'tempo doeloe' Wat lijkt het opeens kort geleden, die periode van angst en pijn, van verdriet en vernedering.. ZATERDAG 15 DECEMBER 1979 'Ik ben eigenlijk typisch iemand, die tussen twee vaderlanden leeft, die daartussen in zit, die eigenlijk - maar dat is te zwaar uitgedrukt - geen enkel vader land heeft. Er lijkt iets tragisch in te zitten, maar dat is het niet omdat ik vanuit deze "gesple tenheid" (alweer een te zwaar woord) schrijven kan. Maar soms lijkt het me alsof ik een hoofd met twee aangezichten heb. Het ene kijkt hier in Hol land rond en heeft hier zijn inte ressen en belangen, het andere kijkt nog altijd naar het land dat achter de horizon verdween. Ik weet niet goed waar ik sta en ik Er bestaan nog sprook jes. De bruiloft van Willem van Remmelink is daar een voorbeeld van. Willem heeft in Leiden sinologie ge studeerd, maar hij do ceert al sinds enkele ja ren geschiedenis aan de Jogjase universiteit, de Gadjah Mada. De bruid is een Javaans weesmeisje, klein en knap, dat in haar bijna twee meter lange leer meester een partner voor het leven heeft ge vonden. Een romanti sche geschiedenis! De huewelijksceremonie neemt naar oud Ja vaans gebruik zeer veel tijd in beslag, maar ze vormt niettemin een boeiend schouwspel voor wie er nog niet eerder getuige van is geweest. De plechtigheid heeft plaats in de pendopoh (grote, overkap te open ruimte voor het hou den van feestelijke ontvang sten) van het naast het hotel gelegen kratoncomplex. Bruid en bruidegom gaan ge kleed in met veel gouddraad bestikt zwart fluweel. De wij ze waarop beiden elkaar te gemoet treden en zich aan het huwelijksritueel onderwer pen wekt bij het nieuwsgierig toegestroomde toeristenvolk vertedering op. Een ritueel, dat aan de buitenstaander laat zien wat alleen de ingewijden begrijpen. Honderden gasten, van wie de meesten fraai zijn uitgedost, wonen het bruiloftsfeest bij. Behalve ooms en tantes van de bruid zijn ook de uit Ne derland overgekomen moe der en zuster van de bruide gom bij de ceremonie aanwe zig. En kijk, is dat niet me vrouw Teeuw, de echtgenote van de Leidse hoogleraar in de Maleise taal- en letterkun de, die daar met haar fototoe stel rondloopt? Kris Veel van de in klederdracht ge stoken mannelijke gasten dragen een kris laag op de rug, ten teken van hun waar digheid. De vrouwen hebben vriiwel allemaal kokernauwe sarongs, waarbij ter accen tuering van hun slanke sil houet een streng gesneden kebaja wordt gedragen. De kleur van de kebaja kan een bepaalde betekenis hebben. Zo gaat een groep jonge meisjes in lichtblauwe en een andere groep in lichtgroene kebaja gekleed. De ene groep blijkt tot de fami lie van de vader van de bruid te behoren, de andere tot die van de moeder. Twee kleine meisjes in' het pauwblauw vallen op door de kokette manier, waarop ze zich met hun witte waaiertjes koelte toewuiven. Ze zijn als porse lein. Een broze indruk maakt ook de mooi opgemaakte bruid. Het beschilderen van haar gezicht, het aanbrengen ook van de versieringen in haar glimmend zwarte haar heeft dan ook vier uur ge vergd, zo wordt gezegd. Een sprookje moet ook het hu welijk zijn geweest van de jongste dochter van de ban dara pangeran harya Hadine- goro en de bendara raden ayu Hadinegoro. De tijdens een etentje bij de Hadinegoro's ter algemene bezichtiging te voorschijn gehaalde foto's wijzen althans in die richting. De prins en zijn echtgenote ontvangen graag toeristen in hun sfeervolle woning aan de Bintaran Kidul. Zo'n ont vangst, die tot het excursie pakket van menige reisorga nisatie behoort, helpt de Ha dinegoro per slot van reke ning aan de nodige financiële middelen. De gasten worden hoffelijk verwelkomd en krij gen een vorstelijke rijsttafel voorgeschoteld voor hun geld. En ze worden boven dien getracteerd op een voor stelling van klassieke Ja vaanse dansen, die een sprookje op zichzelf zijn. De voorgalerij van het huis der Hadinegoro's is de plaats waar dit sprookje tot werke lijkheid wordt. Wie een der gelijk avondje van culinair en cultureel genot in Jogja mee wil maken kan gerust even bellen De Hadinegoro's zijn te bereiken onder het num mer 2551. Ze staan garant voor een stijlvolle ontvangst. (Rob Nieuwenhuys, uit "Oost-In dische Spiegel") weet daardoor niet goed wie ik ben". de hele stad bezichtigen. Met de taxi heen en terug van de dierentuin naar de haven bij voorbeeld. Tandjoepg Perak, zo heet de haven nog steeds. Maar ze liggen er niet meer, de zeereuzen van weleer. De Dempo. de Sibajak. de Johan van Oldenbarnevelt en de Marnix van St. Aldeeonde. waar zijn al die trotse schepen van de Lloyd en de maat schappij Nederland? Vuile vrachtboten en kleine kust vaarders hebben hun plaats aan de kade. waar het een ge krioel van koelies is, ingeno men. Aan de overkant is heel duidelijk het eiland Madoera te zien. Elk jaar worden daar in de maanden september en okto ber de befaamde stierenren- nen (kerapan sapi) gehouden. De nauwe zeestraat, die de krokodillenstad van Madoera scheidt, ligt ruim dertig jaar na de oorlog nog vol met wrakstukken van tot zinken gebrachte schepen. Masten steken hier en daar boven het water uit als trieste tekens. Soerabaja lijkt trouwens toch al te verdrinken in de monu menten, die de herinnering aan de strijd van de Indonesi sche nationalisten levend moeten houden. Hard en wreed is de strijd in en rond Soerabaja geweest. Duizen den Indonesiërs zijn daarbij om het leven gekomen en ook het voornamelijk uit Bnts- Indische soldaten bestaande Engelse leger heeft er aan zienlijke verliezen geleden. En op het kerkhof Kembang Koening hebben te veel Ne derlandse jongens een laatste rustplaats gevonden. Ook Nederlandse burgers zijn in die zo genoemde bersap-pe- riode het slachtoffer gewor den van de wraakzucht van benden losgeslagen Indone sische jongeren, die met bamboestokken en op de Jappen buitgemaakte wa pens de Europese wijken aanvielen. Wie kans zag om uit handen van deze rampokkers (plunde raars) te blijven mocht van geluk spieken. Dat geluk hadden de ruim honderd vrouwen en kinderen, die tij dens een vrachtwagentrans port door een dergelijke ben de werden aangevallen en met benzine overgoten in brand werden gestoken, dus niet. De tragedie van Embong Sono Kembang... Gedrochten Even verderop ligt Toendjoen- gan, eens een elegante win kelstraat vol vrolijk vertier, nu een griezelgalcnj van ge drochten Een uitstalling van mismaakten lijkt het wel. Sommige van deze stumpers hebben geen armen en geen benen. Gruwelijk is de aan blik van een bedelaar, die als een levend borstbeeld door familieleden op een wankel tafeltje is neergezet. Een grijnzende kop zonder on derlijf. hoe is het in godsnaam mogelijk? Een gevoel van misselijkheid laat zich met moeite onder drukken. Toendjoengan. ten prooi gevallen als het is aan verwaarlozing en vervuiling, is een grote teleurstelling Het oude Hellendoorn, waar soms een strykje speelde, blijkt nu een met planken dichtge timmerde toko. Maar kijk. daar schuin tegenover, op de hoek van Embong Malang, staat nog steeds toko Nam Het ei .i tijd «Tg druk. omdat je er van alles kon krij gen. Er zyn nog meer herken ningspunten in Soerabaja. De Simpang-club bijvoorbeeld en het witte gouvemeurspa- leis, waarVan der Plas woon de en waar je als schoolkind op de verjaardag van de ko ningin een aubade moest brengen. Er zijn in Soerabaya opvallend veel bioscopen. Daar, op de hoek van de Simpang boule vard en de oude Palmenlaan. heb je er nog éen van vroeger. Het oude Maxim. Ze draaiden er alle films van Deanne Dur- bin. En de bioscoop, waar Nelson Eddy en Jeannette MacDonald 'Oh, Rosemane' zongen, biedt nu onderdak aan Barbarella. Maar zaken als Savelkool, Whiteaway en 'Onderling Belang" en etablissementen als het eens zo bekende Tabann vind je in Soerabaja niet meer terug. Darmo Een bezoek aan Soerabaja brengen betekent ook dwalen door de Darmobuurt. Het beeld van die tijd, je raakt het waar ter wereld niet kwijt. Maar komt dat nostalgische beeld ook overeen met de nuchtere werkelijkheid? Ja en nee. Je ziet er naast nieuwe villa's ook oude, vooroorlogse hutzen, met platjes en punt daken. Sommige van deze oude huizen dragen nog na men als Nijenstede en Happy Arie. De straten hebben an derenamen, maar hun ligging ten opzichte van elkaar is hoegenaamd niet veranderd De Van Hogendorplaan is lang geleden al omgedoopt in Ja- lan Kartini. Zou de numme ring van de huizen nog klop pen? Nummer zestig, num mer tweeënzestig, nummer vierenzestigverdraaid, daar is het. Het ouderlijk huis! Duidelijk herkenbaar. De vierkante, getraliede ramen, de wat naar voren springende woonkamer met aan weers kanten de twee kleinere zij vertrekken, het muurtje langs het niet al te grote woonerf Ze vormen een blauwdruk van het verleden Kr «Qon nu Chinezen in het huis. waar vader in 1942 door de Kempe- tai (Japanse geheime politie) ward opgepakt Een groot gezin zo te zien, dat de naar de plaats van herkomst teruggekeerde bezoeker be leefd toegrijnst. Verder dan de bescheiden ingerichte voorkamer gaat de gastvrij heid niet Maar ze biedt vol doende houvast om niet he lemaal vervlogen herinnerin gen op te halen. Persoonlijke herinneringen, prettige en pijnlijke. Een her ontdekking van plekjes, waarvan jy alleen het geheim kent. Een vreemde ervaring. Een samenballing van senti ment ook by de nabijgelegen school aan de Jalan Suprat- man. De voormalige Nassau- schooi aan de Van Riebeeck- laan. waar je zo stout bent ge weest en waar je lezen en schrijven hebt geleerd. Daar schuin tegenover moeten tan te Guus en oom Wim hebben gewoond. Staat dat huis er nu niet meer of is het wegge vaagd uit de herinnering'' Het blijft een vraag Zacht ruisen in Soerabaja de tjemara's (soort naald bomen i. maar ze praten niet. Soera baja. een zee van sentiment. Een bevestiging van het besef twee werelden toe te behoren, namelijk die waarin je gebo ren bent en die waarin je later opgenomen ben: Wat i het verschil tussen die werelden groot Het ouderlijk huis aan de Van Hogendorplaan in Soerabaja Er bestaan niet alleen sprook jes, er bestaan ook nachtmer ries. Dat blijkt vandaag weer. De busreis van Jogja naar Semarang duurt lang. Maar Semarang is onvermijdelijk. Semarang is kamp Bang kong. En kamp Bangkong is nooit helemaal verleden tijd geweest. Integendeel. Kamp Bangkong is in de herinne ring blijven voortleven. In dc herinnering van een Indische jongen, die nog klein was toen de Jappen het noodzakelijk oordeelden om hem kennis te laten maken met hun opvoe dingsmethoden. Kamp Bangkong is een voor malig kloostergebouw. Het is van de zusters Franciscanes sen en wordt nu gebruikt als meisjesschool. De buitendeur staat half open. Ze biedt toe gang tot een binnenplaats met aan weerszijden een lan ge. open galerij. Aan deze ga lerij zes of zeven klaslokalen. Deze lokalen zien uit zowel op de binnenplaats als op de ka pel, tegen de witte muur waarvan de rode bougainville hoog opkruipt. Een Maria- beeldje aan de andere kant van de kapel roept een sfeer van devotie op. In de klaslokalen over school schriften gebogen leerlingen en op de binnenplaats een groep meisjes bezig met een balspel. Hier en daar klinkt wat onderdrukt gegiechel om die vreemde toean (meneer) met die blanke nonja (me vrouw). Een jonge leraar treedt de toean een tikkeltje argwa nend tegemoet. Vraagt in vloeiend Engels wat de be doeling van het bezoek aan deze school is en verwijst de vreemdeling met zijn vrouw vervolgens naar zuster Doro- thé, die juist voorbij komt schuifelen. Zuster Dorothé is een zeer vriendelijke non, die al erg veel tempo doeloe achter de rug moet hebben. Ze is wat slecht ter been, maar belang stellend genoeg om te luiste ren en mee te lopen. Ja. ze weet dat dit voormalige klooster een kamp is geweest en ze begrijpt best dat de tra nen van de toean even niet te gen te houden zijn. Hier heeft de toean, als kereltje van amper twaalf jaar bij moeder uit het nabijgelegen vrouwenkamp Gedangan vandaan gehaald, dus gevan gen gezeten. Vastgezet omdat er meer bloed van een belan- da (Hollander) dan van een Indo door zijn aderen vloeide. Wat lijkt het opeens kort ge leden, die periode van angst en pijn, van verdriet en ver nedering, van verlangens naar vader en moeder, naar de vrijheid vooral. Vrijheid De vrijheid, die zo lang op zich liet wachten en die met de 'bevrijding' nog niet werd verkregen. Niet werd verkre gen omdat die bloedige acti viteiten van Indonesische ex tremisten een voortgezet ver blijf in het kamp noodzakelijk maakten. Met de Nippon- beulen als beschermers zoals bij de capitulatie van Japan door de geallieerden was be volen... Even is het alsof vandaag giste ren was. Even is het alsof die rauwe kreten nog niet ver stomd zijn. Kiotske. kiré, nao- ré! Het zijn bekende klanken voor wie in het Jappenkamp heeft gezeten. Voor wie zich in het stof moest buigen voor do kampbewakers Kiotske. kirë, naore! Het huwelijk van Willem van Remmelink in Jogja Ze dreunen nog na, die bevelen. Ochtendappèl, middagappèl, avondappèl en nachtappèl. Tellen op z'n Japans. Luiste ren naar het gebral en gebrul van de immer boze kamp commandant. Eer bewijzen aan de Tenno Heiko, de god delijke keizer van het machti ge Japanse rijk. (Dezelfde keizer die jaren later zo harte lijk de hand zou schudden van onze eigen koningin...) Roerloos in de regen staan. Rijst op rantsoen. Stijfselpap slik ken om de ergste honger te stillen. Hongeroedeem en dystentrie. Te kort aan vitaminen en te kort aan eiwitten met alle kwalijke gevolgen voor het verdere leven.. Slapen op de grond. Met de patjol (soort spade) de poort uit om kilo meters verderop het land te bewerken. Slangen eten. Sommigen zien bezwijken. Anderen naar het lijkenhuis helpen dragen. Gesnapt wor den bij het smokkelen van een schepje suiker. Zweep slagen op het zwakke lijf voelen striemen. Met lucifer houtjes tussen de oogleden vastgebonden in de felle zon. Corveedienst in de kamp keuken doen. Voedselresten in de vuilnisbak zoeken. Bang zijn voor de Koreaanse kampbeul. Hier is het gebeurd. De hel van Semarang in de herinnering herhaald. Om er nu misschien voorgoed een eind aan te ma ken. Wie heeft er overigens in Nederland nog weet van wat er toen in Indië is geschied? Wat zeggen namen als Amba- rawa, Halmehera. Banjoe- wangi, Tjideng en Tjihapit ei genlijk? Veel voor nog maar weinigen, weinig voor zeer velen. Hoeveel doden meer zouden er in deze kampen zijn gevallen als die ene allesver woestende bom niet was uit geworpen daar boven Hiros- jima? Waarom moet soms het behoud van de ëén de vernietiging van zovele anderen beteke nen? Een moeilijke dag van daag. Maar elke spanning moet haar ontlading vinden. In het hotel wacht 's avonds een grote taart. Een van de reisgenoten is jarig en dat moet gevierd. Het hotel ligt even buiten Semarang. op de heuvels van Tjandi. Het ziet uit op het oude klooster van de zusters Franciscanessen, waar eens het kwaad is ge schied. Soesoe De bus vertrekt vanmiddag pas naar het vliegveld van Sema rang. Eerst nog even een baantje trekken in het zwem bad en dan naar toko Oen, waar de stroop soesoe (met melk vermengde limonade) zo heerlijk smaakt. De koek jes zijn er trouwens evenmin in kwaliteit op achteruit ge gaan. Een korte rondrit door de stad. Langs de kampen van toen en langs het ziekenhuis, dat vlak na de oorlog dienst deed als herstellingsoord voor ernstig verzwakte vrou wen en kinderen. Het gebou wencomplex werd deson danks zo veelvuldig door In donesische opstandelingen onder vuur genomen, dat veel vrouwen hun heil vaker on der dan op het bed hebben moeten zoeken. De vlucht van Semarang naar Soerabaja duurt niet veel lan ger dan een half uur. Heel wat aangenamer dan die nachte lijke reis in omgekeerde rich ting in een geblindeerde trein zo'n dikke vijfendertig jaar geleden. Gevangen genomen 'vrouwen met hun kroost door Japanse soldaten op het sta tion van Soerabaja als vee de- wagons in gedreven. En er volgde dag in Semarang weer uitgeslagen om per vrachtau to naar Gedangan te worden vervoerd. Kamp Gedangan, waar je op houten britsen mocht slapen. met z'n allen op een rij, maar waar de mooiste (minderjari ge) meisjes van hun moeder werden gescheiden omdat ze in de soldatenbordelen beter bruikbaar waren. Haarscherp tekenen de herin neringen zich in het geheugen af. Tot het Garuda-toestel met een harde klap op de lan dingsbaan bonst. Juanda Airport. De zinderende hitte van Soerabaja slaat je bij het uitstappen tegemoet. Einde lijk terug in de geboortstad, na zoveel jaar. Waar is de tijd gebleven? Opéénhoping Soerabaja aan de monding van de bruine Kali Brantas, is een stoffige stad. toeristisch niet zo in trek. Havenstad en han delscentrum. Een opéénho ping van miljoenen mensen, die zich al of niet gemotori seerd een weg banen door de overvolle straten. Sommigen rijden er met een zakdoek voor het gezicht geknoopt op brom- of motorfiets als be scherming tegen de blauwe benzinedamp. Die zakdoeken doen aan vroeger denken, toen ze om de bezwete nek weiuen gebonden, een han digheidje om het boordje van je hemd wat langer schoon te houden. De tram is uit het straatbeeld van Soerabaja verdwenen. Maar voor een tientje kun je op redelijk comfortabele wyze Het voormalige Jappenkamp Bangkong in Semarang

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 23