrus Ghali een lelijke rol bij het normaliseringsproces tussen Israël en Egypte. Tijdens de topconferentie in Assoean vorige week, verzekerde Ghali dat Egypte geen nor male betrekkingen met Israël zal onderhouden als er geen overeenstemming bereikt wordt over Palestijnse auto nomie. Begin deed zijn be klag bij Sadat. De taal die Ghali uitsprak, was in strijd met de sfeer in As soean tussen Begin en Sadat. En Sadat gaf - volgens Pattir - Butrus Ghali een standje over zijn uitspraken, terwijl Begin zelf, terug in Israël, vertelde dat Sadat hem verzekerd had dat hij, Sadat, de politiek be paalt, en dat de afspraken met Standje? - Heeft Ghali een standje gehad van president Sadat? Dr. Butrus Ghali ontkent te genover ons dat er sprake is van meningsverschillen tus sen hem en Sadat: „De rol van het ministerie van buiten landse zaken is om de politiek van de president uit te voeren en toe te passen. Er is geen discrepantie tussen de presi dent en buitenlandse zaken. Sinds december 1977 her haalt de premier van* Israël dat er een dergelijk verschil is. Dat is niet waar". - U ziet geen tegenstelling tussen datgene wat president Sadat op de persconferentie in As soean heeft gezegd en datgene wat u zegt? „Nee, want het hoofdidee van president Sadat is dat hij van plan is volgens het boek te wen bij het uitvoeren van het vredesverdrag. Dat is ook de politiek van buitenlandse za ken". - Komen er dan op 26 januari vluchten van de nationale luchtvaartmaatschappijen zoals Begin, mede namens Sadat heeft verklaard in As- „Geen commentaar. Dat moet u aan de minister van lucht vaart vragen". -In Cairo wordt de opening van een luchtlijn op zo korte ter mijn bureaucratisch onmo gelijk genoemd. „Wij houden ons aan datgene wat met Sadat is afgespro ken". - De grenzen zijn in Assoean voor de tweede keer open ver klaard. Wat is daarvan de praktische betekenis? „De grenzen zijn open. Iedereen kan volgens de afspraak die ik met Mosje Dajan gemaakt heb toen hij minister was, een visum aanvragen. Er zijn on geveer 2000 aanvragen inge willigd". Technisch - Is het mogelijk om op 26 ja nuari met de auto de grens over te gaan? „Technisch wel". „Er is hier, geloof ik, een Israë lisch team om een geschikte plaats te zoeken. Ik weet het niet precies. De Israëli's vin den dit soort details erg be langrijk, maar ik heb helaas andere en belangrijker din gen te doen". - Waarom legt Begin verklarin gen af namens president Sa dat Dat is het vorig jaar in El Arish gebeurd, en nu in As soean weer. Dat is toch diplo matiek hoogst ongebruike lijk. „Dat moet u Begin vragen". - Maar bent u het ermee eens dat „Dat moet u Sadat vragen. Ik spreek voor mezelf, niet voor president Sadat". - Maar als president Sadat het ermee eens is wat Begin ver klaart, dan is dat ook bindend voor u. „President Sadat heeft op een beleefde manier duidelijk gemaakt wat belangrijk is en dat alles volgens het boekje gaat". - Verwacht u op 26 januari ver dere strafmaatregelen van de Arabische landen? Tot dusver zijn de ambassadeurs terug geroepen, maar alle andere Arabische ambassades heb ben nog een volledige staf, op de ambassadeurs na, en onder andere vlag. Kloof - Zou het zo kunnen zijn dat als gevolg van de gebeurtenissen in Afghanistan en Iran de kloof tussen Egypte en de Arabische wereld kleiner wordt? „De gebeurtenissen in het Mid den-Oosten moeten een extra reden zijn waarom we het vredesproces moeten ver snellen. En het vredesproces wordt versneld door de Pale- stijnen te helpen met zelfbe schikking. Dat lost de tegen stellingen in de Arabische wereld op. Het afwijzings front is evenals Egypte uit op vrede met vreedzame mid delen. Dat is heel belangrijk, en de westerse pers heeft dat niet opgemerkt. De verschil len met .Egypte gaan alleen over de procedure. Maar ze willen allemaal vrede in dit gebied. En iedereen heeft de resolutie 242 en het bestaan van de staat Israël er kend". Op de vraag of Egypte contac ten met de PLO heeft, wilde minister Ghali niet in gaan. - Begin heeft eens gezegd dat Sadat u Peter noemt in plaats van Butrus als hij kivaad op u is. Heeft hij u na Assoean Pe ter of Butrus genoemd? „Dat zijn leugens van Begin. Ik sta met de president op uit stekende voet". NEDERLANDSE ANTILLEN - Een delegatie van Eerste- en Tweede-Kamerleden bezoekt momenteel de Nederlandse Antillen. Het bezoek, dat twee en een halve week duurt, staat in het kader van het zoge naamde contactplan, een reeks ontmoetingen tussen de parlementen van de beide rijksdelen, die dienen om het onafhankélijk-worden van de Antillen te begeleiden. Nadat dinsdag op de eerste dag van het bezoek een korte be spreking werd gewijd aan de evaluatie van het vorige be zoek, kwam woensdag de kern van de zaak aan de orde: wel ke vorm moet de onafhanke lijkheid aannemen? De situa tie is zeer complex. Aruba, op één na het grootste eiland (ca. 65.000 inwoners), leeft al ja ren in onvrede met het groot ste eiland Curacaoca. 150.000 inwoners) door wie het zich betutteld voelt. Aruba wil dan ook op z'n eentje zelf standig worden, los van de andere vijf eilanden. De be volking heeft zich daar in een referendum voor uitgespro ken. De grote inspirator van deze onafhankelijkheidsge dachte is Betico Croes, leider van de MEP. Curacao, waar de landsrege ring zetelt, is steeds voorstan der geweest van onafhanke lijkheid van de zes eilanden te zamen. De drie bovenwindse eilanden, waarvan St.-Eusta- cius en Saba elk maar ruim 1000 inwoners tellen, schijnen het liefst met z'n drieën bij el kaar te willen blijven; de drie te zamen zouden de staats rechtelijke banden met Ne derland. willen handha ven. Zoals bekend is er, om voor deze ingewikkelde situatie een oplossing te vinden, een ko- ninkrijkswerkgroep inge steld. Van Nederlandse zijde heeft daar een aantal des kundigen zitting in, van An tilliaanse kant een aantal politici. De werkgroep zal zo mer '80 rappofrt uitbrengen, waarna een politieke ronde tafelconferentie zal vol gen. De Arubaan Betico Croes heeft vele functies. Hij is sinds een maand voorzitter van het An tilliaanse parlement, hij is woordvoerder van de op één na grootste partij in het par lement en hij is steunpilaar van de onlangs gevormde re gering-Dom Martina. Boven dien is hij lid van de konink- rijkswerkgr oep. Woensdag morgen gaf hij de voorzitters hamer over aan zijn plaats vervanger, om namens de MEP zijn visie te geven op de komende onafhankelijk heid. Jk zal u zeggen welke kant het opgaat in de koninkrijks werkgroep zei Croes. „Uit gangspunt is de soevereiniteit van alle eilanden. De drie bo venwinden willen samen blij ven, dus het gaat om vier (een heden, Aruba, Bonaire, Cura cao en de bovenwinden. Alle vier de eenheden zullen hun eigen ministerraad krijgen en hun eigen Hof van Justitie. Er zullen gezamenlijke basisre gelingen zijn, en de wetgeving zal parallel lopen. Wijzigin gen kunnen alleen na onder ling overleg tot stand komen. Er zal geen hoger toezicht zijn op elk eilandsgebied, maar een institutioneel hof zal de „eenheidswetten" toetsen. Elk Door Jan Terlouw, lid Tweede Kamer voor D'66 eiland zal op eigen benen staan, maar we zullen elkaar wel onderling bijstaan". De onthulling van Croes over de richting waarin de konink- rijkswerk groep zou denken, werd onmiddellijk ontkracht door de volgende spreker, ook van Aruba, ogk lid van de ko ninkrijkswerkgroep, de heer Eman van de AVP. „Wat Croes zegt, is onjuist", zei Eman. ,JHet advies van de werkgroep gaat regelrecht in de richting van het bewaren van staatsrechtelijke betrek kingen tussen de eilanden. Niks soevereiniteit" Hoe dit ook zij, er zit kennelijk beweging in de standpunten van de verschillende politieke partijen. Betico Croes leek minder strak n zijn beplei ten van volstrekte onafhan kelijkheid. Hij besteedde nog al wat tijd aan volkenrechte lijke relaties die zouden kun nen blijven, tussen de eilan den onderling en met Neder land. Vertegenwoordigers van Cura cao lieten geluiden horen die erop duiden dat loslaten van de staatsrechtelijke banden tussen de eilanden onderling bespreekbaar is. Ook het standpunt van de Nederland se politieke partijen is in be weging. PvdA-woordvoerder Van Krimpen liet zich veel gematigder en genuanceerder uit over het tijdstip van onaf hankelijkheid van de Antillen dan PvdA-sprekers in het re cente verleden. Zo eindigde de bespreking over dit onder werp in een rustige feer. Het wachten is op de aanbevelin gen van de koninkrijkswerk- groep. Het lijdt geen twijfel, dat nieu we politieke stormen zullen losbarsten als de onafhanke lijkheid concreter moet wor den ingevuld. De voortekenen waren woensdag al merk baar. Js Nederland bereid", zo vroe gen vele Antilliaanse spre kers, ,#ich garant te stellen voor de externe veiligheid van de Antillen na de onafhanke lijkheid?" Met andere woor den, wil Nederland die één of meer Antilliaanse soevereine staten verdedigen tegen vij anden van buiten? De Nederlandse parlementsle den reageerden daar zeer voor zichtig op. Het is ook nogal wat, je garant te stellen voor de militaire veiligheid van èèn of meer onafhankelijke staten die 10.000 kilometer ver weg liggen. Het is een onder werp dat nog veel studie zal vergen. Nog niet is gesproken over de weerbaarheid van de Antil liaanse eilanden in andere dan militaire zin. Het gebied is te klein om in eigen onder wijs te voorzien. Nu al, met Nederland nog op de achter grond, is het aantal goed op geleide Antillianen beneden het nodige. Het lijkt nauwe lijks mogelijk, op eigen kracht een behoorlijk functionerend bestuurlijk apparaat te handhaven. De economische weerbaarheid is ook klein. Toerisme is een belangrijke bron van devie zen, maar die deviezen zijn dan ook hard nodig. Vrijwel alles moet worden ingevoerd, vooral ook voedsel. De lonen zijn hoger dan op andere Ca- raibische eilanden, waardoor het zeer moeilijk is concurre rend te produceren in de in dustrie. Dit en vele ander problemen moeten onder ogen worden gezien. De draag wijdte van het probleem wordt duidelijk als men beseft dat het gaat om een gebied en een inwonertal van de grootte van de provincie Zeeland.dat in vier soevereine staten zal moeten worden opgesplitst. Zelfs in het vruchtbare, geïn dustrialiseerde en met een goed wegennet uitgeruste Zeeland zou dat geen geringe opgave zijn. Al jaren lang proberen wij onszelf wijs te maken dat de koude oorlog voorbij is. Als de Russen Cubanen in het veld stuurden keken wij daarom meest de andere kant op. Maar nu zij in Afghanistan geen Cubanen bij de hand hebben, kunnen wij er niet meer omheen. Wij zullen hoe dan ook rekening moeten houden met het feit dat hun bewapening uitloopt op de onze. Een mogelijke opvoering van de bewapeningswedloop heeft ook belangrijke economische aspecten. Daarover gaat het in het volgende. - Van belang is allereerst dat Rusland tegelijk een militaire reus en een economische dwerg is. Op de vraag hoe dat komt luidt het antwoord: juist daardoor. De Russen hebben een economisch systeem dat hen in staat stelt ontzaglijk veel middelen in te zetten voor enkele beperkte doeleinden. Daarvoor kiezen zij dingen uit die grote macht en naar buiten groot aanzien oproepen: kernbe wapening en ruimtevaart. Alles wat daarvoor nodig is nemen zij er eerst af en de rest is voor het levensonderhoud van de bevolking. Die rest is niet veel. De mensen staan nog steeds eindeloos in de rij voor dagelijkse ge bruiksartikelen. Als de laatsten in de rij te horen krijgen: jammer, maar over twee weken is er misschien weer nieuwe voorraad, is het intussen wellicht donker geworden. Zij kunnen dan nog juist de nieuwste Spoetnik over zien vliegen. Daar moeten zij zich dan maar mee troosten. Men kan niet alles hebben. Bewapening De Russische produktie per hoofd bedraagt nog niet de helft van die in het Westen. Toch maakt de grote voorrang voor de bewa pening dat er nog meer aan wordt uitgegeven dan in de Verenig de Staten. Die last drukt dus onevenredig zwaar. Op het eerste gezicht zouden we daarom misschien denken dat Russen veel r dan het Westen belang hebben bij ontwapening. Maar hun s daar niet mee in overeenstemming. Misschien is de bewapeningslast nog niet zwaar genoeg. Als wij hun uitdaging aanvaarden en ook zelf de bewapening steeds hoger opjagen, komt er een moment waarop zij moeten afhaken, zodat wij aan het langste eind trekken. Toch staat deze bewapeningswedloop als uitputtingsrace niet voor ons open. Onze publieke opinie staat dat niet toe, zoals we kort geleden in Nederland nog hebben ervaren. In Rusland speelt de publieke opinie bijna geen rol. De regering kan daar haar eigen gang gaan. De bewapening is in Rusland alleen een grote last voor de bevolking, maar niet voor de regering. Bij ons valt dat Als de Russen dan ook, tussen twee militaire acties in, even een olijftak op een van hun tanks plaatsen, zakt de bewapeningsin spanning van het Westen al weer in. Overigens heeft bfj ons herbewapening in den periode van economische slapte ook gun stige gevolgen, namelijk voor de werkgelegenheid. In verband hiermee is het misschien interessant te bedenken hoe een groot scheepse ontwapening in het Westen zou uitwerken. Pikant Als de Russen plotseling met vrede zouden dreigen, bijvoorbeeld door hun troepen uit enkele belangrijke satellietlanden terug te trekken, zouden wij vermoedelijk een flinke economische neer gang niet kunnen vermijden. Daarbij is het pikant te bedenken dat de Russen op een in lang niet afgestofte plank van hun partij archief nog een geloofsartikel hebben liggen over de onvermij delijke ineenstorting van de Westerse economie. Die ineenstor ting houden zij zelf tegen door hun oorlogsdreiging! Hoe staat het met de mogelijkheid van rechtstreekse economische druk op Rusland? Daar maken de Amerikanen thans veel werk van. De Russische economie is op dit punt de laatste tijd steeds kwetsbaarder geworden. Hun economische stelsel werkt niet goed meer. Het is uitermate geschikt gebleken een onontwikkeld land op te vijzelen tot een halfontwikkeld land. Dat gebeurde door met grote dwang voorrang te geven aan de zware industrie. In het begin is daar alles raak. Het komt alleen op de kwantiteit aan. Maar na een bepaald punt wordt verdere vooruitgang afhankelijk van de toepassing van meer verfijnde technieken. Hetzelfde sys teem van dwang van bovenaf dat de snelle kwantitatieve ontwik keling mogelijk maakte staat de verdere kwalitatieve ontwikke ling in de weg. Hier komt men met een verstarrende bureaucratie namelijk niet ver mee. Alleen op de punten waar alles op alles wordt gezet kan men zich met het Westen meten. De rest wordt verwaarloosd. Zo blijft de Russische economie halverwege steken. Men kan al leen nog verder komen door de economische banden met het Westen aan te halen, waarbij het er vooral om te doen is, moderne Westerse technieken te importeren. Dat geeft het Westen de mo- - gelijkheid daadwerkelijke economische druk uit te oefenen. Graaninvoer Grote kwetsbaarheid bestaat er ook op landbouwgebied. Het land kan zich in de meeste jaren niet zelf voeden. Zonder grootscheep se graaninvoer uit de Verenigde Staten zou er veelvuldig honger zijn. Men denke wat dit betreft aan het verhaal over de school, waar de onderwijzer de kinderen vertelde wat een grote zegen het zou zijn als de hele wereld communistisch zou zijn. Maar, vroeg een klein meisje, waar moeten we dan ons graan kopen? Daar staat tegenover dat de Amerikaanse boeren er ook belang bij hebben hun graan te verkopen. Tegenover de zwakte die door het Russische meisje werd aangewezen staat een andere zwakte: waar moeten we dan ons graan verkopen? We zien dan ook dat de Amerikaanse regering het overtollige graan van de eigen boeren wil opkopen. Maar dat kost veel geld. Hoe lang zullen de Ameri kaanse belastingbetalers dat willen opbrengen? Het zou ook gevaarlijk zijn, economische sanctves zo hoog op te dat de tegenstander vrijwel gewurgd wordt. Dan heeft hij s niets meer te verlieten bij het onb°oerkt inzetten van zijn militaire macht. Het komt er allemaal op neer dat de Russen in hun streven naar machtsvergroting altijd het initiatief hebben. Wij kunnen niet anders doen dan afwachten waar zij de volgende klap zullen uitdelen. Daarop kunnen wij vrijwel nooit afdoende antwoorden. Blijvend flink zijn is in het Westerse systeem niet mogelijk. Onze kracht wordt in zwakheid volbracht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1980 | | pagina 31