Revolutie met honger of welvaart in onvrijheid Rhodesiërs werden kolonist uit noodzaak ZATERDAG 6 JANUARI 1979 EXTRA PAGINA 21 Door Fred Sanders BULAWAYO - „Uitzicht over de wereld" - zo noemde Cecil John Rhodes de plek, boven op een granieten, rond afge sloten heuvel in het Matopos-gebied bij Bulawayo, waar hij eens in maart 1902 zou worden begraven. Het hele gebied is nu een Rhodesisch nationaal park, waar zorg vuldig geconserveerde rotstekeningen te bekijken zijn, waar het wild vrij rondloopt en waar niet alleen de stichter van Rhodesië begraven ligt, maar ook zijn naaste mede werker dr. Leander Starr Jameson en majoor Allan Wil son en zijn mannen, die strijdend ten onder gingen tijdens een Ndbele-opstand in 1893. Hier, in Bulawayo, is het ooit begonnen. Hier onderhandelden de afgezan ten van de rijke Rhodes met de Ndbele-koning Lobengula, in een ach teraf bezien merkwaardige Zucht naar een wettelijke onderbouwing - tegenover de regering in Londen - van hun inbeslagneming van'Bata- beleland en Mashonaland. Hebzucht dreef Rhodes en de zijnen, zo mogen we het rustig noemen. Hebzucht en een verlangen monumenten op te richten voor zichzelf en voor het Britse imperium, voor koningin Victoria. Die hebzucht richtte zich voornamelijk op het goud en de diamanten die men vermoedde in de bodem van het land ten noorden van de Limpopo, de grensrivier van Transvaal. van koloni/t tot ga/t- orbeider Dat viel lelijk tegen. Rhodesië geldt nog steeds als een land dat rijk is aan delfstoffen, maar de betrek kelijk gemakkelijke rijkdom van de diamantwinning zat er niet in. Wat dat betreft gokte de toch al onmetelijk rijke Rhodes ver keerd. Hij had zijn aandacht beter kunnen richten op de Witwaters- rand, waar de grootste goudader ter wereld nog steeds de rijkdom van Zuid-Afrika onder steunt. Met een historische vereenvoudi ging zou men kunnen zeggen dat de Britse goud- en diamantzoe kers die op Rhodes' onderne ming in Matabele- en Mashona land afkwamen, met de bedoe ling snel rijk te worden, noodge dwongen kolonisten werden. Zij zochten hun toevlucht in de landbouw en in de veeteelt. Een boerenbedrijf begon men door - juridisch keurig verantwoord - land te confï'sceren. „Wij bouwen het land op, en gebruikten de zwarten als waterdragers, meer niet", zo zei een blanke Rhodesiër mij. Rhodesië kende tot 1923 de merk waardige constructie dat het land niet werd beheerd door verte genwoordigers van de Britse re gering, maar door de door Rho des opgerichte British South Africa Chartered Company, een prive-onderneming die' het bur gerlijk en militair bestuur voerde In 1923 ging het bestuur van Rhodesië over uit handen van de Chartered Company naar de be volking van het land zelf. Een vooruitstrevende regeling, voor die tijd, waarbij werd afge sproken dat de blanke kolonisten zelfbestuur zouden krijgen, ter wijl vanuit Londen erop werd toegezien dat de belangen van de zwarte oorspronkelijke bevol king niet al te zeer in het gedrang kwamen. Bescherming Het merkwaardige is, dat veel van de wetten die nu, onder he,t over gangsbewind in Salisbury, wor den opgeheven omdat zij worden ervaren als discriminerend, oor spronkelijk een tweeledig doel hadden. Zo was de Land Appor tionment Act (later vervangen door de Land Tenure Act) niet alleen bedoeld om de zwarten weg te houden uit de gebieden die voor blanken waren gereser veerd, maar ook andersom. Slechts geleidelijk aan verschoof het accent van: bescherming van zwakke zwarten tegen opdrin gende blanke kolonisten, naar: in bedwang houden van emancipe rende, zich ontwikkelende zwar ten, die hun plaats naast of ten koste van de blanke bovenlaag begonnen op te eisen. Nu, bijna honderd jaar nadat de eerste Britten zich vestigden in Rhodesië, begint de positie van de blanke Rhodesiërs moeilijk te worden. Bij tienduizenden verla ten de blanken het land, ondanks het feit dat het verboden is geld of juwelen het land uit te brengen, en de controle is streng. In augus tus kozen 1245 blanken het ha zenpad, in september 1776, in ok tober 1834 en in november 2057 Ongeteld is het aantal van de mensen die zonder meer ver dwijnen, zonder zich officieel aan te melden als emigrant. Wat staat de blanke Rhodesiërs te wachten, als zij in het land blij ven? In de Zambiaanse hoofd stad Lusaka zetelt sinds septem ber (toen de RhodeSische autori teiten, na het neerschieten door Nkomo's troepen van een Rho desisch vliegtuig, begonnen de leiders van de binnenlandse ZA- PU te arresteren) ook Nkomo's vice-president Josiah Chinama- 'no. Een rustige, waardige man, dank zij een tip vanuit Smiths politieke politie ontsnapt aan in ternering. Rassenoorlog „Het is niet onmogelijk dat de vrij heidsstrijd in Zimbabwe ont aardt in een rassenoorlog: blank tegen zwart", meent Chinamano. „Als men er van uitgaat dat het regime van Smith de blanken vertegenwoordigt, dan is er nu al sprake van een rassenoorlog, hoewel er wel degelijk blanken zij n die van het begin af onze kant hebben gekozen. Dat geldt bij voorbeeld voor een man als de oud-minister-president Garfield Todd (lid van Nkomo's ZAPU - F.S.). Toch komt er een tijd dat ook Todd gevaar loopt op straat te worden overvallen door op standige zwarten, dat ook hij wordt gedood" Ook David Mukome in Salisbury, als medewerker van Muzorewa een aanhanger van de „interne oplossing" en dus een vijand van Nkomo en Chinamano en .hun ZAPU, wijst op het gevaar van een rassenoorlog. „In de „bevro ren gebieden", waar de orde wordt gehandhaafd door voor malige leden van het Zanla, sa men met recruten uit de partij van Muzorewa, de UANC, heb ben we vaak de grootste moeite om de vrijheidsstrijders er weer aan te wennen dat niet op elk wit gezicht moet worden geschoten" vertelt hij. Terzijde: in Salisbury wordt gezegd dat Mugabe's Zanla in feite de oorlog voert, tegen de veilig heidstroepenvan Smith. „Joshua Nkomo en zijn Zipra beperken zich tot wat „zachte doelen", zo als ziekenhuizen en missiepos ten, spectaculaire aanslagen, zo als het neergeschoten vliegtuig en het oliedepot in Salisbury" zegt men bij het UANC. „Nkomo houdt zijn troepen achter, om na de machtsoverdracht met succes de burgeroorlog te kunnen win nen van Mugabe, diens partij (ZANU) en diens leger het Zan la". Truc In Nkomo's hoofdkwartier in Lu saka wekt die beschuldiging ui teraard flink wat verontwaardi ging. „Wij houden geen mensen achter", roept een boze Willy Mu zorewa, perschef van Nkomo. „Al onze troepen strijden in het va derland". ,,Dit is de klassieke truc van de im perialisten" zegt de waardige Chinamano. „Door de jaren heen hebben ze geprobeerd verdeeld heid te zaaien tussen de krachten die streven naar bevrijding. Maar het zal niet meer lukken, die poli tiek van verdeel en heers" n Salisbury noemt David Mukome als een van de voordelen van het instellen van de „bevroren ge bieden", dat de gewapende bot singen tussen Nkomo's Zipra en Mugabe's Zanla nu beter in de hand te houden zijn. Want on danks het bondgenootschap aan de top is er natuurlijk wel dege lijk een hevige rivaliteit tussen de beide bevrijdingslegers, mede als gevolg van stammentegenstel lingen. Dat is een van de proble men waar de Rhodesische blan ken op wijzen, om aan te geven dat met een overwinning van, of een machtsoverdracht aan Nko mo en Mugabe de problemen pas echt zullen beginnen. De Shona's, die ten tijde van Rho de's entree in het land schatplich tig waren aan de Ndbele, reden waarom de Britse verdragen met Ndbele-koning Lobengula ook werden geacht te gelden voor hen, vormen nu rond 80 procent van de bevolking. Bij „one man one vote" zullen zij zeker de overhand krijgen. „Een. Ndbele (14 procent van de bevolking) wil desnoods leven onder een blan ke", zo zei mij een oude Engelse dame in Bulawayo, „maar nooit onder een Shona". Terug naar de positie van de blan ken in het toekomstige Zimbab we. Chinamano: „Als wij het land overnemen, betekent dat niet zo maar de vervanging van de men sen aan de top, terwijl de rest blijft zoals hij was. Alles zal ver anderen. We willen onnodige botsingen vermijden, maar alles in het land, onderwijs, gezond heidszorg, bedrijfsleven, alles is een erfenis van het kolonialisme We zullen de rijkdommen her verdelen en de lonen gelijk trek ken". Vakbonden desië. Ze verkeren in een over gangsfase, van „gescheiden ont wikkeling" naar een eenheids centrale. Phineas Sithole is leider van de grootste zwarte vakcen trale. „De blanken mogen' wat ons betreft in het land blijven" zegt hij. „Maar op een non-raciale basis. Zij zullen hun voorrechten kwijtraken" Wij gaan ermee akkoord dat er voorlopig verschillen zullen zijn in beloning, maar die verschillen zullen alleen gebaseerd mogen zijn op verschillen in bekwaam heid. Wij zullen er verder op staan dat de blanken hun bekwaamhe den doorgeven aan hun zwarte medeburgers, dat zal in de toe komst een belangrijke rol zijn voor de blanken in dit land. Het geven van gelijke mogelijkheden aan blank en zwart zal er onge twijfeld toe leiden, dat er voof de blanken op zijn minst geen in komensstijging meer is wegge legd, wellicht een daling" Mensen die in dit land zijn vanwe ge de voorrechten, racisten, zul len dan vanzelf wel vertrekken De anderen zullen blijven, hoop 'k, die zullen ervaren dat het ook zijn voordelen heeft te leven in een vrij land, waar geen rassen discriminatie meer bestaat, met alles wat daarbij hoort" Ook d'e leiders van de blanke vak centrale zijn ervan overtuigd dat de blanke werknemer in Zim babwe op zijn minst pas op de plaats zal moeten maken, de eerstkomende jaren. Brian Holle- ran, secretaris-generaal van de overkoepelende vakcentrale, zelf voorzitter van de spoorwegwer- kersbond zegt: „De eerste priori teit is de verbetering van de lonen van de zwarte arbeiders in dit iand" Het systeem hier is geraffineerder dan alleen maar: zwart krijgt minder loon dan blank. Het komt er op neer dat bepaalde be kwaamheden, opleidingen, een voudig niet toegankelijk zijn voor zwarten. Dan zijn verder de ver schillen in beloning tussen ge schoold, half-geschoold en onge schoold werk zeer groot, tot wel honderd procent. Iedereen beseft nu dat het land zonder meer ten onder zal gaan als we geen reke ning houden met de aspiraties :an de zwarte bevolking" Phineas Sithole legt sterke nadruk op de noodzaak de trek naar de steden, die ook in Rhodesië hiel en daar al is waar te nemen, te keren. „We moeten bij de ont wikkeling van het land sterk de nadruk leggen op de landbouw en wel op de traditionele, com munale (d.w.z. per dorp, gemeen schappelijke) manier", vindt hij. Onnodig te zeggen dat we hier de problemen behandelen die zich voordoen bij een geleidelijke overgang van de op rassenonge- lijkheid gebaseerde Rhodesische maatschappij naar een westers georiënteerd Zimbabwe, naar het recept van bisschop Muzorewa en Phineas Sitholes neef Ndaba- ningi. Als de revolutie van Robert Mugabe en - misschien - van Joshua Nkomo inderdaad komt, dan zal ervan geleidelijkheid na tuurlijk geen sprake meer zijn. Leiding Consumptie De vakbondsleiders verhelen in tussen niet, dat het bijtrekken van de zwarte bevolking bij de maatschappij, zoals die onder blank beheer is gegroeid, nog heel wat problemen zal geven. „De zwarte mensen nemen in overgrote meerderheid nog geen deel aan de consumptiemaat schappij", vertelt Hollcran. „Dat wil zeggen dat zij, zodra ze geld verdienen, geen wegen ter be schikking hebben om het uit te geven. Zo zie je heel vaak dat mensen die zijn opgeleid voor bepaalde banen na een paar maanden ontslag nemen en een eigen zaakje beginnen, omdat dat het enige is dat ze weten te doen met hun geld" Rob Gimbel, 48 jaar oud, tabaks planter en. centrale figuur in de groep Nederlanders in Rhodesië, mag doorgaan voor representant van zakelijk, nuchter blank Rho desië, met precies die dosis ar rogantie tegenover de zwarte medemens, die de ware kolonist kenmerkt. Hij zegt: „Iedereen doet alsof wij, blanken, hier in de problemen zitten. Dat is helemaal niet waar. Het gaat om de toe komst van de zwarte bevolking hier. Wat dacht je, als ik wil zit ik morgen bij wijze van spreken in Hilversum, dan kan ik best weer een bestaan opbouwen". „Maar wat moet die zwarte man, die nu klem zit tussen de terroristen aan de ene kant en de veiligheids troepen aan de andere kant, waar moet die heen, als er geen blan ken zijn de van het land op de been te hou den?". „Deze mensen hebben automatisch een blanke leiding nodig. Niet omdat wij zo goed zijn, maar om dat hef in hun cultuur niet past orders aan te nemen van een an dere zwarte, van een gelijke. Dat moet ze geleidelijk worden bij gebracht" Dat is het probleem van dit land, van deze landen. Enerzijds zijn de zwarten door de jaren heen eron der gehouden door de blanken. Anderzijds worden die paar zwarten die ondanks dat toch zich omhoog willen werken, niet geaccepteerd door de andere zwarten" Gimbel vertegenwoordigt, met alle goede wil die hij wel degelijk uit straalt, natuurlijk precies dat pa ternalisme, dat „weten wat goed 'is voor die arme domme zwar tjes", waaraan de radicale bevrij dingsbewegingen nu juist zo'n hekel hebben. Bij die bewegin gen bestaat bovendien een ge zond wantrouwen tegen de al truïstische benadering van de „gematigde blanken", want on danks wat iedereen zegt over de talloze mogelijkheden elders in dewereld, hetis buiten kijfdatde gemiddelde blanke in Rhodesië een rianter leven leidt dan de ge middelde blanke in Groot-Brit- tannië, of in Nederland. Fluiten Ook Holleran, de vakbondsman, legt er de nadruk op dat het niet lodig is zich zorgen te maken over de toekomst van de blanke Rhodesiërs, die volgens hem overal ter wereld terecht zouden kunnen - wat voor de buiten staander een beetje klinkt als „fluiten in het donker". Holleran zegt: „Als Nkomo en Mugabe de nacht krijgen, die op het ogenblik bepaald niet kunnen rekenen op het vertrouwen van de blanken in het land, dan ko nen de problemen voor de gema tigde zwarten. Dan dreigt er een soort Vietnam, Ethiopië, een slachting onder de mensen die wij nu gematigd noemen" Voor ons blanken geeft het niet, wij kunnen overal terecht. Als de meerderheid van de zwarten de voorkeur geeft aan revolutionaire ideologie boven welvaart, best, dan moeten ze het zelf we ten". Bisschop Abel Muzorewa, die zijn eigen politieke carriëre en nog heel wat meer op het spel heeft gezet voor de „gematigde" oplos sing, het interne akkoord van 3 maart 1978, is begrijpelijk fel te gen de revolutionairen van Nko mo en Mugabe. „Wij moeten toch proberen te leren van de vergis singen van andere Afrikaanse landen", zegt hij. „Al die landen waar ze in de eerste opwinding, de emotie van de overgang naar een meerderheidsbewind, de blanken zijn gaan behandelen als vuil..." „Ik zou niet graag in Mozambique willen wonen. Dat was een land dat voedsel exporteerde. Nu sterven de mensen er op straat van de honger. Ga maar eens kij ken in Guinee. Daar is helemaal niets meer aan het land gedaan sinds de Fransen vertrokken. De wegen worden niet onderhou den, de we's worden niet schoon gemaakt. Schreeuwen over de revolutie, dat is alles wat ze doen" Geen honger „Afgezien van de ellende van de oorlog zul je in dit land (Rhodesië - F.S) niemand zien verhongeren, ondanks het onderdrukkende politieke systeem. Wij zijn vast van plan dat zo te houden, te ver beteren. De blanken die bereid zijn afstand te doen van hun voorrechten, die willen leven als burgers naast hun zwarte mede burgers, hebben daarbij een be langrijke rol te ve'rvullen". Gimbel: „Wij moeten er al het mo gelijke voor doen, dat de zwarte hier ook zijn plaatsje onder de zon krijgt, daar zijn we heus wel van overtuigd. Als men in West- Europa daar ook van overtuigd is, laat men dan meewerken aan oplossingen, veranderingen, die de zwarte bevolking als geheel ten goede komen". „Het is blijkbaar voor jullie in West- Europa onverteerbaar ons te steunen bij wat we nu aan het doen zijn. Best, het zij zo. Maar laat niemand zeggen dat wij hier vechten voor ónze laatste kans Het gaat om de laatste kans van de zwarte bevolking hier. De eni ge kans voor dit land om econo misch te overleven, is als wij hier blijven. Als jullie in West-Europa kiezen voor de revolutie in Afri ka, in plaats van de geleidelijke ontwikkeling, dan moet je wel beseffen dat dat in hoge mate har teloos is tegenover de grote mas sa van de betrokkenen in Afri ka". Zimbabwe-Rhodesië heeft op het ogenblik ruim 10,000 academisch gevormden onder de zwarte be volking van ruim zes miljoen Niet verschrikkelijk veel, maar zeer veel meer dan bijvoorbeeld Zambia.dat in 1964, toen het land onafhankelijk werd, niet meer dan 15 zwarte afgestudeerden had. Zimbabwe-Rhodesië is een tamelijk groot land, vruchtbaar, rijk aan: delfstoffen, prima kli maat, grote mogelijkheden voor toerisme, ruimte genoeg voor ie dereen, blank zowel als zwart. Maar de burgeroorlog breidt zich uit. het lijkt er niet op, dat op kor te termijn aan de onderhande lingstafel een einde zal worden gemaakt aan de bloedige strijd. Elke aanslag, elk bombardement, vergroot de bitterheid, de haat Het einde is nog niet in zicht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1979 | | pagina 21