Leimuiden verzet zich tegen komst glastuinbouw Huurkwestie nu principezaak „Ik vind uitkering terecht Als er maar geen mensen of dieren bij zijn Zoeken grond in Veen- en Rijnstreek in impasse DONDERDAG 22 NOVEMBER 1979 LEIDEN/REGIO Engels plan tot huizenruil met Katwijkers in de vakantie KATWIJK - Uit het Engelse Lowestoft is een idee over gewaaid naar Katwijk. Men sen uit Lowestoft willen een huizenruil tijdens de zomer vakantie met Katwijkse fa milies. De VW Katwijk be schikt reeds over adressen van gezinnen uit het district Waveney waar Lowestoft in ligt. Wie contact met deze gezinnen wil opnemen over de huizen ruil kan bij de VW aan de Boulevard 68 terecht. De openingstijden zijn: van maandag tot en met vrijdag van 9-17 uur, op zaterdag van 10-15 uur. Lowestoft is een partnergemeente van Kat wijk en ligt aan de Noordzee kust van Engeland, op ruim 100 km van Ixmden. Al jaren bestaan er uitwisse lingen tussen scholen, ver enigingen en gemeente-amb tenaren van beide badplaat sen. Waveney is één van de mooiere districten in Enge land. Ten noorden van het nabijgelegen Norwich ligt een gebied met plassen, moe rassen, meren en rivieren. RIJN- EN VEENSTREEK/DEN HAAG - De provincie Zuid-Holland zal met Noord-Holland overleg plegen over de mogelijkheid om glastuinbouwbedrijven uit de Rijn- en Veenstreek in bijvoorbeeld de Haarlemmer meer en de Legmeer te vestigen. KATWIJK - De politie van Kat- wijk heeft een 21-jarige inwoner van deze gemeente in de kraag gevat, die in de nacht van dinsdag op woensdag een hoeveelheid vleeswaren had gestolen uit een slagerij aan de Koningin Julia- nalaan in Katwijk. Dat beloofde de Zuidhollandse ge deputeerde Borgman gisteren aan de provinciale statencom missie voor ruimtelijke ordening. Daarnaast wordt een onderzoek ingesteld naar de mogelijkheden van de Vriesekoopsche Polder in Leimuiden voor de glastuin bouw. Met de fracties van PvdA en PPR bleek Borgman van mening te zijn dat dit onderzoek niet mag worden verricht door de Stich ting tot verbetering van de agra rische structuur in de Veen- en Rijnstreek (Stiveen), omdat er twijfels bestaan over de objectivi teit van deze stichting. De fracties van CDA en WD zien veel in de Zevenhovense Polder als mogelijk glastuinbouwge bied, met name het noordelijke, aan Nieuwveen grenzende ge deelte. Borgman liet weten deze mogelijkheid pas te willen benut ten „als het elders mislukt is". De Zevenhovense Polder is een van de drie plekken die door de Sti veen zijn genoemd als eventuele glastuinbouwgebieden; de twee andere plaatsen, de Vieram- bachtspolder in Ter Aar en de Veender- en Lijkerpolder ten westen van Nieuwe Wetering, werden door de statenleden gis teren unaniem afgewezen. De gronden in Noord-Holland kunnen wellicht een oplossing bieden voor de impasse waarin het zoeken naar glastuinbouw gebieden in de Veer.- en Rijns treek is geraakt. Het streekplan Zuid-Holland Oost heeft 160 hec tare op verschillende plaatsen (gebieden in Alkemade, Wou- brugge, Ter Aar, Leimuiden, Nieuwveen en Zevenhoven) aan gewezen waar de tuinbouwbe drijven in eerste instantie zouden moeten worden gevestigd. Later zou, aldus het streekplan, 170 hectare in de Vriesekoopsche Polder voor de glastuinbouw moeten worden ontwikkeld. Onderzoek door Stiveen heeft uit gewezen dat van de 160 hectare die eerst zouden moeten worden benut, maar 34 hectare geschikt is. Cijfers van de Provinciale Pla nologische Dienst geven een op timistischer beeld, maar hoe dan ook: de 160 hectare worden niet gehaald. Dat gaf gedeputeerde Borgman, de eerst-verantwoor- delijke provinciale bestuurder voor het streekplan Zuid-Hol land Oost, gisteren zelf toe. Het lag dus voor de hand om dan het benutten van de Vriesekoop sche Polder naar voren te halen. Maar daarbij is het provinciaal bestuur op heftig verzet gestuit van het gemeentebestuur van Leimuiden en de agrariërs die nu in deze polder zijn gevestigd. Namens hen liet A. van Woerden de commissieleden weten het „on aanvaardbaar" te vinden als de agrariërs zouflen moeten wijken voor glastuinbouw. Een gesprek tussen de gedeputeerden Borg man en Noorland en het gemeen tebestuur van Leimuiden deze maand heeft duidelijk gemaakt, dat Leimuiden er niet over denkt om het bestemmingsplan voor de Vriesekoopsche Polder te veran deren. Als dat niet gebeurt, is glastuinbouw er niet moge lijk. Kroonberoep Gedeputeerde Staten hebben al de mogelijkheid geopperd dat de provincie dan maar van haar be voegdheden gebruik zou moeten maken en zelf tot wijziging van het bestemmingsplan zou moe ten overgaan. Zeker is dat Lei muiden dan bij de Kroon in be roep gaat. CDA- en WD-staten- leden ontraadden gisteren het provinciaal bestuur om die stap te zetten. „Dat duurt jaren en ver stoort de verhoudingen", zei me vrouw Ter Kuile (WD). Gedepu teerde Borgman meende zelf ook dat eerst de mogelijkheden van de Vriesekoopsche Polder moe ten worden onderzocht. Hij vindt wel dat dit onderzoek door bijvoorbeeld de Heidemaat schappij moet worden verricht en niet door Stiveen. Met name PvdA-en PPR-statenleden uitten gisteren hun twijfels over de ob jectiviteit van deze stichting, waarin verscheidene burgemees ters uit de Rijn-en Veenstreek zit ting hebben, onder wie burge meester Van der Kroft uit Lei muiden. PvdA-statenlid Van der Zalm pleit te ervoor om naast een onderzoek naar de geschiktheid van de Vrie sekoopsche Polder ook na te gaan hoe groot de werkelijke be hoefte aan nieuwe tuinbouw- grond is (in het streekplan op 330 hectare geraamd). Als de Lei- muidense polder al zou moeten worden benut, dan zou voorlopig moeten worden volstaan met honderd hectare, zo meende Van der Zalm. Scheidende onder-commandant brandweer Nieuwkoop: NIEUWKOOP - "Natuurlijk zie ik graag een brand. Wie niet trouwens. Ik ben me best bewust, dat ik als brandweerman toch ergens zit te wachten op an dermans beroerdigheid "Maar als er in geen maanden een brand is geweest dan word je toch chagrijnig, kan een brand de stemming weer doen opmonteren. Als er maar geen mensen of dieren bij be trokken zijn, want dat vind ik erg". De onder-commandant van de Nieuwkoopse brandweer, Dirk van der Kooij, windt er geen doekjes om. Hij komt er rond voor uit, dat hij een brand mooi vindt, ook al gunt hij in feite niemand de narig heid. Toch was dat 30 jaar ge leden niet de reden dat hij toe trad tot de vrijwillige brand weer in Nieuwkoop. "Ik ben automonteur en omdat de monteur er mee ophield heb ben ze mij gevraagd als pompbediende/onder houdsmonteur". Van der Kooij kwam dus wat plotseling bij de .brandweer en in feite gaat hij er vrijdag wat plotseling weg. Op grond van zijn leeftijd (hy is 58) zou hij nog twee jaar mogen blij ven. Bevalt het soms niet bij de brandweer? Is er een bepaal de reden om op te stappen? "Nee hoor, ik heb het best naar mijn zin. Maar omdat ik er dertig jaar in zit, ga ik eruit. Ik heb altijd gezegd, dat ik er met dertig jaar zou uitstap pen. Om nu nog twee jaartjes te blijven zitten. Dan word je als het ware weggeschopt vanwege je leeftijd. Ik hou de eer aan mijzelf', meent Van der Kooij. Hij vroeg dus ont slag aan en de gemeente Nieuwkoop gaf hem dat ont slag "eervol" per 1 december. Vroeger leuker Als hij terugkijkt op zijn brandweercarrière, dan moet Van der Kooij erkennen, dat het vroeger leuker was. "Het is nu allemaal veel meer ge disciplineerd. Waarmee ik niet wil zeggen dat dat niet goed is. Een brand nu vergt nu eenmaal een heel andere aanpak dan zo'n 20, 30 jaar geleden. Je hebt nu allerlei chemische stoffen. Je moet nu oppassen, dat je bij een brand geen rook naar binnen slubbert, want dat kan je dood wel eens zijn. Vroeger had je alleen maar lage druk, maar nu heb je ook hoge drukspuiten, poeder, enzo voorts. Er is de laatste jaren veel meer bij komen kijken". En verder vroeger en nu met el kaar vergelijkend: "Vroeger ging je op een brand af en als je dan ter plekke was, pakte iedereen een slang en dan be gon je te spuiten. Nu heeft ie dereen in de groep zijn eigen taak. Als je ergens op afgaat wordt onderweg in de auto al besproken wie wat gaat doen. Tenminste in grote lijnen, want pas ter plaatse kun je gaan bepalen hoe je de zaak zult gaan aanpakken. Want er is geen brand hetzelfde. Er is geen papieren brand te ma ken die lijkt op een echte en ook een echte brand kan niet dienen als voorbeeld voor een andere. Elke keer opnieuw moet je weer bekijken hoe je 'm aanpakt. Dat hang van zo- Brandweerman Van der Kooij deze week tijdens zijn laatste oefening: "Ik hou de eer aan mezelf veel verschillende omstan digheden af'. Dat voortdurend anders zijn van branden maakt ook ver klaarbaar, dat Van der Kooij zegt dat er by elke brand wel iets fout gaat. "Achteraf zeg je altijd, dit had ik zus moeten doen, of zo. Je leert daar ook van, maar omdat er nooit een precies eender is zul je dat al tijd blijven houden". Een vroeger nogal eens voor komende foi^t is in elk geval de wereld uit. Vroeger had el ke grootte van slang z'n eigen koppeling, zodat het nogal eens voorkwam, dat slangen stelsels uit elkaar klapten als men water begon te geven. "Dat heb ik menigmaal ge zien", herinnert Van der Kooy zich. Paniek En als je dan toch zo aan het praten bent over vermake lijkheden by een brand, dan wil je er nog wel meer weten. Van der Kooij bewaart daar echter liever het zwijgen over. Een algemeenheid wil hij wel kwijt. "Je ziet de mensen bij een brand soms de vreemdste dingen uit hun huis halen. Je ziet ze bijvoorbeeld sjouwen met bloemen, terwijl ze de kostbaarheden vergeten. Of ze gooien dingen van de bo venverdieping naar beneden, zodat die toch aan barrels gaan. Maar ja, dat zit 'm na tuurlijk in de paniek, dat wil ik ook best geloven. Maar leuk is het wel". Een brand is behalve specta culair ook gevaarlijk. Van der Kooij maakte gedurende zijn carrière niet mee, dat mensen werden gewond of gedood door vuur. "Gelukkig niet", zegt hij er zelf van. Ook ver keerde hij naar zijn eigen ge voelens nooit in gevaar bij de bestrijding van de een of an dere brand. Na lang denken weet hij zich te herinneren, dat hij toch wel een keer een beetje in zijn piepzak zat. "We reden met de kraanauto met daarachter de spuit, want die spuit was toen nog niet zelf- rijdend, naar Wilnis. Op de smalle weg reden we natuur lijk veel te hard, zodat de auto begon te springen. Terwijl ook de spuit achter de kraan auto z'n eigen leven ging lij den. Nou op een gegeven moment stonden we nog maar net met de wielen boven de Amstel. Het had niet veel gescheeld of we waren erin gedoken". Vrijdag gaat Van der Kooij offi cieel weg, nadat hij deze week al z'n laatste oefening draaide. Een receptie in café-restau rant "Plaszicht" vrijdagmid dag van 16.30 tot 17.30 uur be tekent het afscheid van Van der Kooij. Tachtig procent flatbewoners Katwijk wil geld terug KATWIJK - Voor de bewoners van de Co- lijnstraat is de teruggave van teveel be taalde huur géén commerciële, maar een principiële zaak geworden. Drie dagen lang heeft het 'bewoners contact' prak tisch alle flatbewoners benaderd. Tachtig procent (103 gezinnen van de 156) zei te vinden dat de huur moet worden terugge bracht naar het niveau van maart 1976. Daarnaast vinden zij het niet meer dan logisch dat de in hun ogen teveel betaalde huur wordt teruggegeven. De zaak rond de huren van de Katwijkse flats speelt nu al meer dan één jaar. In oktober 1970 liet de staatssecretaris Brokx (ministerie van volkshuisvesting) weten een totaalbedrag van f 125.000 aan de flathuurders terug te zullen betalen. Hij kwam tot deze toezegging, nadat één be woner van de Colijnflat een proces was begonnen tegen een doorgevoerde huur verhoging. De Katwijker won deze zaak. Daarom besloot de onder-minister óók de andere 155 bewoners 'recht' te doen. De Katwijksche Woningbouwvereeniging wilde het geld echter niet accepteren. An dere flatbewoners (van de Treubstraat en de J. Th. de Visserstraat, woningen die worden beheerd door de bouwvereniging De Brittenburg) zouden volgens haar evenveel recht op teruggaaf hebben. Daarnaast vond zij het een te grote admi nistratieve rompslomp om alle oud-be woners op te sporen die ook een bedrag tegoed hadden. 'Presentje' De bewoners van de Colijnstraat kregen wel een 'presentje': om de teleurstelling enigszins naar de achtergrond te verdrin gen besloot de Katwijksche Woning bouwvereeniging om een huurverhoging pas drie maanden later door te voeren dan wettelijk was toegestaan. De flatbewoners waren het daar helemaal niet mee eens. Volgens hen waren er mensen die zeker wel zevenhonderd gulden terug moesten krijgen. Via een plaatselijke politieke partij werden er zelfs vragen in de Tweede Kamer ge steld. Uit het antwoord van staatssecreta ris Brokx bleek dat hij inderdaad één-en- een-kwart ton aan terug te geven huur had toegezegd. Twee Kamerleden van de Partij van de Ar beid (Kombrink en Hamer) hebben er la ter in een brief bij wethouder Van Oosten (PvdA), tevens penningmeester van De Vreemde zaak De zaak rond de huren van de flats aan de Colijnstraat wordt nauwlettend in de ga ten gehouden door de flatraad van de wo ningen aan de Treubstraat en de J. Th. de Visserstraat. Als de Kroon of de burger rechter zou beslissen dat én de teveel be taalde huur moet worden terugbetaald én de huur moet worden teruggebracht naar het niveau van maart 1976, dan gaat ook de flatraad aan de bel trekken. De flatraad vindt het op zich al een vreemde zaak dat de huren van de flats aan 'zijn' straten ho ger zijn dan die van de Colijnstraat. Volgens de flatraad wordt er met de bewo ners 'gesold' en hebben ze geen enkel recht van spreken. Ex-wethouder Leeuwenburg: "Ik mag van de dokter nog steeds 's middags niet werken. Ik vind de uitkering terecht Oud-wethouder in Rijnsburg ziet geld als pleister op wonde RIJNSBURG - "Ik weet niet precies hoe de regle menten luiden, maar volgens de afdeling finan ciën van Rijnsburg heb ik recht op de uitkering die ik krijg". Dit zegt de Rijnsburgse oud-wethouder C. Leeuwenburg die gisteren in het nieuws kwam door de uitkering die hij krijgt op grond van zijn voormalig wethouderschap. Zowel de PvdA-fractie (twee zetels) als het GPV (een zetelmaak ten deze week tijdens de algemene beschouwingen op de begro ting voor 1980, het gemeentelijk huishoudboekje van het bloe- mendorp, bezwaar tegen die uitkering, omdat Leeuwenburg slechts zeer kort wethouder is geweest. Hij werd op 8 septem ber van het vorig jaar gekozen nadat hij gedurende lange tijd deel had uitgemaakt van de CHU-fractie in de Rijnsburgse gemeenteraad. In februari moest hij het wethouderschap al weer opgeven. "Om gezondheidsredenen", aldus Leeuwenburg, die in het college van burgemeester en wethouders werd opge volgd door J. van der Meij. Onbillijk Woordvoerder J. de Mooij van de PvdA-fractie in de Rijnsburgse raad stelde veel moeite te hebben met de post "uitkering aan gewezen wethouders" op de begroting. "Het college zal hieraan ook weinig kunnen doen, maar het komt zeer onbillijk op ons over dat iemand die vijf maanden als wethouder in functie is en daarna, volgens eigen zeggen om gezondheidsredenen bedankt, nog gedurende zes jaren een uitkering in de wacht sleept van 21.000 tot 16.000 gulden per jaar", aldus De Mooij. "In een tijd dat ieder de mond vol heeft van bezuinigingen komt deze uitke ring ons als volkomen absurd voor". De Mooij deed een klem mend beroep op de CDA-fractie, waarin de CHU na de laatste verkiezingen is opgegaan, alles in het werk te stellen om de gewezen wethouder zijn uitkering vrijwillig te doen geven. Ook bij het raadslid Van Egmond van het GPV had de uitkering aan Leeuwenburg wrevel opgewekt. Regels De gemeente Rijnsburg baseert de uitkering aan ex-wethouder Leeuwenburg op de gemeentelijke "Uitkerings- en pensioen- verordening gewezen wethouders", die in 1970 door de gemeen teraad is vastgesteld. De verordening is goedgekeurd door het dagelijks bestuur van de provincie Zuid-Holland. Twee oud- wethouders van Rijnsburg, de heren 11. de Mooij en W. L. van der Gugten die vorig jaar na respectievelijk 16 en 13 jaar wet houderschap afscheid namen, krijgen van de gemeente op grond van de verordening een pensioen: zij moeten samen een bedrag van f 11.000 per jaar delen. Minder dus dan de uitkering die Leeuwenburg zou krijgen. Behalve Leeuwenburg heeft Rijnsburg niet méér gewezen wethouders. Volgens de heer G. J. Visser van de afdeling financiën van Rijns- burg is de veronderstelling van raadslid De Mooij dat Leeu wenburg de uitkering gedurende zes jaar krijgt onjuist. In de verordening staat dat de uitkering afhankelijk is van het aan tal "dienstjaren" als wethouder wordt verstrekt, met een mi nimum van twee jaar en een maximum van zes. Leeuwenburg krijgt de uitkering (in 1980 is dat f 20.000) daarom slechts twee jaar. Pleister op wonde De oud-wethouder zelf beschouwt de uitkering die hij van de gemeente ontvangt min of meer als een pleister op de wonde. "Het wethouderschap is een zwaar belaste functie die veel spanningen met zich meebrengt. Daardoor is mijn ziekte ont staan. Ik heb mij direct tot mijn medisch team gewend en daar kreeg ik te horen dat als ik nog een aantal jaren mee wilde ik moest kappen met het wethouderschap". Leeuwenburg heeft niet direct financiële schadf geleden in de periode dat hij wethouder was (hij heeft een eigen bedrijf en werknemers in dienst) maar, zegt hij: "Ik mag van de dokter nog steeds 's middags niet werken. Ik vind de uitkering te recht". Er is volgens hem ook nooit over gepraat dat hij geen (of een lagere) uitkering zou krijgen omdat hij maar zo kort wethouder is geweest. "Ach, een van de ambtenaren van de afdeling finan ciën heeft het allemaal uitgeplozen en gezegd, je hebt er recht op dus krijg je die uitkering ook. Daarom komt het voor mij als een verrassing dat er nu weer over wordt gepraat".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 29