Hoe de Unesco wegzinkt
in een politiek moeras
1 v*s
I sport
Goede kleding
noodzaak voor
wintervisserij
ZATERDAG 21 OKTOBER 1978
PARIJS (GPD) - Als op 24 oktober in Parijs de algemene vergadering van de UNESCO
begint, zal er weinig meer over zijn van het oorspronkelijke karakter van de wereldorga
nisatie, die onderdeel van de Verenigde Naties uitmaakt. De politieke machtsstrijd
tussen de grote „blokken" in de wereld heeft het toneel veroverd.
Discussies over „opvoeding, we
tenschap, communicatie en cul
tuur", in de zin waarin de oprich
ters daar in '45 over dachten, zul
len nauwelijks meer te beluiste
ren zijn. De 142 leden van de
UNESCO vechten voortaan, in
wat al een „onoverzienbaar moe
ras" is genoemd, de strijd met
Sowjetblok, ontwikkelingslan
den en het kapitalistische Westen
als inzet.
Glaspaleizen
De UNESCO is bovendien een bij
na geheel zelfstandig werkend in
ternationaal lichaam geworden,
dat een schoolvoorbeeld is van
de wet van Parkinson. Een admi
nistratief gezwel van duizenden
en duizenden ambtenaren, die
hun stoel en hun belastingvrij in
komen verdedigen, is van het
oorspronkelijk hoofdgebouw -
door Marcel Breuer ontworpen -
uitgebroken over nog eens vijf
van dergelijke glas-paleizen in de
omgeving. De directeur-generaal
is een functionaris met schier on
beperkte macht, wiens houding
alleen iets aan hovaardigheid in
boet als het gaat om het verza
melen van de jaarlijkse contribu
tie. De Verenigde Staten betalen
(nog) een kwart, de Westeuropese
landen samen ook bijna zoveel.
Japan is na de VS de grootste in
dividuele contribuant.
Op de vergadering die 24 oktober
begint, zal het debat, naar wordt
aangenomen, opnieuw worden
beheerst door het streven van het
Sowjetblok en de ontwikke
lingslanden tot het stichten van
een „nieuwe internationale or
de". Deze nieuwe orde is niet al
leen economisch bedoeld, maar
ook de sport hoort er als kenne
lijke staatstaak in thuis, zowel als
de rol van de kunstenaar. Het
meest omstreden punt binnen
deze nieuwe orde is de beheer
sing van de massamedia.
Vazallen
Vanuit een „onheilige alliantie'
tussen Sowjetblok en delen van
de Derde Wereld worstelt dt
UNESCO sinds '72 met voorstel
len uit dit kamp om de massame
dia in feite tot vazallen te maken
van het in een bepaald land heer
sende regime. De bewoording
waarin dit streven al tot de offi
ciële UNESCO-documenten is
doorgedrongen, bewijst zijn
Oosteuropese maker. In de nage
streefde beginselverklaring gaat
het om „de fundamentele princi
pes over het gebruik van de grote
informatiemedia ter versterking
van de vrede en het internatio
nale begrip en de strijd tegen
oorlogszuchtige propaganda, ra
cisme en apartheid".
De initiatiefnemers stellen dat de
journalist een specifieke rol in
het staatsbestel inneemt. De
Door
Rudolph Bakker
westelijke wereld daarentegen
gaat er vanuit dat de verantwoor
delijkheid van de journalist niet
meer bijzonder is dan die van ie
der andere staatsburger. De be
doeling van de Sowjet-Unie is de
lidstaten direct verantwoordelijk
te stellen voor het doen en laten
van hun media. In de ontwikke
lingslanden zat eerder de gedach
te voor, een revolte op gang te
brengen tegen het in hun ogen
fundamentele gebrek aan even
wicht in de berichtgeving van en
over hun landen.
Realiteitszin
Terwijl, naar wordt verwacht, de
Sowjet-Unie op de komende
UNESCO-vergadering opnieuw
zal proberen de kwestie van de
massamedia tot een centraal
thema te maken, sluit men tege
lijk de mogelijkheid niet uit dat
de landen van de Derde Wereld
ditmaal .meer realiteitszin zullen
tonen. In deze kringen is het be
sef doorgedrongen dat er met de
vaag-radicale ideeën uit het
Oostblok minder zijde te spinnen
valt dan met de verworvenheden
van de industriestaten in het ka
pitalistische Westen. Het is ook
vanuit deze wereld dat binnen de
UNESCO tegen het massame
diaproject zoveel mogelijk oppo
sitie zal worden uitgeoefend.
Deze oppositie zal kunnen bestaan
uit een eenvoudige weigering om
aan de discussies over het thema
deel te nemen, dan wel door het
indienen van wijzigingsvoor
stellen, die de oorspronkelijke
bedoelingen zoveel mogelijk van
zijn kracht ontnemen.
Een internationale commissie bin
nen de UNESCO ter bestudering
van de communicatieproblema-
tiek, is intussen aan het werk om
de communicatie in zijn geheel
aan een onderzoek te onderwer
pen. Deze commissie staat onder
voorzitterschap van de kleurrijke
Ier Sean McBride, terwijl voor
ons land de oud-minister voor
ontwikkelingshulp Pronk er zit
ting in heeft. Het eindrapport van
deze commissie wordt pas in 1979
verwacht, maar er is een tussen
rapport dat op de komende ver
gadering in Parijs ter sprake zal
komen. Naar wordt verwacht zal
dit tussenrapport aansturen op
een resolutie die waarschijnlijk
van een heel duidelijk politiek
karakter zal zijn.
Hoewel in UNESCO-kringen niet
wordt verwacht dat het
„probleem" van de massamedia
in relatie tot de staat zal worden
„opgelost" in de door de initia
tiefnemers verwachte zin - een
UNESCO-j;esolutie heeft weinig
moreel effect als ze niet door een
overtuigende meerderheid is
aangenomen- dan is er toch altijd
voor propagandistische doelein
den politieke winst uit de debat
ten te slaan.
Zionisme
In het Westen zet men zich boven
dien schrap tegen onvermijdelij
ke nieuwe pogingen uit het
Oostblok en de Arabische wereld
om in de aanhef van UNESCO-
resoluties de beruchte Resolutie
3379, zoals die door de algemene
vergadering van de Verenigde
Naties in New York werd aange
nomen, binnen te sluizen. Het is
deze resolutie waarin zionisme
met racisme gelijk werd ge
steld.
Enkele politieke valkuilen van an
dere aard zullen de westelijke
UNESCO-leden handen vol werk
geven om aan te tonen dat juist zij
de oorspronkelijke niet-politieke
doelstellingen van de wereldor
ganisatie willen redden. In hun
toespraken zullen vertegen
woordigers van het Oostblok en
hun satellieten de kans niet voor
bij laten gaan hun mening te
spuien over „de rechten van de
mens" en „vrede en ontwape
ning", welke toespraken via de
gecontroleerde massamedia in
eigen kring wijd zullen worden
verspreid.
Onvermijdelijk zal het Chili-thema
de kop weer opsteken, waarna
het Westen erop zal wijzen dat re
soluties over onderdrukte volke
ren in de meest algemene zin
zullen moeten worden gesteld,
zodat geen onderdrukt volk van
de resolutie is uitgesloten.
Leerkrachten
Ten aanzien van het Nabije Oosten
is er het probleem van UNESCO-
leerkrachten in de door Israël be
zette gebieden. Pogingen een
permanent UNESCO-bureau in
deze streken in te richten, wor
den door het Westen niet ge
steund. En er is de langzamer
hand traditioneel geworden
steen des aanstoots van de Israë
lische archeologische opgravin
gen in het „bezette" deel van Je
ruzalem.
Een bijzonder thema betreft de in
tergouvernementele commissie
voor de oceanografie, welke
commissie terzijde met de
UNESCO verbonden is en waar
van de leden geen politiek maar
uitsluitend oceanografie willen
bedrijven. Tot deze leden behoort
Zuid-Afrika. In 1955 besloot de
toenmalige minister van buiten
landse zaken Louw zijn land uit
de UNESCO terug te trekken, als
gevolg van de grote druk op de
apartheidspolitiek. Verschillen
de Derde-Wereldlanden, ge
steund door de Sowjet-Unie,
proberen Zuid-Afrika nu ook uit
de Commissie Oceanografie te
werken. De commissie heeft dan
ook al getracht zijn banden met
de UNESCO te verbreken. Dit
streven wordt door het Westen
niet gesteund, terwijl het tegelij
kertijd alles in het werk stelt om
de politiek buiten dit zuiver-we-
tenschappelijke werk te hou
den.
Betekenis
De komende weken zal het gepala
ver in de UNESCO-vergaderza-
len als een vloedgolf alle oevers
der redelijkheid overspoelen.
Wanneer deze marathon op 28
november beëindigd zal zijn,
verwachten insiders echter niet
dat er wereldschokkende dingen
zullen zijn voorgevallen. Daarbij
komt de concrete betekenis van
de UNESCO steeds verder in ge
ding.
De Nederlandse delegatie naar de
Algemene Vergadering zal wor
den aangevoerd door mejuffrouw
Marga Klompé, oud-minister van
cultuur, die tevens voorzitster is
van de Nederlandse UNESCO-
cultuur dr. Marga Klompé, voorzitter van de Neder
De dagen beginnen al weer flink te
korten en de temperatuur van het
water daalt langzaam maar zeker.
De visdagen die we met ontbloot
bovenlichaam tussen het riet za
ten of de vispet wat dieper over
het hoofd trokken om de zon wat
beter te weren, zijn voorbij. De
tijd is aangebroken, waarop we
moeten gaan denken aan voor
zieningen om de koude op onze
visdagen buiten te sluiten.
Want op de mistige ochtend op de
plas, of in de vrieskou aan de oe
ver is het geen pretje wanneer je I
daarop onvoldoende gekleed j
bent. Voor de winterkleding be
ginnen we ditmaal eens bij de Vooral het
voeten. Want iedere hengelaar
weet hoe verrekt hinderlijk het is
wanneer je op een visdag geteis
terd wordt door een paar ijskou
de onderdanen, waaruit langza
merhand het gevoel wegtrekt.
Als algemene regel geldt, dat we op
zulke visdagen nooit te klein
schoeisel moeten dragen. Het zijn
juist de luchtlagen tussen bij
voorbeeld sokken en schoenen,
die voor een goede isolatie zor
gen. Daarom liever een paar ma
ten te groot, dan te klein. Rubber
heeft de eigenschap om warmte
slecht vast te houden. Met andere
woorden: kou zal in rubber laar
zen snel doordringen.
overbekende zuid-wester en
voor de koude zijn er ook bontge
voerde mutsen verkrijgbaar, die
bovendien voorzien van kleppen
om de oren te beschermen. En
dan hebben we natuurlijk nog de
visparaplu.die wanneer het waait
uitkomst kan bieden.
Vistentje
geworden dat in geen uitrusting
van een wintervisser mag ont-_
breken.
Advies
Vandaar het advies om op de wer
kelijke koude visdagen geen
rubber schoeisel te dragen. Koop
dan liever een paar stevige hoge
leren schoenen. Mocht u toch
rubber laarzen dragen en laat de
maat dat toe, draag er dan een
paar sockets in. U weet wel van
die gewatteerde voetjes, die de Een grote naam op het gebied van
nodige bescherming geven en poolpakken heeft de Noorse fir
ma Helly Hansen. Het zijn uitste
kende pakken, dat moet gezegd,
worden, maar de prijs is er dan
ook naar. Inmiddels zijn er ook
Met het oog op het al eerder gestel- andere merken in de handel die
de luchtlaag, moet mei zeevissen.oen. De pakken zijn meestal
leverbaai- in twee uitvoeringen:
bovendien voorkomen dat de sok
in de laars tijdens het lopen van
de voet schuift.
de winterdag nooit kousen
sokken dragen die strak om de
voet zitten. Dus geen stretch of
nylonsokken, maar liever wollen,
bijvoorbeeld de bekende geiten
haren.
een waarbij het pak een geheel
vormt en één die uit twee delen
bestaat. De eerste heeft het voor
deel dat het de warmte nog beter Kwaliteit
vasthoudt. Daar staat tegenover
dat er een uitgebreide verkleed
partij nodig is om een plasje te
kunnen doen. Bij de tweedelige
pakken gaat dat allemaal wat
simpeler.
het lichaam zoveel mogelijk
wordt vastgehouden. Voor be
scherming tegen een koude wind
of regenbui komt de gebruikelij
ke regenkleding in aanmerking.
Let er bij de aanschaf van een re
genpak op, dat er op diverse
plaatsen ventilatiegaatjes zitten.
Zo'n pak moet kunnen "ade
men". want anders krijgt u het
verschijnsel dat aan de binnen
kant vochtvorming optreedt en
dan bent u weer evenver van
huis.
Om de benen goed warm te houden
zijn er sportvissers, die een wol
len maillot dragen onder de nor
male viskleding. Zeer populair
voor het warm houden van het li
chaam zijn de laatste jaren de zo
genaamde poolpakken. Oor- Beschikt u niet over zo'n poolpak
spronkelijk bijna uitsluitend ge- dan moet u de kleding zo afwis
bruikt door de wintersporters is selen, bijvoorbeeld overhemd
het langzamerhand een attribuut sweater en trui dat de warmte var
De kwaliteit moet bij de beoorde
ling ook een belangrijke rol spe
len. Er zijn pakken die na een
paar keer dragen al beginnen weg
te scheuren. Houdt daarom goed
in het oog of de naden goed gelast
zijn en of de rits voldoende stevig
bevestigd is. Een vispak dat ik al
jaren tot grote tevredenheid ge
bruik op mijn vistoehten is er een
met een uitknoopbare voering.
In de warmere maanden blijft de
voering thuis en wanneer het
kouder wordt knoop ik hem in de
jas. Een van de grootste proble
men tijdens het vissen in de win
ter is het warm houden van de
handen. Er zijn daarvoor diverse
soorten handschoenen in de
handel, maar helaas heb ik nog
nooit een paar ontdekt, dat wer
kelijk voldoet. Je zit nu eenmaal
met het feit, dat je zo nu en dan
een visje moet kunnen onthaken
en aas moet kunnen aanslaan. En
aangezien dat laatste vaak een
priegelwerkje is. moeten de vin
gers goed vrij blijven Vandaar
dat we bij u liever de zogenaamde
pocketwarmers aanbevelen. Er
zijn goede exemplaren in de han
del, die een flink aantal uren
warmte uitstralen en bovendien
veilig ziin.
Ter afronding van de winterkleding
de bescherming van het hoofd:
Daarvoor kan de misschien wat
Een nieuwigheidje is dat er ook een
vistentje op de markt is gebracht.
Het is een opbouwbaar exem
plaar, zo geconstrueerd dat men
erop een vismand in kan zitten en
alle visspullen droog blijven. Het
tentje kan in verband met de
scheerlijntjes alleen aan de wa
terkant gebruikt worden en niet
in een bootje. Tot zover de be
scherming van de visser tegen de
koude.
Mocht het de komende maanden
zulk slecht weer worden.dat het
zelfs voor een goed geklede
sportvisser nog problemen gaat
opleveren dan heb ik het volgen
de advies voor u. Bij de uitgeverij
Elsevier is dezer dagen het "Gro
te boek voor de sportvisserij"
verschenen. Het is een Ujvig
boekwerk waarin een groot aan
tal facetten van sportvisserij
wordt behandeld. De bekende
hengelsportauteur Kees Ketting
heeft om zich heen een groot aan
tal bekende en minder bekende
"schrijvende vissers" en "vis
sende schrijvers" verzameld. Elk
nemen zij in het boek een bepaald
hoofdstuk (en soms meer dan
een) voor hun rekening. Zo
neemt good-old Hans van Onck
het voornvissen en de aal en de
zeelt op de korrel, terwijl Ro
nald Fenger het werpen, reels en
molens aan een nadere beschou
wing onderwerpt. Henk Bouquet
vertelt iets over de nieuwe gras
karper en het bevissen van de fo
rel met de vlieg. En Nico de Boer
geeft interessante feiten over het
vissen op karper en brasem.
Een fors deel van het werk is gere
serveerd voor het tweetal Iwan en
Igor Garray, dat schrijft over het
zeevissen Coördinator Kees Ket
ting zelf neemt kunstaas- en
vliegvissen voor zijn rekening en
daarnaast ook het vissen met de
vlok op de ruisvoorn.
Het groot-formaat boek telt in to
taal ruim 270 pagina's en is rijk
geïllustreerd met zwart-wit en
kleurenfoto's. De verschillende
bijdragen lopen wel uiteen waar
het de kwaliteit betreft. Zo wor
den werkelijk bijzondere interes
sante verhandelingen afgewis
seld met artikelen, die slechts een
herhaling van eerder publicaties
zijn. Maar door de bank genomen
is het toch een interessant boek
geworden, dat zoals gezegd voor
de lange winteravonden een goe
de "vismaat" kan zijn.
Fred Veltman
Het aangewezen adres voor
al uw hengelsport.