Enkele doorbraken bij het kankervirusonderzoek
naai- en breischool
Abbenes op bres voor
STICHTING DRAAIT ROLLEN OM
Dierenopvangcentrum
wacht met opening
Weinig aanwijzingen
erfelijkheid kanker
Tweede druk van
boek Lisserbroek
In Lisserbroek is een comité
opgericht dat zich gaat bezig
houden met de viering begin
volgend jaar van het 100-ja-
rig bestaan van de openbare
lagere school. De gedachten
gaan uit naar onder meer een
grootscheepse reünie.
En nu we het toch over Lisser
broek hebben. Van het boek
"Zo was het in Lisserbroek",
een geslaagd auteursdebuut
van drie amateur-schrijvers
uit dit dijkdorp, verschijnen
waarschijnlijk nog een paar
honderd exemplaren.
Aart Donker, één van de drie:
"Aanvankelijk hebben we
afgesproken dat we het bij
één druk zouden laten maar
nadat de oplage uitverkocht
was hebben we nog tiental
len telefoontjes van mensen
gehad die er ook één willen"
Vrijwilligers aan de slag.
VRIJDAG 6 OKTOBER 1978
De begin dit jaar in het leven
geroepen "Kunststichting y
tussen Dever en Poelgeest",
een particulier initiatief dat mggH
de totstandkoming beoogt Jh^kI
van een kunstacademie voor |M[ W%
de bollenstreek, zal binnen- JsHKr
kort het gemeentebestuur van IfflyPiiÉ y
Sassenheim vijf suggesties ■HnlHr
aan de hand doen over pan- |Hhh||HB'
den in deze plaats die volgens ^BSbIHW flB|
het stichtingsbestuur geschikt ^IIL BHh
zijn om de academie te gaan Ü^M^wf llMMilP»
herbergen. Jiï
Het gemeentebestuur zelf heeft :?1> 1
tot nu toe tevergeefs uitgezien BHHBNINr/
naar een bruikbaar onder-
komen. "Daarom hebben we Pllll
de rollen jnaar omgedraaid" 1MB
zegt initiatiefnemer Maarten
Groeneveld. "Wij zijn op zoek |||r'._Jl|^H
gegaan voor de gemeente"
Intussen is het aantal cursisten
dat zich heeft aangemeld voor
de avondacademie opgelopen
tot rond de tachtig. Zij kun- m^Sm jÊË
nen pas aan de slag als er een Hf ^HHB| O ^jÉf ms 1
pand vrijkomt. Dat kan drie fmÊ
maanden duren, maar voor y, MW /JÈf
het zelfde geld gaat er nog een MÈF Ém
jaar overheenjHb
Om enigszins binding te houden riÉSBHHB
met de cursisten hebben de
drie docenten die aan de aca-
demie les gaan geven besloten 1 II
eind deze maand in de geres- M II
taureerde ruïne van Dever in huinm
Lisse een expositie te houdenDe drie docenten van de stichting doen aan "klantenbinding"
die twee weken gaat duren met een expositie in Dever. Op de foto één van hen, Djim de Graaf.
De opening van het dierenopvangcentrum aan de Lageweg in
Noord wijk is voorlopig verschoven naar begin november. Aan
vankelijk lag het in de bedoeling morgen al de vlag te hijsen, maar
men heeft het dierenonderkomen (een verbouwd kleedlokaal
van de Noordwijkse korfbalvereniging) niet op tijd gereed kun
nen krijgen.
Het opvangcentrum, dat beheerd gaat worden door leden van de
vereniging dierenbescherming Noord wijk, gaat plaats bieden
aan tien zwerfkatten en zes honden. Deze krijgen de beschikking
over zowel een binnen- als buitenhok en een speelweide van 200
vierkante meter.
"We zouden wel meer dieren willen opnemen", zegt voorzitter Van
Leeuwen, "maar dat is in de huidige situatie niet mogelijk. Ver
geet niet dat alle verzorgingswerk moet worden gedaan door
vrij willigers. Die kun je niet met meer dieren opschepen. Dat gaat
pas als je een vaste man of vrouw in dienst neemt. Maar daar is
geen geld voor"
het een woonhuis en momen
teel staat het leeg. De ge
meente Haarlemmermeer
voelt niet erg veel voor het in
stand houden van het voor
malige schooltje. Temeer niet
omdat een deskundige van
monumentenzorg er een nog
al negatief rapport over heeft
uitgebracht.
En dat is juist wat veel inwoners
van Abbenes dwars zit.
"Want", zegt men, "men moet
het schooltje niet beoordelen
op de bouwkundige waarde,
die is inderdaad nihil, maar
meer op de historische bin
ding met Abbenes".
Laten staan dus, meent de be
volking, die van harte wordt
gesteund door de stichting
Meerhistorie, een groep
Haarlemmermeer-bewoners,
die maar al te graag op de bar
ricades klimt als het er om
gaat historisch waardevolle
zaken voor het nageslacht te
bewaren. De Stichting heeft
het gemeentebestuur al wat
pittig gekruide protestbrie
ven doen toekomen, tot nu
toe zonder direct resultaat.
"Toch hebben we nu het gevoel
dat het gemeentebestuur niet
meer zo achter sloop staat.
Anders was het gebouwtje al
omver gehaald", zegt me
vrouw Niel, bestuurslid van
de stichting.
"Een sterk argument dat pleit
voör behoud is, vinden wij,
het feit dat vlakbij het graf ligt
van dokter Heye en dat daar
ook de school staat waar de
legendarische meester Boe
kei, de rechterhand van de
arts, les heeft gegeven. Die
drie dingen horen bij elkaar.
Ze zijn onafscheidelijk"
De stichting Meerhistorie heeft
al een plan opgesteld over de
toekomstige bestemming van
het 115 jaar oude gebouw
Men wil het gaan inrichten
zoals het was toen er nog naai
en breiles in werd gegeven
Als leidraad zal dienen een
soortgelijk schooltje dat in
Friesland staat en dat wel be
waard is gebleven. Leden van
de stichting hebben in Fries
land al hun licht opgestoken
Onder de bevolking van het
Haarlemmermeer-dorp Ab
benes heerst ontstemming
over het gemeentelijk voor
nemen om het voormalige
naai- en breischooltje "Cor
nelia Sofia" te laten wijken
voor de aanleg van een weg.
Men wil niet dat het ook maar
een haar gekrenkt wordt,
omdat het gebouwtje een
sterke historische binding
heeft met Abbenes.
Zoals wellicht bekend kreeg het
kleine dorp destijds zijn be
langrijkste levensimpuls van
de Amsterdamse medicus en
dichter J.P. Heye. Deze so
ciaal bewogen arts (1809-1876)
was ooit eigenaar van een
groot deel van de droogge
legde Haarlemmermeer, on
der meer het stuk dat nu Ab
benes is. Rond 1860 liet hij
daar een zogenaamd naai- en
breischooltje neerzetten, ge
noemd naar zijn zus Cornelia
en zijn dochter Sofia.
In die tijd was het in de Haar
lemmermeer gebruikelijk dat
allebei de ouders de kost ver
dienden op het land. De Cor
nelia Sofia school was be
doeld als een soort opvangte
huis, waaraan jonge kinderen
ook nog onderricht werd ge
geven. Die funtie had het
overdag. Laat in de middag
kwamen er nog de al wat ou
dere meisjes naar toe, die
overdag vader en moeder op
het land hadden geholpen. Ze
kregen in het schooltje naai
en breiles. Tientallen jaren
heeft de schenking van arts
Heye aldus dienst gedaan.
Daarna is het Groene Kruis er
in getrokken, nog later werd
(Door dr. P. Bentvelzen, coordina
tor tumorvirologie Repgo-TNO,
Rijswijk)
RIJSWIJK - In Den Haag werd vo
rige maand het vierde Internatio
nale Virologen Congres gehouden,
waaraan ruim 1700 virologen uit 58
landen, waaronder voor het eerst
uit communistisch-China, deelna
men. Uiteraard was op dit congres
grote belangstelling voor actuele
berichten, zoals de ontsnapping
van het pokkenvirus in Birming
ham, of het ontsnappen van een
infiuenzavirus uit een Russisch la
boratorium, dat een wereldwijde
griepepidemie veroorzaakte, of het
polio-epidemietje in ons eigen land.
Maar er was toch vooral belang
stelling voor nieuwe wetenschap
pelijke ontwikkelingen op virolo-
gisch gebied.
Virussen zijn ziekteBWmen, die
vele malen kleiner zijn dan bacte
riën, die met een goede microscoop
nog gezien kunnen worden. Bacte
riën kunnen zich buiten een gast
heercel goed vermenigvuldigen,
maar virussen niet. Virussen kun
nen ziekte verwekken bij mensen
(polio, griep, pokken, rode hond),
maar ook bij dieren (hondsdolheid,
mond- en klauwzeer, varkenspest),
planten (vlekziekten bij vele soor
ten) en bij bacteriën.
Het economisch belang van de be
striding van virusziekten bij die
ren als varkens en kippen is groot.
De schade door de ziekte kan tien
tallen miljoenen guldens per jaar
bedragen. Wellicht niet zo zeer in
geld uit te drukken, maar toch ook
zeer belangrijk was een virusziekte
bij snoeken, die onder deze vissen
nogal huis hield. Dank zij intensief
onderzoek onder leiding van prof.
M. Horzinck in Utrecht is deze zorg
van honderdduizenden hengelaars
De plantenvirussen zijn vooral in
de ontwikkelingslanden een zeer
groot probleem. Indien bepaalde
virussen onder controle zouden
zijn, zou de opbrengst aan cassave
(een belangrijke voedselbron in
Afrika) verviervoudigd kunnen
worden.
Op zo'n groot congres ziet men al
gauw opsplitsing in allerlei clubjes:
plantenvirologen praten voorna
melijk met plantenvirologen enz.
Toch zijn er algemene thema's die
een ieder boeit. Zoals de vraag hoe
een virus zijn gastheercel kapot
maakt en de problemen rond het
poliovirus. Ten aanzien van dit
laatste is na vele aanwijzingen ge
vonden dat het poliovirus een eiwit
maakt, dat verhindert dat bood
schappen die uit de kern van de
gastheercel komen, worden afgele
zen, terwijl de boodschappen van
het virus geen strobreed in de weg
wordt gelegd. Over de fijne details
van dit proces wordt nog ruzie ge-
Medische virologie
De grootste belangstelling op dit
congres ging uit naar de vooruit
gang op dat deel van de virologie,
dat zich met de mens bezighoudt.
Tegen veel virusziekten is be
scherming mogelijk door vaccina
tie vooraf. Hopelijk zal binnenkort
ook een vaccin tegen een bepaalde
vorm van geelzucht beschikbaar
zijn. De behandeling van virusziek
ten met medicijnen staat nog in de
kinderschoenen, in tegenstelling
tot die van bacterieziekten.
Van groot belang is de vroege diag
nose. Soms is het „klinisch oog"
van de dokter voldoende, maar
meestal moet nauwkeurig worden
vastgesteld welk virus zijn kwade
rol speelt. Vroeger moest het virus
worden gekweekt, hetgeen soms
weken duurde. Nu zijn er voor di
verse virussoorten snelle bepalin
gen gereed, die net als sommige
zwangerschapsbepalingen een
immunologische basis hebben.
Bij sommigen moeten er radioac
tieve isotopen worden gebruikt en
heten daarom RIA. Aangezien deze
nogal kostbaar zijn en vanwege de
radioactiviteit ook niet zo aantrek
kelijk, heeft men andere systemen
ontwikkeld, waarbij men enzymen
gebruikt. Zij heten ELISA. Op het
congres werd veel aandacht be
steed aan ELISA en diverse farma
ceutische firma's probeerden er
hun ELISA-kits te slijten.
Kankervirologie
Bij vele diersoorten kunnen virus
sen kanker opwekken. Terwijl vi
russen in "het algemeen een cel do
den, maakt een kankervirus een cel
hypergezond, overigens wel ten
nadele vaak van de gastheer. Op het
congres werden grote doorbraken
gemeld over hoe zo'n virus normale
cellen in kankercellen kan doen
veranderen. Onze landgenoot A.
van der Eb uit Leiden heeft als eer
ste aangetoond dat slechts heel
weinig genen (erffactoren) van een
virus zijn betrokken bij een derge
lijke verandering.
Hij is erin geslaagd zo'n enkel kan
kergen van een virus te isoleren, dit
aan een cel aan te bieden, die daar
na zijn eerste stappen op de weg
naar een kankercel deed. Bood hij
enkele genen aan, dan kreeg hij
echte kwaadaardige cellen.
Van der Eb en zijn medewerkers
hebben genoemde genen in een
reageerbuisje gedaan met enkele
en grondstoffen erbij,
en RNA-kopie van het gen
werd gemaakt en vervolgens diver
se eiwitten, die waarschijnlijk ver
antwoordelijk zijn voor het kan
kerproces.
Bij bepaalde kankervirussen bij
kippen bleek het nog simpeler te
zijn. Die hebben maar vier genen
(hun gastheer, de kip waarschijn
lijk 100.000). Drie genen zorgen
voor eiwitten, die het virusdeeltje
samenstellen. Het vierde gen is er
uitsluitend voor kanker. In dat gen
zijn bij bepaalde virusstammen
temperatuurgevoelige afwijkingen
gevonden. Bij 37 graden Celsius
zien de besmette kippecellen er als
kankercellen uit, bij 41 graden ech
ter normaal. Brengt men de cellen
dan weer op 37 graden dan"worden
het op slag weer kankercellen.
lieufactoren. zoals radioactieve
straling, milieuvervuiling of siga-
retterook, dergelijke genen wakker
kunnen maken. Dan zou het kan-
kervirologisch onderzoek toch van
groot belang zijn voor het kanker-
probleem in het algemeen.
Kankervirussen
bij de mens
Met nadruk moet worden gesteld,
dat er weinig aanwijzingen zijn
voor besmettelijkheid van kanker
en ook niet voor erfelijkheid van
deze gevreesde ziekte bij de mens
De onderzoeker Erikson uit Denver
(Verenigde Staten) heeft het eiwit
gevonden, dat door dit kankergen
wordt gemaakt. Het blijkt dat bij de
temperatuurgevoelige stammen
het eiwit wel wordt gemaakt bij 37
graden, maar niet meer bij 41 gra
den. Als de cellen weer op de lagere
temperatuur worden gebracht ziet
men het eiwit weer verschijnen.
Erikson en zijn medewerkers zijn
erin geslaagd om de biochemische
functie van dit kankereiwit te kfè-
palen. Het zou bepaalde bestand
delen van het „skelet" van de cel
chemisch zodanig veranderen dat
de cel veel soepeler zou worden. Dit
zou ook gelden voor een aantal an
dere kankervirussen.
Als dat algemeen geldend zou blij
ken te zijn, is het wel de doorbraak
waarop tientallen jaren is gewacht.
Echter is het nu nog niet duidelijk,
hoe dit een aanknopingspunt kan
zijn voor een nieuwe kankerthera
pie, die veel minder drastisch is dan
de tot op heden gebruikte (vaak
succesvolle) bestrijdingswijzen.
Maar wie weet.
Dit soort onderzoek is gedaan bij
een aantal modelsystemen bij
proefdieren. Evenwel ook bij deze
hyperingeteelde, geselecteerde
proefdieren blijken tot op heden de
meeste gevallen van kanker niet
door een virus te worden veroor
zaakt. Nu is er wel gevonden dat de
kankergenen van diverse kanker
virussen ook voorkomen in het er
felijk materiaal van een gewone cel.
Het zou dus best kunnen dat mi
Er is geen enkele reden om als men
een kankerpatiënt in zijn familie
heeft, die niet te gaan bezoeken en
die niet een zoen te geven. Net zo
min is er reden om de familiestam
boom na te pluizen op kankerge
vallen, omdat de kans dat men pre
cies hetzelfde soort gezwel zou
krijgen vrij klein is. Toch wordt er
zo vaak over virussen en erfelijke
factoren bij kanker gesproken. Hoe
zit dat nu?
In Centraal-Afrika komt in bepaal
de gebieden, waar veel muskieten
voorkomen bij kinderen vaak een
opmerkelijke soort lymfeklierkan
ker voor, het zogenaamde Burkitt's
lymfoon. In 1964 werd door Epstein
en Barr in cellen van zo'n gezwel
een opvallende virussoort ontdekt.
In 1968 werd aangetoond dat dit vi
rus in staat is om witte bloedcellen,
die uit navelstrengen werden ge
haald, zodanig te veranderen dat ze
zich als kankercellen in de weefsel
kweek gingen gedragen. Zo te zien
was het bewijs rond, maar onder
tussen bleek het virus met alleen in
Afrika, maar over de hele wereld
voor te komen. Meer dan de helft
van de Nederlanders is besmet met
dit zogenaamd Epstein-Barr-virus.
Tevens kwam vast te staan, dat het
virus in de westerse landen de ziek
te van Pfeiffer (klierkoorts) veroor
zaakt. Tieners of ouderen die dan
pas voor het eerst met. dit virus
worden besmet, hebben een zeer
grote kans om deze nogal vervelen
de en langdurige ziekte te krij
gen.
Nu pas in 1978 zijn er toch wel ge
noeg bewijzen vergaard dat inder
daad dit Epstein-Barr-virus ook
met Burkitt's lymfoon in Afrika
heeft te maken. Men veronderstelt
nu dat deze kanker het gevolg is
van 1. besmetting op jeugdige leef
tijd met dit virus; 2. idem met mala
ria; 3. erfelijke gevoeligheid. Wat
het laatste betreft is dat heus niet zo
simpel als overerving van oogkleur
of bloedstollingsziekte. Aan de
hand van zijn (en ook van vele an
dere) onderzoekingen bij proefdie
ren, durf ik te stellen dat zo'n pa
tiënt heel wat nieten in de erfelijk
heidsloterij moet hebben getrok
ken en dat de kans hierop heel klein
is. Daarnaast vermoed ik dat er nog
wel een vierde (milieu)factor in het
spel zal zijn.
Baarmoederhals
kanker
In Nederland wordt in diverse ste
den bevolkingsonderzoek naar
baarmoederhalskanker gedaan.
Het was reeds lang bekend, dat de
ze ziekte bij nonnen zelden voor
komt, maar juist wel bij vrouwen
die zeer vroeg seksueel contact
hadden en vaak ook met verschil
lende partners. Een tijd lang is de
veronderstelling in de mode ge-
weest dat bepaalde kazige substan
ties van het mannelijk geslachts
apparaat de oorzaak van het gezwel
zouden zijn. Vele epidemiologen
dachten echter aan een virusinfec
tie.
Iedereen kent wel koortuitslag
rondom de lippen, dat door het
Herpesvirus type 1 wordt veroor
zaakt. Naar schatting is ongeveer 70
procent van de Nederlandse bevol
king met dit virus besmet. Bij
sommige mensen maakt het virus
zich kenbaar door genoemde ver
velende aandoeningen bij koorts
menstruatie of spanning. Aan wei
nig mensen is het bekend dat er een
verwant virus voor onder de gordel
bestaat, het Herpes virus type 2.
Naar schatting is minstens 25 pro
cent van de mannen met dit virus
besmet. Zo af en toe kan het virus
uitslag veroorzaken aan geslacht
sorganen van beide sexen, hetgeen
intiem vrijen nogal onplezierig kan
maken.
Nu is al tien jaar geleden gevonden
dat nagenoeg alle vrouwen met
baarmoederhalskanker antistoffen
tegen dit virus hadden. Nu is zo'n
verband allesbehalve een bewijs.
Het aantal ooievaars en het aantal
geboorten in Nederland zijn allebei
sterk achteruit gegaan, maar dit
bewijst toch niet dat ooievaars een
rol bij geboorte spelen. Tot voor
kort slaagde er ook niemand in om
dit Herpesvirus in de desbetreffen
de kankercellen aan te treffen. Ach
teraf beschouwd is het ook logisch.
Dat virus zou, indien hij in zijn ge
heel aanwezig zou zyn. zo'n cel. zo
als het een net virus betaamt, volle
dig te gronde richten.
De Amerikaanse onderzoeker
McDougall (New York) heeft nu
met zeer verfijnde biochemische
methodes gevonden dat juist in de
baarmoederhalskankercellen een
heel klein stukje van het erfelijk
materiaal van dat Herpes virus zit.
Dat zal dan wel het kankergen van
dat virus zijn, zoals dat al eerder is
aangetoond bij de blootstelling van
muizencellen met dit virus.
Dr. A. Nahmias (Baltimor, Ver
enigde Staten) heeft, gedurende
vele jaren duizenden vrouwen
jaarlijks onderzocht op besmetting
met Herpesvirus 1 en 2 en baar
moederhalskanker. Hij kwam op
het virologencongres met de op
zienbarende mededeling dat juist
in die zelfzame groep vrouwen, die
allereerst met Herpesvirus type 2
(door seksueel contact) waren be
smet een opvallend hoge frequen
tie van genoemde kankersoort
hadden. Deze opwindende gege
vens duiden erop, dat als men op
jonge leeftijd met het „boven de
gordel type 1 virus" zou worden be
smet. men een grote bescherming
t^gen het type 2 zou hebben.
Kinderleukemie
In 1975 publiceerde dr. K. Nooter
van het Radiobiologisch Instituut
TNO te Rijswijk in het Engelse tijd
schrift Nature dat hij en zijn mede
werkers* erin geslaagd waren om
een virus te isoleren uit beenmerg
cellen van een leukemisch kind. Dit
virus zou verwant zijn aan virussen
die bij proefdieren bloedkanker
veroorzaken. Dit bericht vond toen
ook zijn weg in de Nederlandse
dagbladpers. Vele collega-virolo-
gen in ons land hebben toen uiterst
kritische geluiden hierover laten
horen. Dit mocht de onderzoekers
niet ontmoedigen.
Zij hebben sindsdien uit drie ande
re leukemische kinderen eenzelfde
soort virus geisoleerd, terwijl bij
diverse andere patiënten aanwij
zingen werden gevonden voor de
aanwezigheid van zo'n virus. Die
konden meestal niet worden ge
vonden bij beenmergmonsters van
mensen uit diverse controlegroe
pen. Eèn virusisolaat bleek enorm
goed te groeien in allerlei celkwe-
ken en kon daarom voor vele stu
dies worden gebruikt. Het kon leu
kemie bij ratten opwekken, het
geen natuurlijk geen definitief be
wijs voor zijn rol bij de menselijke
ziekte is. Heel verfijnd chemisch
onderzoek, dat zeer recent aan dit
virus is verricht in het laboratorium
van dr. W. Haseltine in Boston
(Verenigde Staten) en op dit con
gres werd gepresenteerd, heeft
aangetoond dat dit Nederlandse vi
rus) zeer nauw verwant is aan een
virus dat kanker bij apen verwekt
maar niet helemaal precies hetzelf
de is.
Ook hier duikt de vraag weer op of
kinderleukemie besmettelijk is. En
hier geldt dan weer wat bekend is
over het Epstein-Barr-virus en lym
feklierkanker in Afrika. Naar alle
waarschijnlijkheid is het virus weer
wijdverspreid en is het een veel
heid van tot op heden niet bekende
factoren dat er voor zorgt dat een
kind deze ziekte krijgt die gelukkig
meestal zeer goed te genezen
valt.
Het onderzoek naar een eventueel
menselijk leukemie^virus wordt in
Nederland verricht door het Pa
thologisch Laboratorium te Lei
den, in samenwerking met TNO en
wordt voor het grootste gedeelte
door het Koningin Wilhelmina
Fonds gefinancierd.
Borstkanker
Al vele jaren verschijnen er in de de
internationale vakpers publikaties
dat er bij menselijke borstkanker
een virus een rol zou spelen, dat is
verwant aan het al vele jaren be-
kendé borstkankervirus bij de
muis. Veel van deze publikaties
bleken op zeer slecht geanalyseer
de gegevens te berusten. Maar
meestal bleek er toch wel een kern
van waarheid in te zitten.
Verfijnd biochemisch onderzoek
door dr. P. Hageman en haar me
dewerkers van het Nederlands
Kanker Instituut te Amsterdam
heeft aangetoond dat verscheidene
borstkankers eiwitten bevatten, die
men ook in het muizenvirus kan
vinden. Het bewijs dat een verwant
virus een rol bij borstkanker bij de
mens zou spelen, zal echter nog
heel wat jaren vergen. Het is voor
de meeste experts in ieder geval
duidelijk dat het niet om een be
smettelijke factor gaat.
Net als een aantal jaren geleden in
Nederland bij muizen werd aange
toond en op dit congres ten over
vloede dooreen aantal Amerikanen
werd bewezen, heeft men dan te
maken met een soort virus, dat niet
overspringt van de ene naar de an
dere mens, maar via de geslachts
cellen wordt overgedragen op alle
kinderen. Allerlei factoren, waar
van nu slechts enkele bekend zijn,
zouden deze slapende virussen tot
actie kunnen brengen. In verschil
lende laboratoria, onder andere het
mijne, is men bezig om bijvoor
beeld door vaccinatie by proefdie
ren dat proces van activatie van
slapende virussen en daarmee
kankerontwikkeling tot stand te
brengen. Wij, in Rijswijk, zijn daar
soms in geslaagd, maar vaak berei
ken we het tegengestelde resultaat.
Uiteraard zijn we uitvoerig bezig
uit te zoeken, waaraan de fout bij
mislukkingen dan wel zou liggen
en hebben dan ook de moed nog
niet opgegeven dat we tot een ac
ceptabel vaccinatieschema kunnen
komen.