„Leidse brandweer is groot door Deel van Geologie gaat weg uit Leiden De enige die een bus als een trein kan laten lopen op de lijn Leiden-Katwijkis de NZH-buschauffeur. Houten ophaalbrug tussen Maresingel en Huigpark De busdus fXQQüZB Hoofdbrandmeester W. Harteveld bij afscheid: Terugdringen pakhuizen in Maredorp onhaalbaar AFSLUITING RUN- EN SCHIEKADE BEPLEIT VRIJDAG 31 AUGUSTUS 1979 PAGINA 17 LEIDEN - Hij had het er zicht baar moeilijk mee, hoofd brandmeester W. Harteveld, toen hem gistermiddag bij zijn afscheidsreceptie in de sfeervol opgeluisterde brandweerkazerne aan de Langebrug allerlei loftuitin gen werden toebedeeld. Terwijl zijn inzet en verdiensten voor het brandweerwezen door ondermeer burgemees ter Vis en brandweercom mandant Broekman hemel hoog werden geprezen zat Willem Harteveld zenuwach tig te plukken aan zijn dienst pet. Tijdens zijn afscheids woord vertelde hij "als een berg te hebben opgezien te gen de dag dat hij afscheid zou moeten nemen van de Leidse brandweer". "Een brandweerkorps dat groot is door zijn kleinheid. Want doordat het korps van be perkte omvang is bestaat er nauwelijks ruimte voor spe cialisatie waardoor iedere brandweerman in Leiden een echte all-rounder is. Dat maakt het korps tot één van de beste in Nederland", aldus Harteveld, die met zijn 55 jaar de in brandweerkringen pen sioengerechtigde leeftijd heeft bereikt, tijdens zijn af scheidsrede. Een rede die werd beloond met een wer kelijk ovationeel applaus van de talrijke aanwezigen. Willem Harteveld, geboren en getogen Leidenaar, begon zijn 28-jarige loopbaan bij de Leidse brandweer op late leeftijd. "Aanvankelijk was ik metaaldraaier en pas op 27- jarige leeftijd ben ik bij de brandweer gekomen. Op aan raden van mijn moeder. Het vak van brandweerman heeft me vervolgens gepakt in al zijn facetten en nooit meer losgelaten. Werkelijk, het is een van de mooiste beroepen die ik me kan voorstellen. Waarom? Omdat je je kan in zetten voor mensen die in nood zijn daar waar anderen met de handen in net haar staan of hard weglopen". Harteveld vervolgt "In het be gin kwam ik natuurlijk nau welijks aan de bak. Werd ik gebruikt als krullejongen. Wanneer ik er dan weer eens op de fiets op uitgestuurd werd om een boodschap te doen en ik zag bij terugkomst die wagens met loeiende sire nes de poort uitrijden dan jeukten mijn handen en stond ik in mezelf te vloeken. O, wat wilde ik dan zelf graag op die wagen zitten om m'n armen uit de mouwen te kunnen steken". Die momenten kwamen voor Harteveld in overvloed. Door zijn leergierigheid, durf en in zet werd hij al snel overal bij betrokken en het duurde dan ook niet zo gek lang of de naam Willem Harteveld werd een begrip in bredekring. Zelf zegt hij: "Waardoor het precies kwam weet ik niet maar ze pakten mij altijd voor de gekste en gevaarlijkste klusjes. Zat er een hond in een riool of een aap in een af voerkanaal of moest er bij een demonstratie iemand 45 me ter hoog op een ladder gaan staan dan kon ik aan de bak. Niet dat ik dat erg vond hoor, integendeel". Hartevelds leergierigheid, hij was een van de eerste brand weermannen met een dui kersbrevet en hij heeft ook op het gebied van preventie met succes verscheidene cursus sen doorlopen, had tevens tot gevolg dat hij geregeld pro motie maakte om uiteindelijk te worden benoemd tot hoofdbrandmeester, een van de allerhoogste rangen. Een loopbaan die vrijwel parallel liep aan die van zijn vaste maat, Hoofdbrandmeester Mark. "Tussen ons bestond een brok competitie die ge zond heeft gewerkt. Samen deden we tal van cursussen en dan jutten we elkaar voortdurend op. We wilden voor geen goud voor elkaar onderdoen en pakten alles aan. Daardoor hebben we het waarschijnlijk nog vrij ver weten te schoppen, ondanks dat we dikwijls als de rauwe binken van het korps werden beschouwd". Zijn laatste dagen als brand weerman heeft Willem Harte veld knarsetandend doorge bracht. "Want", zo zegt hij, "ik had zo graag nog een fikse brand mee willen maken, nog één keer echt in actie komen. Er is voor mij niets mooiers dan een fikse middelbrand, zonder slachtoffers dan. Niet zo'n brand als indertijd bij Sikkens want dat hoeft voor mij niet. Dat is alleen maar dom spuitwerk, dat kan ie dereen. Nee, een flinke brand waarbij je naar binnen moet en alles op alles moet zetten om het vuur te bedwingen en waarbij je er dan uiteindelijk in slaagt om de omliggende panden voor de vlammen te sparen". Met de vuist op tafel slaand ver volgt hij: "Ze zeggen wel eens dat brandweermannen regel rechte pyromanen zijn maar dat is beslist niet waar. Een brandweerman heeft nu eenmaal op z'n tijd een echte brand nodig. Dat houdt het moreel er een beetje in, want het hele jaar door alleen maar oefenen is ook niet alles". Er verschijnt een trieste blik in zijn ogen wanneer hoofd brandmeester Harteveld over zijn afscheid praat "Het valt niet mee om op te stappen", bekent hij. "Maar je moetje er gewoon bij neerleggen. Aan dit vak worden nu eenmaal enorm hoge eisen gesteld en op een gegeven moment kun je aan die eisen niet meer voor de volle honderd procent vol doen. Ik heb het gevoel dat ik nog best een paar jaartjes zou kunnen doorgaan maar de voorschriften bepalen an ders. Misschien is dat ook wel beter wantje maakt in dit vak ook enorme dieptepunten mee, zoals zeer zware onge vallen. En die gaan je echt niet in je kouwe kleren zitten". Tijdens de bijeenkomst in de Leidse brandweerkazerne ontving Willem Harteveld gistermiddag naast tal van geschenken uit handen van burgemeester Vis de "Jan van Hout-penning" van de ge meente Leiden. Een zeldzame onderscheiding die wordt uitgereikt aan personen die zich op een buitengewone manier verdienstelijk hebben gemaakt voor de gemeente Leiden. Voorts werd Harte veld onderscheiden met de erepenning in goud van de Koninklijke Nederlandse Brandweer, welk^ onder scheiding hem werd over handigd door commandant Broekman. JAAP VISSER LEIDEN Bij de subfaculteit Geologie en Geofysica aan de Garenmarkt hangt vandaag de vlag halfstok: de faculteit gaat groten deels verdwijnen. Door herstructurering van de aardwetenschappen wordt het grootste deel van het instituut onderge bracht bij de universiteit van Utrecht. Een klein ge deelte blijft samen met professor A. Brouwer ach ter in de Sleutelstad. De landelijke herstructurering bij de aardwetenschappen begon eind 1965. Er ging een brief van de toenmalige minister van on derwijs en wetenschappen Diep enhorst geologie-afdelingen van universiteiten vragen steeds meer geld zonder dat groei van het aantal studenten dat rechtvaardigt. De Academische Raad (oude stijl) komt met een advies: verdeel du re geologie -specialismen over verschillende universiteiten om dure doublures te vermijden. Dit ging de minister volgens profes sor Brouwer niet ver genoeg. Daarna', zo laat professor Brouwer weten, "wordt er een commissie van twee vertegenwoordigers van de vijf betrokken geologie afdelingen (drie rijksuniversitei ten, Amsterdam GU en VU) on der voorzitterschap van de Utrechtse curator Verwey inge steld. Grote meningsverschillen en weinig resultaten zijn hiervan het resultaat". Professor Brouwer "De toen aan het bewind zijnde minister Ver- inga benoemt een nieuwe com missie van drie geologie buiten staanders. In de kortst mogelijke tijd komt er een rapport met het advies om geologie in Utrecht te laten voortbestaan en alle ande ren op te heffen. Argumenten kwamen er niet meer aan te pas, herstructurering werd een doel op zichzelf. Intussen ontdekte de minister dat geologie een basiswetenschap in de natuurwetenschappen is en dat geologie ook als bijvak aan andere studenten wordt onder wezen. Totale opheffing is dus niet mogelijk". Er wordt een compromis gesloten: "Grote concentratie in Utrecht, half zo groot in Amsterdam door samenwerking tussen GU en VU, kleine subfaculteit in Leiden en nog kleinere in Groningen (was al klein sedert bezuinigingen in de jaren dertig)". In deze zin, zo gaat professor Brouwer verder, "sloten de vijf universiteiten een overeenkomst (1971). Utrecht en Amsterdam zouden een volledige opleiding houden; Leiden en Groningen alleen een propedeutisch jaar en gespecialiseerd onderwijs en on derzoek in één richting (Leiden: stratigrafie en paleontologie) in doctorale fase en voor promotie". Het resultaat van een en ander is nu dat het grootste deel van de Leid se subfaculteit wordt gedwongen naar Utrecht te vertrekken. Daarvoor was nodig een nieuw instituutsgebouw in Utrecht dat nu biina klaar is. De conclusie die professor Brou wer uit deze geschiedenis trekt is dat "het hele plan slecht is door dacht en dat het geen besparing oplevert die niet op andere wijze verkregen had kunnen worden". Door het vertrek van het grootste gedeelte van de sub-faculteit komen de twee gebouwen naast de voormalige meisjes-hbs en het Van der Werfpark vrij. Het in ruimtenood verkerende museum van Natuurlijke Historie neemt de gebouwen over. Het gedeelte van de faculteit dat in Leiden blijft zal in het oude hbs-gebouw gevestigd blijven. Prof. A. Brouwer voor de vlag die halfstok hangt. LEIDEN - Het terugdringen van het aantal pakhuizen in Maredorp is nauwelijks een haalbare kaart. Dit bleek gisteravond bij de be handeling van het bestem mingsplan voor Maredorp in een vergadering van de raadscom missie voor de ruimtelijke or dening. Uit het bestemmings plan blijkt dat 20% van alle op- slagyestigingen in de binnen stad in Maredorp gevestigd zijn. Dat is de hoogste concentratie die in de Leidse binnenstad is te vinden. Met name de raadsleden Beijen (PPR) en Ranner (PvdA) drongen er gisteravond bij wethouder Waal op aan dat het aantal pak huizen de komende jaren wordt teruggedrongen. Uit het be stemmingsplan blijkt dat alleen een verdere uitbreiding van het aantal pakhuizen wordt tegenge gaan. De voormalige projectcoördinator voor de projectgroep Maredorp, mr. A de Jong, noemde dat al heel wat. De gemeente kan volgens hem verder weinig doen. "Het is irreëel om te zeggen dat het aan tal pakhuizen de komende jaren zal worden teruggedrongen. Die wens is moeilijk om te zetten in beleid. D gemeente kan alleen maar per pand actie ondernemen door het pand aan te kopen of te onteigenen. De bestaande toe- Hoofdredacteur LEIDEN - De schipbrug tussen de Maresingel en het Huigpark zal worden vervangen door een hou ten ophaalbrug. Een meerderheid van de leden van de raadscommissies voor ruim telijke ordening en financiën heeft gisteravond in een vergade ring haar keuze bepaald. De dienst gemeentewerken had al eerder voorkeur gegeven aan een houten ophaalbrug. Zo'n brug past beter in het stadsgezicht en bovendien lag vroeger over de Maresingel ook een ophaalbrug, aldus gemeentewerken. Aanvankelijk bestonden er drie ontwerpen voor een nieuwe vaste verbinding over de Maresingel. Eén ontwerp viel al snel af. De ophaalbrug en een vaste houten brug bleven over. In een vorige vergadering gaven de leden van de commissie echter te kennen dat ze de ophaalbrug veel te duur vonden. De voorkeur ging daar om voorlopig uit naar een vaste houten brug. Beide ontwerpen zijn daarna nog eens bekeken en gisteravond kwam de dienst gemeentewer ken met een veel goedkoper ont werp van een ophaalbrug voor de dag. Het ontwerp van de vaste houten brug was ook, naar wens van de commissieleden, gewij zigd waardoor de aanleg van deze brug duurder wordt. Het prijs verschil was daardoor aanmer kelijk kleiner geworden. Wethouder Waal drong er gister avond op aan om nu de knoop maar door te hakken, waarna een meerderheid in de commissie koos voor de aanleg van een op haalbrug. De kosten van de nieuwe brug zijn becijferd op 295.000 gulden. Dat is 70.000 gul den goedkoper dan het eerste ontwerp en bijna 70.000 gulden duurder dan de aanleg van een vaste houten brug. voor „Mare' LEIDEN - Eindredacteur Quirien van Koolwijk van het Leidse uni versiteitsblad Mare is deze maand benoemd tot hoofdredac teur van dat blad. Hij volgt in die functie Bas de Jong op die sinds de oprichting van Mare. twee jaar geleden, het blad heeft geleid. Het weekblad is gelijk met de be noeming van Van Koolwijk in een nieuw jasje gestoken: de uit voering is wat strakker en er wordt gebruik gemaakt van een nieuwe kop. stand zal daarom voorlopig wor den bevroren", aldus mr. De long. LEIDEN - De raadsleden Beij- en(PPR) en mevrouw Ko- ning(PvdA) hebben in een brief aan de verkeerscommissie be pleit dat de Rijn- en Schiekade aan de zijde van het Leidsch Dagblad (Witte Singel) met paal tjes wordt afgesloten voor het au toverkeer. Tijdens een enkele maanden geleden gehouden be wonersavond is volgens de raadsleden gebleken dat het overgrote deel van de bewoners voor die afsluiting is. Men hoopt op die manier te berei ken dat geen verkeer voor de nieuwbouw van de universiteit gebruik gaat maken van de Rijn en Schiekade. De raadsleden wij zen erop dat ter plaatse ruimte is voor een verkeerslus en dat voor het alarmverkeer en het bestem mingsverkeer de Groenhoven- straat en de Telderskade be schikbaar blijven. In de brief wijzen de raadsleden er ook op dat de Rijn- en Schiekade ongeveer vijf- jaar geleden ter hoogte van de Telderskade werd afgesloten met paaltjes. "Kort na de plaatsing is door onbekenden eigenmachtig een van de paaltjes verwijderd, zodat auto's toch weer konden passeren. De ge meente heeft dit oogluikend toe gestaan. De laatste tijd is nog een aantal paaltjes gesneuveld, zodat er nu vrijwel geen belemmering meer aanwezig is", zo schrijven de raadsleden de verkeerscom missie. De brief zal aan de orde komen op de eerstkomende vergadering van de verkeerscommissie die op 5 september wordt gehouden. ADVERTENTIE De NZH lijnen 31, 32 en 41 tussen Katwijk en Leiden.lopen als een trein. Dankzij een vrije baan, stoplichtbeïnvloeding en passeerstroken doet de bus er nooit langer dan ca. 20 minuten over. En dat voor maar f 39,- per maand. Vraag een aanvraagformulier voor 'n abonnement.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 17