'Handelsreiziger in geboortebeperking m steel Amerongen Ex-Leidenaar Bavelaar: mm ZATERDAG 2 SEPTEMBER 1978 PAGINA 23 Ben lekker wezen vissen op het Braassemermeer. Maar ik heb verder geloof ik de slechtste zomer van de eeuw meegemaakt". Hetgeen er ook al niet toe heeft bijgedra gen dat Sjaak en Anneke Ba- velaar ook maar enige aarze ling vertonen om weer voor lange tijd naar een 'vreemd' land te gaan. Sjaak Bavelaar heeft al eerste impressies van Vietnam opgedaan toen hij ter oriëntatie op zyn nieuwe functie in mei een week in Hanoi was. Allereerste in druk, vanuit het vliegtuig: "Het is net alsof je op de maan terechtkomt". Vanuit de lucht zijn de kraters die de on telbare bombardementen in het land hebben geslagen, nog huiveringwekkend zichtbaar. Vietnam likt zijn wonden, maar is nog lang niet genezen. Bavelaar "Voordat de oorlog begon was Vietnam een rijstexporterend land. Nu kan het maar voor vijftig pro cent in de eigen behoefte Gemotiveerd Hij is van plan om er 'keihard te genaan te gaan", in welk stre ven hy gestimuleerd wordt door de "gemotiveerdheid van de bevolking. De mensen zijn aardig, meewerkend, eenvoudig. In Hanoi zijn geen gewone winkels. Er is een wa renhuis van de staat, waar je schoenen en kleding kunt krijgen. Voedsel krijg je al leen in staatswinkels, het eten is schaars en eentonig. De medische voorzieningen zijn ook niet zo sophisticated als hier. Auto's zie je nauwelijks op straat. De fiets is het natio nale vervoermiddel. Maar het doet je goed als je ziet dat de mensen die algemene armoe de weten te delen. Ook de ho ge functionarissen" De 'handelsreiziger in geboor tebeperking' zal als één van zijn eerste werkzaamheden in Vietnam assistentie verlenen hij het opzetten van een con- doomfabriek. "Vietnam heeft veel rubber. Misschien kan het later condooms uitvoe ren", zegt hij. Anneke kan waarschijnlijk een baantje als verpleegster in Hanoi krijgen. En verder zien ze nog wel. Sjaak Bavelaar heeft een contract voor twee jaar. De verdere toekomst is ongewis. "Uit stekend zo. Ik hou ervan als mensen voor hun baan moe ten blijven knokken". Sjaak Bavelaar (foto links): Vroeger zei ik altijd: later wil ik nooit kinderen De foto rechts werd door Sjaak Bavelaar in hartje-Hanoi ge nomen: "De fiets is het nationale vervoermiddel". to met air-conditioning en chauffeur. Vervolgens be landde ik in een hotel dat van alle gemakken was voorzien. De buitenlanders in Kuala Lumpur kunnen er een luxe leefwijze op na houden. Ze klitten op elkaar, worden lid van golfclubs en gaan bij el kaar 2 LEIDEN - "Vroeger gold ik onder mijn vrienden als een soort onheil sprofeet. 'Later wil ik nooit kinderen', zei ik altijd, 'wantje ziet in wat voor wereldje ze schopt'. Gek eigenlijk dat ik dan nu in dit soort van werk ben beland". Je zou hem een handelsreiziger in geboortebeperking kun nen noemen; (ex-)Leidenaar Sjaak Bavelaar, die binnen kort zijn werkzaamheden zal hervatten in de hoofdstad van Vietnam, Hanoi. Vietnam wordt het tweede ontwikke lingsland waar Bavelaar zijn diensten ter beperking van de bevolkingsgroei zal aanbie den. In mei van dit jaar kwam hij terug uit Maleisië, waar hy zo'n anderhalf jaar heeft ver toefd, samen met zijn vrouw Anneke. Sjaak Bavelaar (29) had toen al ja gezegd op een aanbieding die hem in Kuala Lumpur per telegram bereik te op het kantoor van de orga nisatie waarvoor hij werkt; de UNFPA, United Nation Fund for Population Activities, een onderdeel van de Verenigde Naties. Of hy geen zin had om aan de slag te gaan op de nieuwe vestiging- van de UNFPA is Hanoi. Lang hoef de Bavelaar niet na te denken. Het telegram was een welko me onderbreking van een humeurige ochtend. Bavelaar zei dus ja en stapte enkele maanden later het hoofd kwartier van zijn organisatie in New York binnen om ver dere details te bespreken. Weerzin De oorsprong van zijn mondiale carrière ligt in een diepgewor telde weerzin om zich te hij sen in de Hollandse wapen rok. Met andere woorden,- Bavelaar zocht naar alterna tieve werkzaamheden om aan de vaderlandse dienstplicht te ontkomen. Zijn studie aan de universiteit van Leiden was daarbij welkome steun; culturele antrapologie, met als specialiteit Oceanië. De coördinatoren die de UNFPA in diverse landen had gesta tioneerd )de organisatie is in 1969 opgericht) waren inmid dels - 1975 - zover dat zij drin gend behoefte hadden aan as sistentie. Via het ministerie van ontwikkelingssamen werking kon hij een keuze doen uit niet minder dan elf landen. Hij liet zyn specialisa tie, Oceanië, zuidoostelijk liggen en koos voor Maleisië En tegen de wapenrok. Bavelaar zegt nu, terugkijkend op die periode: 'Maleisië was eigenlijk een teleurstelling. Het viel me direct al tegen dat ik in zo'n ontwikkelingsland door een Amerikaan werd af gehaald in een grote witte au- Sjaak Bavelaar, die juist iets van zijn westerse, luxe leven tje wilde opgeven, ging daar om na enige tijd buiten Kuala Lumpur in de 'Kampong' (dorp) wonen, in Kuang. Een klein huisje, te midden van de meest uiteenlopende soorten vruchtbomen. Het Hollandse echtpaar werd gedwongen de taal van de autochtone be volking te spreken en dat vond het nog wel zo leuk. Pottenkijkers Over zijn werk zegt hij: "Een belangrijk beginsel van ons is dat we moeten proberen een land te leren zichzelf te be druipen. Eén van onze projec ten in Maleisië was het opzet- teh van een instituut voor demografische studies, zodat De controles die de coördinato ren kunnen uitoefenen, staan van te voren op papier, opdat er geen misverstanden kun nen ontstaan in dat opzicht Bavelaar "Het hangt er maar van af hoe je opvatting van het werk is. De één vindt iets wél correct en de ander het zelfde niet" Leidse kaas Door kleine voorvallen ver vaagde voor Sjaak en Anneke Bavelaar de herinneringen aan hun thuisland niet. Al was het maar omdat Leidse kaas ook in Maleisië verkrijgbaar bleek. En door die stom toe vallige ontmoeting in hartje Kuale Lumpur, met een Ne derlands echtpaar dat vijfjaar in de zeer Leidse Gortestraat had gewoond. De afgelopen zomermaanden hebben de Bavelaars in Nederland door gebracht; ze logeerden bij vrienden in Leiden. Sjaak: "Ik heb me lekker uitgeleefd. Maleisië straks zijn eigen de mografen kan opleiden" Maar omdat het geld dat de Verenigde Naties aan de ont wikkelingslanden beschik baar stelt afkomstig is van, zoals Bavelaar hem noemt, 'de internationale belasting betaler', houden de coördina toren wel degelijk toezicht op de besteding ervan, "zodat er niet iets ergens aan de strijk stok blijft hangen". Vraag: worden de coördinatoren en hün assistenten door de des betreffende landen dan niet als hinderlijke pottekijkers ervaren? Bavelaar, aarzelend: "Van de Maleisiërs had ik het idee dat ze er niet mee za ten maar mijn baas, een Amerikaan, was wel iemand die elke cent verantwoord wilde zien. Als een fabriek op een gegeven moment een kostenspecificatie opgaf, en daar zaten dan opeen zeven Mercedessen bij, dan ben je wel verplicht om dat aan de organisatie door te spelen ja" AMERONGEN - Eigenlijk is het met Kasteel Ameron gen altijd een ietwat vreemde zaak geweest, ledereen kent wel het forse gebouw, dat niet in het minst zijn populariteit te danken heeft aan het feit dat hier de Duitse keizer na een verblijf van twee jaar in 1920 afstand van de troon deed. Een soort bekendheid die het moet delen met Huize Doorn, waar de vorst ook al heeft verbleven. Als je aan iemand vroeg of-ie Kasteel Amerongen ook wel eens van binnen gezien had, dan kreeg je steevast een ont kennend antwoord, want verder dan de niet bijster in teressante tuin zijn naar ver houding maar weinigen ge komen. Bij de bewoners is blijkbaar weinig belangstel ling voor vreemde kijkers geweest, zodat toeristisch be zoek aan het kasteel tot de schaarse uitzonderingen be hoorde. Kort geleden is daar verande ring in gekomen. De Ben- tincks, die het kasteel genera ties lang bev/oonden, zijn niet langer de eigenaar van het gebouw. Ze hebben het vorig jaar verkocht aan de Utrecht se Kastelenstichting, die het gebouw nu voor het publiek heeft opengesteld. Er is nage noeg een vrije wandeling door de zalen en gangen mo gelijk en voor wie maar een greintje plezier in oude, maar nog levende zaken heeft, is het zeker de moeite waard een ochtend of middag naar Ame rongen te gaan, dat behalve dit kasteel ook een charmante dorpskern heeft met als voor name attractie de woonstede van onze ambitieuze vice- premier. Hogelijk benieuwd naar de ge schiedenis van het kasteel hadden we via zyn secreta resse een afspraak gemaakt met de huidige beheerder, ba ron Taets van Amerongen, oud-conservator toegepaste Cees Straus kunst van het Centraal Mu seum in Utrecht. Een maal gearriveerd op het kasteel, waarbij eerst de dubbele brug moet worden genomen - hét personeel en de leveranciers kwamen aldus een verdie ping lager binnen, zodat de hoofdbewoners bespaard bleven van het uitzicht op hun ongetwijfeld volkse tro nies - blijkt de afspraak toch niet helemaal te kloppen. Baron Taets ontpopt zich als een nogal norse en stugge man, die het in dit stadium niet op publiciteit heeft be grepen. Met veel afwerende gebaren vertelt hy dat het kasteel nog niet is voorbereid op de komst van het grote publiek. „We hebben hier nog maar kort geleden een toilet laten aanleggen", zo deelt hij mee, waarbij onmiddellijk de vraag rijst waar dan het per soneel het sanitair kon gaan bekijken. Vragen naar de geschiedenis worden ook korzelig afge daan met een verwijzing naar een niet onaardig boekje dat a raison van enkele guldens voor elke bezoeker aan de kassa klaarligt. Het blijkt trouwens dat de baron niet zo heel veel meer afweet van het kasteel; op vragen die ont Baron Taets van Amerongen, b staan nadat hij bepaalde pas sages uit het boekje op slecht verstaanbare wijze heeft voorgedragen, geeft hij vrijblijvende of vage ant woorden. Nauwe banden met Kasteel Amerongen heeft de baron trouwens niet. Hij is zelf bewoner van Kasteel der van kasteel Amerongen Renswoude, overigens niet zo ver van ^merongen. Ridderhofstraat Toch is er over Amerongen bij zonder veel te vertellen. We moeten voor het begin terug naar de in nevelen gehulde middeleeuwen, die over het kasteel niet zoveel loslaten. Het is aan het einde van de 13e eeuw door graaf Floris V als leen teruggegeven aan de He ren Bone en Diederik van Amerongen en daarvoor is het een ridderhofstad ge weest met een aanzienlijk lapje grond er omheen. Over de stichtingsdatum van deze ridderhofstad is echter niets bekend. Verschillende generaties Borre, Van Culemborch en Van He- mert bewonen het huis, dat vervolgens in 1577 voor het bedrag van 8000 wordt ge kocht door Goert van Reede, ambassadeur van de Re publiek der Nederlanden. Het geslacht Van Reede levert de regering tal van staatslieden en ambassadeurs. Zo zal Go- daard Adriaan gezant worden aan het hof van de Keurvorst van Brandenburg. Hij is dat ook als in 1672 de binnenge vallen Fransen hem bevelen naar Amerongen terug te ke ren van zijn post. Van Reede weigert, met als resultaat dat het kasteel door de Fransen vrijwel geheel wordt uitge brand. Ook voor Van Reede wordt 1672 met recht een rampjaar, maar zijn eega, de Engelse Marga- retha Tumor, gaat niet bij de pakken neerzitten en begint dadelijk met een plan voor de herbouw. Het aanzien en ui terlijk van het kasteel, zoals we dat nu kunnen zien, gaat terug tot deze tijd. Van alles wat daarvóór bestond, is nu niets meer terug te vin den. Het huis wordt hersteld in de eigentijdse stijl van de late 17e eeuw. Het gaat een archi tectonische strengheid krij gen - de bouwer is waar schijnlijk een leerling van Ja cob van Campen of van Pieter Post geweest - en het berust op een zuiver vierkante grondslag. Er komen drie verdiepingen die bekroond worden door een driedelig dak. Het geheel maakt een evenwichtige, maar niet erg vriendelijke indruk. Belangrijker dan het exterieur zijn de vele collecties die in het kasteel zijn te zien. Baron Taets: „Het gaat hier om een unieke verzameling meube len en schilderyen die afkom stig zijn van èèn en dezelfde familie. Na de Van Reede's hebben hier de Bentincks vele eeuwen gewoond en in de loop der tijden heeft ieder een met zijn eigen smaak aan de verfraaiing van het huis bijgedragen. Steeds zijn er meubelen van eerste kwali teit aangeschaft en het geheel laat een vermenging zien van topstukken met gewone za ken zpals dat indertijd het ge- val is geweest" V orstenportretten De Bentincks zijn volgens de baron een „bewaarderige' familie geweest. Zo bezit hel huis een uitvoerig archief, de talloze correspondentie die compleet is gebleven, levert nu een rijke verzameling. Zo als de Van Reede's heeft het geslacht Bentinck tal van re geringsvertegenwoordigers gekend. Dat bracht weer con tacten met vorsten met zich zorgde collectie vorstelijke portretten getuigt. „Zeker voor een particulier huis is dit een uitzonderlijke col lectie", aldus de heer Taets, die ook graag wijst op de eon- tinuiteit in de familieportret ten die vanaf de 16e eeuw geen onderbreking kent. „U moet hier echter geen bijzon dere werken uit stilistisch oogpunt verwachten of grote namen. Het zijn vooral de vorstenportretten die belang rijk zijn". Ook de antiekliefhebber komt op Kasteel Amerongen ruim schoots aan zijn trekken. Er is een fraaie Gobelinkamer die rond de eeuwwisseling door bouwmeester Cuypers op nieuw is ingericht. Aan de wand hangen tapijten met voorstellingen naar Teniers, die in het Vlaamse Oude naarde zijn gemaakt en de kenner weet dat hier kwaliteit met een hoofdletter wordt ge schreven. In de gangen tussen de ver schillende vertrekken staan een paar grappige draag koetsjes, die ooit bestemd zijn geweest voor de chique be zoekers die het kasteel fre quenteerden. Tot hem moet bijvoorbeeld admiraal Cor nells Tromp hebben behoord, die hier in 1677 heeft rondge lopen, en natuurlijk de al eer der genoemde keizer Wilhelm II. In de Gobelinkamer staat het bureau waarachter hij zat bij het paraferen van zijn ab dicatie. Een borstbeeld vormt een van de herinneringen aan dit feit. Baron Taets: „We zijn voorlopig niet van plan in de huidige opstelling veranderingen aan te brengen. De collectie blijft in principe zoals ze is. Er is eerder te veel dan te weinig, maar aanvullingen kunnen altijd worden overwogen, al is daar weinig geld voor. De na druk blijft vallen op het per manente karakter. In de eer ste twee jaar is er geen ruimte ook in de winter publiek te trekken door middel van kleine tentoonstellingen of misschien concerten". Wie kasteel Amerongen wil be zoeken, kan er van dinsdag tot en met zaterdag tussen 10-17 uur terecht en op zon- en feestdagen van 14-17 uur. Op maandag gesloten. Het sei zoen loopt van 1 april tot 1 no vember. daarna wordt het bij ontstentenis van verwarming te koud. Neem wel een ther mosfles mee of koelboxje, want over een eenvoudig kopje koffie beschikt ook de baron niet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1978 | | pagina 23