Frankrijk rekent op victorie van Hinault Tourschema Tourwinnaars TOUR DE FRANCE ZATERDAG 23 JUNI 1979 SPORT PAGINA 13 YFFENIAC (GPD) - Miljoenen Fransen rekenen op hem. De internationale wielerwereld noemt hem favoriet nummer één Zijn concurrenten weten hoe verschrikke lijk sterk hij is. Bernard Hinault start woensdag in de 66e Tour de France als de te kloppen man. Een andere conclusie is nauwelijks mogelijk. Zoetemelk, Kuiper, Van Impe, Pollentier, De Muynck, Battaglin, Baronchelli, „veteraan" Agostinho, de Span jaarden en de renners van Peter Post zullen de favorietenrol van de 24-jarige Breton zeker niet in twijfel trekken. Dat zij zich bij voorbaat als verslagenen be schouwen is natuurlijk niet waar Hinault is de eerste om te onder kennen dat een Tour de France geen computerwerk is. Zelfs een superkampioen kan geklopt worden. Hij kan zeker geklopt worden op het woestenij pad van 's werelds grootste wielerevene- ment. Een val, een inzinking, een misrekening, het is allemaal mo gelijk tijdens de ruim vierdui zend kilometer van Fleurance naar Parijs. Maar het doet mo menteel niets af aan de situatie waarin het Franse fïetsidool ver keert. ,Ik ga inderdaad vol vertrouwen naar de Tour", zegt Hinault. „Mijn hele programma heb ik af gesteld op deze krachtmeting. Ik heb op tijd gas teruggenomen, precies zoals ik dat vorig jaar na de Ronde van Spanje ook deed. Het zou trouwens niet anders kunnen. Een mens is geen ma chine. Ik ben gewoon Bernard Hinault". Toen de Fransman een paar weken geleden in de Dauphine Libéré zijn tegenstanders verpletterde, ging men hem vergelijken met een ander fietsfenomeen uit een recente periode. Vergelijken dus met Eddy Merckx. Het is Hinault zelf geweest die deze veronder stellingen meteen wegwuifde Tijdens de Ronde van Luxem burg, enkele weken geleden, zei hij nog: „Ik wil en ik kan met niemand vergeleken worden, om de doodeenvoudige reden dat ie der mens anders is dan die an der". En toen lachend: „Merckx is Merckx. Hij was een fenomeen, maar geen familie van mij" Eendagsvlieg Twee jaar geleden. Hinault kwam zegevierend uit de strijd in Gent- Wevelgem. ,,'n Leuke overwin ning", hoorde men alom. „Maar zal men in de toekomst nog meer van deze jonge Fransman ho ren?'. Luttele dagen later waren die twijfels reeds voor een groot deel verdwenen. Hinault won opnieuw een Belgische klassie ker. Dit keer Luik-Bastenaken- Luik Van een eendagsvlieg kon dus geen sprake zijn. Er kon ze ker geen sprake meer van zijn toen diezelfde Hinault in de Dau phine Libéré eveneens alle te genstanders versloeg. Het was duidelijk. Frankrijk had een vedette. Een rivaal voor Thevenet, die in datzelfde 1977 eveneens nog miljoenen bewon deraars had. Thevenet won im mers (voor de tweede keer) de Tour. Bernard Hinault werd twee jaar geleden nog uit de ploeg voor La Grande Bouclé gehouden. „Jouw tijd komt nog", zei chef d'equipe Cyrille Guimard. En Hinaults tijd is gekomen. Zijn successen vorig jaar waren groot en groots tege lijk. De wijze waarop hij - na eer der al de Vuelta op zijn erelijst te hebben geschreven - Joop Zoe temelk onttroonde in de alles be slissende tijdrit van de Tour, was fenomenaal. Hinault raasde de 72 kilometer lange race van Metz naar Nancy liefst vier minuten en tien seconden sneller af dan onze landgenoot. Op de Champs Ely- sées onderging de Breton twee dagen later de grootste huldiging uit zijn loopbaan tot dan toe. Als er enkele maanden later geen twee mysterieuze valpartijen wa ren geweest, die hem remden in de Ronde van Lombardije, zou Hinault behalve de Tour en de Vuelta naar alle waarschijnlijk heid ook de Super Prestige Per nod, het wereldkampioenschap op punten, hebben gewonnen. Nu moest hij in dit klassement zijn Italiaanse rivaal Francesco Moser laten voorgaaan. Voordat Hinault de Tour de France definitief op zak had, toonde hij zich ook in ander opzicht een per soonlijkheid. Toen het peloton, verbitterd over de lange werkda gen en de vele verplaatsingen tussen finish en nieuwe start plaats, in staking ging, stond hij vooraan. Een historische dag in Valence d'Agen. Zij aan zij met de collega's. Hij vreesde de invloed rijke Levitan c.s. niet. Hinault reageert nogal fel als ver ondersteld wordt dat hij een be langrijke stem heeft gehad in het uitstippelen van het parcours waarop 150 renners vanaf woensdag zullen strijden. Want dat het een parcours is waarop de mogelijkheden van de Fransman duidelijk tot uiting kunnen ko men, staat als een paal boven wa ter. Daags na de proloog immers een rit met de Col de Portillon als meest gevreesde obstakel vlak voor de finish. Weer een dag later de klimtijdrit naar Superbagniè- res. Vervolgens de etappe over gevreesde Pyreneeëntoppen naar Pau en een etmaal later de eerste van twee ploegentijdritten die meetellen voor het individu eel klassement. Levitan mij bevoordelen?" her haalt Hinault de vraag. „Dat lijkt misschien zo. Ik denk echter dat andere factoren een rol hebben Zo was het vorig jaar toen Hinault won maar Zoetemelk sportief meelachte. Dit jaar hoopt de Nederlander zijn revanche te krijgen onder het motto: "Wie het laatst lacht, lacht het best". Of het zover zal komen is vooralsnog een open vraag gespeeld. De organisatoren wil len natuurlijk een Tour a la 1977, toen Fleurance eveneens start plaats was en de Pyreneeën ook reeds direct overwonnen moes ten worden, voorkomen. In de Ronde van twee jaar geleden (de Ronde van Thurau) wilde nie mand van de kanshebbers op de eindzege in die ene bergrit een af scheiding. Het gevolg was dat een monotone optocht van bijna twee weken volgde voordat de Alpen bereikt werden. Een herhaling daarvan zou sle.cht zijn voor het 27JUNI -22 JULI 1979 ca. 3600 km door Frankrijk, Belgie en Zwthserland Het Tour de France-peloton trekt dit jaar 1100 kilometer door de bergen. Aan Pyreneeën-etappes moeten de renners 370 kilometer verwerken, aan Alpenritten en Elzas-heuvels 720 kilometer. Het schema van de bergetappes ziet er als volgt uit Eerste rit: Fleurance-Luchon: Col de Menté (1349 m) na 141 km en Col du Portillon (1318 m) na 181 km. Tweede rit: Luchon-Super Bagnères: tijdrit op Super Bagnères met komst 1700 meter hoog. Derde rit: Luchon-Pau met; Col de Peyresourde (1563 m) na 14 km. 500; Col d'Aspin (1489 m) na 45 km en Col du Soulor (1445 m) na 124 km. 500. Dertiende rit: Metz-Belfort met; Col de Grosse Pierre (953 m) na km. 164,5 en de Ballon d'Alsace (1250 m) aankomst. Vijtiende rit Evian-Morzine Avoriaz (tijdrit) en Morzine-Avouaz (aan komst - 1700 m). Zestiende rit: Morzine-Les Menuires met: Col des Saisies (1633 m) na 83,5 km; Cornet de Roseland (1968 m) na km. 121 en Les Menuires (1700 m). Zeventiende rit: Les Menuires-Vars met Col de la Madeleine (1993 m) na 34 km, de Col du Telegraphe (1570 m) na 77 km, de Col du Galibier (2645 m) na 110,5 km, de Col de l'Izoard (2631 m) na 167,5 km en de Col du Vars (1800 m) aankomst. Achttiende rit: Vars-1'Alpe d'Huez met Col du Lauterat (2058 m) na km 59 en l'Alpe d'Huez (1860 m). RITTEN-SCHEMA Woensdag 27 juni: Proloog te Fleurance: 5 km tijdrijden. Donderdag 28 juni, le rit: Fleurance-Luchon 190 km; Vrijdag 29 juni, 2e rit Luchon-Super Bagnères (24 km tijdrijden individu eel). Zaterdag 30 juni, 3e rit Luchon-Pau (181 km). Zondag 1 juli, 4e rit: Captieux-Bordeaux (84 km ploegentijdrit). Maandag 2 juli, 5e rit; Neuville de Poitou-Anders 135 km. Dinsdag 3 juli, 6e rit: Angères-Saint-Brieux (221 km). Woensdag 4 juli, 7e rit: Saint Hilaire du Harcouet:Deauville 157 km. Donderdag 5 juli, 8e rit Deauville-Le Havre (82 km ploegentijdrit). Vrijdag 6 juli, 9e rit: Amiens-Roubaix 170 km. Zaterdag 7 juli, 10e rit Roubaix-Brussel (112 km). Zondag 8 juli, 11e rit Individuele tijdrit in Brussel 40 km. Maandag 9 juli, 12e rit Rochefort-Metz 173 km. Dinsdag 10 juli, 13e rit Metz-Belfort-Ballon d'Alsace 205 km. Woensdag 11 juli, 14e rit Belfort-Evian 250 km. Donderdag 12 juli, 15e rit Evian-Morzine-Avoriaz (54 km individuele tijd rit). Vrijdag 13 juli, 16e rit Morzine-Les Menuires 195 km. Zaterdag 14 juli: rustdag te Les Menuires. Zondag 15 juli, 17e rit Les Menuires-Vars 210 km. Maandag 16 juli, 18e rit: Vars-l'Alpe d'Huez. Dinsdag 17 juli, 19e rit l'Alpe d'Huez-Saint Priest 156 km. Woensdag 18 juli, 20e rit: Saint Pricst-Dijon 204 km. Donderdag 19 juli, 21e rit individuele tijdrit over 50 km, een omloop rond Dijon. Vrijdag 20 juli, 22e rit Dijon-Auxerre 194 km. Zaterdag 21 juli, 23e rit: Auxerre-Nogent-s-Marne 207 km. Zondag 22 juli, 24e rit: Le Pereeux-sur-Marne-Parijs (Champs Elysées) 172 km. Efappeplaafs RRusfdag |Roufe uiul1 Tijdrif A Berg of heuvel opgenomen in hef klassemenf. -Grens i«Geneufraliseerd frajecf (vervoer per frein en aufol DE BERGEN O Bergle categorie PYRENEEËN .O Q- as A L P GALIBIER E N image van de Tour. Daarom, en niet ten voordele van mij, is de route uitgestippeld die ons nu te wachten staat. Ik heb het par cours dus zeker niet uitge zocht". Broekzak Hinault kent de zwaartepunten van het traject als zijn broekzak. Hij heeft er intensief getraind, al hoewel die oefencampagnc toch ook een schaduwzijde had. Tij dens een afdaling kwam hij ten val, waarbij hij zijn pols bezeerde. Niet ernstig, zodat de concurren tie wat dit betreft weinig illusies hoeft te koesteren.s Tot die concurrentie rekent Hinault in eerste instantie Joop Zoete melk. „Als het parcours voor mij geknipt, is, dan is het voor Zoete melk precies eender", luidt de zienswijze. „Joop heeft trouwens zijn programma grotendeels af gestemd op deze ronde. Hij ken de wel een beter voorseizoen dan ik, maar dat kwam omdat ik later dan hij aan de voorbereidingen begon. Toen Zoetemelk in Parijs- Nice een geslaagde greep naar de leiderstrui deed, had ik nog niet de conditie. Die kwam pas later". Hinault won onder meer de Waal se Pijl (in de sprint vóór Saronni en Johansson). Hij won ook de Dauphine Libéré en hij zou op één been de Ronde van Luxem burg aan zijn erelijst hebben toe gevoegd, als hij in de laatste etappe niet de rol van sinterklaas had gespeeld voor zijn ploegge noot uit het groothertogdom: Lu- cien Didier. Als hij de naam Zoetemelk („een fantastisch seizoen") laat vallen, noemt hij ook onmiddellijk Kui per. „Ofschoon ik de echte Kui per nog nauwelijks heb gezien", voegt hij hieraan toe. En hij be seft erg goed dat er gevaar schuilt in de ploeg van Peter Post. „Een sterk team, in de breedte. Lub- berding, Wellens, Van de Velde, Sutter, die mannen kunnen er iets van. Zij kunnen trouwens munt slaan uit de twee ploegen tijdritten. Trouwens, ik onder schat de Belgen evenmin, alhoe wel Pollentier en Van Impe tot dusver nog geen grootse indruk hebben gemaakt" Onmin Toen Hinault in de eerste weken van het seizoen nog niet direct met de groten kon wedijveren, werd links en rechts gesugge reerd dat hij in onmin leefde met zijn ploegleider Guimard. De chef d'equipe, zo heette het, zou verbolgen zijn ov£r de nogal vro lijke levenswijze van zijn kop man gedurende de wintermaan den. .Allemaal fabels", zegt Hi nault daarover. „Ik weet heus hoe ver ik kan gaan. Dat hoeft nie mand mij te vertellen. Mijn pro gramma stond in de winter reeds vast. De Tour was het grote doel. Zonder doel zou ik niet kunnen leven". In het kader van dat grote doel liet Hinault voor en na de Daupine Libéré een aantal wedstrijden links liggen. De accu opladen, dat stond centraal. Geen Ronde van Zwitserland, zoals vorig jaar. Ook geen Midi-Libre. In de strijd om de nationale titel wil hij pas weer voor het eerst schitteren. ,Als kampioen van Frankrijk de Tour in. Dat is toch geweldig", vertelt hij. „Winnen is heerlijk". Als zijn verpletterende superiori teit in de beestachtig zware Alpe netappe van de Dauphine Libéré ter sprake komt, de etappe waarin hij zijn eindoverwinning accentueerde, glimlacht hij. Het is als of hij wil zeggen: Ik heb la ten zien dat ik eigenlijk niemand hoef te vrezen. Maar zonder dat de glimlach verdwijnt merkt hij op: „Misschien zijn er straks an deren, die in zo n alles vragende rit eveneens kunnen toeslaan. Voor mij staat vast dat het klas sement in de eerste dagen reeds grotendeels gemaakt wordt. En voor het overige? We zullen zien. De Tour is nog altijd de Tour. Je kunt hem niet in één dag winnen. Wel verliezen". MERKENPLOEGEN ABC 1903 6 60 1904 6 88 1905 11 60 1906 13 82 1907 14 93 1908 14 114 1909 14 150 1910 15 110 1911 15 84 1912 15 131 1913 15 140 1914 15 145 1919 15 69 1920 15 113 1921 15 123 1922 15 120 1923 15 139 1924 15 157 1925 18 130 1926 18 126 1927 24 142 1928 22 162 1929 22 155 21 2428 23 2388 24 2975 14 4637 33 4488 36 4488 55 4497 41 4700 28 5544 41 5229 25 5387 54 5414 10 5560 22 5503 38 5484 38 5375 48 5386 60 5427 49 5430 41 5475 39 5310 41 5377 60 5286 M. Garin H. Comet H. Trousselier (F) R. Pottier (F) Petit-Breton (F) Petit-Breton (F) F. Faber (Lux.) O. Lapize (F) G. Garngou (F) O. Defraeye (B) F. Thys (B) F. Thys (B) F. Lam bot (B) F. Thys (B) L. Scieur (B) F. Lambot (B) H. Pelissier (F) O. Bottechia (I) O. Bottechia (I) L. Buysse (B) N. Frantz (Lux.) N. Frantz (Lux.) M. Dewaele (B) 94.33.00 25.288 96.05.00 24.292 112.18.09 27.284 185.47.26 24.463 156.22.30 28.470 156.09.31 28.740 156.55.10 28.658 163 5238 28680 195.35.25 27.322 184.50.00 27.894 197.54 00 27.625 200.28.49 27.028 231.07.15 24.954 228.36.00 24.132 221.50.00 24.720 222.08 06 24 202 222.15.30 24 428 226.18.21 23.958 219.10.13 24.755 238 44 25 24 065 198.16 42 26 839 192 48.58 27.833 186.39.16 28.320 NATIONALE PLOEGEN 1930 21 100 1931 24 81 1932 21 80 1933 23 80 1934 23 60 1935 21 93 1936 21 90 1937 20 98 1938 21 96 1939 18 79 1947 21 100 1948 21 120 1949 21 120 1950 22 116 1951 24 123 1952 23 122 1953 22 120 1954 23 110 1955 22 130 1956 22 120 1957 22 120 1958 24 120 1959 22 120 1960 21 128 1961 21 132 50 4818 35 5095 57 4502 40 4395 39 4363 46 4302 43 4442 46 4415 55 4694 49 4224 53 4648 55 4813 55 4813 51 4776 66 4474 78 4707 76 4479 69 4855 69 4495 88 4528 56 4665 78 4319 65 4363 81 4172 72 4394 MERKENPLOEGEN 1962 22 149 1963 21 130 1964 22 132 1965 22 130 1966 22 130 94 4274 76 4140 81 4505 96 4177 82 4329 A. Leducq (F) A. Magne (F) A. Leducq (F) G. Speicher (F) A. Magne (F) Romain Maes (B) Sylveer Maes (B) R. Lapebie (F) G. Bartali (I) Sylveer Maes (B) J. Robic (F) G. Bartali (I) F.'Coppi (I) F. Kubler (Zw.) H. Koblet (Zw.) F. Coppi (I) L. Bobet (F) L. Bobet (F) L. Bobet (F) R. Walkoviak (F) J. Anquetil (F) Ch. Gaul (Lux.) F. Bahamontes (Sj J. Anquetil (F) J. Anquetil (F) J. Anquetil (F) NATIONALE PLOEGEN MERKENPLOEGEN 1969 22 130 86 4102 1970 23 150 100 4367 1971 20 129 94 3689 1972 22 132 88 3846 1973 20 132 87 4140 1974 22 130 105 4098 1975 22 140 83 3999 1976 22 130 87 4016 1977 22 100 53 4000 1978 22 110 78 4103 Verklaring van de tekens: A) jaar; B) aantal ntten; C) vertrokken renners; D) aangekomen renners: E. Merckx (B) E. Merckx (B) E. Merckx (B) E. Merckx (B) L. Ocana (Sp.) E. Merckx <B) B Tn. v.-n. t (F) L. van Impe (B) B Thevenet (F) B. Hinault (F) 172.12.10 177.10.03 154.11 49 147.51.37 147 03 58 141 32 00 142 47 32 138.58.31 148 29 12 132.03 17 148 11 25 147.10.36 149.40.49 145.36.56 142.20.14 151.57.20 129.23.25 140 06 90 130.29.26 124 01 16 135.44 42 116 59 05 113.50.54 112 08 42 122.01.33 11431.54 113.30.05 127.0944 116.42.06 117.34 21 116 16 02 119.31 49 96.45.14 108.17.18 122 25 34 116 16 58 114.35 31 116 22 23 115 38 30 108.18 00 27 978 28758 29215 26.697 29 460 30.620 31.072 31.744 31.560 31 900 31 378 33.445 32 122 32 781 31.432 31.600 34.604 34.639 34434 36512 34 507 36 905 35 241 37.193 36 284 37 306 36 456 35.585 35.882 36.602 36.925 35.371 33 918 35243 34899 34.514 34.596 37 685 E) afstand in kilomete:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 13