Polen staan in de rij voor beter vlees In Lelystad eten honden a ja carte en bezoeken de psychiater mm- PsychiaterMartin Gaus, voorheen leider van een constructiebedrijf .met twee van zijn patiënten LELYSTAD - In ons land is de enige psychiatrische afdeling voor dieren gevestigd in het dierenhotel van Lelystad met als enige psychiater Martin Gaus. Hij meent het ernstig als-ie het heeft over honden, die kierewiet zijn en via de dierenarts bij hem terecht komen. Schuld aan alle ellen de is de baas. In plaats van duidelijk leiding te geven maakt hij er een potje van, zo dat zijn hond kopje onder gaat in de rangordeproble men. Martin: „Wat gebeurt er dan? Bello of Kazan wordt ontzettend agressief en brengt door zijn raar gedrag het gezin tot wanhoop. Komt de hond hier, dan is hij in een week of drie weer in or de". De remedie is even eenvoudig als doeltreffend. In de kennel van het bij- terige baasje wordt een zeer deemoe dige hond gestopt, die niets liever doet dan op z'n rug gaan liggen als de grimmige kooigenoot zijn tanden laat zien. Meer dan dat gebeurt er nooit, want de natuur heeft het nu éénmaal zo geregeld, dat er geen gevecht ont staat als de concurrent zich duidelijk onderworpen toont. Al gauw verliest „de patiënt" zijn vreemde streken onder invloed van zijn zachtmoedige kameraad, die op zijn beurt zo'n lefgozer in de buurt best fijn vindt. En zo voltrekt zich het wonder van Lelystad: zacht en hard brengen elkaar uitstekend in balans. „Wat hier gebeurt is uniek", zegt Mar tin. Ook hij had graag gezien, dat het anders was, maar - zo zegt hij - ons landje heeft het niveau van normale dieren- verzorging nog lang niet bereikt. Kreet Niet zomaar een kreet van een handige jongen, die zijn artikel moet slijten. Met een stapel documenten kan Mar tin aantonen, dat 80 procent van de dierenpensions niet goedgekeurd is. Dat is voor hem ook de reden geweest om een dierenhotel te beginnen. „Ook dat is uniek", zegt hij, „omdat hier honden, katten, vogels, zelfs goudvissen worden opgevangen op een manier, die alle toetsen der kri tiek kan doorstaan" .Naast hem hangt een kaartje van een tevreden klant „Jammer dat mijn hond niet kan pra ten. Anders was hij voor u ongetwij feld een wandelend reclamebureau geweest" Martin Gaus, die zichzelf een geslaagde combinatie acht van idealist en za kenman, vindt het hoog tijd worden, dat wij het dier in Nederland beter gaan behandelen. Martin beschouwt zijn dierenhotel als een belangrijke stap in de goede richting en hij is ach teraf dan ook blij, dat hij er aan be gonnen is. .,Ik had eerst een constructiebedrijf met 25 man onder me. Een rotbaan Van 's morgens zeven tot 's avonds tien was ik in de weer. Ben je wel goed bezig als je je te barsten werkt, Mar tin, zei ik op een goeie dag tegen me zelf. Zo ben ik op de gedachte geko men om een dierenhotel te beginnen Wat een vergissing! Ik moet nu nog harder werken". De keuze van Martin is natuurlijk geen vergissing. Hij is zo bezeten van alles wat met dieren te maken heeft, dat voor deze man ei genlijk geen andere baan is wegge legd. Toen hij driejaar geleden de Duitse dog Floris de eerste paal liet slaan van het „hotel" op het industrieterrein Oos tervaart had Martin nog last van be nauwde ogenblikken. De financiële consequenties van de overstap van de staalhandel naar dierenverzorging logen er niet om: „Bijna zes ton was het toen, het zijn er ten slotte acht geworden waarbij geen ene cent sub sidie. Als het even verkeerd was ge gaan met het hotel zou ik volkomen geruineerd zijn geweest" Belangstelling Dat moment is er niet geweest. Vanaf de stichting is de belangstelling voor het dierenhotel groot geweest: „We zijn een landelijk opvangcentrum en meer dan dat. Mijn verste klant zit in Parijs. Hij komt regelmatig zijn Duit se herder halen en brengen, toch elke keer zo'n twaalfhonderd kilometer. Hij doet het omdat mijn dieren verblijf inderdaad een hotel is waar met alle wensen van de gasten reke ning wordt gehouden. Neem maar het eten. Als een klant wil, dat zijn hond elke dag een biefstukje krijgt dan gebeurt dat ook" -Zo is het toch ook in dierenpen- De snelheid waarmee Martin reageert, doet vermoeden dat hij op deze vraag heeft gewacht. „Geloof het maar niet Zeggen het, ja. Maar in de meeste pensions zijn de maaltijden echt niet a la carte" Hij zit nu op zijn praatstoel. „Weet je wat er mis is? Er wordt te veel ge beunhaasd. De eerste de beste idioot kan een dierenpension beginnen. Hij zet twintig hokken achter zijn huis, stopt er twintig honden en katten in - uiteraard niet bij elkaar - gooit af en toe een zwabber door het „verblijf' wantje kan toch niet de hele boel la ten vervuilen en meneer heeft een dierenpension. Natuurlijk flauwekul. Als er geen we zenlijke interesse is bij de beheerder voor het dier moet-ie er nooit aan be ginnen. In veel gevallen is gemak zucht de basis van het pension. Met zo weinig mogelijk inspanning een gro te smak geld binnen halen, daar gaat het de meesten om' Wijfjes Martin heeft er wel voor gezorgd, dat zij hem niet plat kunnen krijgen. In zijn hotel is een afdeling ingericht voor loopse wijfjes met daarnaast een kraamkamer en een opvang- en reva lidatiecentrum voor watervogels desinfecteerbaden, ruimten voor zie ke dieren en een afdeling voor bees ten die een poosje in quarantaine moeten blijven. Een dier kan niet zonder meer in het hotel worden opgenomen. Er moet eerst een uitgebreid formulier wor den ingevuld door de dierenarts, waardoor de hotelier precies weet wat voor vlees hij in de kuip heeft. De hotelgasten zijn na een dag hun baas al straal vergeten. Martin: „Dat een hond of kat wegkwijnt van heimwee als hun heer en meester er een paar weken tussenuit is, is een onuitroei baar misverstand. De eigenaar be staat niet meer voor hem als tenmin ste aan de leiding van de nieuwe „baas", in dit geval een medewerker van het dierenhotel, niets man keert. Moet je ook kijken hoe ze het hebben De dieren beschikken over verschil lende speelplaatsen en een speelwei de, terwijl ze daarnaast apart worden verzorgd. Elke dag gaat de borstel over het lijf. Niet omdat het kammen zo belangrijk is, maar het is een prima middel om het contact tussen mens en dier te verstevigen Crematorium Begin volgend jaar wordt een nieuwe vleugel bijgebouwd. Daarin is ruimte gereserveerd voor een crematorium (de eerste in het land), een operatie kamer plus recoveryroom en een schoollokaal, want het dierenhotel is een dankbaar object voor schoolklas sen, die op excursie willen. Veel scholieren komen naderhand terug om gratis een handje te helpen „Deed ik ook toen ik zestien was" zegt Martin, „in die tijd heeft de liefde voor dit werk mij te pakken gekre gen. Wat ik toen ervaren heb is in mijn latere leven van beslissende beteke nis geweest" Hij is met het dierenhotel alleen niet tevreden. Er is in het belang van het dier nog zoveel te doen, dat Martin niet heeft geaarzeld zitting te nemen in allerlei raden en commissies, die het beleid op landelijk niveau bepa len. Beginnen we met de Commissie Hon depoep. Geen aardigheidje maar een serieus gezelschap van dames en he ren, die onder de schutse van CRM bekijken hoe je de mensen zover kunt krijgen, dat ze hun hond een behoor lijke opvoeding geven. „We vinden het toch ook gewoon dat iemand eerst zijn rijbewijs haalt alvorens-ie achter het stuur kruipt? Waarom willen we dan ook niet leren hoe een hond men taal in elkaar steekt en wat we moeten doen om het dier aan ons te laten ge hoorzamen? Veel mensen kopen nog veel te impul sief een hond. Wordt-ie „lastig" dan maar de deur uit. Vandaar, dat we vooral de plaatselijke kynologenver- enigingen willen subsidiëren. Die zijn in staat op lokaal niveau initiatie ven te nemen, het uitzetten van een instructieterrein voor honden bij voorbeeld, waardoor dierenbezitters alsnog de schade kunnen inha len" Brume hoop -Commissie Hondepoep doet mij met een denken aan een bruine hoop. Martin wordt fel: „Daar zijn we ook voor. De drol op de stoep is een tél- terugkerend thema van ingezonden over maken. De schrijvers van die episteltjes aan de geachte redactie zijn voor mij knuppels. Geheid figu ren, die geen huisdier hebben. Ze vergeten, dat ze zelf veel grotere mi lieuvervuilers zijn met hun gevulde keuken- en en fosfaatlozingen, terwijl poep biologisch zo gemakkelijk wordt afgebroken. Ik vind wel, dat de hond z'n hoop moet doen in de goot. Kun je hem leren. Zo kom ik weer bij het begin terecht, de commissie is er om mensen op te voeden tot een be hoorlijke behandeling van hun huis dier" Martin laat het niet bij woorden. Zoals een hond poept in Lelystad zo poept hij nergens. De stad telt 3500 honden, waarvoor overal toiletten in luxe uit voering aanwezig zijn. Alle bewoners hebben een kaart ontvangen, waarop precies staat aangegeven waar de hond van de geachte adressant zijn behoefte kan doen. Het dier hoeft nooit verder dan 50 meter van huis. En dan gaat Herta niet door de ach terpoten op een klein stukje zand, welnee. De toilletten zijn laantjes van zo'n 30 meter lengte, omzoomd door struikgewas waartegen elke hond graag zijn best wil doen. Vraagbaak Daarnaast geeft Martin cursussen over de psychologie van het dier en is hij de kosteloze vraagbaak voor iedereen die problemen heeft met zijn huis dier. En hij wordt nogal eens opge beld. In de drukke tijd - van januari tot juni - moet het dierenhotel wel 5000 telefoontjes verwerken van mensen, die een plaatsje willen reser veren voor hun rakker maar ook van SOS-ers, die een beroep doen op Mar tin of een van zijn assistenten om toch maar gauw te komen, want Wodan zit in de keuken met een stuk kaas in z'n bek en hij weigert het broodbeleg aan „het baasje" terug te geven of Blits staat te grommen in de kamer, zodat het hele gezin van schrik de wijk heeft genomen naar de gang. Martin houdt van actie. Een dierenhotel leiden, cursussen geven, in commis sies zitten, voor antwoordman spe len, heeft allemaal zijn charmes maar waar zou hij zijn zonder de week endinstructie aan radeloze honden bezitters? Vrijdagmiddag komen ze aan met een onrustig beest en zon dagavond stappen ze op met een hoofd vol weetjes betreffende het ka rakter van huisdieren in het alge meen en hun hond in het bijzon der. Zijn nieuwste idee is het organiseren van congressen voor dierenliefheb bers, die dan kunnen luisteren naar en discussiëren met bekende spre kers. Het eerste symposium met als titel „Menshond, hond-mens" wordt dit weekeinde gehouden met mede werking van zes inleiders, 'die ieder vanuit hun eigen specialiteit hun visie geven op de relatie van mens en dier. Als hij het een keer niet te druk heeft, kijkt hij uit op een „erfje" voor de deur. Veelkleurige krielhaantjes dwarrelen daar van hot naar her en verspreiden de geur van vroeger toen alles nog fijn en goed was. Beiden kijken we naar een prachtexemplaar, die duidelijk staat te pronken. Zegt Martin: „Weet je dat een goocheme jongen in Brabant een goudmijn heeft gevonden? Hij brengt scharrel- kipkoteletjes op de markt. De afzet is Meer dan honderd en vrouwen stonden dicht op elkaar in een kleine Warschause slagerswinkel niet ver van het centrum van de stad. De helft stond in de rij voor vers vlees, dat in grote bakken achter de toonbank lag opgeslagen als een soort hapklare brokken, waardoor onvermijdelijk het gevoel op kwam dat het tijd was voor het voeren van de wilde die ren in de dierentuin. De ande re helft wachtte geduldig af in een tweede rij voor een toon bank waar alleen worst en gekookte ham werd ver kocht. Deze slagerswinkel is een van de 37 „Extra Shops" die de Pool se regering in Warschau ge opend. heeft als onderdeel van een experimenteel program ma dat als opzet heeft te zien hoe de Poolse consument rea geert op hogere prijzen voor een betere kwaliteit. Vlees in een „Extra Shop" kostr twee maal zoveel als in een gewone slagerij. Goed vlees is in een gewone Poolse slagerij echter door gaans niet te koop. De Polen moeten uren in de rij staan tot. het vlees bij de slagerij wordt a fgeleverd en de winkel oven gaat. Voor een pond biefstuk moet gemiddeld tien procent van een doorsnee weekloon worden neergeteld. Met een beetje geluk krijgen de eerste twintig klanten nog vlees van goede kwaliteit, maar ieder een die daarna komt moet het doen met vet, ingewanden en magere kippen. Wanneer een „Extra Shóp" open en dicht gaat is niet te voor spellen, maar de klanten die in de rij staan weten in ieder geval zeker dat als er nieuwe voorraden worden aange voerd, zij iets goeds krij gen. Op iedere kilo vlees die de Poolse huisvrouw in de gewone sla gerij kan kopen geeft de rege ring op het ogenblik 70 pro cent subsidie. Niettemin is er geen zicht op dat aan het probleem van de vleestekorten binnen n iet al te lange term ijn een einde komt, omdat de Poolse regering zich niet kan veroorloven de vleesproduktie te verhogen vooral niet, zoals de laatste jaren het geval is, omdat als gevolg van de slech te oogsten veel veevoer moet worden ingevoerd. De prijzen voor de noodzakelij ke dagelijkse levensbehoeften worden in Polen kunstmatig laag gehouden. Melk is zo goedkoop, dat het statiegeld van de fles hoger is. De hoe veelheid beschikbare levens middelen is echter uiterst be perkt. De Poolse regering heeft de import van levens middelen het laatste jaar tdt een minimum terugge schroefd zodat er voor de con sument weinig anders over blijft dan dure buitenlandse levensmiddelen, drank en si garetten in speciale winkels te kopen, waar men alleen met buitenlandse valuta kan be talen )e pogingen die de Poolse rege ring de afgelopen tien jaar heeft gedaan om de prijzen te verhogen als een eerste stap om de aanvoer van levens middelen te verbeteren en als middel tegen de falende Pool se landbouwpolitiek, zijn vaak uitgedraaid op rellen. De proef met de ,J2xtra Shops", nu nog beperkt tot vleeswinkels, is een eerste sta p de Polen te wennen aan de idee meer te betalen voor bete re kwaliteit. Of het experi ment succes zal hebben, moet worden afgewacht. Belang stelling voor betere kwaliteit is er zeker. In heel Polen zijn nu 300 .Jsxtra Shops", die tel kens als ze open zijn stampvol met klanten staan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1978 | | pagina 25