Netwerk moet multinationals in het oog houden [PUBLIEK NOORDWIJK MASSAAL BARRICADEN OP VOOR DE VOGELS Kookles voor bejaarden BROMSNOR IN ZIEKBED PAGINA 4 VARIA DINSDAG 30 JANUARI 1973 door Herman van Amsterdam Tips voor deze rubriek kunt U elke morgen tot 10.00 uur aan mij kwijt, tel. 071-144941, toestel 215. U mag ook schrijven. Ofschoon er de afgelopen da gen talrijke kolommen zijn volgeschreven over vogelac ties her en der, wil ik van daag toch enige regels in ruimen voor de grootscheep se vogelactie die thans in Noordwijk aan de gang is. Het vermeldenswaardige van die actie is dat werkelijk héél Noordwijk, van jong tot oud, op de barricade is ge sprongen voor de gevederde vrienden. Ook de gemeentepolitie helpt doeltreffend mee. Initiatief neemster, de stichting Voge lasiel Noordwijk, had de poli tie gevraagd een steentje bij te dragen en nauwelijks een uur later maakte de politie met geluidswagens een ronde door het dorp om de bewo ners warm te maken voor de actie. Twee keer Aan de oproep werd massaal gehoor gegeven, hetgeen al leen al moge blijken uit het feit dat de agenten dagelijks vele uren kwijt zijn met het ophalen van etensresten en ander potentieel voer. Al dat voer gaat naar de werkschuur van Staatsbosbeheer. Van daaruit coördineert Arno Bos de voederacties en de verde ling van de vogelmaaltijden over de diverse vocderplaat- sen. De respons, ook van de schoolgaande jeugd, is zo toe reikend dat de vogels twee keer per dag van eten kunnen worden voorzien. Arno Bos is vooral behept met de vergeten vogels in de dui nen, bossen en polders van Noordwijk en Noordwijker- De chef-koks van de Sassen- heimse bejaardentehuizen De Schutse en St. Bernardus gaan vanaf begin februari alleenstaande mannen van 50 jaar en ouder de beginselen van het koken bijbrengen. Volgens Nico van Egmond (hij zwaait de scepter in de Ber- nardus-keuken) wordt hier mee in een enorme behoefte voorzien. Dat blijkt ook wel uit het aantal aanmeldingen dat inmiddels is binnen ge komen. Er is overigens per te huis maar plaats voor 10 mannen op de kooklessen. Er zal moeten worden geselec teerd. "Een alleenstaande heeft al snel de neiging een blikje open te trekken of gebruik te maken van het tafeltje-dekje-sys- teem. Terwijl het eigenlijk een fluitje van een cent is om zelf iets klaar te maken"zegt Van Egmond. "Het gaat ons niet om culinaire hoogstandjes, maar om de simpele bal gehakt, de moe der-de-huisvrouw-pot. Bo vendien: alleenstaanden ontmoeten zo eens wat meer Enkele bestuursleden van de stichting Vogelasiel Noordwijk bezig met het loslaten van weer aangesterkte vogels. hout. Daarom vormt het hak ken van gaten in het ijs een wezenlijk onderdeel van de actie. Op die manier worden de eenzame watervogels aan een eigen plekje geholpen. Op verhaal Aan de opvang van zieke en zwakke vogels wordt al het mogelijke gedaan. Arno Bos: "Die worden in het asiel wat op verhaal gebracht. Maar ze blijven zo kort mogelijk, want dat is beter. Zoveel mogelijk brengen we ze naar een open vijver in Aerdenhout (zie fo to). Daar voelen ze zich met dit weer erg thuis". Tussen neus en lippen doorver telt Arno dat extra hulp zeer welkom is. Daarvoor kan men zich met hem in verbinding stellen (1719-12480) of met de Noordwijkse politie. Men trekt er voorlopig tien avonden voor uit om de 50- plussers wat kneepjes van het kookvak bij te brengen. De kooklessen vinden plaats in de keukens van de tehuizen. Acteur Lou Geels uit Roelofa- rendsveen, beter bekend als veldwachter Bromsnor uit de televisieserie Swiebertje, maakt het redelijk in het Leidse Diaconessenhuis. Nadat hij afgelopen vrijdag zich de hele dag al niet lek ker en benauwd voelde is Lou Geels op aanraden van de dokter naar het zieken huis gegaan. "Maar hij is er niet minder vrolijk om, al leen wat moe", zegt zijn Minder prettige bijkomstig heid is dat Bromsnor zijn contractuele verplichtingen op vaderlandse planken voorlopig heeft moeten an nuleren. Mensen, die hem een kaartje of bloemetje wil len sturen, kunnen die zen den aan Diaconessenhuis, Houtlaan 55, Leiden, kamer 217. Het zou best kunnen dat moeder Connie Koolhoven uit Langeraar de eerste in Nederland is die de liedjes uit de succesvolle film Grease in onze moerstaal vertaald heeft. Tot die daad werd ze aangezet door haar 9-jarige dochter Barbara en haar vriendinnen uit de vierde klas van de Aeresteinschool in Langeraar. Im mers, de laatste tijd deden de meisjes niets liever dan dansen op de muziek van John Travolta en Olivia Newton-John. En moeder Connie was dan ook van mening dat er Nederlandse teksten op die liedjes moesten komen. Teksten die wat meer be grijpelijk voor de vierdeklassers waren. Zo werd het idee geboren een Nederlandse versie van de musical te schrijven, een versie die welis waar veel verschilt van de Engelse. Ging het oor spronkelijke verhaal over pubers die de geneug ten van het latere leven leren ontdekken, het ver haal van Connie gaat over een oud paard dat door de eigenaar in de steek wordt gelaten, maar door de kinderen uit de vierde klas van de ondergang wordt gered. Dochter Barbara en haar vriendinnen vonden het een aardig verhaal om in te studeren en op te voeren voor de vijfdeklassers van hun school. Za terdag vond deze voorstelling onder grote belang stelling plaats. De titel was "De vierde redt Bin- ky". Vader Koolhoven zorgde voor de muzikale omlijsting via een ingespeelde band. AMSTERDAM - Onlangs laaide de publieke discussie over de rol van multinationale ondernemingen in ontwikke lingslanden weer even op, naar aanleiding van de ontvoe ring van directeur Schuitema van Philips in El Salvador en een ongeveer tegelijkertijd verschenen brochure van de Industriebond NKV over Philips in de Derde Wereld. Pre sident-directeur Rodenburg beet van zich af in een inter view met de Philips Koerier. Hier en daar werd dat inter view nog wel vermeld, maar daar is het eigenlijk bij geble ven. De publieke belangstelling voor het reilen en zeilen van multinatio nale ondernemingen, hier en in de Derde Wereld, lijkt de laatste tijd wat weg te ebben. Bij sommigen bestaat het gevoel dat we langza merhand wel weten wat er aan de hand is, maar dat er zo weinig aan te doen valt. Anderen doen er in de huidige economische situatie liever het zwijgen toe, zolang die onder nemingen hier voor werkgelegen heid zorgen en onze export op peil helpen houden. Een paar jaar geleden was het on derwerp multinationale onderne mingen (MNO's) nog aan de orde van de dag. In de Verenigde Naties werd een informatie- en studiecen trum inzake „transnationale on dernemingen" opgericht en ook andere internationale organisaties lieten zich niet onbetuigd. De Or ganisatie voor Economische Sa menwerking en Ontwikkeling (OESO) stelde bijv. een vrijwillige gedragscode voor MNO's op. In Nederland leidde de politieke discussie bijna twee jaar geleden tot een voorstel van de fracties van de PvdA en de PPR in de Tweede Kamer tot het instellen van een parlementair onderzoek „naar ef fecten van het gedrag van multina tionale ondernemingen". De Ka mer heeft zich echter nog steeds niet uitgesproken over dit voorge stelde onderzoek en dat üjkt type rend voor de afgenomen belang stelling en de daarmee gepaard gaande politieke druk. Hier staat tegenover dat ondfrzoe- kers en actievoerders allerminst stilzitten. Een recent voorbeeld is het rapport van het Oecumenisch Studie- en Aktiecentrum voor In vesteringen (OSACI) in Amster dam over de buitenlandse activitei ten van De Koninklijke Emballage Industrie Van Leer, met name in Zuid-Afrika. Geleidelijk komt ook de internationale samenwerking tussen organisaties zoals OSACI van de grond. Een duidelijk blijk daarvan is het deze maand ver schenen eerste nummer van wal in het Engels heet Transnational In formation Exchange (uitwisseling van informatie over transnationale ondernemingen). Dat is een blad door middel waarvan allerlei stu die- en actiegroepen elkaar op de hoogte kunnen houden van hun ac tiviteiten. Dit nummer vermeldt met name een hele reeks onderzoe ken van groepen in West-Duits- land. Frankrijk, Italië, Nederland, Engeland en Zwitserland en van een internationale groep, die zich in verschillende landen tegelijk be zighoudt met General Motors. Conferentie Het blad vloeit voort uit een confe rentie, die vorig jaar mei werd ge houden in Amsterdam en waar ver tegenwoordigers van een dertigtal organisaties uit acht Europese lan den besloten een internationaal netwerk te vormen. Als coordinator werd aangewezen het Transnatio nal Institute (TNI) in Amsterdam, in de persoon van de uit Zimbabwe (Rhodesië) afkomstige Basker Vashee. Het TNI is een zuster-insti- tuut van het gelijknamige instituut in Washington, dat in 1973 werd opgericht met het doel zich te ver diepen in de fundamentele onge lijkheid tussen de rijke en arme volken en naties in de wereld. Uitgangspunt voor de deelnemers aan het netwerk is dat MNO's van doorslaggevend belang zijn in de huidige internationale economi sche verhoudingen en dat het tot nu toe ontbroken heeft aan voldoende tegenwicht. Basker Vashee: „Er bestaat in het algemeen geen te genkracht die in de gaten houdt wat MNO's doen en weet waartoe ze in staat zij n. Het ligt het meest voor de hand dat vakbonden die tegen kracht vormen, maar zij denken doorgaans te veel in nationale ter men. Daarmee houden ze hun le den eigenlijk voor de gek, want de economie is niet nationaal meer, maar internationaal". Op dit laatste zijn overigens wel uitzonderingen te maken. Vashee noemt met name de internationale federaties van voedings- en industriebonden, waarvan de leiding wel inziet datje nationaal niet veel kunt berei ken. De kern van de problemen die de MNO's oproepen, is volgens Vas hee dat hun streven naar winst steeds meer in strijd komt met het streven naar ontwikkeling. „Het zijn nou eenmaal geen organisaties met het doel de mensheid te die nen. Ze zijn erop uit een soort we reldwijd dorp tot stand te brengen, maar daarin is alleen plaats voor degenen die het geld hebben om hun produkten te kopen, dat wil zeggen 10 tot 20 procent van de we reldbevolking. De rest valt erbui ten". aldus Vashee. Het verzet tegen MNO's is tot nu toe vooral ontstaan in bepaalde krin gen van de min of meer gegoede burgerij; de middenklasse. Op merkelijk is de rol die kerkelijke organisaties hierin spelen. De con ferentie in Amsterdam kon worden gehouden dank zij geld van de We reldraad van Kerken, en verschil lende kerkelijke groepen hebben zich bij het netwerk aangeslo ten. In grote lijnen bestaat het netwerk uit drie soorten groepen: groepen die zich om verschillende redenen vooral richten op de arbeidersbe weging, groepen die actie voeren tegen bepaalde regeringen in de Derde Wereld en die de banden tus sen die regeringen en MNO's aan de kaak stellen, en groepen die zich bezighouden met de wapenwed loop en de MNO's die daar belang bij hebben, hier en in landen van de Derde Wereld. Samenwerking Het netwerk is nu nog hoofdzake lijk een Europese aangelegenheid, maar het is de bedoeling dat het op den duur ook groepen buiten Eu ropa gaat omvatten. Vooral in de Derde Wereld, waar o.a. door de slechte communicatiemogelijkhe den activiteiten op dit gebied erg verbrokkeld zijn. Bovendien zijn de groepen die daar werken vaak aangewezen op informatie uit de landen waar MNO's hun hoofdzetel hebben, en wat dat betreft zou het netwerk goede diensten kunnen bewijzen. Instituten in Mexico. In dia. Sri Lanka en de Filippijnen en bevrijdingsbewegingen in Zuide lijk Afrika hebben al belangstelling getoond voor samenwerking. Het op gang brengen van zo'n net werk blijkt overigens geen kleinig heid. Basker Vashee vertelt dat om te beginnen bepaalde denkpatro nen doorbroken moesten worden, omdat vele groepen sterk gericht waren op de situatie in hun eigen land. Ook blijken groepen zich soms zo sterk op een bepaald on derwerp of een bepaalde MNO te concentreren, dat ze het grotere verband uit het oog verliezen. Ver der doet zich het probleem van de financiering van de activiteiten voor, vooral in het geval van groe pen die niet in het kader van een universiteit werken. Vandaar dat het TNI zich ook bezighoudt met geldwerving. Het werk van het TNI zelf wordt mogelijk gemaakt door bijdragen van stichtingen en ande re particuliere organisaties. Zijn statuten laten niet toe dat het geld aanvaardt van regeringen. Een voorbeeld van internationaal gecoördineerd onderzoek dat door het netwerk wordt vergemakke lijkt, is een studie van de industrie op het gebied van de kernenergie. De studie is een halljaar geleden begonnen en moet uiteindelijk rapporten over de Verenigde Sta ten, West-Duitsland en Frankrijk opleveren, naast het rapport over Engeland dat al gepubliceerd is. Deze nationale rapporten zijn zo wel bestemd voor de groepen die zich tegen kernenergie verzetten als voor de mensen die in die indus trietak werkzaam zijn. Tegen het einde van dit jaar wil het TNI de rapporten bundelen in een boek. In een volgende fase van de studie wil men onderzoeken hoe de ontwik kelingen op dit gebied doorwerken in de Derde Wereld. Basker Vashee acht samenwerking van het netwerk met het centrum van de Verenigde Naties in New York van groot belang. Vooral vanwege de informatie die dat kan opleveren. Door geldgebrek kan het netwerk niet alles zelf uitzoe ken, en is het voor een deel aange wezen op informatie die langs der gelijke officiële kanalen wordt ver zameld. Vashee wijst in dit verband wel op een verschil in uitgangspunt tussen het netwerk en genoemd centrum: „Zij aanvaarden waarschijnlijk zonder meer de MNO's als een be langrijk deel van de wereldecono mie en willen met ze tot een verge lijk komen. Wij gaan er echter van uit dat MNO's niet geschikt zijn om ontwikkeling te bevorderen en daarom staan we er voortdurend kritisch tegenover". Wat vindt Vashee van gedragsco des voor MNO's, zoals ook het cen trum van de VN er een voorbereidt? „Een gedragscode is nuttig, als er een wet achter staat op grond waar van MNO's ook werkelijk vervolgd kunnen worden. Bestaande codes gaan er eigenlijk vanuit dat MNO's op zich goed zijn. Bovendien is het erg moeilijk een betere internatio nale code op te stellen, omdat de belangen van MNO's nauw verwe ven zijn met de belangen van rege ringen en soms zelfs met de belan gen van vakbonden. Er zal eerst nog heel wat onderzoek moeten worden verricht om te weten te komen hoe je de macht van MNO's aan banden kunt leggen. Ik geloof dus niet dat een werkelijk effectie ve code op het ogenblik een haalba re kaart is". Voorlopig kan volgens Vashee al leen de nationale staat ervoor zor gen dat een eventuele gedragscode wordt nageleefd. Democratische instellingen zoals het parlement kunnen daar gebruik van maken. Daarnaast zie hij een taak wegge legd voor de vakbonden, die dage lijks met MNO's te maken hebben. Wat het parlement betreft, ver schillen de mogelijkheden van land tot land. Basker Vashee: „In de VS hebben ze vele mogelijkheden om MNO's in de hand te houden. Het Congres kan directeuren van on dernemingen ontbieden. Kom daar in Nederland eens om. Of kun je je voorstellen dat de directeur van Philips zich door deTweede Kamer op het matje laat roepen om ver antwoording af te leggen over wat zijn onderneming uitspookt in Ni caragua?1". THEO RUYTER. ROME - Sabrina Capucci, kleindochter van de inmiddels overleden oud-secretaris-generaal van de Navo bij haar debuut als mannequin. Tijdens de Romeinse modeweek toonde Sabrina de ontwerpen van haar oom Roberto Capucci. Op de foto draagt zij een avondpak.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 4