Liever naar werkkamp
in buitenland dan
luie zomervakantie
Leidse Loetje hoopt op hit
met de Tandenklappermars
Opvallend druk bij de wc
„Ik moet er niet aan denken dat mijn
gfebit breekt als ik op het toneel sta..."
'SOCIAAL-NUTTIG WERK'
DONDERDAG 14 JUNI 1979
Elke ochtend, steevast om tien uur, ga ik de stad en
regio in, op zoek naar mensen en dingen voor deze
rubriek. Tips en wensen voor "Publiek", kunt u tot klok
slag tien aan mij kwijt, tel.'071-144941, toestel 215.
Schriftelijke reacties zijn ook zeer welkom.
JL JL
Wanneer je nog geen twee jaar geleden de 46-jarige
Leidse bouwuitvoerder Lou Guldemond vroeg:
„Zeg Lou, zou je effe een klappertje willen wegge
ven", dan dacht hij: „Kom, ik zal met die tanden
een beetje voor joker gaan staan." Nu liggen de
kaarten wel eventjes anders.
Vandaag de dag wil Leidse
Loetje met zijn vals gebit best
een lekker deuntje voor je
klapperen. Hij heeft er im
mers zelf de grootste lol in.
Enfin, dat heeft u in de laatste
uitzending van Showroom
zelf kunnen aanschouwen.
Met de vertolking van de 'Tan
denklappermars' (zijn eerste
single) in het programma
Showroom maakte hij deze
week, gestoken in een Tiroler
'outfit', zijn televisiedebuut
Een eerste optreden waarover
Loetje overigens niet zo bij
ster tevreden is.
Rare smoel
Wanneer de videorecorder is te
ruggespoeld en de 'Tan
denklappermars' de Meren-
wijkse huiskamer in schalt
„Kijk, ik trek zo'n angstig ge
zicht. In de studio kon ik me
zelf niet horen hè, er waren
geen luidsprekers. Ik dacht
dat dat geklapper er niet door
kwam, dus ik ben met m'n
kaken kracht gaan zetten om
het volume te versterken.
Hielp geen zier natuurlijk.
Vandaar die rare smoel."
Gezien het geschater in de
huiskamers, de roodgloeien
de telefoon na afloop en de
aanbieding om in drie ko
mende televisieshows ook tot
grote hoogte te komen klap
peren, noemt Loetje zijn de
buut naderhand toch wel
weer geslaagd.
Bolle Jan
Dat debuut had de klapperma
niak voor hetzelfde geld wel
licht ettelijke jaren eerder
kunnen maken. Hij heeft im
mers zijn klapperkunsten
ruim twintig jaar uitsluitend
voor de spiegel durven verto
nen. En dat zou hij vast en ze
ker nu nog hebben gedaan,
ware het niet dat hij twee jaar
geleden toevallig het cafeetje
van Bolle Jan in Amsterdam
binnenstapte.
In dat etablissement staat sinds
j aar en dag de microfoon open
voor een ieder die denkt te
kunnen zingen. „Iedereen
liep met veel bravour naar die
microfoon toe, maar er wer-
De 46-jarige Leidse bouwuitvoerder Lou Guldemond toont zijn
instrument: zijn ivat ruim zittende kunstgebit. Hij speelt er zelfs
Circus Renz" op
kelyk iets van bakken....? Ho
„Toen ben ik naar de Bolle toe-
gestapt en heb gezegd: 'Joh,
laat my effe'. Het is dat ik al de
nodige borreltjes achter myn
keel had, anders zou ik het
vast niet hebben gedurfd. Ik
had ook geen flauw idee hoe
het zou uitpakken. Maar wat
bleek? De mensen wisten niet
wat ze hoorden."
Stokjes
„Omdat ik die microfoon toen
precies voor mijn mond hield,
geloofden de mensen aan
vankelijk niet dat ik dat ge-
klapper met mijn kunstgebit
deed. Ze dachten dat er ie
mand met stokjes zat te tik
ken."
„Wanneer ik nu bij' de Bolle
langs ga, kom ik de deur niet
uit voordat ik een klappertje
heb weggegeven. Dan begin
nen ze 'Loetje, Loetje' te
schreeuwen. Wat moet je
dan? Wil je geloven dat er
zelfs mensen uit Breda bij
Bolle Jan een pilsje gaan
drinken om mij te kunnen ho
ren?"
Het is dan ook de Amsterdamse
kroegbaas en harmonicaspe
ler geweest, die via Coen van
Orsouw de Hilversumse deu
ren voor Loetje heeft ge
opend. Jan en diens vrouw
Mien (zy neemt de jodelpartij
voor haar rekening) staan
hem dan ook op de plaat ter
zijde.
Hit
Loetje denkt met de 'Tan-
"Leidse Loetje" voor de video-opnamen van zijn tv-debuut. Zelf was hij over dat optreden n
bijster tevreden (hij kon zijn eigen gebi tgeklapper niet horen, vandaar het wat vertrokken gelaat),
de telefoon stond nadien roodgloeiend van de bijvalsbetuigingen.
denklappermars' een gran-
„Ik ben laatst nog bij een tand-
technicus geweest om een
zilveren beugel op mijn on
dergebit te laten aanbren
gen. Ik moet er namelijk niet
aan denken dat dat gebit
breekt, terwijl ik sta te klap
peren. Dan zou ik afgaan als
een gieter."
dioze hit te gaan scoren. Dik
22 jaar geleden, toen hij „zo'n
verrekte" kiespijn had en na
veel wikken en wegen be
sloot zich een kunstgebit te
laten aanmeten, had hij ui
teraard niet kunnen bevroe
den dat die valse tanden hem
ooit zoveel voorspoed zou
den brengen.
Toch heeft Loe zijn klapperca
paciteiten op een tamelijk on
schuldige wijze ontdekt. Loe:
„Je weet hoe dat gaat. Elk ge
bit irriteert in het begin. Het is
moeilijk eten met zo'n pro
these. Je gaat vanzelf met je
tong friemelen. En als je dat
gefriemel maar lang genoeg
doet, schiet-ie los. Bij my wel
althans.
Na veel oefenen lukte het me na
enige tyd met myn tong dat
hele gebit onder controle te
krygen. Kijk maar, als ik mijn
tong los laat, floept-ie er met
een uit en moet ik 'm snel met
myn handen opvangen."
Zilveren beugel
„Het is anders een prima gebit
hoor. Ik eet er alles mee. De
mensen vinden het anders
maar wat vreemd. Ze begrij
pen niet dat het kunstgebit bij
hen vast zit en bij mij los. Ik
vind het prima zo."
zaam of snel maakt niet uit.
Zelfs die mars van 'Circus
Renz' houd ik bij."
De geboren en getogen Leide-
naar vertelt dat de vriend
schapsbanden met Bolle Jan
de laatste maanden zo hecht
zijn geworden, dat zij straks
samen op vakantie naar
Spanje gaan.
„Dat succ?s vind ik anders best
leuk hoor. Op een cruise heb
ik vorig jaar zelfs een talen
tenjacht gewonnen. Er waren
toen veel Engelsen aan boord.
Die zy n gek op dat geklapper,
moet je weten. Ze wilden
niets liever horen."
Droge mond
Zyn vrouw, die tijdens het ge
sprek de moeite haar lach in
te hoyden meermalen onbe
loond zag, zegt zich anders
dood te schamen voor dat ge
klapper „Als we ergens zijn,
zeg ik 'm altyd te blyven zit
ten."
Loetje „Nee, ik krijg er alleen
een droge mond van. Een slok
bier en ik kan weer met alle
liedjes mee klapperen. Lang-
Castagnette
„Dat zal me wat worden", zegt
Lou. „Ik denk dat die Span
jaarden er helemaal hotelde-
botel van zullen worden. De
Bolle met de harmonica en ik
met een sprekende castagnet
te. Ik vraag me zelfs af of ze
mij het land nog wel zullen la
ten uitgaan."
„Ik zal die mensen eens wat la
ten zien. Weet je wel. Dan
houd ik in elke hand een cas
tagnette, beweeg die klep
pers niet, maar in plaats
daarvan Mapper ik stiekem
met mijn tanden. En dan
roep ik: „Moet je es naar m'n
knieën kijken."
Waarop de toehoorders weder
om in gebulder uitbarsten.
Ook Loetje kan zijn schater
lach niet bedwingen. Zyn
tong houdt de valse tanden
evenwel onder controle
Na avondje filmdraaien
ENSCHEDE (GPD) - De
Stichting Internationale
Werkkampen (SIW) heeft
al meer dan 25 jaar erva
ring in het uitzenden van
mensen naar werkkampen
in het buitenland. Na de
watersnoodramp in 1953
organiseerde zij hulp
kampen in Zeeland, waar
voor ook in het buitenland
veel belangstelling be
stond. Door dit succes be
sloot men door te gaan met
het organiseren van inter
nationale werkkam
pen.
„Ondertussen zijn onze doelstel-
lingjen wel wat veranderd", zegt
Rob Vrakking, die belast is met
de financiën van de stichting.
„De nadruk van een internatio
naal werkkamp ligt nu meer op
de uitwisseling van jonge men
sen en daarmee het bevorderen
van het internationaal contact.
Daarbij komt nog dat het werk
dat wordt verricht, sociaal-nuttig
moet zijn en ten goede komt aan
de gemeenschap. Het mag niet
demotiverend werken op de
deelnemers. Als laatste doelstel
ling beogen we ook nog de vor
ming van jonge mensen"
Vooral het invullen van het begrip
„sociaal-nuttig werk" is volgens
Rob Vrakking de laatste jaren
moeilijk geworden. „Neem bij
voorbeeld het aanleggen van we
gen in natuurgebieden. Je kunt je
afvragen of dat wel sociaal-nuttig
werk is. Er rijzen dan natuurlijk
vragen als: kunnen die mensen
dat zelf niet? Wie heeft er het
meeste belang bij, of zouden die
wegen er ook gekomen zijn,
wanneer wij ze niet aangelegd
hadden? Of het aanleggen van
fietspaden in de Noordoostpol
der. Daar kwam ook steeds meer
kritiek op. Kortom, er rezen twij
fels over het al of niet aannemen
van werk. Kijk, bij een project in
Zuid-Afrika waar rioleringen
aangelegd moeten worden, is het
zo klaar als een klontje. Dat komt
duidelijk ten goede aan de bevol
king. Dat is terecht sociaal-nuttig
werk. Daarom hebben we bij het
invullen van het begrip „sociaal-
nuttig werk" ook gesteld dat het
niet ten goede mag komen aan
particulieren"
Druivenplukken
üi ervaring is dat ontwikkelings
landen doorgaans niet zoveel
moeite hebben met de invulling
van dit begrip. „Een aantal jaren
geleden organiseerden wij echter
ook werkkampen in Frankrijk
om de boeren te helpen met het
druiven plukken Daar zijn we
ook mee gestopt, omdat de boe
ren daar het meeste profijt van
hadden. Ze gebruikten onze
mensen als goedkope arbeids
krachten"
De SIW heeft vijftig zusterorgani
saties in het buitenland. In Ne
derland organiseert de SIW eigen
werkkampen voor buitenlanders
en een enkele Nederlander. Via
die zusterorganisaties zendt de
SIW wel Nederlanders uit naar
werkkampen in het buitenland.
„De SIW heeft weinig in te bren
gen in de organisatie van een bui
tenlands kamp. Dat bepaalt elke
organisatie zelf. Wij kunnen al
leen na afloop, aan de hand van
de ervaringen van Nederlanders
die deelgenomen hebben aan
zo'n kamp, besluiten of het wel
geschikt is om er het jaar daarop
opnieuw mensen naartoe te stu
ren".
„Je hebt verschillende typen kam
pen. Er zijn kampen waar de na
druk wordt gelegd op het werk,
en waar geen of heel weinig aan
dacht wordt besteed aan de on
derlinge contacten. Maar er zijn
ook kampen waar het precies
omgekeerd is. Jaarlijks zenden
we zo'n 800jonge mensen uit naar
het buitenland. Er zijn er mis
schien 40 tot 50 die niet geplaatst
kunnen worden in het kamp
waarvoor ze gekozen heb
ben".
In een speciaal daarvoor ontwor
pen boekje staat informatie over
alle kampen die georganiseerd
worden. Er staat bij waar de na
druk op zal liggen, op het werk of
op het contact en hoe het georga
niseerd zal worden, „zodat de
mensen een idee krijgen wat hen
te wachten staat"
Handwerk
De meeste kampen verrichten
handwerk, bijvoorbeeld het on
derhoud van bossen, parken en
paden, het aanleggen van kinder
speelplaatsen, het bouwen en
opknappen van buurthuizen en
diverse andere constructiewerk
zaamheden. Daarnaast zijn er in
Noord- en West-Europa kampen
met meer sociaal-cultureel werk:
bijvoorbeeld werken in inrich
tingen voor gehandicapten en as
sisteren bij kinderspeelvakan-
tieweken. In de kampen wordt
tussen de 30 en 40 uur gewerkt
met een gemiddeld aantal deel
nemers van 25 per kamp. Tijdens,
maar vooral buiten, de werktij
den wordt veel met elkaar ge
praat over cultuur en gewoonten
uit de diverse landen van her
komst, actuele onderwerpen en
persoonlijke levenservarin
gen.
„In de meeste kampen berust de
leiding bij leeftijdgenoten. Bij
een aantal organisaties ligt de na
druk op de anti-autoritaire lei
ding, anderen kennen een meer
hiërarchische leiding". In Ne
derland organiseert de SIW elk
jaar vier verschillende soorten
kampen. Allereerst zijn dat de na
tuurrampen. Dat impliceert het
aanleggen van wandelroutes en
de normale bosarbeid. Daarnaast
zijn er de stadskampen, waarbij
het accent ligt op het opknappen
van buurthuizen, wijkcentra en
het organiseren van kinder-
speelweken. Dan zijn er nog de
inrichtingskampen. Vaak zijn dit
kampen bij inrichtingen voor
geestelijk- of lichamelijk-gehan-
dicapten, maar soms ook bij psy
chiatrische ziekenhuizen. Als
laatste organiseert de stichting
ook nog de thema-kampen. In de
kampen wordt geprobeerd aan
de hand van discussie-onder
werpen een probleem uit te diep
en.
„Dit jaar", zegt Rob Vrakking, „or
ganiseren we op die basis een
vrouwenkamp en een onderwijs-
kamp, waarin de relatie onder-
wijs-werkgelegenheid bespro
ken zal worden. Het interessante
hierbij is dat er door de interna
tionale samenwerking vergelij
kingen getrokken kunnen wor
den tussen de Oostbloklanden en
het Westen"
Sommige organisaties leggen de
nadruk op de sociale problemen
die ze willen bespreken, andere
benadrukken het werk dat ver
richt moet worden. „In de Ne
derlandse kampen wordt gepro
beerd de eigen doelstellingen na
te leven. De leiding van een Ne
derlands kamp is ook verplicht
zich van tevoren te verdiepen in
de organisatie van het kamp"
zegt Vrakking.
Voorbereiding
Sinds 1973 zendt de SIW ook men
sen uit naar werkkampen in Mid-
den-Afrika. Vrakking: „Maar wat
we wel eisen, is dat mensen die
daar naar toegaan een gedegen
voorbereiding hebben meege
maakt. In het begin gingen ze er
zonder enige kennis vooraf naar
toe. Maar het is ons gebleken dat
ze dan meer als toerist gaan. Het
is natuurlijk erg simpel om die
mensen daar te vertellen hoe wij
het hier allemaal doen, maar daar
schieten ze weinig mee op. Je
moet ze daar helpen met water
putten aanleggen, en niet vertel
len dat wij in Nederland al jaren
lang waterleiding hebben"
.Daarom hebben we discussie
groepen opgezet voor mensen die
van plan zijn bijvoorbeeld een
maand te gaan werken in een
werkkamp in Afrika. In die groe
pen wordt gepraat over de Afri
kaanse cultuur. De ervaring heeft
namelijk ook geleerd dat men in
Afrika soms volkomen onvoor
bereid op onbekende situaties
stuitte, die zowel voor de Afri
kaanse organisatie als voor de
Europese deelnemer vervelende
conseauenties hadden"
Tot dusver vergeefs probeert de
SIW fondsen te verwerven voor
reisbeurzen om Afrikaanse vrij
willigers in staat te stellen aan
Nederlandse werkkampen deel
te nemen. „Dan hoeft de uitwis
seling met Afrika niet eenzijdig te
gebeuren", zegt Rob Vrakking.
Als we nog wat zitten na te pra
ten, komen met een zekere re
gelmaat mensen het kantoor aan
de Willemstraat 7 in Utrecht bin
nen die wel wat zien in een werk
kamp in plaats van een luie zo
mervakantie.
Mijn verlof in Nederland heb ik
er weer opzitten. Eergisteren
ben ik teruggekomen en nu zit
ik hier weer op mijn eigen
post. Ik moest gelijk weer
meedraaien met de wachter
zo kan ik snel weer wennen
aan het leven hier
Het verlof is me erg goed beval
len. Het is leuk om je familie
en vrienden weer te zien en je
bent er even helemaal uit. Dat
is toch wel lekker
Sommige jongens hier, die ook
op verlof in Nederland zijn
geweest, vertelden dat zij met
ontzettend veel tegenzin weer
terug waren gegaan en dat zij
maar liever in Nederland wa
ren gebleven. Ik heb daar ge
lukkig geen last van gehad en
ik vind dat je er gewoon niet
tegen op moet zien, want je
weet toch van te voren dat als
je op verlof gaat, dat je dan
ook weer terug moet. Ergens
was ik nog blij ook om weer
terug te gaanwant je vindt
het toch altijd lullig om je ma
ten in desteek te laten. Ik ging
me trouwens in Nederland
ook een beetje vervelen.
Eergisteren kwamen we aan op
Beiroet en daar moesten we
een nacht m een hotel blijven
ik was samen met elf andere
verlofgangers). Van die gele
genheid hebben we toen gelijk
gebruik gemaakt om Beiroet
maar eens goed te bekijken
We hebben een hele tijd in een
taxi rondgereden. De chauf
feur vertelde er van alles bij.
dat kwam meestal neer op
"Hier is toen en toen hard ge
vochten", of "Daar zijn gra
naten ingeslagen". Het was
dan vaak wel te zien ook dat
er op zo'n plek was gevochten
want er stond meestal niet
veel meer overeind.
Na de "sightseeing"zijn we een
beetje gaan stappen, maar
ook wat dat betreft is er niet
veel meer te doen in Beiroet. Je
moet trouwens erg goed uit
kijken dat je niet een verkeer
de wijk binnen stapt, want het
zit er nog vol met scherpschut
ters en die vragen niet eerst oj
je een Hollander bent.
De volgende ochtend werden we
in Beiroet allemaal weer op-
Door
Cor Schoneveld
vanuit Libanon
gehaald door een drietonner
en weer op onze eigen post af
gezet. Daar zit ik nu dus weer
en er is hier niet veel veran
derd. Het is nog steeds erg
warm en het barst ook nog
steeds van de vliegen.
In de anderhalve week dat ik
hier weg ben geweest is het
nogal onrustig geweest. Er is
vrij veel geschoten, ook weer
met mortiergranaten, vlakbij
ons kamp. Er is ook een keer
sprake van geweest dat Fa-
langisten Tyrus wilden inne
men (Tyrus ligt ongeveer tien
kilometer ten noorden van
ons) en als ze in Tyrus willen
komen zullen ze eerst onze post
moeten passeren. Het is daar
om knap spannend geweest.
De jongens hebben ook 's
nachts vaak in de alarmop
stelling gelegen en dat bete
kent altijd weinig slaap
Maar gelukkig is het allemaal
vrij rustig nu. Misschien zijn
ze wel geschrokken dat ik
weer terug ben gekomen. Je
weet maar nooit.
Er is hier van de week een ijs
kast gebracht op de post en
dat is een luxe zeg,helemaal te
gek. Nu hebben we eindelijk
eens een koud biertje en kun
nen we de boter gewoon op ons
brood smeren in plaats van er
overheen gieten. En eten kun
nen we nu veilig bewaren
zonder dat we bang hoeven te
zijn dat de vliegen er de helft
van opeten.
De jongens hebben bij een Ara
bier een filmprojector ge
kocht. Die kerel verhuurt ook
filmpjes en zo wordt ook weer
menig avondje gevuld. Vaak
is he\ na zo'n avondje film-
draaien wel opvallend druk
voor de wc, maar ja, die kerel
verhuurt ook van allerlei
soorten films.
Met al deze luxe artikelen in ons
bezit gaat het hier op een
vakantie-oord lijken, zult u
wel denken, maar dat valt
helaas nogal tegen, want er
moet ook nog wacht gedraaid
en gewerkt worden.
We zijn nu bezig een shelter
(schuilkelder) te bouwen.
Daar zijn zeker 5000 zand
zakken voor nodig en die moe
ten we allemaal zelf vullen en
opstapelen. Dat valt niet al
tijd mee in die hitte, dus wordt
er menig zweetdruppeltje van
het voorhoofd gewist. Maar al
dat soort werk wordt hier
zonder mopperen gedaan
omdat het voor je eigen vei
ligheid is. (Ik kan me nog wel
herinneren dat we in Holland
al liepen te schelden als er
honderd zakjes moesten wor
den gevuld voor een schutter
sputje).
Volgens de genie kan zo'n shel
ter zeker twee voltreffers heb
ben van een mortiergranaat,
dus als we klaar zijn mogen
de Falangisten en Palestijnen
wat mij betreft weer beginnen
en dan maar hopen dat die
genisten zich niet hebben mis
rekend.
Werk hebben we hier nog genoeg
en zo als het altijd gaat in het
leger, zo gaat het hier ook: als
er iets klaar is komt men wel
weer met een nieuw karweitje
aandragen. Ik denk dat als
wij in dit tempo doorgaan
met het vullen van zandzak
ken deze post er uit gaat zien
als een onneembare vesting.
Dat xs wel een goede zaak en je
voelt je er alleen maar veiliger
door. Voorlopig graven we
dus maar rustig door en mis
schien zijn we in september
dan ivel klaar. En al zijn we
dan niet klaar,uitrusten doen
we dan zeker in Holland. Dan
mogen andere jongens het van
ons overnemen. Maar dat
duurt nog een hele tijd.