ONDER WADDENZEE LIGT EEN VULKAAN
Leiderdorpse
muur-
Buschauffeur geeft minister
exemplaar van „L 7788 mysterie
m
H
JHS
DONDERDAC
Elke ochtend, steevast om tien uur, ga ik de stad en
regio in, op zoek naar mensen en dingen voor deze
rubriek. Tips en wensen voor "Publiek", kunt u tot klok
slag tien aan mij kwijt, tel. 071-144941, toestel 215.
Schriftelijke reacties zijn ook zeer welkom.
Bart Rijnhout rechtsoverhandigt defensie-minister Scholten t
De buschauffeur uit Leidschendam heeft voor zijn werk ook al i
Bemhard gekregen. In het midden: mevrouw Rijnhout.
Het boek van de Leidschendamse buschauffeur Bart Nederland te halen. Dat is alleen gelukt in het
Het boek van de Leidschendamse buschauffeur Bart
Rijnhout, „Het mysterie van de L 7788", blijkt in trek
te zijn. Kreeg hij eerder al een complimenteuze brief
van prins Bemhard, gisteren verscheen hij op het
ministerie van defensie, om aan minister Scholten
een exemplaar te overhandigen.
En niet omdat Rijnhout dat als publiciteitsstunt had
weten te regelen, nee, Scholten had zelf gevraagd of
de buschauffeur naar het departement wilde komen,
vertelde kolonel A. P. de Jong uit Leiderdorp, hoofd
van de luchtmachtvoorlichtingsdienst.
Rijnhout houdt zich in zijn vrije tijd bezig met de ge
schiedenis van luchtoorlogen. In het boek „Het mys
terie van de L 7788" beschrijft hij de lotgevallen van
zes Tsjechen die in 1940 met een Engelse bommen
werper een noodlanding moesten maken op een
weiland in de Duivenvoordse polder in Leidschen
dam, vlak bij Voorschoten. Een moeilijke landing in
de dichte en donkere mist, met als doel uit handen te
blijven van de Duitsers.
Dat lukte de bemanningsleden aanvankelijk wel, o.a.
dank zij de hulp van veehouder Willem van Veen uit
Wassenaar, maar door een dubieuze rol van de Was-
senaarse politie werden vijf van de zes Tsjechen later
toch gearresteerd. De zesde schoot zich kort voor zijn
aanhouding door het hoofd.
Rijnhout heeft getracht om de drie nog in leven zijnde
Tsjechen die de noodlanding hebben meegemaakt
voor de presentatie van zijn boek vorige maand naar
Nederland te halen. Dat is alleen gelukt in het geval
van Arnost Zabrs, die na de oorlog in Engeland is
gaan wonen. De andere twee zijn, om welke reden
dan ook, niet op komen dagen. De buschauffeur is
van plan om nu zelf maar naar Tsjechoslowakije te
gaan...
Door krantepublikaties raakte minister Scholten op de
hoogte van het verschijnen van Rijnhouts boek. Het
intrigeerde hem, zo vertelde hij gisteren, dat juist
iemand als Bart Rijnhout, die na de oorlog is gebo
ren, zich zo had vastgebeten in wat lange tijd een
mysterie was gebleven.
Dorpsgenoot
En dan wil het toeval dat het nog om een dorpsgenoot
gaat ook, want Scholten woont, net als Rijnhout, in
Leidschendam. In de oorlog verbleef de huidige mi
nister van defensie in Deventer, waar hij menige
bommenwerper zag overvliegen. „En we woonden
naast NSB'ers, dus zon pretje was het bij elkaar
niet", aldus Scholten.
De minister kreeg van Bart Rijnhout het boek gisteren
cadeau. En als tegenprestatie gaf Scholten aan de
Leidschendamse buschauffeur een asbak van de
luchtmacht.
Rijnhout is intussen bijna toe aan de voltooiing van een
tweede boek dat handelt over pilotenhulp en toege
spitst is op twee voorvallen in Limburg.
Luchtfoto van het eilandje Griend dat zich langzaam verplaatst
„Leuke reacties voldoende
Leiderdorpse Yvonne van Egten heeft onlangs de laatste hand gelegd aan haar tweede kunstwerk.
Wederom een kunstwerk dat (letterlijk) niet te tillen is. Want beschilderde ze enige maanden geleden
een kale muur in de peuterspeelzaal aan de Dennenschans, nu heeft ze even grauwe wand in de
peuterspeelzaal aan het Bolderikkamp een nog fraaier jasje aangedaan. Dit alles geheel belangeloos.
Dit pro-deo werk vindt de 40-jarige huisvrouw zelf de gewoonste zaak van de wereld. "Ik heb vele leuke
reacties gehad en dat vind ik genoeg. Je kunt toch geen geld aan die peuterspeelzalen gaan vragen.
Nee. Ik ben per slot zelf met het idee gekomen. Myn kinderen kwamen er wel eens, en op een keer viel
mij op dat die muren zo kaal, zo steriel waren. Een dag of twee later ben ik aan de slag gegaan".
"Die schilderingen worden door de ouders en de kinderen zelf enorm op prijs gesteld. En dat vergoedt
veel. Aan de tweede schildering heb ik bijna drie maanden lang elke ochtend gewerkt. Maar ach, ik
schijn iets in mijn vingers te hebben. Dus waarom zou ik die gave niet uitbuiten?"
i Leiderdorpse peuterspeelzaal:
„Mogelij kheden
lot expressie
leren ontdekken"
Ex-Amsterdammer Chris de
Ruyter gaat maandag in een
studio aan de Leidse Hooi
gracht van start met een
nieuw centrum voor drama
tische vorming, genaamd
"Grimas". Bij Grimas kan
een ieder terecht voor cur
sussen, die te maken hebben
met theater en expressie.
Gekozen kan worden tussen
cabaret, toneel en creatief
spel, terwijl een mengvorm
van deze drie verwante deel
gebieden ook mogelijk is.
De Ruyter zegt dat men bij
Grimas geen beroepsoplei
ding kan verwachten. "Gri
mas is er eerder voor een
doelgerichte en plezierige
vorm van vrijetijdsbeste
ding. Nu zich een kleine 90
deelnemers hebben aange
meld, zie ik mogelijkheden
om Grimas binnen niet al te
lange tijd te laten uitgroeien
tot een theatercentrum",
zegt een zeer optimistische
De Ruyter.
De ex-leraar Nederlands zegt
het een voordeel van Grimas
te vinden dat de deelnemers
het voor het zeggen hebben
wat er wel en wat er niet in
de cursussen worden behan
deld. "Een lesinhoud is altijd
het resultaat van wat zich
tijdens de vorige samen
komst heeft afgespeeld.
Maar één en ander mag ui
teraard niet verzanden in
moderne vrijblijvendheid".
Elke cursus bestaat uit 15 les
sen van minstens anderhalf
uur. Elke avond, uitgezon
derd zaterdag en zondag,
worden er lessen gegeven,
zodat er cursist het meest ge
schikte tijdstip zelf kan uit
kiezen.
De Ruyter, die enige tijd lessen
heeft gevolgd aan de Klein
kunstacademie en op de
Academie voor Expressie in
Woord en Gebaar heeft geze
ten, ziet zich meer als bege
leider dan leraar bij het ge
ven van de lessen.
"Door middel van doelbewus
te opdrachten en suggesties
moet je de cursist helpen,
zijn eigen mogelijkheden te
leren ontdekken. Tenminste,
dat wil ik op de Hooigracht
52a proberen te doen".
GRONINGEN - Diep verborgen
onder de Waddenzee bij het ei
landje Griend ligt een heel oude
vulkaan. Zo'n 140 miljoen jaar
geleden, toen van een Waddenzee
nog geen sprake was, braakte de
aarde daar met groot geweld
vuur, as en vloeibaar gesteente
uit. Het bedekte een gebied, dat
zich uitstrekt tot voorbij waar nu
het Friese stadje Joure ligt. Daar
na verdween de trechtervormige
kratermond onder lagen zand
steen, mergel, krijt, zand en klei,
samen zo'n tweeduizend meter
dik. Daaroverheen ligt dan nu de
Waddenzee.
De oude vulkaan, definitief uitge
woed, is ontdekt zonder dat ie
mand echt naar hem •cht. Wer
kelijk bestudeerd is hij nimmer.
De schaarse kennis over hem
verzameld, is zelfs onder Neder
landse wetenschappers en vrien
den van de Waddenzee nauwe
lijks verbreid. In het geolo-
genblad „Geologie en Mijn
bouw" is hij nimmer beschreven;
in het Waddenbulletin, orgaan
van de Landelijke Vereniging tot
Behoud van de Waddenzee, noch
in het voortreffelijke door deze
vereniging uitgegeven Wadden-
boek, wordt hij genoemd. Op de
recente geologische kaart van het
Waddengebied, uitgebracht door
de Rijks Geologische Dienst,
komt hij niet voor.
Hoewel hij alle scheepskompassen
bij het eiland Griend een kwart
graad doet afwijken (maar welke
schipper vaart daar op het kom
pas?) en hoewel hij vrijwel zeker
heeft bijgedragen tot de vorming
van het ongeveer 35 miljard ku
bieke meter grote gasveld, dat de
Frans-Nederlandse oliemaat
schappij Petroland wil uitputten
(de omstreden concessie-Zuid-
wal), is hij kennelijk niet van be
lang. Niet van meer belang dan de
nog oudere zoutlagen in het
Noorden waren voordat daaruit
zout (en straks magnesium) werd
gewonnen en bestemmingen
werden bedacht als die van op
slagplaats voor chemisch en
radioactief afval, olie en gas.
Dr. J. Veldkamp (69), inmiddels
gepensioneerd als hoogleraar
geofysica en als directeur Weten
schappelijk Onderzoek van het
KNMI in De Bilt, was de eerste
die de oude vulkaan op het spoor
kwam. Dr. Veldkamp promo
veerde in 1933 aan de Groningse
Rijksuniversiteit op een proef
schrift over röntgenstralen; hij
was in die jaren als kernfysicus
ook betrokken bij de proeven
met de eerste Groningse neutro
nengenerator van 200.000 Volt op
waterstofatomen
Daarna zwaaide hij om naar het
KNMI, waar men juist van pe
troleumlampen op elektrische
verlichting was overgeschakeld,
en bouwde voor dit instituut het
Station Witteveen, waaraan hij
tot 1941 werkte. Tussen 1942 en
1948 deed hij een uitgebreid on
derzoek in ons land naar het
aardmagnetisme. In de oorlogs
jaren waren de metingen, met
naar huidige maatstaven vrij
primitieve instrumenten, in het
kustgebied verboden. Het duur
de daarom tot de zomer van 1947
voor hij in de Waddenzee terecht
kwam aan boord van het jacht Hr.
Ms. Neptunes, hem ter beschik
king gesteld door de toenmalige
marine-commandant admiraal J.
J. L. Willige.
Afwijking
Al spoedig bleek er een belangrijke
afwijking van het (verticale)
magnetische veld in de omgeving
van Griend te liggen. Maar de tijd
was te kort voor meer metingen.
De Koninklijke Marine was ech
ter ook zo geïnteresseerd, dat zij
hem in 1948 opnieuw voor drie
weken een schip, de Hr. Ms.
Doornbosch, ter beschikking
stelde.
Dat gaf dr. Veldkamp de mogelijk
heid veertien metingen te doen
op de zandbanken het Oosterom,
de Schieringhals, de Ballastplaat,
de Meep, de Doove Balg, de
Stompe Waard, de Harde Bollen,
Inschot en Lutjewaard, om het
wonderlijke verschijnsel nauw
keurig in kaart te brengen. De re
sultaten van zijn metingen boek
staafde hij apart in zijn rapport,
dat in 1951 bij de staatsdrukkerij
verscheen.
De afwijking („anomalie" is de vak-
term) was groot zo'n 205 gamma
(1 gamma is 1 honderdduizendste
gauss en de gauss is de naar de
„Prins der Wiskundigen", in 1855
gestorven Duitser Carl Friedrich
Gauss vernoemde eenheid van
magnetische inductie). Een der
gelijke afwijking komt in ons
land alleen voor bij Maastricht;
een afwijking van tien gamma
wijst er al op dat er in de onder
grond iets bijzonders zit als bij
voorbeeld een zoutpijler. Uit de
veertien metingen bleek boven
dien dat de afwijking cirkelvor
mig was.
„De oorzaak van deze grote versto
ring van het magnetisch veld is
volstrekt onbekend. Tot nu toe
zijn geen zwaartekrachtmetingen
of seismische onderzoekingen
gedaan, maar het zal erg interes
sant zijn de resultaten van dit
soort onderzoek, dat hopelijk niet
veel langer zal uitblijven, aan de
nu gevonden gegevens te toet
sen", schreef dr. Veldkamp in
zijn rapport van 1951.
Zwaartekrachtproeven wérden
enkele jaren later uitgevoerd
door dr. A. van Weelden. Hij
publiceerde daarover in 1957 in
het blad van het Geologisch en
Mijnbouwkundig Genootschap.
Bij Griend vond hij een afwij
king: de zwaartekracht bleek er
tien milligal groter dan gemid
deld. Dat was niet zo bijzonder;
ook in Drenthe, de Achterhoek,
de Ooster- er. de Westerschelde
trof hy afwijkingen van die groot
te aan.
Griend
Dr. F. J. Faber, auteur van de be-
kendste studieboeken over de
geologie van ons land, schreef in
de laatste daarvan in 1960 op ba
sis van deze kennis. „Soms is er
een verband tussen epicentra van
aardbevingen en magnetische
anomalieën. Maar voor Neder
land lijkt dit verband nauwelijks
van belang. In het bijzonder is de
betekenis van het magnetische
„hoge" gebied in de Waddenzee
noordoostelijk van Texel onze
ker. Hier lag het (zich thans wat
verplaatst hebbende) eilandje
Griend. Niet alleen is deze plaats
gekenmerkt door een opmerke
lijke anomalie van het aardmag
netisme, dit is ook het geval met
de zwaartekracht. Mogelijk ligt
de oude ondergrond relatief on
diep, maar waarschijnlijker be
vindt zich hier op betrekkelijk
geringe diepte een vulkanische
intrusie (binnendringing)".
En daarmee was de mogelijkheid
dat daai; een oude vulkaan zat,
voor het eerst genoemd.
Dr. Veldkamp nu: „Als men wer
kelijk wil weten waar die afwij
king vandaan komt, moet men
boren. Ik weet niet of dat gedaan
is. Ik weet wel dat iemand mij na
1950 vertelde, dat hij bij een bo
ring in Friesland op verrassend
geringe diepte doloriet, een vul
kanisch gesteente, aantrof'.
„Een plug van basaltachtige opstij
ging is een mogelijke oorzaak.
Dat heeft een vulkanische oor
sprong. De cirkelvorm maakt het
mogelijk modellen te maken van
een cylindervormig lichaam.
Maar dan moetje wel meer weten
dan u en ik nu weten. Zolang je
geen boorresultaten hebt, heeft
het geen zin speculaties te ma
ken, al suggereer ik wel dat dit
•misschien wel iets is dat niet zo
geweldig diep zit. Maar of het een
paar honderd of een paar duizend
meter is, daar durf ik geen schat
ting van maken".
Dr. Veldkamp wist niet dat er wel
degelijk geboord is bij het eiland
Griend. Geologen van de Gro
ningse Rijksuniversiteit was dat
overigens ook onbekend, evenals
de opvolger van dr. Veldkamp bij
het KNMI. drs. D. van Sabben, al
hadden zy het wel kunnen we
ten.
Uiteraard was het bij de Rijks
Geologische Dienst in Haarlem
bekend: alle boringen en de re
sultaten daarvan moeten deze
rijksdienst, die nu 75 jaar bestaat,
worden gemeld. Echter veel van
deze gegevens blijven geheim,
omdat zij verkregen zijn van
oliemaatschappijen, die er niets
voor voelen de door hun dure bo
ringen verkregen kennis gratis
ter beschikking te stellen van
hun concurrenten.
Geheim
Met de gegevens over de boring bij
Griend is dat overigens niet het
geval. Althans: de oliemaat
schappij Petroland zal misschien
wel een deel van de bij de boring
verkregen kennis tot bedryfsge-'
heim hebben verklaard, maar
over het aanboren van de oude
vulkaan doet men niet geheim
zinnig. Er is openlijk over ge
sproken tijdens een in augustus
1975 in Londen gehouden sym
posium, georganiseerd door het
Britse Institute of Petroleum,
waaraan een duizend deskundi
gen deelnamen. En het door Aus
tin W. Woodland van het Londen-
se Institute of Geological Scien
ces geredigeerde boek over dit
symposium bevat een artikel van
de Franse geologen A. Cot-
ten%on, B. Parant (oliemaat
schappij ELF) en G. Flaciliëre
(Petroland) over deze boringen.
Een artikel dat vrijwel alle Ne
derlandse geologen, werkzaam
aan universitaire instituten,
schijnt te zijn ontgaan, hoewel
het boek zelf (bijvoorbeeld in
Groningen) keurig in de insti
tuutsbibliotheek is bijgezet.
Petroland boorde niet met een we
tenschappelijk doel. Petroland
zocht gas en olie en dat is een
commerciële bezigheid, waar
mee veel geld is gemoeid. Dat be
tekent een de jalouzie van uni
versitaire wetenschappers op
wekkende activiteit: voor het
seismisch onderzoek werden
luchtkussenvoertuigen ingezet
(1969); voor de boringen twee
booreilanden, de Transocean I en
de Transocean II. Ten koste van
bedragen waarvan universitaire
wetenschappers nog niet eens
durven dromen.
Het betekent echter ook, dat de
boorresultaten vaak van geringe
wetenschappelijke waarde zijn.
Ze vormen natuurlijk een „be
langrijke bijdrage", maar - aldus
klaagt medewerker J. G. Zand-
stra van de Rijks Geologische
Dienst in de toelichting op de
geologische Waddenkaart - „de
gegevens uit deze diepteborin
gen zijn summier, de monsteraf
stand is te groot en de monsters
zijn met een spoelingstoeslag
verontreinigd en door na-val met
ondiepe lagen vermengd, zodat
slechts een oppervlakkige kennis
van de aardlagen wordt verkre
gen".
Wat niet wegneemt, dat hij wel in
deze toelichting op de geologi
sche kaart van het Waddenge
bied, zich „beperkend tot enkele
markante niveaux", een aantal
15 FEBRUARI 1979
resultaten van boringen tot 5000
meter diepte noemt, maar niet de
door Petroland aangeboorde
vulkaan. En dat deed Petroland
al meteen: de vulkaan aanbo-
De allereersté boring, Zuidwal I
gedoopt, eind 1970, leidde niet
alleen tot de ontdekking van een
veelbelovend gasveld. De boor-
beitel kwam op 1950 meter diepte
in vulkanisch gesteente terecht
en drong meer dan duizend meter
in de oude krater door. Andere
boringen leerden, dat het gasveld
„de vorm van de oude vulkaan
.volgt".
„Een heel interessant geval", zegt
dr. H. A. van Adrighem Bogaert
van de Ryks Geologische Dienst.
„Het grappige is, dat die uitbar
stingsgang wat stabieler is geble
ken dan zijn omgeving, minder is
ingeklonken, en dat de gasbel
zich daarom juist daar heeft kun
nen ontwikkelen", s
Geruchten
Het gas komt van nog dieper weg.
Of er op heel grote diepte nog wat
is overgebleven (en of dat de
moeite waard is) wil de Neder
landse Aardolie Maatschappy nu
nagaan met een programma
diepboringen in het hele land tot
tien kilometer. Sommigen zeg
gen, dat de schaarse berichten
over dat programma hebben ge
leid tot de geruchten (en de
publikatie van de Waddenver
eniging) dat er bij Slochteren
diep onder de bel nog een bel zit;
anderen zeggen, dat de NAM niet
zo'n duur programma zou ont
wikkelen zonder voldoende ze
kerheid en dat daarom de geruch
ten meer zijn dan geruchten.
De onderzoekers van Petroland
maken in hun artikel niet veel
meer woorden aan de oude vul
kaan vuil. Maar twee van hun il
lustraties daarbij maken nog wel
duidelijk, dat de vulkaan zo'n 140
miljoen jaar geleden, toen de
veelbesproken zoutlagen al zo'n
honderd miljoen jaar oud waren,
zeer actief moet zijn geweest en
vulkanische as en gesteente over
een omvangrijk gebied heeft ver
spreid. Het daar ontstane veld
meet acht by acht kilometer en is
negentig meter dik. De inhoud
daarvan is voor Petroland aan
merkelijk interessanter, al wacht
men nog steeds op toestemming
van de regering om dit gas te
winnen. En mogelijk krijgt Pe
troland die toestemmingknooit;
gaswinning in de Waddenzee is
nu eenmaal strijdig met de rege
ringsdoelstelling de Waddenzee
als natuurgebied te behou
den.