[PUBLIEK
W AJ j A k^AliXi All Jr jmjmIa
Alleen-zijn
kun je lereri
Dames Onvervaardkunnen niet zwemmen
55W/TT FT TTVT 7FF V
Hangers en ringen
uit botten dieren
GRAVEN NAAR GRACHT
In nieuwe champignon
kan veel kwik zitten
PAGINA 4
VARIA
DONDERDAG 9 NOVEMBER 1978 D
door
Herman van
Amsterdam
Tips voor deze rubriek kunt U elke
morgen tot 10.00 uur aan mij kwijt, tel.
071-144941, toestel 215. U mag ook
schrijven.
Mevrouw Zitter uit Lisse: sieraden uit afgekloven hondebotten e
schouderbladen van een paard.
Een graad of zes boven nul, een
venijnig windje waait over
de Katwijkse boulevard. Vijf
dames op leeftijd reppen
zich ontspannen keuvelend
naar het houten badhuisje op
het strand voor restaurant 't
Zwaantje. Gaan daar naar
binnen en vijf minuten later
zwaait de deur weer open. De
jurken en lange broeken met
vest zijn uit, de stemmig ge
kleurde badpakken aan.
Kordaat gestap over het verla
ten strand en dan de branding
in. Gelach, druk gepraat. Bo
ven op de boulevard slaan
bejaarde Katwijkse vissers,
diep weggedoken in de kra
gen van hun overjassen, het
tafereeltje gade. Het i
Afgekloven hondebotten,
mergpijpen, schenkels en
schouderbladen van paard of
rund zijn erg welkom werk
materiaal voor mevrouw Zit
ter uit Lisse. Ze maakt er sie
raden van. Broches, hangers,
ringen.
Om ook anderen daar de han
digheid in bij te brengen be
gint ze eind van deze maand
een cursus beenbewerken.
Die duurt tien avonden en is
uitgesmeerd over eens zoveel
weken.
Aan het opzetten van de cursus
ligt onder meer ten grondslag
het feit dat de Lissese fel ge
kant is tegen het afslachten
van olifanten om de kostbare
ivoren slagtanden van het
dier. Zelf, zegt ze, zou ze nooit
sieraden willen dragen die
daar van vervaardigd zijn..
Wel die er qua materiaal erg
veel op lijken.
Dat is dan het geval met botten
en beenderen, al maakt ze
daar ook een beperking bij.
Ze wil die beenderen alleen
gebruiken als ze afkomstig
zijn van dieren die bestemd
zijn voor de concumptie.
Daarom doet ze nogal eens
een beroep op het afval van
een slager of gaat ze aan het
werk met hondekluiven, die
ze van vrienden en kennissen
heeft gekregen. Die worden
door haar eerst wel in soda
water uitgekookt en met een
staalborstel bewerkt.
Daarna begint het eigenlijke
karwei pas. Er komt een ijzer
zaag aan te pas, een figuur
zaag, vijlen en tenslotte
schuurpapier om de beende
ren mooi glad te krijgen. De
Lissese heeft het zo in de vin
gers, dat haar beender-siera-
den hun weg naar een paar
tentoonstellingen hebben ge
vonden.
gens niet r
Branding
r hun.
De vijf vrouwen die in het dorp
bekend staan als De Katwijk
se Zee Zwemsters, zijn al een
jaar of tien bijna dagelijks in
de branding te vinden. Elke
morgen rond een uur of half
acht. Weer of geen Weer
Storm? Heerlijk, die woelige
zee. Een paar graden boven
nul? Geen geteut, het water
in. Is het nog donker? Geen
probleem, aan die badpak
ken.
Een archeologische werkgroep uit de bollenstreek gaat (in samen
werking met de rijksdienst voor oudheidkundig bodemonder
zoek) proberen te achterhalen hoe precies de slotgracht vroeger
heeft gelegen rond de huidige ruine van Dever in Lisse.
Aansluitend op dat onderzoek, waarbij tevens zal worden nagegaan
of zich ter plaatse nog restanten van fundamenten van vroegere
bijgebouwen van Dever in de grond bevinden, zal de slotgracht
worden uitgegraven en met water worden gevuld.
Dat onderdeel is nu een haalbare kaart geworden, omdat de ge
meente Lisse daarvoor geld heeft uitgetrokken. Zodra goedkeu
ring binnen is van GS kan aan de slag worden gegaan. In de
gemeentelijke geldsom is ook begrepen een eerste aanzet tot de
aanleg van een parkeerterrein in de buurt van de ruine
De vijf zijn wel wat gewend zo
door de jaren. Alleen als het
puur vriesweer is dan blijven
ze toch maar thuis. Ze hebben
al eens een heel jaar door ge
zwommen en ook dit keer
willen ze proberen alle win
termaanden trouw de zee te
blijven bezoeken. Waarom ei
genlijk?
"Je bent Katwijkse en op de één
of andere manier trekt de zee
je toch", zegt mevrouw
v.d.Boon, één van de zee
zwemsters. "Daar komt na
tuurlijk bij dat het erg gezond
is om elke dag even het water
in te gaan. Goed voor de
bloedcirculatie, voor de slap
ie buikspieren en voor het
zenuwgestel. En het is ge
woon gezellig. Anderen gaan
bij elkaar op de koffie. Wij
kletsen in zee,"
Dat zijn dan wel korte gesprek
ken want meestal gaan ze niet
langer dan een minuut of tien
het water in. Erg ver wagen ze
zich overigens niet in het zilte
nat, want de Dames Onver
vaard hebben één handicap:
ze kunnen geen van allen
"Niet zo vreemd" zegt n
v.d. Boon. "Want neem mij
nou. Toen ik jong was kreeg
ik de kans niet om het te leren.
Ik weet nog goed dat ik op
mijn zestiende met mijn eer
ste badpak thuis kwam. Mijn
vader heeft het mij uit de
handen gerukt en stuk ge
scheurd. Hij wilde persé niet.
hebben dat ik als jong meisje
in een badpak werd gezien.
En van zwemmen leren is la
ter niets meer gekomen".
De Katwijkse zeezwemsters
hebben nu 's morgens het
rijk voor zich alleen. Tot
voor kort nog hadden zij
"concurrentie". Ongeveer
een kilometer verderop, aan
de zuidkant, namen ook da
gelijks een stuk of wat Kat-
wijkers een duik in het
steeds frisser wordende wa
ter.
Twee van de "Katwijkse Zeezwemsters" komen de branding weer uit, na hun dagelijkse opkikker:
"Het is gewoon gezellig
Gestopt
Hoofdzakelijk ook
leeftijd met daarnaast een 83-
jarige man, die als begeleider
optrad. Die club is er nu ech
ter tijdelijk mee gestopt. Met
onder meer als reden dat er
niet beschikt kan worden
over een verkleedhok op het
strand.
Ze moesten van huis komen lo
pen in hun badpak met daar
over een jas. Dan doken ze in
zee en gingen dan in hun natte
badpak lopend naar huis te
rug. Ze hoefden stuk voor
stuk weliswaar niet ver te lo-
pen maar die natte oversteek
wagen ze toch maar niet meer.
De vijf volhoudsters hebben
lange tijd gebruik mogen ma
ken van de verkleedcabine
van de oud-burgemeester
Vermeulen. Ze hebben nu
een ander tot hun beschikk-
king gekregen.
Ria van Pelt van de stichting Los-Vast:
DEN DEN BOSCH (GPD) - Al
leen-zijn kun je leren. Ria van
Pelt (58) weet dat uit eigen erva
ring. Ze heeft leren omgaan met
het alleen-zijn. Ze heeft met haar
leven dingen zien gebeuren die ze
liever niet had gewild; weer an
dere gebeurden juist niet: ge
trouwd zijn. kinderen krijgen. Ze
is nu langzamerhand uit de
wachtkamer gestapt, waarbin
nen de woorden „als dit maar, als
dat maar... dan zou ik pas geluk
kig zijn", de boventoon voe
ren.
Met overtuiging zegt ze nu: „Ik
zou iedereen het vermogen wil
len wensen om onvoorwaardelijk
gelukkig te zijn. Dan komt er
meteen een einde aan alle verwij
ten ten opzichte van jezelf, maar
vooral de anderen".
Acht jaar geleden heeft in Den
Bosch een groep de Stichting
Los-Vast in het leven groepen.
Ria van Pelt was erbij, omdat ze
beter dan tot dat moment wilde
leren omgaan met het alleen-zijn.
De Stichting Los-Vast levert
handvaten daartoe, maar heeft
onmiddellijk bij de start gefor
muleerd waar zij zich niet mee
bezig wil houden.
Reizen voor alleen-gaanden or
ganiseert Los-Vast niet, clubjes
of groepen worden niet gevormd,
zij bemiddelt niet bij het leggen
van relatiecontacten. Los-Vast
doet bovendien niet aan indivi
duele hulpverlening en is geen
hulporganisatie voor degenen die
hoe dan ook in geestelijke nood
verkeren. Los-Vast wil en kan dat
niet, omdat deskundige hulp
verleners niet aan de stichting
verbonden zijn.
Ria van Pelt: „In het begin wer
den we ondergesneeuwd door
vragen. Die hebben we doorver
wezen naar andere instellingen.
Wij willen werken aan de eman
cipatie van het alleen-zijn. We
willen af zien te komen van het
taboe rond het alleen-zijn. Lan
delijk proberen we mensen die
moeite hebben met alleen gaan
en met alleen wonen te emanci
peren. Een aanzet te geven om
vooral zakelijk op te komen voor
de wensen en rechten van alleen-
gaanden en alleen wonen
den".
Voor Los-Vast houdt het eman
cipatieproces niet op bij de al-
leengaande. De stichting be
werkt ook de houding die in de
maatschappij is gegroeid ten op
zichte van het alleen-zijn. Reis-
verenigingen, restaurants, thea
ters, hotels, woningbouwvereni
gingen, architecten worden met
de neus op de feiten gedrukt, die
nog steeds horen bij het alleen
zijn.
Over „alleenstaanden" wil Ria
van Pelt het absoluut niet heb
ben. Ze wenst helder taalgebruik.
„Aan dat woordje „alleenstaan
den" kleven zoveel misverstan
den. Ik heb er een afkeer van,
wordt er zelfs een beetje onpas
selijk van. We hebben het over
alleen gaan, alleen wonen, alleen
reizen. Dan weten we precies te
gen wie en over wie we het heb
ben. Alleen staan! Zielig? Daar
moeten we overheen, van af,
want is het wel zo?"
Gedichten
Vorige maand heeft Ria van Pelt
eigen gedichten gebundeld, die
ze schreef in de periode van 1970
lot nu. „Poemetjes over zoeken
en vinden", heet de bundel. Een
van de gedichten is „Gehuwd-
n-alleen".
Eenzaam, want alleen
zo wordt algemeen verwacht.
Eenzaam, want gehuwd
klinkt moeizaam en bedacht.
De term is 't, die belast,
suggereert, is half waar,
want alleen zijn is vaak fijn,
en gehuwd zijn valt vaak
zwaar.
Ze is 't met me eens, dat veel uit
jezelf moet komen, wanneer je
alleen bent. „Maar", zegt ze, „ver
geet niet dat jij nog jong bent.
Mijn generatie zit nog met de
ballast. De ballast van het ge
trouwd willen zijn". Niet voor
niets hanteert de Stichting Los-
Vast de slogan: „Wie de keus
heeft tussen alleen of samen, die
heeft niet te klagen. Amen".
Ria: „Voor ouderen die alleen zijn
is het ermee leren omgaan niet
eenvoudig. De service van bui
tenaf moet verbeterd worden.
Het moet aantrekkelijk gemaakt
worden alleen dingen te onder
nemen. Ik zie het toch om me
heen gebeuren. Alleen uitgaan is
niet plezierig. In je eentje boeken
voor het theater?
Hoe vaak kom je niet terecht tus
sen de stellen, loop je verloren
rond in de pauze. Het moet mo
gelijk zijn om degenen die èèn
plaats bestellen, bij elkaar te zet
ten. Nee, niet in een hoekje voor
alleenstaanden, maar voor al-
leengaanden. Zakelijk gezien zit
er een gat in de markt en dat gat
wordt groter".
„Het aantal mensen dat alleen is
neemt toe. De service is daar nog
niet op ingesteld. Kijk naar res
taurants, ook werkterrein van
Los-Vast. Waarom niet grote
open tafels, waar aangeschoven
kan worden. Door degenen, die
daar zin in hebben. Het hoeft niet,
natuurlijk niet", waarschuwt Ria
van Pelt.
Consumentenlijst
Reisverenigingen worden even
eens in de activiteiten van de
stichting betrokken. „We spelen
op een haalbare kaart en dat be
tekent. dat we bij voorbeeld onze
invloed aanwenden bij de bouw
van nieuwe hotels. Wij vragen om
goede èènpersoonskamers met
alles erop en eraan, zoals dat ge
woon is bij tweepersoonskamers.
Dus niet naast lift- en luchtko
kers, bij de trap of met uitzicht op
een kleine binnenplaats".
Los-Vast beschikt al over een lijst
van restaurants, hotels, theaters
die inspelen op de service aan al-
leengaanden. Er is een consu
mentenlijst voor alleenreizen-
den, waarop de bevindingen
kunnen worden aangetekend.
Los-Vast kan anderen weer advi
seren, maar laat ook de betref
fende accommodatie weten, dat
het prettig was daar als alleen-
gaande te vertoeven.
Binnenkort gaat, met financiële
steun van het Julianafonds, een
drietal brieven de deur uit om
hetgeen Los-Vast beoogt, nog
eens kracht bij te zetten. De eer
ste brief m een oplage van negen
duizend stuks, is bedoeld voor
vertegenwoodigers van de uit-
gaanssector. De tweede brief is
bedoeld voor allen die te maken
hebben met het wonen, en de
meeste brieven tenslotte gaan
naar de media en personen die
Los-Vast financieel gezien best.
een handje zouden kunnen hel
pen.
De stichting wil veel én doet ook
veel, maar het geld blijft een
probleem. Gemeentelijke en
provinciale subsidies worden
onmogelijk gemaakt, omdat Los-
Vast een landelijk karakter heeft.
Het ministerie van CRM heeft
met een eenmalige bijdrage de
uitgave mogelijk gemaakt van
een poster met tips voor alleen-
wonenden.
Alleenwonenden moeten zichzelf
kunnen redden. Maar wat als je
ziek in bed ligt. Hoe komt hulp
binnen? Los-Vast is met een gro
te firma in onderhandeling over
de ontwikkeling van een (compu
tersysteem, waarbij het mogelijk
moet kunnen zijn vanuit dat bed
allerlei zaken te regelen, zoals het
openen van de deur. „Alarmin
stallaties bestaan, maar we willen
geen paniekerige toestanden",
zegt Ria van Pelt, die voor de
stichting, fungeert als contacta
dres, de publiciteit regelt, en over
het leren omgaan met het alleen
zijn zo nu en dan op uitnodiging
vertelt.
Zij is het ook die een gespreksca-
hier samenstelde als een hand
leiding voor gespreksgroepen.
Het presenteert de gebruiker
vrijwel uitsluitend vragen, die
aanleiding kunnen geven voor
een verdiepen in de eigen situa
tie.
Gespreksaanzetten zijn eveneens
de zogenoemde „Kreten-bladen"
van Los-Vast. Kreten, geknipt uit
kranten en tijdschriften. Stuk
voor stuk zwart op wit gedrukt,
stuk voor stuk veelzeggend.
Gastvrij
De stichting pleit voor een gast
vrije maatschappij ten opzichte
van „allenerds". Vrijwel iedereen
wordt vroeg of laat geconfron
teerd met het alleen-zijn. Als ge
volg van een scheiding, door het
verlies van een partner, alleen
zijn binnen het huwelijk of al
leen-zijn in je eentje.
EEMNES (GPD) - Een champignon die de groene weilanden van de Eem-
polder van witte stippen voorziet, heeft voor beroering gezorgd in de
kring van zwammendeskundigen. Het is de Agaricus macrosporus, die
er met zijn witte huid maagdelijk onschuldig uitziet.
Als een echte champignon is de paddestoel dus te verzamelen, te bereiden
en te souperen. Maar deze witte onschuld blijkt een „kampioen kwik-ac
cumulator" te zijn, zoals een mycoloog, een paddestoelenexpert, laat
weten. Macrosporus was tot voor enkele jaren bovendien vrijwel onbe
kend. Maar opeens was de zwam in diverse rivierkleigebieden van ons
land en in grote aantallen.
Een medewerker van het Centraal Bureau voor Schimmelcultures in
Baarn, dr. H. A. van der Aa, heeft in het blad van de Nederlandse myco-
logische vereniging „Coolia", zijn relaas over de macrosporus (grootspo-
rige) gedaan. Zonder schuldgevoelens hadden hij en anderen een hoe
veelheid van de champignons verzameld en verorberd, onwetend van
het feit dat het eten daarvan - maar dat hoorde hij pas veel later - niet als
geheel ongevaarlijk moest worden beschouwd.
Die plotselinge aanwezigheid van de champignon - tot 1977 was de ma
crosporus vrijwel onbekend in Nederland - wekte grote verbazing bij de
m'ycologen. De witte hoed met de ondergrondse draden werd terstond
overgebracht naar het proefstation voor schimmelcultures in Horst,
waar voortdurend wordt gezocht naar nieuwe soorten champignons om
fijnproevers ook eens een andere smaak te kunnen voorzetten.
Bij het Rijksherbarium te Leiden werd bovendien drs. W. Loerakker voor
een (driejarig) promotie-onderzoek op de zwam en zijn geslacht ge
zet.
Kwik en lood
Er meldde zich hierop een derde onderzoeker, die belangwekkende me
dedeling deed over de macrosporus: dr. T. Stijve, wetenschappelijk
medewerker van het Nestlè-concern in Zwitserland. Hij raadde de Ne
derlanders aan voorzichtig te zijn met de champignon. Kwik, lood en
andere zware metalen stapelen zich heel gemakkelijk op in het
vruchtvlees.
De paddestoelen van de Eempolder, die ook rondom het Braasemermeer
en in het rivierengebied zijn aangetroffen, zijn dus niet zo onschuldig als
ze er uitzien. In champignons is een kwikgehalte van 0,7 tot 80 milligram
kwik, per kilogram droog gewicht (paddestoelen worden voor onder
zoek gedroogd en in poedervorm bewaard) geconstateerd. Bij de meeste
soorten gaat het om 0,7 tot 10 milligram, bij de macrosporus, kan het
gehalte wel 80 zijn! Dat is een geweldige uitschieter dus.
„En och heb ik er lekker van gegeten", aldus de Van der Aa uit Baarn, die
van het consumeren geen nadelige gevolgen heeft ondervonden. Maar
het is duidelijk, dat het beter is er vanaf te blijven. Bij het nuttigen van
flinke hoeveelheden zou men er schade van kunnen ondervinden.
Vervuilinh
De onderzoekers nemen niet aan, dat het onverwacht talrijk verschijnen
van de zwam te maken heeft met bodem- of luchtverontreiniging. Bo
dem en lucht van de Eempolder worden nog redelijk geacht. De ma
crosporus, die tot een van de veertig in Nederland bekende champig
nonsoorten behoort, kan dus niet worden gezien als een „signaal-
zwam". Zij groeit plotseling niet zo talrijk, omdat bodem en lucht zijn
vervuild.
De paddestoelenliefhebbers zijn verheugd over de vondsten en de discus
sie die hierover is ontstaan. In de afgelopen jaren hebben ook zij moeten
wennen aan de verarming van de natuur, aan de algehele degradatie van
het milieu. Stikstof, verlaging waterstand, bodemverdichting en vele
andere zaken zijn de schuld van de achteruitgang van de natuur op veel
plaatsen. Bovendien nemen de mensen de kleur uit bos en veld weg door
soms op grote schaal paddestoelen te plukken.
Drs. oerakker die zijn onderzoek richt op het plotseling voorkomen, op de
systematiek - de naamgeving en de plaats in de zwammenfamilie - en
het aspect van het veredelingswerk, heeft inmiddels vastgesteld, dat het
echte rivierkleizwammen zijn. Ze zijn gevoelig voor veranderingen in de
bodem. Daar waar met kunstmest wordt gewerkt, verdwijnen ze op
slag.
De natuurvorsers mogen dan wel blij zijn met de verrassingen, die de
bodem voor hen in petto heeft, de koeien zijn er niet zo gelukkig mee.
Daar waar de macrosporus verschijnt, gaan zij ermee rollebollen. Ge
lukkig echter eten ze niet van de "thermometers" waarin het kwik hoog
kan stijgen.