„Geschiedschrijving Arnhem is bijzonder vies zaakje" Blik in de weekbladen deTijd HP Oud-journalist Heiser beschuldigt gemeentebestuur: Wat later klaar dan bedoeld DONDERDAG 6 DECEMBER 1979 ARNHEM (GPD) - Geen bijltjesdag achteraf. Eerherstel voor al die Arnhemmers, die hun le ven in de waagschaal legden tijdens de Slag om Arnhem en daarvoor nimmer zijn beloond. Eerherstel voor diezelfde Arnhemmers, die kort na de bevrijding door het toenmalige Arnhemse stadsbestuur en andere hooggeplaatste func tionarissen ten onrechte zijn beschuldigd van plundering in het door evacuatie grotendeels verlaten Arnhem. En of dat nog niet voldoende was: ook tën onrech te beschuldigd van heulen met de Duitse bezet ter. Dat is de drijfveer, die de Arnhemse oud-journalist P. C. Heiser (73) er toe heeft gebracht om het Arnhemse college van B en W in een open brief te beschuldigen van het achterhouden van waar devolle historische fei ten. Heiser is van mening, dat de gemeente opzette lijk de uitgave van een historisch boek ver traagt. Hij gelooft, dat dat gebeurt tot het moment waarop alle mensen, die destijds door het stadsbe stuur onheus zijn beje gend en dit gefundeerd kunnen aantonen, zijn overleden. „En wanneer het zo ver is kan de gemeente het boek laten ver schijnen met de waarheid, zoals zij die zien. Een waarheid, die geen waarheid is. Ik durf nu al te beweren dat dit boek een ver draaide stand van zaken gaat weergeven om de reputatie van de toenmalige Arnhemse autori teiten, onder wie de latere bur gemeester Chr. Matser, niet in opspraak te brengen" Lijnen Heisers betoog valt in twee grote lijnen samen te vatten. Aan de ene kant vecht hij - sinds geruime tijd samen met de Arnhemse journalist B. Kerkhoffs - voor het al eerder genoemde eerherstel. „Alleen een volledige waarheids getrouwe inhoud van dat boek betekent eerherstel voor al die Arnhemmers. Een waarheidsgetrouwe weergave van de gebeurtenissen toen bete kent tevens een erkenning, dat het stadsbestuur in de septem berdagen van 1944 hals over kop het zinkende schip heeft verla ten, de wijk naar Apeldoorn heeft genomen en de bevolking aan haar lot heeft overgelaten" Aan de andere kant stelt Heiser de gang van zaken rond de benoe- Kuierlatten ming van toenmalige wethouder Chr. Matser tot waarnemend burgemeester in 1945 en tot bur gemeester in 1946 aan de kaak. Want dat is een vies zaakje ge weest", aldus Heiser. P. Heiser: "Ik wens geen bijltjesdag achteraf. Ik wens eerherstel voor al die Arnhemmers die na de bevrijding ten onrechte zijn beschuldigd heid zeggen deze vier wethou ders hun medewerking aan Liera toe, stelt Heiser. In de daarop volgende nacht plegen illegalen een mislukte dynamiet- aanslag op een spoorwegviaduct in Arnhem. De Duitsers, ziedend over deze gebeurtenis, eisen dat de daders van deze aanslag zich binnen 24 uur moeten melden. Wanneer dat niet gebeurt zullen Arnhemmers voor het vuurpelo ton worden gezet. gelukt is. De stencils werden op gehangen. veel bewoners vlucht ten in paniek de stad uit naar Schaarsbergen en Apeldoorn. Ondanks verwoede pogingen van Radio Oranje om de gemoederen tot bedaren te brengen. Beschuldigd NSB-burgemeester Wanneer in Arnhem - en in heel Nederland - de geruchten over de op handen zijnde bevrijding aan alle kanten de kop opsteken, wordt op 15 september 1944 de uit Gouda afkomstige NSB-bur gemeester E. E. A. Liera tot waarnemend burgemeester van Arnhem benoemd. De Duitsers plaatsen hiermee een Hitler-ge- zinde opvolger op de Arnhemse burgervaderstoel. waar kort te voren burgemeester Bloemers door diezelfde Duitsers was afge zet. Liera blijft overigens in Gou da wonen, maar komt enkele ke ren naar de Gelderse hoofdstad om poolshoogte te nemen. Op diezelfde 15e septëmber vindt er in 't Arnhemse gemeentehuis een bijeenkomst plaats tussen Liera en de vier wethouders van dat moment: J. Bronkhorst (SDAP), Chr. Matser (RKSP), A. M. A. Klompé (RKSP) en C Smeenk (AR). Bij die gelegen Heiser: „Toen dit in de stad bekend werd moeten de vier wethouders de conclusie hebben getrokken, dat zij wel eens als eersten voor dat vuurpeloton in aanmerking zouden kunnen komen. Dit vier tal heeft toen op een uiterst laffe wijze de kuierlatten naar Apel doorn genomen om van daaruit als een soort college in balling schap Arnhem verder te bestu ren. En dat kan natuurlijk niet. Juist in die donkere dagen had Arnhem dringend behoefte aan leiding". De dag daarop, de 17e september, begonnen de gevech ten, die als de Slag om Arnhem de geschiedenis zouden ingaan. Volgens Heiser is het door het toen ontstane gezagsvacüum mogelijk geworden, dat de Duitse SS- obersturmführer Peter een eva cuatiebevel heeft kunnen doen uitgaan zonder dat de Duitse le gerleiding daar enige weet van had. Deze SS'er liet op 23 sep tember 1944 de Nederlandse SS'er A. F. Hollaar stencils druk ken, waarop de evancuatie van Arnhem werd bevolen. Peter dacht op deze manier ongehin derd de stad te kunnen plunde ren, wat hem ook voor een deel Heiser „En juist van deze plunder- activiteiten worden Arnhemmers beschuldigd, die het bevel tot evacuatie naast zich hebben neergelegd om te blijven en te redden wat er te redden viel". „Ik noem een man als G. J. Veen- stra van de Technische Nood dienst, die op alle mogelijke ma nieren de Duitsers saboteerde. Hij stagneerde de watertoevoer naar het spoorweg-emplacement, waardoor Duitse treinen met ge stolen goederen uit Arnhem niet naar de Heimat konden vertrek ken" Diezelfde Veenstra, zo stelt Heiser, is na de bevrijding door de uit Apeldoorn terugkerende wet houders beschuldigd van plun deringen en heulen met de Duit sers. „Ze hebben Veenstra vier dagen lang voor het hekje in Nij megen laten staan op de meest ongeloofwaardige beschuldigin gen. Er is nooit een veroordeling gevolgd. Die wethouders, uit Apeldoorn teruggekeerd als de gevierde jongens, moeten zelf wel gevoeld hebben dat ze fout zaten. Veenstra is een van die Arnhemmers, die in aanmerking komen voor volledig eerher stel. wethouders, die niet bijster ge liefd meer zijn bij de langzaam te rugkerende Arnhemse bevol king. Op dat moment wordt een van de vier wethouders, Chr. Matser, door het Nederlands mi litair gezag benoemd tot waar nemend burgemeester van Arn hem. Deze benoeming was tevens een doorn in het oog van de uit En geland terugkerende regering. Al voor de bevrijding was in Londen besloten dat de oud-wethouder Rademakers in aanmerking kwam voor de post van waarne mend burgemeester. Radema kers fietste in de meidagen van 1940 naar Den Haag om zich voor militaire dienst te melden als vrijwilliger. Men accepteerde hem daar niet, omdat hij nog geen kolf van een geweerloop kon on derscheiden. Toen Rademakers enkele dagen later per fiets in Arnhem terugkeerde na een moeizame tocht werd hem te ver staan gegeven, dat hij geen wet houder meer was. Burgemeester Bloemers betichtte hem van „de sertie van de wethouderszetel" „En juist deze Rademakers moest na de bevrijding waarnemend burgemeester worden. Een belo ning voor diens moedig gedrag in de meidagen van 1940. Een schunnige manier van hande len", stelt Heiser. Dagboek De Matser-koek is volgens Heiser daarmee nog lang niet op. Ook rond de benoeming van Chr. Matser tot burgemeester van Arnhem in 1946 zijn zaken ge beurd, die volgens de oud-jour nalist bepaald niet door de beu gel kunnen. Heiser haalt deze ge gevens uit het dagboek van Chr. Matser, Jat door de Arnhemse journalist B. Kerkhoffs is opge spoord. „Omdat ik ztlf geen zin heb om al les op papier te zetten schakelde ik al lang geleden Kerkhoffs in. Ik heb hem al mijn archiefgegevens ter beschikking gesteld, die op dat moment in handen waren van drs. Van Iddekinge, de man die het gemeenteboek moet schrij ven. Ik heb van Iddekinge de ge gevens in het begin van de jaren zestig ter hand gesteld toen be kend werd. dat de gemeente een boek zou laten verschijnen. Hij heeft er volgens mij nooit iets mee gedaan" Kerkhoffs, zo stelt Heiser, kwam tot de ontdekking, dat er een dagboek van de hand van Chr. Matser bestaat. Nadat hem aan vankelijk inzage in dit boek bot weg was geweigerd, stelde een bevriend ambtenaar - die overi gens niet bij de gemeente Arn hem moet hebben gewerkt - hem het dagboek in handen. Kerkhoffs vond daarin de notities, die Heiser nu doen uitspreken dat de benoeming van Chr. Mat ser tot burgemeester van Arnhern geen zuivere koffie is ge weest. Minister Beel Heiser „Uit dat dagboek blijkt, dat Matser bijzonder goed bevriend was met de toenmalige minister van binnenlandse zaken L. J. M. Beel. Zij noemden elkaar amice. Beel had juist in 1946 zijn PvdA- KVP-kabinet geformeerd en was dus premier. Ik durf te beweren dat Matser zijn vriendschap met Beel heeft uit gebuit om een benoeming tot burgemeester van Arnhem voor elkaar te krijgen. En dat terwijl Matser in die tijd jaarlijks een be drag van 10.000 gulden toucheer de van het AKU-bedrijf in Arn hem. Hetzelfde bedrijf, dat vrij wel de gehele oorlog door op volle toeren parachutezijde voor de Duitse luchtmacht heeft ge produceerd. Ik noem die benoe ming een vies zaakje" Ook de toenmalige commissaris der koningin in Gelderland, jonkheer Quarles van Ufford, was ziedend toen hem de benoeming van Matser tot Arnhems burger vader ter ore kwam. H(j dreigde te zullen aftreden wanneer deze benoeming niet ongedaan werd gemaakt. Het een noch het ander is gebeurd. Heiser „Die benoe ming is volledig buiten de jonk heer omgedaan en in Den Haag als vrienden onder mekaar gere geld. Nogmaals: een vies zaak- Doofpot Omdat Heiseren Kerkhoffs vrezen, dat gebeurtenissen als deze in de doofpot zullen worden gestopt en nimmer in het door drs. Van Id dekinge te schrijven boek zullen worden vermeld, is Kerkhoffs enige tijd geleden zelf begonnen met het schrijven van een boek over Arnhem in die laatste don kere oorlogsdagen. Niet geliefd We schrijven inmiddels kort na de bevrijding. Arnhem zit zonder burgemeester, maar met vier „Het historisch overzicht dat drs. Van Iddekinge maakt is wat later klaar dan de bedoeling was. Het gemeentebestuur vindt dit jammer. Er is geen bepaalde reden voor de vertraging. Het is mij niet bekend dat de gemeente bepaalde gege vens zou willen achterhouden". Aldus de reactie van wethouder mevrouw C. J. Lavell-de Vries, desgevraagd op de open brief van de Arnhemse oud-journalist Heiser. De wethouder is vol vertrouwen dat drs. Van Idde kinge van het gemeentearchief, dat onder haar portefeuille valt, zijn werk binnen niet al te lan ge tijd zal voltooien. „Het is allemaal wat tegengevallen. Op het archief is echter nog wel wat meer te doen dan geschied schrijven alleen. Het maakt weinig uit of het verhaal nu na 20 of 21 jaar naar buiten komt". is de mening van de wethouder. Zij vindt dat het werk wel degelijk een hoge urgentie heeft. „Dat zal niemand ontkennen. Na de publikaties van twee jaar geleden is er veel nieuw materiaal naar voren gekomen". Volgens de wethouder kan dit een reden zijn, waarom er enige vertra ging is ontstaan. Het boek verschijnt binnenkort Kerkhoffs gebruikt daarbij voor een groot deel dezelfde bronnen die drs. Van Iddekinge tot zijn beschikking heeft: het prive-ar- chief van Heiser. Met een ver schil: Kerkhoffs heeft de inhoud van het dagboek van Chr. Matser gezien, drs. Van Iddekinge niet. Heiser „Begrijp me goed hoor. Ik wens geen bijltjesdag achteraf. Ik wens eerherstel voor al die Arn hemmers, die na de bevrijding ten onrechte zijn beschuldigd. Terwijl juist deze mensen Arn hem van een totale ondergang hebben gered. De enige goede weg naar dat eerherstel is een waarheidsgetro uwe weergave van sde gebeurtenissen, die zich toen in en rond Arnhem hebben afgespeeld. Dat daarbij zaken naar boven komen, die fnuikend zijn voor de reputatie van hoog geplaatste Arnhemmers uit die tijd kan ik niet helpen. Deze men sen hebben deze historische fei ten zelf gemaakt Ik niet". Volgens Hetser blijkt uit het dag boek ran Matser. dat hij dik be vriend was met de toenmalige mi nister van binnenlandse zaken. Bfrf Het omslagverhaal van De Tijd gaat over de alimentatie. ("Ik wil na meer dan 30 jaar wel eens van die rotzooi af'). Het tijdperk van le venslange alimentatie loopt ten einde, maar van minister De Rui ters creativiteit zal heel wat wor den geëist wil hij alle problemen op dit gebied kunnen oplossen. Evenals andere bladen vóór haar constateert De Tijd dat de leer van goeroe Bhagwan Shree Raj- neesh zich in een groeiende po pulariteit mag verheugen. Vol gens dit weekblad verlaten veel maatschappelijk succesvolle jonge mensen huis en haard op speurtocht naar het ware leven volgens zijn richtlijnen: "Het oranje geloof grijpt epidemisch om zich heen". Accepteert de omgeving de beker ing in Nederland? "Als ze in Ne derland in oranje kleding gaan rondlopen in hun full-time baan, krijgen ze 't wel moeilijk. Een sa- nyassi die bij Fokker werkt krijgt nu te horen dat hij niet de oude A. L. Boom schrijft over het begin van de jaren tachtig.en de bij vele levende behoeft aan de herha ling: "In het nieuwe moet het oude aan wijsbaarzijn. En dan wordt alles weert goed. Geloven ze. Het twee de kabinet-Den Uyl, een nieuwe Kennedy, al zal het Edward niet zijn, een nieuwe paus Johannes, mevr. Thatcher is de nieuwe Churchill en Engeland hoopt weer, Maarten 't Hart heette al vele keren de nieuwe Vestdijk, Walter Goddijn ontdekte het neo- anti-papismenatuurlijk tot zijn vreugde, want de ontdekking was een herkenning en dat maakt rus tig. Iets is alleen goed - of aan wijsbaar slecht - als het al eens geweest is. Over vijf, zes jaar we ten we beter. Er is niets gebeurd of een heleboel, maar dat heeft niets met het getal tachtig te maken" Patiënten van psychiatrische in richtingen krijgen binnenkort meer rechten. Maar volgens De Tijd is het werkelijke probleem niet zozeer de plaats van de psy chiatrische patient in het zieken huis, maar het ziekenhuis zélf: de geestdodende massaliteit, het enorme circuit van hulpverle ning. "We worden platgewalst door al dat medische geweld". De Tijd meent inzake de kwestie van de modernisering van de kernwapens: "De geloofwaar digheid van het CDA hangt nu van Lubbers af. Met duivels ge noegen kijken zijn vijanden al hoe hij zijn draai zal nemen". L/n VRIJ NEDERLAND De boeiendste reportage in Vrij Nederland staat in het kleurka tern: "De Rotterdamse haven". Gesprekken met stukgoedarbei- ders, putgasten enerzijds en de havenbaronnen anderzijds. Aan president-directeur Fentener van Vlissingen van de gigant SHV wordt gevraagd wat de be tekenis van de Rotterdamse ha ven voor zijn concern is. Ant woord: "Het is maar een lokale winkel". Rinus Ferdinandusse legt uitvoerig uit hoe VARA-voorzitter Kloos ten val werd gebracht. Daarvoor was meer nodig dan het gemani- puleer van Jan Nagel. Ferdinan dusse concludeert "Zijn heen gaan. hoe onvermijdelijk ook, lost niets op. Integendeel. De manier waarop het allemaal ge beurde heeft de scheidslijnen verdiept". Van de hand van Ferdinandusse is ook een interview met schrijver Harold Robbins, die hem steeds voorhoudt welke vragen er moe ten worden gesteld. "Hoe schrijf je best-sellers? Goeie spieren aan je kont, wantje moet lang zitten" Igor Cornelisse bespreekt Wim Klinkenbergs werk over prins Bernhard. Hij vindt het "een goed boek dat niet deugt". "De hoofdpersoon, hoewel inder daad zwaarder dan een pion, wordt zonder reden opgeblazen tot een atoomraket". Rob Sijmons schrijft over de Luxemburgse kabel die bij Sluis ons land dreigt binnen te komen: "Is de WD-vos die de passie preekt nu loucher dan de betutte lende CDA-PvdA-wolf m schaapskleren? De culturele waarden van ons omroepbestel zijn zo groot dat ze slechts met een elektronenmicroscoop zijn waar te nemen. Het blote oog van de kijker ziet de VARA-van-het- amusement programma's a/leve ren die volstrekt inwisselbaar zijn met die van andere, officieel minder ideele omroepen. En wie durft er na alle onthuthnijru oVtt "Het Web" nog het argument 'commercieel' te gebruiken tegen Radio Télé Luxemburg'*" Verder een interview met ajatollah Beheschti, "de geheime rege ringsleider van Iran". De/e vraagt zijn gesprekspartners op zeker moment "Hebt u niet de indruk met een gewoon mens te praten0". Voorts: een zoen van Renate Ru binstein voor Jeroen Brouwers, "De verzwegen staatsgreep in Mekka", de werkzaamheden van de Nederlandse NAVO-lobby. Evenals Vrij Nederland ziet de Haagse Post in ajatollah Be- heschti de grote man op de ach tergrond in Iran. ("De heilige wraak"). 'De reis van de zieke ex-sjah naar New York kwam voorde benarde ^jatollahs als een door God gege ven geschenk, want de revolutie was al op weg haar eigen kinde ren op te eten". Van Cortenberghe en Van Empel bekijken de mislukking van het loonoverleg. Wim Kok had wel erg weinig speling van zijn ach terban gekregen, vinden zij. "De optelsom van alle eisen binnen het FNV was tot inzet gemaakt van de onderhandelingen". En: "De gebeurtenissen in de vlees- waren industrie en de Rotterdam se haven hebben zó'n belangrijke rol gespeeld dat het op dit moment voor sommige bonden belangrij ker is om een eis door middel van strijd binnen te halen dan door middel van het schimmige over leg in de Stichting van de Arbeid. Voor die bonden is het spel mo menteel belangrijker dan de knikkers". Een kostelijk interview heeft HP ■Ml Ajacied Tscheu (door HP ge speld alsTshenlla Lmg "Je moet verdedigers laten voelen datje er bent Als er iets gebeurt geef ik het ze binnen een halve minuut terug. Mijn lengte is natuurlijk ook ideaal. Mijn elleboog bevindt zich meestal ter hoogte van het gezicht van een gemiddelde ver dediger". Hij is er van overtuigd dat de Oost duitsers iets geslikt hadden. "M(jn tegenstander Weise was door het dolle heen. "Ik maak je dood. ik maak je dood", zei hij. Ik trapte zijn poot bijna doormid den en hij bleef gewoon doorlo pen". Lekkere jongens. Van de trainers die hij meemaakte, staat Ivic royaal bovenaan. Ove rigens heeft hij maar weinig met die mensen op. "In feite maakt het niks uit of je een boerenlul van een trainer hebt of een goeie Je moet het zelf doen". Johanncke van Slotten zet haar met enige gramschap ontvangen serie "Klassenstrud in schoolland" voort. Ze bracht een paar dagen door in een leraarskamer van een mavo-leao in Amsterdam-oud west Een leraar Engels zegt aan het slot over zijn leerlingen: "Waar ze werkelijk volledig im muun voor zun dat is voor schreeuwen Hoe rustiger je te gen /e praat, hoe zenuwachtiger ze worden. Daar kunnen ze niet tegen, daar raken ze helemaal van in paniek. Zolang je maar tegen ze krijst en schreeuwt, voelen ze zich thuis". Aad Nuis beukt weer stevig in op "de roestige stormram W. F. Hermans in Polemiseren op z'n Hollands". RUUD PAAUW Elsevier Magazine en Hervormd Nederland waren gisteren bij de kiosken nog niet verknjgbaar.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 17