Vakbeweging zal weer op looneisen- tour moeten Schuld en boete? TE GAST ZATERDAG 1'SEPTEMBER 1979 Mevrouw Irene Vorrink, oud-minister van volks gezondheid en milieu hygiëne, nu nog Amster dams wethouder voor volksgezondheid en nog- wat-dingen, geeft „de pijp aan Maarten". Dat laatste is een uitdruk king uit de wielèrsport. Die uitdrukking bete kent: opgeven. Mevrouw Irene Vorrink geeft in derdaad op. Zij heeft bekend gemaakt op korte termijn niet langer wethouder van Amster dam te willen zijn. Enkele da gen na de bekendmaking daar van gaf zij bovendien te kennen geen lid meer te willen blijven van de gemeenteraad van Am sterdam. Tijdens de dagen tus sen die twee beslissingen is er nogal wat druk op haar uitgeoe fend om inderdaad geheel van het politieke toneel te verdwij nen-van „bevriende" politieke zijde, zowel als van politiek „bevriende" kranten. Er zullen veel mensen in Neder land zijn die de politieke afgang van Irene Vorrink handenwrij vend constateren. Mensen b.v die zich herinneren dat destijds de verkiezing van Irene, als ex ponent van Nieuw-Links, in het partijbestuur van de PvdA leidde tot de beroemd gewor den beredans van André van der Louw. Mensen die daarna Irene beschouwden als expo nent van alles wat extreem en redeloos was. Mensen die dan ook, later, met groot genoegen constateerden dat Irene's mi nisterschap bepaald geen doorslaand succes was. Andere mensen zeker ook, die haar ra zend hebben aangevallen toen zij de opmerkelijke taak kreeg een onvolwassen plan van het Amsterdamse college van B en W te verdedigen in een aantal stadswijken - dat was ver schrikkelijk. Al die mensen zullen het nu naar hun zin hebben. Irene Vorrink treedt ^f als wethouder, en verlaat de Amsterdamse ge meenteraad. Daarmee is, zon der twijfel, haar politieke loop baan beëindigd. Voor wie ex treem-links bestrijdt reden tot vreugde, naar het schijnt. Triest voor Irene, zullen de mensen zeggen, maar voor de politiek niet slecht. Hebben die gelijk? Vlag De Amsterdamse PvdA, vrijwel altijd voorop in radicale onver draagzaamheid, houdt zich opmerkelijk stil. Die club wil de, een jaar geleden, Irene be slist als wethouder, ondanks haar slechte gezondheid. Die club had Irene Vorrink, en Jan Schaefer, nodig als vlag om de lading van jarenlange voortdu rende interne conflicten te dekken. Conflicten waarin de Amsterdamse PvdA Han Lammers, Pitt Treumann en tal van andere eigen prominenten onder heeft laten gaan. Nu is het de beurt aan Irene Vorrink. Reden tot vreugde? Natuurlijk niet voor Irene, die een door PvdA-fractievoorzitter Pelle Mug aangeboden afscheids etentje resoluut weigerde. Reden tot vreugde voor de PvdA, waarvan het Amsterdamse ka- nibalisme zo langzamerhand onrustbarende vormen begint aan te nemen? De antwoorden op deze vragen lijken negatief. Zelfs Den Uyl schijnt zich, eindelijk, zorgen te gaan maken over wat zich aan radicalisering en onverdraag zaamheid in de PvdA aan het vol trekken is. In, dat proces speelt al jaren de hoofdstad een hoofdrol. Door ervaring in vele crises wij zer geworden probeert de Am sterdamse PvdA het verwijde ren van Irene Vorrink uit de politiek een wat minder on menselijk gezicht te geven dan dat van vele van haar voorgan gers. Annet de Waard, nieuw raadslid en sindsdien ook co lumniste van Het Parool (het dagblad dat uitmunt in goed praterij van alles wat de Am sterdamse PvdA doet) schreef dezer dagen in dat blad een prijzend artikel over Irene. Ze zou tóch verdiensten hebben gehad, en dan wel voor de emancipatie van de vrouw, al dus Annet. Een stuitend ver toon, zo'n stuk. Integriteit Moeten redelijke mensen blij zijn met het verdwijnen van Irene Vorrink uit de politiek? Ik zou op die vraag voor geen prijs met een gewoon ,ja" antwoord willen geven. Ik ken haar niet goed, maar goed genoeg voor de overtuiging dat zij intelli gent is, en vooral een warm mens. Daar kan tegen worden ingebracht dat dergelijke ei genschappen onvoldoende zijn voor een succesvolle politieke loopbaan. Akkoord. Maar waaróp viel Irene Vorrink uit eindelijk? Zonder twijfel op de problematiek rond de heroine- verslaafden. Over dat hete han gijzer, waarvoor noch landelijk noch plaatselijk een behoorlijk beleid is ontwikkeld, struikel de Irene in Amsterdam defini tief. Het heroineprobleem is beslist niet alleen, of zelfs maar in de eerste plaats, een zaak van ge meentelijke zorg. Het depar tement van justitie heeft er veel mee te maken, CRM en bin nenlandse zaken ook, en de burgemeesters van de gemeen ten waar zich het probleem voordoet. Voor Amsterdam geldt dat óók. Daar bestaat het probleem sinds 1972, hoewel het lang door verantwoordelij ke politici is ontkend. Al jaren is het daar, en elders, levens groot. Samkalden heeft het er in zijn laatste bestuursjaren erg moeilijk mee gehad. Maar het was toen wél in de eerste plaats het bestuursprobleem van Samkalden. Niemand was van mening dat de toenmalige ge zondheidswethouder van de CPN, de voortreffelijke Harry Verhey, die zaak zou moeten „doen". Nee, het was Samkal den in de allereerste plaats. Het ging over algemeen beleid, en het ging niet over de openbare orde. Daarover gaat het in Amsterdam nog steeds, bij het heroine probleem bij de veiligheid op de Zeedijk, bij het rondjagen van de zgn. SOSA-groep van Surinaamse heroineverslaaf- den, ging het niét in de eerste plaats om het beleid van Irene Vorrink. Het ging om het beleid van de burgemeester van Am sterdam. Verantwoordelijkheid Nogal wat mensen zijn, zo blijkt, tevreden over het verdwijnen van Irene Vorrink uit de poli tiek. Een radicaal-socialiste minder... Ik deel die vreugde niet. Ik betreur het vertrek uit de politiek van iemand die ge heel anders denkt dan ik, maar waarvan ik de integriteit erg waardeer. En wie is verant woordelijk voor de aanpak van het probleem, waarover Irene viel? Hij blijft rustig zitten. Hij heet Wim Polak en is burge meester van Amsterdam. Dat de beruchte „kop" van de Zeedijk, na de grote „schoon maak" door de politie van rond de jaarwisseling (bewoners en bedrijven kregen toen weer hoop), nu weer een even on leefbaar heroinehandelscen- trum is als een jaar geleden - wie zou dat Irene Vorrink dur ven verwijten? "Dus wij zouden moeten matigen, zogenaamd voor de werkloze en voor de kan sarme, laat me niet lachen". Het is een uitspraak van een lid van het actiecomité van stakende havenarbeiders in Rotterdam. Een uitspraak die de benarde positie van de vakbeweging in het nu al ruim een week durende conflict goed weergeeft. De achterban heeft het contact met de bond verloren. Het matigingsbeleid van de vakbeweging is niet aangeslagen bij de leden. De theorie van minder looneisen en daarvoor in de plaats meer werk, hebben de mensen van de vloer in de praktijk zien mislukken. Die zagen het aantal arbeidsplaatsen alleen maar verminderen. De onvrede bij de leden over de onderhandelingsresultaten van de bonden van de afgelo pen jaren was ook bij de be stuurders bekend. Al voordat de stakingen in de vleeswa- renindustrie en de havens uitbraken, rommelde het binnen de Federatie Neder landse Vakbeweging, FNV met ruim één miljoen leden de grootste vakcentrale van het land. Steeds meer bonden gaven te kennen weinig hei meer te zien in het voortzetten van het zogenaamde "ge coördineerde arbeidsvoor waardenbeleid". Dat is he beleid van de vakbeweging om zoveel mogelijk gelijke ei sen te stellen in alle be drijfstakken. Het bleek echte steeds minder goed te verko pen dat een goed florerende bedrijfstak geen looneisen zou mogen stellen omdat het elders zo slecht ging. Invloed Bovendien vroegen de leden zich af wat hun invloed nu ei genlijk wel was op dat ge coördineerde arbeidsvoor waardenbeleid. Ze kregen een kant en klaar pakket voorgeschoteld waar ze dan wel wijzigingen in mochten aanbrengen, maar dat wilde nog helemaal niet zeggen dat deze ook werden overgeno men. Ten eerste zou de totale bond zich er achter moeten scharen, en daarna zou de bond weer binnen de grote centrale een meerderheid moeten proberen te vinden om een wijziging in het pak ket er uiteindelijk door te krijgen. Zo'n procedur° werkt vervreemding in de hand en dat is het afgelopen jaar dan ook gebeurd. r andere bedrijven Belangrijke leus op de span- De ntwikkeling tegenhouden afdelingsvergaderingen waar de leden van de diverse bonden moesten beslissen over het eisenpakket zijn zeer slecht bezocht. Op een verga dering van de afdeling Leiden van de Industriebond FNV over het arbeidsvoorwaar denpakket kwamen bijvoor beeld niet meer dan 'twee le den opdagen. Op zich zou de desinteresse nog niet eens zo erg zijn, als de bonden hun leden dan uit eindelijk maar goede onder handelingsresultaten hadden kunnen voorschotelen. Ook dat is niet het geval. De fru straties over de afgelopen jaar gevoerde cao onderhandelin gen zijn nog volop aanwezig in het werknemerskamp. Ar beidstijdverkorting was het centrale, thema. Veel meer dan een paar verplicht op te nemen snipperdagen en een regeling voor vervroegd pen sioen (waarvan de kosten voor een deel door de werk nemers zelf gedragen moeten worden) hebben de onder handelaars er niet uit weten te slepen. In feite betekent het dat de vak beweging nu voor de tweede achtereenvolgende keer de strijd van de werkgevers heeft verloren. Het jaar daar voor was namelijk ook al wei nig succesvol afgesloten Centraal stond toen de "apo" de arbeidsplaatsenovereen komst: afspraken met de werkgevers over de hoeveel heid arbeidsplaatsen en de kwaliteit daarvan. Ook hier over konden de bonden geen afspraken maken met de werkgevers en geen vak bondsbestuurder durft nu nog het woord apo in de mond te Twijfel Na deze twee magere jaren is de twijfel binnen de vakbewe ging gegroeid, maar zoals we de laatste week hebben kun nen merken, nog veel meer bij de leden. De acties in de ha ven van Rotterdam zijn een signaal. De onvrede is nu nog beperkt tot de havens van Rotterdam maar zit natuur lijk ook bij werknemers el ders in het land. Een ding is dan ook wel duide lijk na de gebeurtenissen in Rotterdam: het gecoördi neerde arbeidsvoorwaarden beleid kan de vakbeweging de komende jaren wel verge ten. De jaren tachtig zullen weer de jaren van de loonei sen worden. Looneisen die per bedrijfstak (en dus per vakbond) zullen verschillen al naar gelang de financiële positie van de betreffende bedrijfstak. Na de in de haast bijeengeroe pen federatieraad (waarin alle bij de FNV aangesloten bon den zijn vertegenwoordigd) van afgelopen maandag, liet FNV voorzitter Wim Kok al doorschemeren dat een loon eis voor 1980 om de koop kracht van de werknemers veilig te stellen, niet moest worden uitgesloten. Maar Kok zei nog meer namelijk dat de vakbeweging met het probleem zit hoe je uiteenlo pende situaties in één ge coördineerd arbeidsvoor- waardenvat moet gieten. "Moet je bij je opstelling uit gaan van je zwakke broeders, of van de gemiddelde onder neming", aldus de FNV voor zitter. Wanneer de vakbeweging op de lijn van de gemiddelde on derneming gaat zitten, bete kent dat wellicht meer dan 'n looneis, alleen om de koop kracht op peil te houden Dat zal in veel gevallen koop krachtverbetering beteke nen. Ten koste van de zwakke broeders. Maar wanneer de leden niet meer in de hand zijn te houden zoals nu het geval is, heeft de vakbewe ging weinig keus. Kabinet Veel van wat er de komende maanden gaat gebeuren zal ook afhangen van de plannen die het kabinet zal presente ren op de Derde Dinsdag van september. Volgens de laatste berichten wil het kabinet de koopkracht van de inkomens tot 32 duizend gulden per jaar handhaven. De nullijn dus. Om dat te bereiken denkt het kabinet onder meer aan een belastingverlaging voor de lager betaalden. Het kabinet kan ook haast niet anders, want wanneer het om het handhaven van de koop kracht van deze groep gaat, treft de ploeg van Van Agt een gesloten front van werkge vers en werknemers tegen over zich. En dan speelt er nog een punt mee dat enkele weken gele den nog hét struikelblok in de cao onderhandelingen voor het komend jaar leek te wor den. Dat is het handhaven van de volledige prijscompensa tie. Zowel regering als werk gevers willen de gestegen kosten voor energie buiten de prijscompensatie houden. De vakbeweging, FNV én CNV, heeft al eensgezind nee tegen dit voornemen gezegd. Dat wordt dan dezelfde situatie als in 1977 toen de werkgevers te kennen gaven van de au tomatische prijscompensatie af te willen. Een paar goed georganiseerde stakingen brachten de werkgevers toen tot andere gedachten. Stroomversnelling Met de acties in de Rotterdamse haven en de vleeswarenin- dustrie is de discussie over het arbeidsvoorwaardenbe leid 1980 in een stroomver snelling geraakt. Ongetwij feld zullen het komend jaar nog een paar centrale eisen worden gesteld, bijvoorbeeld de handhaving van de volle dige prijscompensatie. Daar naast zal de totale vakbewe ging ook nog wel vragen om arbeidstijdverkorting. Dit past ook in het kader van het door het Europees Verbond van Vakverenigingen opge stelde programma waarin staat dat gestreefd moet wor den naar een arbeidstijdver korting van 10 procent per jaar. De arbeidstijdverkorting zal echter even op een laag pitje komen te staan. Door de hui dige ontwikkelingen is het gevaar levensgroot aanwezig dat meer loon, net als in de jaren zestig, weer het hoofd thema gaat worden. Wim Kok zal er niet gelukkig mee zijn en dan ook nog wel proberen deze ontwikkeling tegen te houden. Wanneer het hem niet lukt, ziet hy de vakbeweging weer af glijden naar de belangenor ganisatie voor de werkenden. De door hem zo bepleitte so lidariteit tussen werkenden en niet-werkenden zal onder druk van de stakingen voor een paar jaar in de ijskast moeten. Het valutadenken rukt op" zei iemand uit de Rotterdamse haven In dat valutadenken is geen plaats voor werklozen en kansarmen. Die sullen het dan weer even zelf moeten uitzoeken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 27