Rijmpjes en slagzinnen moeten Ab Nicolaas op de been houden In Sachsenhausen heb ik in hel gekeken - mm ZATERDAG 17 MAART 1979 PAGINA 23 NOORDWIJK - De geldprijzen die hij er mee wint, de verre reizen die hij in de wacht sleept, de cadeaubonnen die hem worden toegekend, de tv-toestellen die hij aan de haak slaat; wat kan het Ab Ni- colaas eigenlijk schelen. Prij zen winnen is leuk, maar daar gaat het hem helemaal niet om. Hij geeft ze net zo lief weg aan familie of aan de kinderen van de buren aan de overkant. Maar wat veel belangrijker voor hem is; hij heeft weer iets om zich in uit te leven. Slagzinnen maken, rijmpjes bedenken, plannen uitbroe den hoe hij op een slinkse manier de jurv kan beïnvloe den. Daarmee bezig zijn bete kent een brok spanning. En dat is wat de 62-jarige Noordwijker broodnodig heeft. Want zonder is hij geen half mens. Heeft hij het erg moeilijk met zichzelf. Is hij vaak agressief, heeft hij huil buien. Is hij onredelijk tegen over zijn omgeving. "Als ik niet uitkijk", zegt hij, "ben ik op mijn 65ste als een ver schraald glas bier. Als limo nade zonder prik". Ab Nicolaas was een van de eer ste Leidenaars die aan het be gin van de oorlog door de ge- stapo werd opgepakt. Ging op transport naar het berucht geworden concentratiekamp Sachsenhausen. Leefde nog, toen vier jaar later de Ameri kanen kwamen. "Achteraf bezien is het bijna een unicum dat ik het er vier jaar heb volgehouden. Dat zijn er niet vele geweest", zegt hij. "Mijn kracht was dat ik optimistisch kon blijven. Al was dat vaak tegen beter we ten in. Steeds aan de vrijheid blijven denken. En voor mij was Leiden hét symbool van de vrijheid". "Dat kleine, kneuterige Leiden. Ik had nog niets anders van de wereld gezien toen. Was nou niet bepaald een wereld bestormer. Leiden. Waar ik in het verzet had gezeten. Waar ik dat eerste oorlogsjaar anti- Duitse leuzen op muren kalk te. In gemene kleuren. "Ne derland vrij, de moffen er uit". Chabloneren heette dat. Ik was er gehaaid in. Trou wens, éen leus hebben ze nooit verwijderd. Die op het postkantoor -aan de Bree- straat. Stond tussen twee brievenbussen in. In '74 ben ik er nog eens naar gaan kij ken. Nu is het gebouwtje ge sloopt". Kick "Dat denken aan Leiden, dat fantaseren erover gaf je in dat kamp een kick. Een rugge- steuntje als je het erg moeilijk had. Het liefst dacht ik aan dat gekke stadstrammetje dat van de Plantage naar het Groene Kerkje reed. Het was zon kort lullig dingetje, blauw geschilderd, met rieten zittinkjes en een tingeling aan boord. In mijn gedachten heb ik 'm talloze keren het traject laten rijden. En ik reed na tuurlijk mee". "Het is typisch waaraan je je vastklampt onder zulke om standigheden. Het beeld van de stad dook steeds maar weer op. Ik zal nog een voor beeld geven. Toen in 1943 op Hitier een aanslag was ge pleegd verwachtten de Duit sers dat dit het verzet zou in spireren. Er werd rekening gehouden met vluchtpogin gen. Ons kamp werd daarom een paar weken lang rondom in de vlammenwerpers ge zet". "Veel gevangenen, van wie be kend was dat ze voor de oor loog actief waren geweest in de vakbond of een leidingge vende functie hadden ver vuld, werden opgepakt en vermoord. Dat oppakken ge beurde meestal 's nachts. Dan ging de deur van de slaapba- rak open. werd met een zak lantaarn de gezichten be schenen en hoorde je de barse stem van de Duitse soldaat in formeren waar bijvoorbeeld "Molenaar" sliep. Er was een voortdurende angst dat op een bepaald moment ook jouw naam zou vallen. HBjgpwt ■"•m. ■k Ab Nicolaas met zijn, wat hij noemt, bewegingstherapeut, de Deense dog Hassan. "In de duinen word ik nogal e Hassan eet. Dan zeg ik: ein Deutscher pro lag". door Herman van Amsterdam In mijn barak sliep toen ook Wout Brons van de Oude Vest. Was vlak na mij gearres teerd. Om de spanning af te reageren hielden we er een spelletje op na: winkeltje ra den. Wout en ik kropen dan onder dezelfde vieze paarde- deken en probeerden ons te herinneren welke winkels je allemaal had in de Haarlem merstraat. We begonnen dus met de fietsenhandel van Walenkamp, dan de drogiste rij Van Dorp en zo verder. Tot helemaal achteraan. Om de beurteen winkel noemen. De sport was om je ook die hele kleine zaakjes te herinneren". In de hel "Vier jaar is een hele tijd. Zeker in Sachsenhausen. Ik heb er verschrikkelijke dingen meegemaakt. In de hel geke ken. Maar een mens reageert soms vreemd. Ik weet nog dat ik er pas in zat. Zag ik voor het eerst iemand worden opge hangen. Als ik op dat moment haren had gehad waren ze me te berge gerezen. Ik heb enorm staan grienen. Maar bij de 63e die ik gehangen zag worden vertelde ik ondertus sen een gore mop aan de man naast mij op de appelplaats. Hoe langer je er zat, hoe dik ker je afweerkorst werd. Uit gezonderd dan een paar da gen per jaar. Bijvoorbeeld op eerste kerstdag of op de ver jaardag van je moeder. Dan viel de korst er even af. Dan bleek dat je eigenlijk toch maar een heel kwetsbaar mannetje was". Na de bevrijding door de Ame rikanen zat Ab Nicolaas bin nen een paar dagen weer in Leiden. "Met peper in mijn reet, en spuitwater in mijn botten", zegt hij. "De hoe veelheid ervaringen in het - kamp opgedaan heb ik nooit kunnen verwerken. Ze zijn al tijd de omvang van mijn borstkas te buiten gegaan". "Ik heb dan ook nooit rust kun nen vinden. Ben steeds on derweg. Eigenlijk permanent op de vlucht. Typische ken merken van een concentra tiekampsyndroom. Het heeft te maken met je incasserings vermogen. Vergelijk het maar met een hitteschild. Een mens kan veel hebben. Maar op een bepaald moment werkt dat scherm niet meer. Heeft zijn functie verloren. Ik heb het bijvoorbeeld als ik in het voorjaar in de duinen loop. Dan liggen er van die jonge konijntjes. Dood. Mixematose, een slopende konijnenziekte. De ogen door eksters uitgepikt. Konden niet vluchten omdat ze te zwak waren. Als ik ze zie lig gen slaan bij mij de stoppen door. Dan jank ik als een kind van tien. En je doet er niets tegen". Oproep "Je probeert er wel mee te le ven. Maar het wordt je niet al tijd gemakkelijk gemaakt. Neem nou vlak na de oorlog. Ik was nauwelijks op de been of ik kreeg alweer een oproep om in Indié te gaan vechten. Daar ben ik onder uit kunnen komen. Bij de keuring heb ik gesuggereerd dat ik aan ich- siasleed. Had ik ingestudeerd met een vriend van mij, een arts. De kunst was om niet te reageren op speldeprikken. Dat had ik aardig onder de knie. Ik werd afgekeurd. Maar niet op ichsias. Up mijn longen". "Overgehouden aan het con centratiekamp. Liep daar een ernstige longontsteking op. Een Duitse electricién wierp zich op als amateur-medicus. Verrichtte een operatie op mij. Haalde er met puncties vierenhalve lieter vocht uit. f y-. Nick Nicholls. zoals hij de laatste jaren in binnen- en bui tenland op de planken ver scheen Verdoofde niet en beschikte over erg gebrekkige appara tuur, waaronder een aqua riumpompje. Dat ik er daarna nog boven op ben gekomen heb ik hoofdzakelijk te dan ken aan mijn oude kampgab ber Freek Bischoff von gesproken door Heemskerck. hij heeft me verpleegd. Freek is later ad judant van de koningin ge worden". Clownspak En Ab Nicolaas? Hij stak zich in het clownspak. Up aanraden van zijn vrienden. Het zou de beste remedie zijn tegen het concentratiekampsyndroom. Zijn "wilde haren" zou hij er door kwijt raken. Als clown heeft Ab Nicolaas het bijna dertig jaar uitgehouden. Stond op het toneel als Nick Nickolls. "De clown was precies de fi guur die bij mij paste. Ik kon mij verstoppen achter de plak schmink en de rode opsteek- neus. Helemaal mijzelf zijn. Me los maken van dat man netje dat ik altijd speelde. Die probeerde zo goed mogelijk bij zijn omgeving over te ko men. Bij alles wat ik deed en trouwens nog doe denk ik steeds: als ze me in godsnaam maar een aardige vent vin den". "Als clown heb ik vrijuit kun nen lachen en huilen. Mijn uitlaatklep zat onder de schmink. Ik zette geen clown op het toneel. Ik was het zelf. En ik had redelijk succes. Vooral bij kinderen. Mis schien omdat ik zelf altijd een kind ben gebleven. Althans zo voel ik het. Ik heb altijd een permanente angst gehad voor die wereld om mij heen. Steeds maar op zoek naar ge borgenheid. Kan niet buiten een schulp. Wil me inkapse len". "Zo is het jarenlang een hobbie van mij geweest in mijn auto te zitten. Ik ging zelfs zo ver dat ik tussen twee voorstel lingen door mijn warme maaltijd er in klaarmaakte. Tot spruitjes koken aan toe. De auto was mijn geborgen heid. Een hoekje waarin ik mij kon afschermen. Het vei lige idee van zo'n stalen dak boven je hoofd. Alsof een va derlijke hand je beschermt". "Ik herinner mij nog een optre den 's avonds in Maastricht. Een rot toneel, een kouwe kleedkamer. Allemaal erg Hetzelfde als sneltekenen maar dan de act niet op het toneel maar met pen en pa pier de zaal in. De tafeltjes langs. Met een paar potlood strepen mensen op papier zet ten". Op mijn lip s steevast de vraag hoeveel naar. Maar dan stap je na af loop in je auto. Zette de ka chel aan. de radio en langza merhand voelde je je geluk kig worden. Hoe meer ik mij van die plek verwijderde hoe beter mijn stemming werd. En toen ik eindelijk terug was in Noord wijk heb ik mijn auto vlak bij mijn huis geparkeerd en ben ik er nog dik een half uur in blijven zitten. Zo moeilijk afscheid kon ik er Prikkel "De laatste jaren dat ik op het toneel stond, miste ik die noodzakelijke prikkel, die spanning. En dat heeft bij mij een averechtse uitwerking. Terwijl ik me tot dan toe hon derd procent had ingezet op weg naar die vage roem in de verte, ging het op het toneel bezig zijn me opeens de keel uit te hangen. De minpunten van het artiestzijn, die ik tot dan altijd had verdoezeld, zag ik nu heel duidelijk. Ik zag mezelf weer terug op dat mie zerige toneeltje met een bos- decortje waar de avond tevo ren de plaatselijke operette vereniging nog triomfen had gevierd. Herinnerde me heel sterk hoe ik op verzoek van de dienst welzijnszorg heb staan etteren voor een stel ongeïn teresseerde militairen. En zag ik weer die toneelknecht op mij afkomen die me in de pauze even snel een bak lau we koffie in de hand kwam drukken. Zonder schoteltje, het lepeltje er al in. Want ze beschouwden je toch maar als een tweederangsartiest". "En onwillekeurig vergelijk je jezelf met andere collega's. Met Toon Hermans bijvoor beeld Carre, elke avond een volle bak, dat gordijn dat open schuift, dat immense de cor, publiek dat tot de nekha ren vol zit met applaus voor Toon". "Voor mij hoefde het ineens niet meer. Wilde me niet lan ger de gehuurde lok broek voelen. Voor een publiek dat ik steeds meer was gaan min achten. Gelukkig vond ik een alternatief. Parti-tekenen. "De theaterbureaus zagen er wel wat in. Vroegen me wel me te blijven schminken als clown. Achteraf bezien had ik dat nooit moeten doen. Up het toneel was ik de baas. Stond ik veilig achter een grens van voetlicht. Kon ook niemand vanuit de zaal zien hoe mijn fopneus met nylondraadjes aan mijn hoofd zat vastge bonden. Die zekerheden vie len in de zaal weg. Het publiek stond boven op mijn lip. Er vverd aan mij gesjord. Er werd me vanuit het publiek gedicteerd wat ik moest doen". "Je werd door mensen ingeslo ten. Dat benauwde me. Soms, als ik door mijn knieën was gezakt om een betere schets te kunnen maken en ik keek rond dan zag ik alleen maar gulpen voor me opdoemen. En dan had ik de neiging om om me heen te slaan. Me een weg te banen". Nick Nickolls, inmiddels weer gewoon Ab Nicolaas, is nu een nieuwe weg ingeslagen. Omschrijft wat hij doet als "alternatief applaus". Heeft zich met vuur geworpen op het meedoen aan prijsvragen. Vaak betekent dat het beden ken van een origineel rijmpje of slagzin, het maken van een tekening, het verzinnen van een paar regels aanvullende tekst. Dat gaat hem niet slecht af. De prijzen stromen bin- Een fiets, een 14-daagse reis naar Marokko, kleuren-tv, buitenboordmotor, een che que van duizend gulden en nog zo een, een zwart-wit t.v., autoradio, kratten bier en ga zo maar effe door. Kinderen uit de buurt belden kortgele den aan of "oom Ab" zo vriendelijk wilde zijn wat slagzinnen voor ze op papier te zetten. Urn op te sturen naar een kauwgumfabrikant. Van de tien vielen er vier in de prijzen, waaronder een dure hi-fi stereo installatie. Stelregel Zijn stelregel: doe nooit deelnameformulier op de bus. Dan is de kans op een prijs nihil. Want, is zijn redenatie, alle formulieren worden op een grote hoop ge gooid. Dejury piktereen paar uit en als die leuk zijn, vallen daar de prijzen op. De rest van de inzendingen gaat ongezien de vuilnisbak in. Zorg dus dat je met je inzending opvalt. Bijvoorbeeld door een grote re maat envelop in te sturen. Je inzending "aan te kleden" en bij voorkeur te posten op de laatste inzenddatum. Voor de Noordwyker heeft de formule tot nu toe gewerkt, al zijn niet alle prijzen die hij tot nu toe won afgeleverd bij zijn huis in de Zuidduinen. Zo zit hij nog altijd te wachten op die 14-daagse reis naar Dis neyland. Dat was de hoofd prijs in een vorig jaar door Amsterdamse winkeliers uit geschreven prijsvraag. Nicolaas verkeerde al in de ver onderstelling dat hij ernaast had gegrepen toen hij bij toe val een krantje in handen kreeg waarin de uitslag stond vermeld. Het kon niet mis. De eerste prijs stond genoteerd op zijn naam en adres. Tele foontje dus naar de KLM, die de prijs ter beschikking had gesteld. De reactie: voor waarde voor het overhandi gen van de reis was dat het bureau dat de prijsvraag or ganiseerde (Amsterdam Reu- zestad) de nodige publiciteit zou geven aan het feit dat de KLM een Disneyland-reis ter beschikking had gesteld. En dat was niet gebeurd. Dus ook geen reis. Ab Nicolaas heeft inmiddels een advocaat in handen ge nomen om zijn hoofdprijs alsnog in de wacht te slepen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 23