Mitsubishi Colt
personen:
auto rai
Vrouwen
rijden
niet
slechter
soms
anders
VAN „EUROPESE" SNIT
WOENSDAG 7 FEBRUARI 1979
PAGINA 31
LEIDEN - De „tweede" au
to is voor velen nog steeds
zoiets als een elektrische
tandenborstel. Een uit
was van een verzadigde
consumptiemaatschap
pij. Een overbodig bood-
schappenkarretje van
moeder de vrouw. Een
niet eens meer ongenuan
ceerd beeld, in de meeste
gevallen gewoon een fout
beeld.
We nemen daarvoor het
Structuurschema Verkeer
en Vervoer, dat de Tweede
Kamer door de Stichting
voor Statistiek aangedra
gen cijfermateriaal ver
schafte. Daarin wordt ge
constateerd dat ongeveer
60 procent van de Neder
landse huishoudens over
èèn auto beschikt. En bij
na 10 procent over twee of
meer wagens.
Ten onrechte wordt echter aange
nomen dat de „eerste" èiuto in het
gezin altijd de zogenaamde ge
zinsauto is en de „tweede" het
enigszins luxueuze hulpmiddel
voor de vrouw om boodschappen
te doen, kinderen van school te
halen en bij oma op bezoek te
gaan. Op zichzelf ook geen on
oorbare zaken, maar daarbij wor
den tal van aannemelijke varian
ten eenvoudig over het hoofd ge-
- Zoals die gehuwde vrouw die voor
haar werk een auto niet kan ont
beren.
- En de inwonende zoon of dochter,
die zichzelf de aangename luxe
van een eigen vervoermiddel kan
veroorloven. We zijn nog niet
zover als in Amerika waar de
'jeugd op school rijlessen krijgt,
maar rijlessen als geschenk op
een achttiende verjaardag zijn
hier heel gewoon. Zodat het aan
deel van de jeugd in dat tweede-
autopark waarschijnlijk zeer snel
zal groeien.
Maar 3,5 procent
van alle gehuwde vrouwen over
een voertuig beschikte, dat als
„tweede" auto kon worden aan
gemerkt. Dat waren totaal
180.000 auto's. Een derde daarvan
werd gebruikt om naar en van het
werk te rijden. Op het gehele wa
genpark bij gezinnen van dik drie
miljoen is dus slechts zo'n 3,5
procent aan te merken als een
echte tweede auto.
En dan alleen voor het halen van de
kinderen en het doen van bood
schappen? Kom nou!
Wie gelooft daar nog in in een tijd
van toenemende emancipatie?
Natuurlijk wordt de wagen ook
daarvoor gebruikt. Waarom niet?
Want woon-werkverkeer, vakan
tietripjes, gezinsuitstapjes en
dergelijke bepalen niet alleen de
waarde van het gebruik van een
auto. Maar andere bestemmingen
kunnen ook zinvol, nuttig, ja zelfs
onontbeerlijk zijn. Wat te denken
van burenhulp, „tafeltje-dek-je",
bejaarden- en zieken vervoer?'
Om er slechts enkele te noemen.
Men kan de rij zelf gemakkelijk
aanvullen.
En wat te denken van het gewoon
meer armslag krijgen voor vrou
wen, mannen of inwonende kin
deren die zonder „tweede auto"
niet of nauwelijks mobiel
zijn?
Grotere afstand
Jarenlang is het ontvolken van
binnensteden zo niet gepropa
geerd dan toch zeker in de hand
gewerkt door een overheid, die
met angst en vreze een toekomst
tegemoet zag waarin steden zou
den zij# dichtgeslibd of zouden
zijn uitgegroeid tot onhandelbaar
grote agglomeraties. Daardoor
zijn velen op plaatsen komen
wonen, waar het openbaar ver
voer slechts een ..uiterst schamel
alternatief kan zijn voor het eigen
vervoer. Waar de auto eigenlijk
een onmisbaar attribuut is.
En dat niet alleen voor de man die
op zijn werk moet komen. Maar
ook voor de huisvrouw die an
ders zo gemakkelijk in een als
onaangenaam ervaren, of zo niet
erger, isolement kan geraken. En
voor de jeugd die mobiel wil zijn
^>m haar contacten te kunnen ver-
personenwagenpark in de laatste
jaren zijn veroorzaakt door het
aanschaffen van extra „bood-
schappenwagentjes" bepaald
niet juist zijn. Die groei is vooral
veroorzaakt door een verder
gaande popularisering van het
autobezit bij gezinnen. Inclusief
de inwonende kinderen.
De deskundigen die zich in deze
materie en de daaruit tevoor
schijn gekomen cijfers hebben
verdiept vernachten dat de ver
dere grjbei van het autopark be
slist niet in de eerste plaats zal
worden verzorgd door de winke
lende huisvrouwen. Die komen
pas heel laag op de lijst, die zij
voor zichzelf hebben vastge
steld.
Begeerd
Vooraan staan nog steeds de gezin
nen in lagere welstandsklassen,
die eindelijk hun zo begeerde ei
gen autootje kunnen gaan aan
schaffen. Daarna komen de
nieuwe jonge gezinnen. Op de
derde plaats zijn de bij ouders
inwonende zoons en dochters
verantwoordelijk voor de verdere
groei van ons autopark. Dan vol
gen de werkende vrouwen die
een wagen nodig hebben voor
woon-werkverkeer.
Pas op de vijfde en laatste plaats
komen deze cijferaars de huis
vrouwen tegen die de auto willen
hebben voor het boodschappen
doen en het bezoeken van zusjes
en oma's. Jammer wellicht voor
de tegenstanders van een verdere
groei van het autopark. Maar wel
waar. Schampere opmerkingen
over overdadige luxe houden
kennelijk geen steek. Er is blijk
baar toch een groot verschil tus
sen de „tweede" auto en de elek
trische tandenborstel...
KOOS POST
ADVERTENTIE
Groei
Uit een en ander mag men wel af
leiden dat levende opvattingen
groei van het
Als we over een tweede autc
praten denken we aan eer,
wagentje voor de vrouw. Een
begrijpelijke, maar onjuiste
associatie zoals we hiernaast
uiteenzetten.
Het is een van die talrijke mis
verstanden waarmee de rela
tie auto-vrouw is omgeven.
Misverstanden, vaak gevoed
door mannelijk superiori
teitsgevoel. Mannen rijden
zoveel beter dan
De "tweede auto" is slechts in zeer beperkte mate het exclusieve bezit van de winkelende huis
vrouw. In de meeste gevallen heeft zij, haar dochter of haar zoon het wagentje gewoon nodig.
Is dat waar? Hebben ze minder
aanleg? Wellicht kunnen
nuchtere cijfers een antwoord
geven op die emotionele vra
gen. Want zeker is dat vrou
wen moeilijker het rijbewijs
halen dan mannen. Ze zakken
vaker. Maar dat zegt niets
over de aanleg. De rijlessen
van gehuwde vrouwen wor
den maar al te vaak uit het
huishoudgeld betaald. Daar
om zoeken ze naar extra
goedkope rijscholen. Dat zijn
vaak niet de beste. Dikwijls
spreidden zij hun opleiding
ook meer, waardoor ze min
der snel vertrouwd raken ach
ter het stuur. Daarom bewij
zen die cijfers van het vaker
zakken ook. niets.
„Vrouwen leren het nooit". Nog
zo'n hardnekkig verhaal.
Maar inmiddels duidelijk
weerlegd door een uiteraard
grondig Duits onderzoek. Ie
dereen heeft na het halen van
het rijbewijs nog een flink ki-
lometrage nodig om gerouti
neerd chauffeur te worden.
Vrouwen rijden gemiddeld
per jaar minder dan mannen
en dus duurt het langer voor
ze dezelfde ervaring hebben
opgedaan. Maar verschillen
tussen mannen eri vrouwen-
van gelijke leeftijd met even
veel rij-ervaring vielen niet
vast te stellen...!
„Vrouwen rijden anders: weife
lend, aarzelend, tuttig", roe
pen mannen uit. Inderdaad,
vrouwen rijden anders. Ze
zijn eerder geneigd tot defen
sief rijden. Minder agressief.
Maar daardoor ook rustiger.
Ze willen geen brokken maken
en zijn er meer dan mannen
bewust op uit op dat te ver
mijden. Vraag het de verzeke
ringsmensen maar...
Vrouwen rijden ook niet in „van
die lieve dameswagentjes"
zoals mannen soms beweren.
Verreweg de meeste vrouwen
rijden in de gezinsauto of in
de auto die manlief heeft af
gedankt. Een raar trekje van
die mannen: alsof je in de bui
tenwijk geen goede remmen
en niet genoeg profieldiepte
nodig hebt!
Overigens ervaren autoverko
pers steeds vaker dat vrouwen
bij de aankoop van een auto
meebeslissen. En echt niet al
leen bij het bepalen van de
kleur. Integendeel. Elegante
lijnen en leuke uitrustingsde
tails zeggen haar vaak niet
veel. De prijs, het brandstof
verbruik. de kans op repara
ties, de kosten daarvan en de
maten van de kofferbak, daar
gaat haar belangstelling
naar uit. Zulke argumenten
tellen bij haar veel zwaar-
Natuurlijk zijn er typische
vrouwelijke problemen, hoe
wel die vaak worden overdre
ven. De goede raad aan
vrouwen om tijdens de men
struatie het rijden maar te la
ten is gewoon dwaasheid. De
artsen vinden het wel ver
standig om niet te rijden als
men zich in die dagen werke
lijk on wel voelt of daartegen
middeltjes inneemt. Dat geldt
ook als men in verwachting is.
Maar ook juist dan: de gordels
Kled ing kan de vrouw ook in het
nadeel brengen ten opzichte
van mannen. Erg hoge hak
ken en broeken met wijde pij
pen zijn uit den boze. Een
broek lijkt op zichzelf gemak
kelijker dan een rok, maar als
die pantalon erg nauw is zit
een rok heel wat comfortabe
ler.
Het onderzoek dat uitwees dat
vrouwen met dezelfde rij-er
varing hetzelfde rijden als
mannen heeft ook uitgeplozen
of er nu speciale vrouwenon
gelukken zijn. En inderdaad,
zijn ver
houdingsgewijs meer betrok
ken bij ongelukken met voor-
rangsfouten, op de weg
draaien, achteruitrijden.
Zelfs èèn typisch vrouwelijke
fout: na een rit het portier
open gooien zonder goed uit te
kijken. 1
Alles bij elkaar: er zijn ver
schillen tussen vrouw-auto en
man-auto, maar erg veel van
die kreten en voordelen stoe
len nergens op. Misplaatst su
perioriteitsgevoel. Mistig ge-
V y ,'r 's ..V'
-
Moeder die met de auto de kinde
ren ophaalt. Het bijna klassieke
beeld van de tweede auto. Een
fout beeld, zoals wij hierboven
uiteenzetten. Althans een beeld
dat nadrukkelijk aanvulling be
hoeft.
Trouwens, ook de hier afgebeelde
Colt van Mitsubishi zouden we te
kort doen als we het leuke wagen
tje alleen als "tweede auto" zou
den willen beschouwen. Daar
voor heeft dit jongste model van
het gestaalde-perfectie-merk te
veel goede eigenschappen.
Mitsubishi heeft drie versies van de
Colt op de markt gezet. Twee er
van zijn uitgerust met een 1200 cc
motor. De goedkoopste van dit
tweetal kost 12,5 mille, de duur
dere duizend gulden meer. Wij
hebben deze 1200 GL een week
ter beschikking gehad. Het ver
schil zit hoofdzakelijk in de min
of meer luxueuze uitvoering.
Technisch is er geen onder
scheid.
Wel met het sterkste exemplaat van
het trio. De Colt 1400 GLX is niet
alleen üitgerust met een 1400 cc
motor, maar beschikt bovendien
- zoals we al eens hebben ge
schreven - in feite over acht ver
snelling. Een extra pookje naast
de versnellingspook geeft de be
stuurder de mogelijkheid in elke
versnelling te kiezen voor een vrij
zuinige accelaratie of voor wat
extra trekkracht, wat natuurlijk
wat meer brandstof kost. Voor
deze duurste versie moet 15 mille
worden betaald.
Wij hadden dus de middelste. Die
van 13,5 mille. Niet uitzonderlijk
goedkoop derhalve. Maar ja, de
tijd dat de Japanners .uiterst
goedkoop de markt konden infil
treren is voorbij. De opwaarde
ring van de yen heeft de prijzen
fiks omhoog gestuwd. En dus
naderen de Japanse prijzen die
van de Europese wagens.
Ook de mannen uit het land van de
rijzende zon zullen hun kracht
meer en meer in de modellen
moeten gaan zoeken. Wat dat be
treft is deze Colt van Mitsubishi
een sprekend voorbeeld.
We herinneren ons nog heel goed
de eerste Mitsubishi's die impor
teur Hart Nibbrig en Greeve in
Sassenheim op de Nederlandse
markt bracht. Technisch bijna
verouderde modellen met een
vormgeving die alles te wensen
overliet. Ze werden verkocht,
omdat de prijs zo gunstig 'en de
.uitrusting zo compleet.was.
Maar de jongens uit Japan hebben
daarna niet stilgezeten. Ze heb
ben de Europese modellen niet
alleen bekeken maar ook inten
sief bereden. Hart Nibbrig en
Greeve bood kortgeleden niet
/oor niets per advertentie een
aantal vrijwel nieuwe concurre
rende modellen te koop aan. Ze
hadden hun werk gedaan, ze
konden nu weer gaan.
De weerslag van al dat testwerk
hebben we in de Colt kunnen te
rugvinden. Een kostelijk kar
retje. Niet alleen erg leuk om te
zien. Niet alleen klein van buiten
en redelijk royaal van binnen.
Maar ook technisch een model
geheel van deze tijd.
Met voorwielaandrijving. Met on
afhankelijke wielophanging. Met
derde deur. Met wegklapbare
achterleuning. Met tandheugel
besturing. Met schijfremmen
voor. Met rembekrachtiger en
remdrukverdeler. Enfin met alles
dat zovele kleinere Europese wa
gentjes tot zulke prettige kar
retjes maakt.
We zeiden het reeds: de Colt - die op
deze RAI voor het eerst groot
scheeps zijn opwachting maakt
voor het Nederlandse publiek - is
om te zien een charmant wagen
tje. Vlot gelijnd. Voorlopig nog
alleen in driedeursuitvoenng,
maar op de RAI in Amsterdam
kan men al zien hoe de vijfdeurs
eruit gaat zien. De Colt is niet
meer dan 3790 mm lang en weegt
amper achthonderd kilo.
Alleen hebben we in de voorbije
modderige dagen erg goed de na
delen van dit soort modellen
kunnen ondervinden. In feite
hebben al die afgeknotte au
tootjes een wisser op de achteruit
nodig, want die ruiten slaan in
een mum van tijd dicht. Maar
helaas, als zo'n „wiswas" er niet
standaard opzit is het een bijna
onbetaalbare zaak er één op te la
ten zetten. En de verwarming op
de achterruit (standaard op alle
Colts) kan de ellende alleen niet
de baas. Men zal het met één of
twee zijspiegeltjes moeten doen.
Maar in dat is in feite het enige be
zwaar dat wij tegen deze Colt
kunnen aanvoeren. Zelfs de 1200
motor, die in „onze" GL zat bleek
een prettig pittig krachtbron
netje te zijn, waarmee wij heel
stevig uit de voeten konden. De
55 pk konden de naald van de
snelheidsmeter heel dicht in de
buurt van de 150 km krijgen en
eigenlijk is dat wel' voldoende
voor zo'n licht en klein wagentje.
De motor doet zijn werk heel soepel
en lekker rustig. De aandrijving
is op de voorwielen. We hebben
in deze gladde winter weer eens
kunnen ervaren hoe prettig zo'n
voorwielaandrijving is. Men
ploegt wat gemakkelijk door
rulle sneeuw en het is ook vaak
eenvoudiger de wagen op een
glad wegdek in de hand te hou
den. In elk geval gaat onze per
soonlijke voorkeur naar de voor-
wielaandrijving uit. En dus heeft
de Colt een zwak plekje bij ons
goed geraakt.
Het wagentje is ook redelijk zuinig.
Ons gebruik varieerde tussen de
één op elf tot twaalf, maar we ge
ven onmiddellijk toe dat we in
een voor het benzineverbruik wel
erg ongelukkige tijd reden. In de
slechte maanden die we achter de
rug hebben (misschien ook nog
wel voor de boeg, wie weet) zijn
de wagens nu eenmaal vèel dor-
stiger dan onder normale om
standigheden. Alles bij elkaar
zijn we best tevreden met de cij
fers die werden bereikt.
Zoals we trouwens over het alge
meen dik tevreden waren met die
Colt. Het is een uiterst handig en
goed hanteerbaar wagentje.
De stoelen zijn niet uitzonderlijk
goed maar ook niet slecht. Laten
we zeggen: niets minder dan de
rest. Het blijft hameren op het
eeuwige aambeeld: waarom be
steden autoconstructeurs niet
wat meer aandacht aan de zetels
waarop de automobilist zovele
uren moeten doorbrengen?
Maar goed, wat dat betreft valt de
Colt helemaal niet uit de'toon. Hij
is gemakkelijk te hanteren mede
dankzij de korte draaicirkel van
tien meter. De motor is heel pit
tig, de prestaties van de wagen
zijn zeer acceptabel. Bovendien
doet die krachtbron vrij geruis
loos zijn werk en dat is een niet
genoeg te waarderen comfort.
Zodat we er alles bij elkaar dik van
overtuigd zijn dat de kleine Eu
ropese autootjes er een stevige
concurrent hebben bijgekregen.
Maar ja, het is een al zo overbevolk
te markt van de kleinere mid
denklassers dat we ons gaan af
vragen hoeveel rek er nu nog in
zit. Dat is echter een zorg voor de
importeurs. Maar dat H.N.G. met
deze Colt een leuke troef in han
den heeft kan als vaststaand
worden aangenomen.