Margriet
veertig
jaar raad
Door
Rian Kuppenveld
UTRECHT - De brief die een
oude moeder in 1938, in wan-
hoop over het feit dat zij na de
dood van haar man volledig
door haar kinderen werd gei-
soleerd en verwaarloosd, aan
het pas opgerichte blad Mar
griet schreef, is de directe
aanleiding geworden van het
ontstaan van de rubriek
„Margriet weet raad".
De enige redactrice van het
blad, de toen 40-jarige me
vrouw A. van Eysden-Peeren,
bezorgde allereerst de oude
moeder een plaatsje in een
bejaardentehuis en liet toen
in het nieuwe damesblad een
oproep verschijnen om met
privè-moeilijkheden naar
Margrietje te schrijven.
Onmiddellijk kwamen de brie
ven binnen. In het begin met
een frequentie van zeven a
tien per week, al snel werden
het er 25, en toen het eenmaal
1939 was en het tegen Kerst
mis liep, was de vloed niet
meer te stuiten. Met pakken
tegelijk kwamen ze binnen,
vijftig, honderd, en allemaal
boordevol ellende. „Margriet
was ineens iemand geworden
die men vertrouwde. Een
soort biechtvader", zegt me
vrouw Van Eysden, die de ru
briek „Margriet weet Raad
van 1938 tot 1964 verzorg
de.
De brieven liepen over van de
moeilijkheden waarmee de
Nederlanders te kampen
hebben. „Soms stond ik mid
den in de nacht op en zat ik by
de brieven te huilen. Ik had
nooit gedacht dat er zo ontzet
tend veel leed in Nederland
was", aldus mevrouw Van
Eysden.
Veertig jaar lang (het jubileum
zal deze maand worden ge
vierd) geeft Margriet nu raad.
De problemen zijn in de loop
der jaren veranderd, maar
meer nog de aard van de ad
viezen, zoals de sociologen
Christien Brinkgreve en Mi
chel Korzec ontdekten. Zij
hielden een studie naar de
wijze waarop de vragenru-
briek zich in de loop van 40
jaar heeft ontwikkeld en wat
voor conclusies daaruit ge
trokken kunnen worden voor
gevoel, gedrag en moraal in
Nederland tussen 1938 en
1978.
Tips
De „Margriet weet raad"-ru-
briek was aanvankelijk opge
zet om de Nederlandse huis
vrouw tips te verschaffen op
het gebied van de huishou
ding, het koken en het maken
van kleren. Al snel bleek dat
daar weinig behoefte aan was
wel zat Nederland verlegen
om iemand die seksuele
problemen aan kon, zich wil
de verdiepen in huwelijks
moeilijkheden en de opvoe
ding van de kinderen, of de
samenstelling en hoogte van
het huishoudgeld.
Margriet is in die 40 jaar wel
veranderd, zo constateren
Brinkgreve en Korzec. De
veranderingen hebben voor
namelijk betrekking op de
vermindering van machts
verschillen, zowel die tussen
man en vrouw, als tussen ou
der en kind en die tussen de
sociale klassen.
Ook wordt er in latere jaren
minder door Margriet gemo
raliseerd. Er wordt minder
gepraat in termen als „slecht
heid", „zonde" en „kwaad"
Dat maakt plaats voor een be
roep op de eigen verantwoor
delijkheid. Het „gemorali
seer" gaat over in „gepsy-
choloriseer". Problemen zijn
niet langer het gevolg van de
overschrijding van de grens
tussen goed en kwaad, maar
worden eerder veroorzaakt
door karaktertrekken en so
ciale en psychologische ge
gevens.
De verandering in de adviezen
die worden gegeven, is het
duidelijkst waarneembaar in
die over seksualiteit en de re
latie man-vrouw.
In het begin van de jaren '40 en
'50 was seksualiteit taboe. De
Nederlanders waren zelf nog
niet zo open over dit onder
werp dat zy in groten getale
brieven met seksuele
problemen stuurden, maar
ook de redactie van Margriet
stond er nogal huiverig te
genover. Onderwerpen als
„onechte" kinderen, drie
hoeksverhoudingen en
vrouwenmishandeling, wer
den door christelijke chefs te
„aanstootgevend" geacht om
in het openbaar te worden
behandeld, en werden daar
door uitsluitend in privè-cor-
respondentie afgedaan.
Mevrouw Van Eysden zelf had
echter de grootste moeite met
problemen van seksuele aard,
zoals zij tegen Brinkgreve en
Korzec vertelt: „Wij hadden
toen wel een sociaal werkster
(Foto afgestaan door Spaarnestad)
was, zou ik die 18-jarige doch
ter vastbinden op haar
stoel"
In 1970 ging het allemaal wat
anders. Een meisje is door
haar ouders gedwongen na
drie jaar haar verlovin® uit te
maken. Margriet: „Je ouders
trekken zich niets van jullie
gevoelens aan, ze hebben
zonder meer de botte bijl in
jullie verloving gezet, omdat
ze die jongen niet geschikt
voor je vinden. En jij bent
zomaar bereid je hele liefde, je
relatie op te offeren. Een
beetje meer strijdbaarheid
van jouw kant en wat meer
vechten voor je geluk zouden
niet misplaatst zijn".
De verschuivingen die zich
voordeden in de adviezen op
het gebied van seksualiteit en
ouder-kmdrelatie, vallen to
taal in het niet bij de onge
looflijke ommekeer die Mar
griet maakt in de machtsver
houding tussen man en
vrouw. Vijftien jaar geleden
nog zag de positie van de
vrouw er bepaald niet
rooskleurig* uit: ze moest
zichzelf wegcijferen, ze moest
offers brengen en onver
stoorbaar haar plicht vervul
len, woede en verdriet moest
ze maar voor zich houden.
In 1962 stelde Margriet aan alle
vrouwen de volgende vrouw
ten voorbeeld: „Een man van
midden veertig was plotse
ling verliefd geworden op een
meisje van nog geen 18. Zijn
vrouw heeft mij toen ettelijke
wanhopige brieven geschre
ven. Ik heb haar geantwoord
dat zij de situatie moedig on
der ogen moest zien en het
gedrag van haar man moest
beschouwen als een tijdelijke
afdwaling. Ik heb geschreven
dat zij hem moest blijven lief
hebben Ik heb haar ge
smeekt geduld en begrip te
tonen. En na een stille held
haftige strijd van bijna twee
jaar heeft zij overwonnen. De
man is naar zijn vrouw terug
gekeerd en de harmonie in
het gezin is hersteld. Zo kan
het ook in uw geval gaan als u
dat zelfde begrip, dezelfde
liefde weet op te brengen
Dus: gèèn eisen, geen wetten,
geen commando's, geen ver
wijten, geen ruzies. Wel: be
grip, trouw, bewijzen van
diepe genegenheid"
Richtlijn
De richtlyn van Margriet was.
dat een vrouw geduldig
moest afwachten tot haar
man van de dwalingen zijns
weegs (slippertjes) was te
ruggekeerd. Het wordt min of
meer beschouwd als een
„normale" gang van zaken,
dat een man tussen de 40 en 50
een verhouding aanknoopt
met een jonger meisje. Aan
„normale" is: „U hebt uw
man zijn houding verweten.
U wilt hem door redeneren
van het verkeerde van zijn
gedrag overtuigen. Doe dat
liever niet. Probeer door
veel liefde en begrip uw man
te genezen van zijn bevlieging
Er zal een tijd komen dat
uw man het verkeerde, het
belachelijke van zijn gedrag
zal inzien en maar al te blij zal
zyn by u een veilige haven te
vinden voor zijn teleurstel
ling" (1950).
Een vrouw daarentegen had
helemaal geen rechten. Zo
moest in 1958 een vrouw haar
„zuivere vriendschap" met
een andere man afbreken
omdat haar echtgenoot er be
zwaar tegen had.
Een meisje dat, terwijl haar
verloofde in Indië zit, een an
dere jongen ontmoet en nu
denkt van alle twee te hou
den. krijgt te horen: „Onzin,
dat denk je maar. In je hart
hou je het meest van je ver
loofde in Indië, maar al die
overdreven liefdesbetuigin
gen van die andere jongeman
strelen je ijdelheid. Je ver
loofde in Indië vertrouwt op
je. Breng die nieuwe vereer
der van je aan het verstand
dat het niets tusschen jullie
kan worden, omdat je niet vrij
bent Kijk beter uit je oogen
en ga niet te veel uit dansen,
terwijl je verloofde zyn leven
waagt voor ons land"
(1946).
Dansen is sowieso volgens
Margriet een verzoeking des
duivels als de verloofde in het
buitenland is. „Van een
dansje komt een praatje, van
een praatje een Airtje, van een
Airtjevul zelf maar in". Wat
er nu precies kan gebeuren,
blijft onduidelijk, maar het is
wél heel erg.
Nog in 1966 werd geheel in de
lijn dat een vrouw volgzaam,
onderdanig moest zijn en het
vooral haar man naar de zin
moest maken, een werkende
vrouw aangeraden, haar baan
maar op te geven. „Toon u
zwakker, uw man moet de
leiding nemen, hij moet de
kostwinner zijn. Laat hem de
leiding, hem de eer, de man
neneer, hoe uw handen ook
jeuken. Gaat u door op de
huidige manier, dan bent u
over een jaar of wat een ras
echte Kenau en uw man een
zielig mislukte ftguur die
nooit meer iets presteert en
naar de pijpen van zijn vrouw
danst".
Schril
Deze adviezen staan in schril
contract met die welke „Mar
griet weet raad" nu geeft. Nu
moet de vrouw ervoor zorgen
haar zelfstandigheid te bewa
ren, ze moet protesteren en ze
moet er in elk geval voor
zorgen geen huisslavin te
worden. Hoe zich dat verschil
in praktische adviezen uit,
blykt uit de klacht van een
vrouw wier man drinkt en
dan tierend door het huis
loopt
-1950: „Met begrip en liefde be
reikt men meer dan met ru-
-1977: „Het wordt tijd dat u uw
mond open doet en tot acties
overgaat. Dit is geen leven.
Uw huwelijk is mensonwaar
dig".
Sinds het begin van de jaren '70
staat bij „Margriet weet raad"
niet meer de wens van de man
centraal, maar veel meer het
idee dat de verlangens van
beide partners recht moet
worden gedaan. Een van de
belangrijkste uitvloeiselen
van deze wijziging is ook, dat
er meer bespreekbaar wordt
gemaakt. Vrouwen krijgen
niet meer de raad hun mond
te houden. Nee, ze moeten er
juist over praten. Emoties
moeten niet meer, zoals in het
begin van de jaren '50, onder
drukt worden, maar ze moe
ten nu gehanteerd wor
den.
Ondanks de veranderingen die
zich op verschillende terrei
nen in de rubriek „Margriet
weet raad" manifesteren (en
die waarschijnlijk gelden
voor het hele Nederlandse
volk, omdat het publiek van
Margriet een getrouwe door
snee is), is er een aantal fun
damentele dingen door de ja
ren heen overeind blijven
staan. Onder meer dat huwe
lijk en gezin de belangrijkste
idealen zijn. Verder wordt al
tijd de voorkeur gegeven aan
liefde boven geld (liefde dan
wel in de goede, huwelijkse
verhouding, niet in een harts
tochtelijke relatie), boven
dien moet er als er sprake is
van een keuze, altijd gekozen
worden voor de partner.
Weemoedigheid
Een van de dingen die Brink
greve en Korzec met een ze
kere weemoedigheid in hun
studie constateren, is het ver
dwijnen van de naastenliefde
als ideaal. „De Naastenliefde
heeft afgedaan als ideaal.
Vroeger was er medelijden
met mensen die aan de kant
gezet werden. Nu worden ze
krachtig toegesproken dat ze
zich maar eens Ainker op
moeten stellen. Misschien is
de winst een vermindering
van soms hypocriet medelij
den, het verlies is een zekere
verharding: niet meer gericht
op het helpen van elkaar,
maar op het opkomen voor je
zelf. De sukkels van nu zijn de
aardige mensen van vroeger"
aldus de sociologen.
Een voordeel dat Korzec en
Brinkgreve constateren, is
dat Margriet de laatste jaren
de drempel naar de psycho
therapeutische gezondheids
zorg drastisch heeft verlaagd.
Er wordt nu veel meer door
verwezen naar Bureaus voor
Levens- en Gezinsmoeilijk
heden en naar Medisch Op
voedkundige Bureaus.
De stichtster van de rubriek
„Margriet weet raad", me
vrouw Van Eysden, was het
hier beslist met mee eens.
„Margriet weet raad is mijn
rubriek niet meer. Het is al
lemaal zo koud geworden. De
mensen worden allemaal
doorverwezen naar instan
ties. En daar gaan ze echt niet
heen".
193IM978, door Chri!"inr
Brinkgreve en Miehei Konen,
Aula-pockel. uitgeverij Het
aangetrokken, die met een
staf van zo'n 36 meisjes voor
de beantwoording van de
brieven zorgde. Iedere week
haalde zij er dan zo'n 25 tot 30
brieven uit, die ik redigeerde
voor de rubriek. Ik heb zelf
tegen de sociaal werkster ge
zegd: In Godsnaam geen sek
suele problemen meer. Ik kon
er niet meer tegen"
?Ik kreeg na de oorlog brieven
van mannen die door de oor
log geen man meer waren. En
dat hun vrouw ze dan voor
hun ogen bedroog met een
andere man. Dat was zoiets
vreselijks. Ik werd zo ontzet
tend zenuwachtig. Je moet
bedenken, ik was toen ook
niet zo jong meer. Ik was 50
jaar, toen direct na de oorlog
ook een golf, kwam van aller
lei perversiteiten. Homo, dat
greep toen om zich heen. Ik
werd er gek van. Ja, je wou die
jongens wel helpen, maar
hoe? Ik kon altijd wel verwij
zen naar instellingen en
clubs, maar ik kon er niet echt
aan werken. De moraal was
heel anders geworden", aldus
mevrouw Van Eysden.
De opvattingen van mevrouw
Van Eysden werkten zonder
twijfel door in haar adviezen
Seksualiteit was iets beang
stigends, en problemen op
dat gebied hadden te maken
met een algeheel „zedelijk
verval". Tot die termen ble
ven de adviezen in „Margriet
weet raad" beperkt; nooit
werd de lezer duidelyk ge
maakt wat er precies aan de
hand was: dat was te af
schrikwekkend.
Vragen op zedelijk gebied be-
liandel ik liever niet. Het is ui
terst gevaarlijk terrein en bo
vendien niet geschikt om het
zij hier, hetzij per brief
beantwoord te worden'
schreef de rubriek in
1950.
Vier jaar later kregen ouders
van een zesjarig meisje het
volgende te horen: „Als uw
dochtertje van amper zes jaar
met dergelijke schokkende
verhalen thuis komt, dan
moet u niet alleen direct al de
vriendjes en vriendinnetjes
beschuldigen, maar u moet
eens laten onderzoeken of uw
kleine meid zelf niet een of
andere afwijking op dit ge
bied heeft. Haar uitingen zijn
van dien aard, dat ik vrees dat
zij niet geheel safe is". Wat het
zesjarig meisje nu precies
thuis heeft verteld, blijft een
geheim. De brieven aan Mar
griet zijn niet bewaard geble
ven, maar hoogstwaarschijn
lijk vinden we het nu heel on
schuldig.
Seksualiteit
Tegen het eind van de jaren '60
veranderde de houding van
Margriet ten opzichte van
seksualiteit het werd be
spreekbaar. Zo werd in 1974
gesteld: „Er zijn drie dingen
die je per se niet moet doen als
je jeuk hebt aan de binnen
kant van je vagina", en in het
zelfde jaar „U weet het, wij
weten het en uw zoon weet
het allang: hij is hoogstwaar
schijnlijk homoftel".
De verandering in de houding
van Margriet ten aanzien van
de seksualiteit heeft ook te
maken met het afscheid van
mevrouw Van Eysden. „Te
gen het einde ging het mij te
ver. Ineens mocht er alles in
Margriet. Eind '50 begin '60
Een plaatje uit die goeie oude
verschenen er artikelen over
de menopauze en over seks
met tekeningen. Ik zei: dat
gaat te ver. Er zijn nu mensen
die het blad voor de seks gaan
kopen". Ook de opvolgster
van mevrouw Van Eysden die
tot 1968 bleef, had moeite met
seksuele onderwerpen. In
1968 ging zij weg, toen werd
ook besloten dat „Margriet
weet raad" in de toekomst
terzyde zou worden gestaan
door een team van deskundi
gen.
De gewijzigde houding had na
de schoksgewijze verande
ringen die zich in het midden
van de jaren '60 op alle gebied
in Nederland voordeden, ook
te maken met het doel van de
Margriet-redactie: enerzijds
een voorhoede vormen, an
derzijds zoveel mogelijk
mensen bereiken. Dat het
tweede doel tot concessies
leidt, is duidelijk. Feit is ech
ter dat Margriet de laatste ja
ren op bepaalde gebieden een
voorhoede heeft gevormd: zo
heeft zij (in volgorde) de vol
gende taboes ongedaan ge
maakt: frigiditeit, impotentie,
homoseksualiteit en pedofi
lie. De redactie staat nu in
tweestrijd over het onder
werp incest.
Ingrijpend waren ook de ver
anderingen die optraden in de
adviezen over de ouder-kin-
drelatie. De machtsbalans
verschuift ten gunste van de
mindeijarige kinderen. In
1958 was het nog: „Jouw ou
ders willen het niet en daar
mee is de kous af Ook in
1966 werd nog dat advies ge
geven: „Aangezien je pas 16
bent en dus minderjarig, en
aangezien je ouders je de om
gang met J. eigenlijk hebben
verboden, kun je weinig an
ders doen dan hem finaal uit
je hoofd zetten"
Stoel
In hetzelfde jaar (1966) kreeg
een moeder wier dochter met
een Spanjaard mee wilde, het
volgende advies: „Als ik u
ZATERDAG 9 SEPTEMBER 1978
T""'