„Honingbij gaat er aan kapot" publiek Visserijbedrijf komt sanering en quotering te boven LEIDSE IMKER J. VAN DER BLOM OVER DREIGENDE MIJTZIEKTE Bedrijvigheid rond de vissershavens is blijven bestaan PAGINA 4 VARIA WOENSDAG 22 AUGUSTUS 1979 door Sjak Jansen Elke ochtend, steevast om tien uur, ga ik de stad en regio in, op zoek naar mensen en dingen voor deze rubriek. Tips en wensen voor "Publiekkunt u tot klok slag tien aan mij kwijt, tel, 071-144941, toestel 215 Schriftelijke reacties zijn ook zeer welkom. De afdeling Bijenteelt van het Landbouwschap en de Vereniging tot Bevordering van de Bijenteelt zijn nogal ongerust over het gevaar dat imkers in de vorm van een vele bijenvolken vernietigende ziekte bedreigt. Het is de Varroa Jacobsonii Oudemans, een parasitaire mijtziekte, die zich lang zaam van het Oosten naar West-Europa verplaatst. In de omgeving van het Taunusgebergte (niet ver van de Nederlandse grens) heeft de mijtziekte haar kop reeds opgestoken. In West-Duitsland moesten reeds meer dan 5000 bijenvolken worden vernie tigd. Welke gevolgen het heeft, wanneer de ziekte daadwerkelijk naar ons land overslaat, laat zich dus raden. De mijtziekte kan met name funest zijn voor de fruitteelt. Door de uitroeiing van besmette bijenvol ken bestaat de kans dat bloeiende fruitbomen verstoken blijven van de zo belangrijke bestuiving door die nuttige insecten. De Leidse imker J.J. van der Blom (71) beaamt dat. Wanneer hij slechts aan deze mijtziekte denkt, krijgt Van der Blom al een wrange smaak in de mond. In zijn woning aan de Witte Rozenstraat legt hij uit waarom. „Die mijtziekte is bijna niet te herkennen. Dat is het vervelende", merkt Van der Blom op. „Zo'n mijt is nog kleiner dan een bijeluis. Je kunt dus wel nagaan dat het speuren naar die mijt je reinste microsco- penwerk is." ..Als je ietwat geluk hebt, onl dek je de mijtziekte in he tweede jaar van optreden Slechts dan heb je een zeker kans datje op tijd bent. Is di< ziekte er voor het derde iaar Veroorzaker van de mijtziekte is de parasiet die bij de ooster se bij voorkomt. Opmerkelijk is dat de bij en de mijt elkaar kunnen verdragen. Onze ho ningbij is echter niet tegen de mijt bestand. „De honingbij gaat er onher roepelijk aan kapot", zegt Van der Blom met nadruk. „Die mijt blijft net zo lang op haar rug zitten, tot ze voedsel geeft, parasiteert net zo lang tot de bij uitgeput is." „Daarom is het zaak het gedrag van de bijen goed in de gaten te houden. En bij de minste afwijking daarin, die ook maar enigszins op deze mijt ziekte wijst, direct het con sulentschap voor de Rijksbij enteelt in Hilvarenbeek te waarschuwen Geluk Door de alledaagse woorden die hij ter uitleg van deze inge wikkelde kwaal in de mond neemt, weet Van der Blom de luisteraar heel aardig te boeien. Hij bedient zich zelfs van een dermate gewoon taal tje, dat je af en toe de indruk krijgt dat de Leidse imker de hele kwestie wil bagatellise ren. Toch is dat geenszins het geval. „Weet je", vervolgt hij. „Het beroerde bij de bestrijding van deze mijtziekte is dat ze zo moeilijk is vast te stellen dan ben je te laat en moet je het besmette volk verbran den. En dat is zonde van zo'n bijenvolk en zonde van de honing Bestrijding Toch is men volgens Van der Blom wel enigszins gevor derd met de bestrijding van de mijt. Vervelende bijkom stigheid is echter dat, tesa- men met de mijt, de bij ook nog wel eens het hoekje wil omgaan. Daarom vindt Van der Blom de mijtziekte maar een afgrijselijke kwestie De Leidenaar zegt het dan ook een goede zaak te vinden dat er een verbod geldt bijen het land in te voeren, zonder dat Leidenaar J .van der Blom bij één van zijn kasten. Met blote handen. "Ja", zegt hij, "ik ben immuun geworden voor bijesteken. Als je dat niet wordt, moetje kappen met het houden van bijen. Dan wordt het veel te gevaarlijk. Wanneer je gestoken wordt moetje niet in de zere plek knijpen .Ju ist dan stuw je het gif naar binnen. Je moet daarentegen met een mesje of nagel de angel er gewoon uitlichtenEn als er een bijenzwerm om je heen cirkelt, moet je je niet bewegen. Dan gebeurt er niets. Als je om je heen gaat slaan, denken de bijen datje gaat aanvallen en dan pakken ze je" er een gezondheidscertifi caat voor is afgegeven. •Zo kun je overbrenging tegen gaan", zegt hij. „In zekere ma te hoor. De darren, die zich dus niet aan een bepaalde kast houden, houd je toch niet tegen. Wanneer zo'n mijt dus op een dar gaat zitten, is die ziekte weer een stapje verder Zo worden andere kasten dus aangetast." Tekort .Zeker nu er al een tekort aan bijenvolken is, moet ik er niet aan denken dat deze mijtziek te nog grotere vormen zal aannemen. Met die vreselijke kou afgelopen winter zijn er in ons land al een slordige 1000 volken onderdoor ge gaan. Meer bijen kunnen we absoluut niet missen." IJMUIDEN - „Over het eerste halfjaar van 1979 was de omzet aan de hallen 11 miljoen gulden hoger dan over dezelfde periode van verleden jaar. Nu kun je moeilijk aan de hand van omzetcijfers de verdiensten bepalen, maar in zijn al gemeenheid geloof ik toch wel dat je er de conclusie aan mag verbinden dat het de visserij niet slecht gaat. Natuurlijk zijn er na de sanering van een aantal schepen mensen zonder werk gekomen. Ouderen zijn vervroegd ge pensioneerd en jongeren hebben zon der twijfel ander werk gevonden. Rond de haven heerst altijd bedrijvigheid. De mensen die varen of dat hebben gedaan behouden een sterke verbondenheid met de zee. De wil om te werken is een karaktertrek. Daarom geloof ik niet dat de sanering een nadelige invloed heeft gehad op het werkloosheidscijfer in de IJmond" Dat zegt de heer J. Oorebeek, directeur van het Staatsvis- sershaven bedrijf (SVHB) in IJmuiden. Met alle waarde ring voor de instanties die tot taak hebben zich actief bezig te houden met de werkgele- genheidsproblematiek klinkt in zijn stem - terwijl hij over dat onderwerp praat - toch een zekere scepsis door. Niet zozeer over de bemoeiingen van de overheidslichamen maar veel meer over de „men taliteit" van degenen voor wie men zich al die bemoeiingen getroost. Modewoord „Een informatief gesprek dat door de gemeente Velsen is gehouden met belangstellen den over de problemen op de arbeidsmarkt in de IJmond heeft eigenlijk bitter weinig van het standpunt van het bedrijfsleven dat bekend was; de werkkrachten die je zoekt zijn er nauwelijks en slaag je er in om ze te vinden dan is er geen woonruimte om ze te huisvesten. Dat heet dan een complexe zaak. Hoewel ik het daar mee eens ben vind ik het toch niet juist dat bij het trekken van zo'n conclusie zo'n modewoord wordt ge hanteerd. Dat lijkt wel steeds meer een gewoonte te wor den. In de crisisjaren voor de Tweede Wereldoorlog zoch ten de mensen „werk". Te genwoordig heet het „pas sende arbeid". „Daarbij komt dat de bereid heid om datgene aan te pak ken wat er te krijgen is me veel minder lijkt dan vroeger. De oorzaken daarvan? Ach, om eens wat te noemen; wie niet werkt is materieel toch goed verzorgd. Vroeger druk te „niet werken" een veel gro ter stempel op je dan tegen woordig. Dan is er de toene mende ontkerkelijking. In het geloof vond je vroeger veel meer een verband met de arbeid. Het werd je als het wa re met de paplepel ingegoten In het zweet Uws aanschijns.. enzovoort, enzovoort. Begrijp me goed ik noem dat niet als een veroordeling maar als een feitelijk gegeven. Ik ben er van overtuigd dat mensen die dat graag willen aan de slag komen" Vrijheid Het bewijs voor zijn stelling vindt de heer Oorebeek in het gebied waarin hij werkt. In en om de haven is men, naar zijn mening, gewend om aan te pakken. Visserij en scheep vaart nemen een soort van zelfsprekende bedrijvigheid met zich mee. De waterkant blijft de mensen trekken die er zijn opgegroeid. „Neem", aldus de heer Oore beek, „de varende gezag voerders en stuurlieden. De bemanningen van loodsbo ten, vissersschepen en sleep boten. Het merendeel komt van de westkust. Daarvan komt weer een belangrijk deel van de eilanden. Als deze mensen om welke reden dan ook stoppen met varen vind je ze meestal weer terug bij een of ander dienstverlenend be drijf aan de waterkant. Een nog beter voorbeeld zijn de vissers. Die mensen maken verschrikkelijk veel uren on der vaak miserabele omstan digheden. Als je hun finan ciële beloning vergelijkt met die van iemand die veertig uuur per week aan de wal werkt en ook nog aanspraak maakt op inconveniëntentoe- slag. dan heb je de neiging je af te vragen waarom hebben die mensen in de achterlig gende jaren geen andere baan gezocht. Het klinkt misschien ongeloofwaardig maar de enige reden is dat zij een an dere manier van werken dan ze gewend zijn, ervaren als een beperking van hun vrij heid" De directeur van het SVHB is voldoende realist om te besef fen datje met de beste wil van de wereld bemanningsleden van gesaneerde visserssche pen niet aan de slag krijgt als er geen vervangende werk gelegenheid is die op eniger lei wijze tegemoet komt aan de voorwaarde van enige rela tie met diezelfde visserssche pen. Die vervangende werk gelegenheid is er volgens de heer Oorebeek. Verwerking „Het is vooral aan de inventivi teit en de kennis van de han delskanalen van de reders en handelaren te danken dat te gelijkertijd met het van kracht worden van quote ringsmaatregelen andere ac tiviteiten tot ontplooiing zijn gebracht. De visserij is nu eenmaal een bedrijfstak waar men zich niet gemakkelijk gewonnen geeft. Door de ja ren heen hebben onderne mers blijk gegeven over het nodige doorzettingsvermo gen te beschikken. Ze hebben bij quotering en sanering ge woon gezegd: „Die vis die komt er!" Die vis is er ook ge komen. Buitenstaanders hebben er geloof ik nauwe lijks enig idee van hoezeer mensen die bij de visserij be trokken zijn dat zelf ook zo ervaren en er naar handelen Een voorbeeld. Toen we af gelopen winter een paar we ken ingesneeuwd zijn ge weest leek half Nederland ontregeld. Wel. de vishallen waren iedere ochtend sneeuwvrij. Om zeven uur Een van de bedrijfstakken die gedurende de afgelopen ja ren sterk in de belangstel ling heeft gestaan is onge twijfeld de visserij. De ge heel op consumptie gerichte vangst van haring - ooit een ijzersterke bron van inkom sten - werd via de quote ringsmaatregelen vrijwel tot nul gereduceerd. De vangst op andere vissoorten leek eenzelfde lot beschoren. Vlooteenheden werden ge saneerd en het woord „quo tering" werd een vloek aan de waterkant. Inspecteurs van de Algemene Inspectie Dienst (AID) hadden tot taak om overtreders van de quo teringsvoorschriften in de kraag te vatten. Langzaam maar zeker begon het er op te lijken dat de vis serij als bedrijfstak in Ne derland geen recht van be staan meer zou hebben. Dat het spook van de werkloos heid keihard zou toeslaan in de gelederen van de ter vis vangst uitvarenden. Niets is minder waar gebleken. Het volk van de waterkant heeft zich aan de omstandigheden aangepast. Want al konden er dan minder schepen hun vangst afleveren aan de Rijksvishallen in IJmuiden, de bedrijvigheid is gebleven. Reders openden nieuwe handelskanalen. Visverede- lingsindustrieen bewezen een grote mate van be staansrecht te hebben. In het havenkwartier hebben ar beiders weinig moeite met het aanpakken van ander soortig werk. Als het nieuwe werk op de een of andere manier maar te maken heeft met de zee... het visserijge- beuren of... de water kant! kon de markt beginnen. Ie dereen was er. Eén dag zijn we wat later begonnen. Een aantal handelaren was on derweg ingesneeuwd. Die mensen belden op en vroegen iets later te beginnen. Dat hebben we gedaan. Ze zijn gekomen!" „Naast de aanvoer van vis uit het buitenland, waarmee de gevolgen van quotering en sanering gedeeltelijk konden worden opgevangen, is men zich niet uitsluitend bezig blijven houden met de han del. Vroeger was vis een kwestie van aanvoer, verkoop en ...foetsie weg. Tegenwoor dig ligt het accent in toene mende mate op verwerking en bewerking. Dat is een ont- iïtsluitend op de visserij in gesteld. Tegenover het werk van honderd man op zee kun 'ie wel stellen dat er zo'n vier- a vijfhonderd mensen werk aan de wal hebben. Het is gewoon verheugend dat je kunt vast stellen dat dit zogenoemde doorstralingseffect hiet na delig wordt beïnvloed door de gevolgen van de sanering van de vissersvloot. Mensen heb- wikkeling van de laatste ja ren. Fileren, onthuiden, ver pakken. De pakhuizen voor opslag en de veredelingsbe- drijven rijzen aan alle kanten uit de grond. In Nederland wordt meer vis gevangen dan er wordt geconsumeerd. Er is echter een toenemende vraag naar het panklare produkt. Op die ontwikkeling wordt ingespeeld. Vroeger expor teerden we koolvis naar het buitenland. Als „Seelachs in Dosen" kwam ze terug. Er is een markt voor gekomen die nu voor een belangrijk deel door de Nederlandse onder nemers zelf wordt bediend Het is een ontwikkeling die nog steeds groeit. Er zal zeker nog een vermeerdering van werkgelegenheidsplaatsen uitrollen" Doorstraling Met de gevolgen van het afne men van de directe werkgele genheid in de visserij hebben echter niet alleen de reders te maken gehad. Ook aan de vis serij verbonden bedrijven als machinefabrieken en con structiebedrijven zagen in de sanering een bedreiging van hun orderportefeuille. Direc teur Oorebeek merkt daar over op: „Ook in die sector heeft men zich, door ervaring wijs geworden, meestal niet oen blijk gegegeven mobiel te willen zijn. Ander werk te willen aanpakken. Vergeet niet dat er toch altijd nog veel handen nodig zijn voor on derhoudswerk, laden, lossen en soortgelijke werkzaamhe den" Over de ontwikkeling van de „zwarte markt" - verkoop van vis buiten de hallen om met de bedoeling meer te verko pen dan het voorgeschreven quotum toelaat - heeft de heer Oorebeek een duidelijk standpunt. „Als je zo'n quote ringsmaatregel wil laten sla gen dan moet je gewoon de schepen niet laten uitvaren. De praktijk heeft geleerd dat er in z'n algemeenheid een si tuatie is ontstaan dat mensen gedwongen kunnen worden hun vangst overboord te zet ten willen ze hun quotum niet overschrijden. Maar verplaats je in de mentaliteit van de vis sers. Mensen die gewend zijn rechtlijnig te denken. Die kieperen zo'n vangst niet over boord omdat ze zeggen: „ze zijn nu toch al dood". In we zen hebben ze gelijk. De han del heeft trouwens het nadeel dat ze bij omvangrijke zwaric handel het zicht op de pujs kwijtraakt. Maar ja... verder kan ik er weinig over zeggen, (lachend) Je moet de pastoor natuurlijk niet gaan vragen of je mag zondigen!" Consumenten Dat de werkgelegenheid in de visserij in het algemeen en in IJmuiden speciaal „gered" zou zijn dankzij het doorzet tingsvermogen van onder nemers en de bereidheid tot het accepteren van ander werk door een groot gedeelte van de mensen die op de loonlijst staan, lijkt een voor beeld van „hoe het kan". Voor de gewijzigde marktsituatie zullen echter, consumenten moeten zijn om de ring, aan- voer-handel-consument, te sluiten. „Die zijn er", aldus de heer Oor ebeek. „Het is natuurlijk niet zo dat de hele quoterings- maatregel door een gedeelte lijke structuurwijziging van de vishandel is opgevangen. De makreel is een uitkomst gehieken voor dat deel van de haringvisserij dat verloren is gegaan. Maar ons samenle vingspatroon is op veel ma nieren tegemoet gekomen aan de geschetste ontwikke ling van de visverwerkende bedrijven. Zelf vis bakken is leuk als je een woning met een tuintje hebt. In de gesta pelde bouw is het een ramp. Veel vrouwen werken tegen woordig en voor hen is het panklare produkt een uit komst. Het voordeel van het bewerkte en verpakte pro dukt is dat het hoegenaamd geen afval heeft en dat het mede door de wijze van ver pakking smakelijk en helder kan worden aangeboden en vaak langer houdbaar is. En wat natuurlijk meetelt - zeker in een tijd dat de welvaart on der druk komt te staan - is de prijs. Vergelijk de prijs van een kilo vlees met die van eenzelfde hoeveelheid vis. Op deze punten zal met nog meer aandacht dan voorheen pro paganda gemaakt moeten worden voor het produkt. Na tuurlijk heeft het gedragspa troon van de consument ons in de kaart gespeeld. Toch blijf ik stellen dat het de on dernemers zijn geweest die deze ontwikkeling hebben voorzien en tijdig maatrege len hebben getroffen om er profijl van te trekken. Het onheil van sanerings- en quo teringsvoorschriften is er door gekeerd". ELI VLESSING

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 4