Snijers bakt ze in Wanthuys al 150 jaar bruin Toon zaalchef Politieke belangstelling bij Leidenaars groeit Vijf generaties in banketbakkerij aan Botermarkt ZATERDAG 1 SEPTEMBER 1979 LEIDEN LEIDEN - De gemiddelde Lei- denaar heeft de afgelopen ja ren een grotere belangstelling gekregen voor de politiek. Zowel op gemeentelijk als op landelijk gebied. Dat blijkt uit een opinieonderzoek dat is ingesteld door het bureau La gendijk. Zeshonderd Leide- naars - een representatieve steekproef - zijn in de maand juni ondervraagd over het gemeentelijke voorlichtings beleid en de politieke belang stelling. Voor de landelijke politiek heeft 73 procent van de on dervraagden belangstelling, variërend van veel tot een beetje. Bij een onderzoek van het bureau Veldkamp in 1973 was dat 60 procent. Voor de gemeentelijke politiek zijn die percentages respectieve lijk 66 en 57 procent. Hoewel de cijfers niet helemaal ver gelijkbaar zijn concludeert het bureau toch tot een toe- Onderzoek bureau Lagendijk toont aan: genomen politieke interesse. Wat de plaatselijke pers betreft scoorde het Leidsch Dagblad de hoogste bereikcijfers. Van de ondervraagden bleek 70 procent een geregeld lezer van deze krant te zijn. De Leidse Courant kwam niet verder dan 8 procent. De we kelijkse advertentiebladen Leidse Post en Leids Nieuwsblad bereikten per centages van 68 en 58. Waar het onderzoek zich toe spitste op het gemeentelijk voorlichtingsbeleid bleek dat de gemeentelijke advertentie, die sedert enkele jaren op vrijdag in de Leidse dagbla den wordt geplaatst, in een behoefte voorziet. Van alle Leidenaren leest 31 procent de advertentie vrijwel hele maal of grotendeels. Zeven procent leest de helft en 28 procent een enkel stuk. s men over het algemeen te spreken over de duidelijk heid en de overzichtelijkheid van de advertentie, minder te spreken is men over de schrijfstijl, die de meesten wat saai en te ambtelijk vin den. Over het algemeen is de tevredenheid over het voor lichtingsbeleid in Leiden de afgelopen jaren toegenomen. In 1973 was 37 procent van de door Veldkamp ondervraag den tevreden tot redelijk te vreden. Bij het onderzoek dit jaar kwam een percentage van 61 uit de bus. Kritiek op de voorlichting zit hem in het tijdstip waarop dat gebeurt. Zestig procent van de ondervraagden vindt dat het te laat gedaan wordt. De bekendheid van het bureau voorlichting van de gemeente blijkt de afgelopen jaren te zijn toegenomen, maar ook de kritiek daarop. Vond in 1973 nog 33 procent van de geën quêteerden dat het bureau goed functioneerde in 1979 was dat 20 procent. Wat de activiteiten van het bu reau betreft blijken de Leide naren met name kennis te hebben gemaakt met de ge noemde advertenties (78 pro cent), Bewojiersbrieven sco ren 34 procent, informatiefol ders komen tot 27 procent en voorlichtingsbijeenkomsten 13 procent. Bekende meubelverkoop-organisatie zoekt, in verband met uitbreiding van het filiaal in de regio Den Haag-Leiden, op korte termijn een Salaris en andere emolumenten zijn in overeenstemming met de belangrijkheid die wij aan deze functie toekennen. Brieven gaarne onder nummer 23002 bureau van dit blad. Huldiging van oudste deelneemster LEIDEN - Dc 72-jarige mevrouw Staffleu uit Leiden ts gisteravond in zwembad "De Zijl" gehuldigd als oudste deelneemster aan de zwemvierdaagse die dit jaar voor dc vierde achtereenvolgende keer werd gehouden. Gisteravond bereikte de vierdaagse haar einde. De deelnemers, een recordaantal van 2250. hebben in vier avonden een afstand van 2000 meter afgelegd en ontvingen daarvoor een herinneringsme- daille. LEIDEN - Jubilea zijn er in Leiden dagelijks. Het 150-jarig bestaan van een bednjfwordtnietzo vaak gevierd. Maar werkelijk uitzon derlijk is het wanneer die ander halve eeuw zijn volgemaakt door vijf generaties van één geslacht. Steeds van vader op zoon. Zo'n uitzonderlijke mijlpaal wordt op 20 september bereikt door de banketbakkerij Snijers aan de Botermarkt. Het feit wordt ge vierd in de lunchroom, die sinds de jaren twintig onlosmakelijk onderdeel is van het bedrijf. Voor Joop Snijers (51) - samen met zijn vrouw Maijan boven de zaak wonend - geeft het bijzondere ju bileum alle gelegenheid om zijn grote belangstelling voor de his torie van Leiden te laten blijken. Temidden van de vele antieke voorwerpen in de woonkamer, die getuigen van spaarzin, oog voor historie en eerbied voor de arbeidzaamheid van het geslacht Snijers, vertelt hij over de voor vaderen, die het bedrijf eens hebben geleid. Bijvoorbeeld Jacobus Snijers, de in 1776 geboren zoon van een klok kenmaker uit het Noordfranse Rijssel, die vanuit het Brabantse Wouw naar Leiden kwam om op de hoek van Haarlemmerstraat en Havënplein een zaak in krui denierswaren te openen gesierd met de naam "De Blauwe Ade laar". De stenen vogel die er nu nog in de muur gemetseld is, vormt waar schijnlijk de enig overgebleven getuige van dit pionierswerk van Snijers. In 1851 overleed Jaco bus, maar al in 1829 was het voortbestaan van het bedrijf ver zekerd toen op de Botermarkt de banketbakkerij werd geopend, die hij samen met zijn zoon Adrianus Snijers opzette. "Wanthuys" De familie Snijers kocht het pand, dat de naam "Wanthuys" droeg, van de erfgenamen Van Ooyen. De geschiedenis van het pand aan de Botermarkt 15 is door Joop Snijers via allerlei archief stukken uiteengerafeld en gaat op het ogenblik al terug tot het jaar 1590. In dat jaar werd het "Wanthuys" voor een bedrag van f 2200,- verkocht aan de tinnegie ter Jan Hubertszoon Hei. Voor dat het bij de familie Snijers be landde werd het eerst nog acht maal verkocht. Hoewel het bij de aankoop al een fraai pand moet zijn geweest liet grootvader Petrus L.D. Snijers honderd jaar geleden de voorge vel en het interieur verfraaien. Twee kunstzinnige lieden uit Vlaanderen zorgden voor een be drag van 1500 gulden - een kapi tale som in die dagen - dat de winkel een teakhouten gevel Groeien kreeg. Aan weerszijden van de toegangsdeur kwamen pilaartjes met daarin uitgesneden de kop jes van het gezin Snijers. De gevel is ook vandaag nog bijna volledig in tact zij het dat men de pilaartjes in verband met voort durend vandalisme een plaatsje heeft gegeven in de woonkamer. Speculaas Daar staat ook de enorme houten kist met koperbeslag, die vanaf de opening van de zaak tot 1965 werd gebruikt voor het bewaren van speculaas. Joop Snijers: "Ja, speculaas, dat was een van de specialiteiten van onze zaak. In die kist, die helemaal met tin be kleed is aan de binnenkant, kon zo'n zeshonderd pond speculaas bewaard worden. In augustus werd er al mee begonnen. Of het er vers in oleef? Wat dacht je! Het bijzondere van Snijers' specu laas was niet alleen dat het vol gens honderden jaren oud recept werd gemaakt, maar ook dat het in vormen werd gemaakt, die Adrianus Snijers bijvoorbeeld zelf maakte. Kunstzinnigheid was trouwens een vaak voorko mende eigenschap bij de Snijers. "M n overgrootvader was eigenlijk helemaal niet zo'n enthousiast banketbakker, veel liever was hij binnenhuisarchitect geworden. En ook mijn grootvader schil derde erg veel", vertelt Joop Snijers en toont als bewijs een aantal tekeningen en schilderij en. Het scheppend vermogen van het geslacht Snijers blijkt ook uit de frappante vaardigheid waar mee monté-stukken werden ge maakt. Monté-stukken Monté-stukken zijn ware kunst werken die met behulp van mal len helemaal van suikerwerk werden gemaakt. Vader Henri- cus Snijers deed in 1920 aan een wedstrijd mee, die in de Burcht werd georganiseerd. Joop: "Mijn vader won de eerste prijs. Nadat hij zes keer achter elkaar had ge wonnen vroegen ze hem om niet meer mee te doen. Een ander moest ook een kans hebben". In 1935 maakte hij als monté stuk de Petruskerk, die door mgr. An- genent geopend zou worden. "Hij had er uren aan gewerkt en op eens sprong de kat er bovenop. Helemaal aan stukken. Het is de enige keer dat ik jn'n vader heb zien huilen, want het was een vrolijke man. Altijd grapjes. De hele nacht heeft hij doorgewerkt om een nieuwe te maken" Tien jaar later haalde Henricus Snijers nog eens zo'n huzaren stukje uit. Om de bevrijding te vieren maakte hij van suikerwerk een copie-op-schaal van het Waaggebouw. Puddinkjes Waren de oorlogsjaren moeilijke De gevel van het 'Wanthuys zoals het er vöör 1879 heeft uitgezien. In die dagen werd er nog keurig geposeerd Joop Snijers is Leidenaar in hart en nieren en verknocht aan "zijn" binnenstad. Als voorzitter van de winkeliersvereniging van de Bo termarkt en bestuurslid van het Leids City Centrum constateert hij dat winkeliers en gemeente bestuur bezig zijn om naar elkaar toe te groeien. "Zo'n conflict over de Breestraat tot aan de Kroon dat mag natuurlijk nooit meer gebeuren. Ik moet zeggen dat ik bewondering heb voor een man als wethouder Waal. Wat die voor onze stad gedaan heeftm'n petje af Terugblikkend op anderhalve eeuw banketbakkerij zegt Joop Snijers: "Wat is er toch veel ver anderd. Neem alleen de ovens. We begonnen hier met het stoken van takkenbossen, toen kwam de heteluchtoven, daarna de kolen en nu hebben we gas". Een win kel dus met historie. Niet voor niets presenteert Snijers zijn be drijf als "de zaak waar uw groot ouders elkaar reeds ontmoetten" BRAM VAN LEEUWEN De kostbare teakhouten gevel die honderd jaar geleden werd aange bracht door twee Vlamingen. tijden voor de Snijers (in het 13 kamers tellende pand werden verschillende onderduikers ver borgen gehouden), na de bevrij ding ontbraken de eerste tijd de grondstoffen om weer aan de slag te kunnen. "Ik weet nog dat we begonnen zijn met het verkopen van puddinkjes. Acht cent kost ten die" twaalf jaar actief in de Armen zorg. Bladerend door het giften boekje verbaast hij zich over de bedragen die werden uitgekeerd: "Kijk eens hier in 1950 kreeg ie mand twee gulden per week. Je kunt het je niet voorstellen, maar toch is het niet meer dan 30 jaar geleden" Dok in het sociale en kerkelijke le ven blies de familie Snijers haar partijtje mee. Joop Snijers' voor vader was kerkmeester van de Dominicuskerk op de hoek van de Pelikaanstraat (voorloper van de Mon Père-kerk aan de Haar lemmerstraat, die later werd om gebouwd tot zwembad "De Overdekte"). Grootvader Henri cus was regent van de Voor zienigheid op de Hogewoerd en stak tegen de kerstdagen 24 ver waarloosde kinderen in de kle ren. En Joop Snijers zelf was Zuinigheid Dat de Snijers het ook in moeilijke tijden konden bolwerken schrijft Joop toe aan de zuinigheid. Huis regel was en is nog steeds: "Je moet niet meer uitgeven dan je bezit". Dat wordt ook bij de ko mende jubileumviering weer in de praktijk gebracht. "We zijn van de zomer niet op vakantie geweest, want we gaan de lunch room en de winkel wat opknap pen. De vloer krijgt Oudholland se tegels en er komt nieuw meu bilair. De winkel wordt in de ou de staat teruggebracht. Ja, en zo'n receptie kost natuurlijk ook een paar centen" Hulpvaardig (1) Onze hulpvaardigheid, onze verdraagzaamheid, onze af keer van discriminatie en on derdrukking, onze lotsver bondenheid met de zwakke ren elders in de wereld. Het schijnt geen grenzen te ken nen. We zijn dan maar een klein landje. Toch hebben we het waarschuwende vingertje klaar wanneer ergens in een ander werelddeel misstanden bestaan en bevolkingsgroe pen in het nauw dreigen te komen. Maar hoe is het in eigen landje gesteldStaan we dan ook zo pal achter de kwetsbaren, de minder bedeelden? Het lijkt er niet zo erg veel op, wanneer ik het verslag van de stichting "De Schakel" lees. Een stich ting, die zich al enkele jaren inzet om de geestelijk minder valide mens weer te huisves ten in een normale woonom geving in de Leidse regio. In een straat waar u en ik wo- Met veel moeite is de stichting erin geslaagd een paar wo ninkjes los te peuteren in Lei den. Een enquête om de moge lijkheden in de andere ge meenten te peilen geeft ont hutsende resultaten te zienDe ene gemeente is afhouderig en zegt het allemaal eens te be kijken. De ander weigert bot weg. En dan heb je er ook nog een paar gemeenten bij, die niet eens de beleefdheid heb ben om een antwoordbrief je te versturen. Hoe verdraagzaam we zijn, hoeveel "nabuurschap" we bezitten blijkt uit de oproep die de stichtingssecretaris doet in een begeleidende brief bij het verslag van "De Scha kel". "Wilt u alstublieft niet in de krant zetten welke wonin gen door "De Schakel" in ge bruik genomen zijn? Voor de bewoners in kwestie zou dat nare gevolgen kunnen heb ben. Want de ervaring leert dat het door de buurtbewo ners meestal niet wordt geac cepteerd." Verdraagzaamheid, hulpvaar digheid. Het is allemaal prachtig hoor. Maar dan wel graag buiten gezichts- en hoorafstand. Hulpvaardig (2) Het stond er zo aardig in de kop van de krant vorige week vrijdag: Oegstgeester raad wil Vietnamese vluchtelingen huisvesten. Mooi. denk je dan. Want een girootje uitschrij ven omdat premier Van Agt op de zondagavond ons gewe ten bespeelt is uitstekend om de eerste nood te lenigen, maar de vluchtelingen moe ten ook gehuisvest worden. Wie echter precies naleest wat de Oegstgeester raad nu ei genlijk wil, komt tot een heel andere conclusie. Want de mo tie spreekt zich slechts uit voor een tijdelijke opvang van 50 tot 1000 personen in de ge meente. Voor permanente huisvesting kunnen slechts enkele woningen in de nieuw bouwwijk Haaswijk (waar van nog geen steen op de an der staatworden aangebo den. En waar moet de rest naar toe die niet in die paar woningen worden onderge bracht? Het staat een beetje verhullend in diezelfde motie: "Er moet een onderzoek ko men om in verband daarmee samen te werken met dé ge meente Leiden. Met andere woorden: wij Oegstgeestena- ren zijn zo genereus om vijftig tot honderd Vietnamezen hier naar toe te halen, maar Lei den mag voor het merendeel permanente huisvesting zoe ken. Leuk om zo op je cen trumgemeente te kunnen te rugvallen. Jammer alleen dat daar al zo'n drieduizend wo ningzoekenden op de wacht lijst staan. Lantaarns Dezer dagen kreeg ik een briefje van de heer A. C. H. van der Linden uit de Apollolaan die zich afvraagt waar toch die mooie lantaarns van het oude stadhuis zijn gebleven. "Ze zouden weer zo vorstelijk voor de trap van het stadhuis ge plaatst kunnen worden. Het verkeer en de voetgangers staan ze daar niet in de weg - of anders achter het stadhuis, waar nu minder mooie exem plaren staan." vindt de heer Van der Linden Bij informatie op het stadhuis kreeg ik te horen dat de Leidse gaslantaarns van weleer na dat de elektriciteit haar in trede deed zijn verwijderd en geselecteerd. De onbruikbare werden verkocht aan de oud- ijzerhandelaar en de armatu ren van betere kwaliteit wer den opgeslagenIn de loop der tijd hebben ze hun weg gevon den naar liefhebbers. In een enkele Leidse tuin zijn ze nog terug te vinden. Een paar zijn er ook later werd geplaatst in de Pieterswijk. De ouderwetse lantaarns die de afgelopen weken op diverse plekken tn de wijk zijn neer gezet zijn helaas geen antieke. Al hebben ze er veel van weg. Met behulp van een gietvorm zijn deze "oude-nieuwe" lan taarnpalen gemaakt. Overi gens. wie nog eens een echte antieke Leidse lantaarn wil bewonderen, die kan terecht in het museum De Lakenhal, want daar staat er één. In de brief van de heer Van der Linden staan nog een paar opmerkingen. Na de restau ratie van de bovenbouw van de Korenbeursbrug hoopt hij dat ook het bruggedeelte zal worden gezandstraald. Want dat het de Boter- en Vismarkt nog mooi er maken. Ten slotte vraagt hij zich aj waarde originele denneappel gebleven is. die voor de brand de trap van het Heerenloge ment in de Nieuwstraat sier de. Wie het weet mag het zeg gen. Geheim Het is nog niet zo lang geleden dat je in de abcmneelijst van de PTT, voor het gemak wel telefoonboek genoemd, onder het kopje gemeente, keurig achter elkaar opgesomd zag de heren wethouders met hun respectievelijke telefoon nummers en huisadressen. In de periode tussen 1974 en 1978 is in die situatie enige veran dering gekomen in Leiden, want zowel wethouder Ver boom als zijn collega Waal gaven er de ivoorkeur aan on der te duiken in de anonimi teit. Ze vroegen een geheim nummer aan. dat door de se cretaresse met de nodige zorg wordt omringd. Wethouder Waal thuis over iets bellen betekent dan ook: eerst PvdA-fractiei'oorzitter Peters bellen. Vervolgens zeggen dat je Waal wilt spreken om als het dan allemaal klopt wordt je later door de wethouder te ruggebeld. Erg omslachtig allemaal, maar de geheim houding is verzekerd. Sinds kort heeft ook wethouder Schoute zich in het rijtje der "onderduikers" geschaard. Zijn "open telefoonnummer" is inmiddels vervangen door een geheime. Zij die het weten kunnen vertellen dat de wet houder daartoe besloten heeft, nadat hij een paar maal be dreigd is door mensen die on tevreden waren over de be handeling door de Sociale Dienst. En dat valt onder de portefeuille van Schoute. Burgemeester Vis heeft zich nog niet uit het veld laten slaan. Ondanks dat zijn deur wel eens wordt witgeschilderd en zijn ruiten sneuvelden blijfl hij voor de burger bereikbaar. Ook telefonisch. L. GLIBBER

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 3