TIEN BOSJES
BLOEMEN OP
VERDWENEN
GRAF
ZATERDAG 19 AUGUSTUS 1978
-EXTRA
PAGINA 23
Russische soldaten in de straten
van Praag 1968. (foto links). Foto
rechts: Een Russische tank staat in
brand.
Vierentwintig uur nadat de troepen van
het Warschaupact Tsjechoslowakije
waren binnengevallen, stond ik aan
de Tsjechoslowaaks-Duitse grens
Waidhaus-Rozvadov. Ik werkte toen
bij VPRO-televisie. In de loop van de
morgen hadden we een free-lance
cameraman georganiseerd. Een vi
sum hadden we zonder problemen
van de Tsjechoslowaakse ambassa
de in Den Haag gekregen. In het be
gin van de middag reden we weg en
tegen middernacht stonden wij bij de
Tsjechoslowaakse douane.
Helaas - ze mochten ons niet doorlaten,
zelfs met visum niet. Opdracht uit
Praag. Morgen maar opnieuw probe
ren. Het was maar goed dat 'ik uit
voorzorg luchtbedden had meege
nomen - we konden nu tamelijk com
fortabel in de auto blijven slapen.
De volgende morgen weer de S-bocht
van de Duitse slagboom naar de Tsje
chische kantoortjes gereden. Aan de
vlaggemast hing de nationale vlag -
halfstok. Milan had dienst-een ouwe
getrouwe op deze grenspost. En aan
gezien ik een ouwe getrouwe grens-
ganger was, kenden we elkaar zo'n
beetje. Maar ook dit hielp niets. Hij
vond het erg spijtig, maar de op
dracht van Praag luidde: nog niet.
Dat duurde tot zondag, 's Morgens
vroeg ineens het bericht: de grens is
open (Achteraf bleek dat de inmid
dels op gang gekomen onderhande
lingen tussen de Tsjechoslowaakse
en Sowjet-leiders in Moskou in een
kritiek stadium verkeerden; op dat
moment had Praag" behoefte aan
zoveel mogelijk westerse journalis
ten opdat die getuige konden zijn van
eventuele gebeurtenissen).
Ik kende de weg. En dat was maar goed
ook, want alle richtingborden waren
verdwenen, weggehaald door de
Tsjechen om de Russen in de war te
brengen. De Tsjechische douane had
ons gewaarschuwd voor Russische
patrouilles, omdat die onherroepelijk
alle apparatuur in beslag zouden ne
men. Af en toe kwamen we een Sow-
jet-tankkolonne tegen, maar we wer
den niet aangehouden.
Ring
Van de bevolking hoorden we, dat
Sowjettanks op een veertigtal kilo
meters van Praag een ring om de stad
hadden gelegd en dat niemand daar
ongecontroleerd in en of uit kwam.
Hoe dichter we die ring naderden,
hoe vaker we stopten om Tsjechen
naar die afzetting te vragen. Ten slot
te zaten we in een dorp, dat vlak voor
die „ring" lag. Maar bewoners wisten
een smal achterweggetje dat de Rus
sen niet kenden en waarlangs we on
gezien Praag konden bereiken. Hoe
we gereden hebben, weet ik nu nog
niet.
In ieder geval herkende ik ineens op
een tamelijk smal bergweggetje de
filmstudio's van Barandow - nog
maar een paar kilometer van het cen
trum. Maar dat centrum ligt aan de
andere kant van de Moldau en op alle
bruggen stonden Russische tanks. Ie
dere passant werd gecontroleerd.
Eèn brug werd niet gecontroleerd: De
beroemde Karelsbrug, want die was
alleen' voor voetgangers. De niet-di-
rect benodigde cameraspullen lieten
we bij iemand die we kenden achter,
de meest essentiële dingen stopten
we in een zak. Daarmee ging de came
raman lopend over de Karelsbrug en
ik reed met de auto over een gecon
troleerde brug. En wat gebeurde?
Ik werd niet aangehouden, kon zo door
rijden en op de Karelsbrug was intus
sen toch een Rus neergezet. Maar die
was net bezig de tas van een Tsjech te
doorzoeken en besteedde daarom
geen aandacht aan de cameraman,
die ongecontroleerd kon doorlopen.
Nadat ik de cameraman had opge
pikt, reden we naar Vaclavske Na-
mesti - het hart van Praag waar alles
gebeurt. Ik had daar een vast hotel -
hotel Europa, zeer ouderwets, zeer
burgerlijk, zeer Oostenrijks en daar
om zeer karakteristiek. Het zal nu
zo'n honderd jaar oud zijn en dank zij
het feit, dat communistische regimes
er nooit geld voor over hebben om
verbouwingen uit te voeren, hebben
dit soort hotels gelukkig de moderni
seringsrage, die het Westen na de
oorlog heeft overspoeld, overleefd. In
maart 1968 had ik er voor het laatst
gelogeerd - in de feestroes van de li
beralisatie die mij toen het gevoel gaf
de vijfde mei 1945 voor de tweede
keer mee te maken
Tanks
Vaclavske Namesti zag er nu heel wat
anders uit dan een half iaar geleden.
Overal stonden Russische tanks op
gesteld. Vlak tegenover Europa staat
het gebouw van het dagblad „Svbod-
ne Slovo" („Het vrije woord"). Het
was, net als alle andere krante-, radio-
en televisiegebouwen, door de Rus
sen bezet. Ervoor drie tanks, de lopen
dreigend op Europa gericht.
De receptionisten van Europa kende ik
vrij goed en een van hen was min of
meer een kennis geworden. Ik stapte
de hotelhal binnen. Mijn kennis
stond achter de balie, gebogen over
een registratieboek. Ik ging naar hem
toe en begroette hem. Hij keek op en
barstte onmiddellijk in tranen uit
toen hij me herkende: „Had u dat nou
gedacht", huilde hij, terwijl hij mijn
hand greep. Dat was de eerste keer in
die vreselijke dagen, dat ik me nau
welijks goed kon houden. We hebben
vaak de neiging in zulk soort situaties
als Tsjechoslowakije 1968 in abstrac
ties te denken: het volk, de commu
nisten. de Russen. Het dringt soms
niet tot ons door dat het altijd om in
dividuele mensen gaat. De invasie in
Tsjechoslowakije betekende voor
vrijwel elke Tsjech en Slowaak per
soonlijk leed, persoonlijk ver
driet.
Een kamer krijgen was geen probleem
Alle echte toeristen waren vertrok
ken, de namaaktoeristen waren zo
juist aangekomen. Dat was het
toverwoord tegenover Russische sol
daten als ze je aanhielden. Je pas kon
den ze niet lezen, ze kenden alleen
hun eigen cyrillische schrift. Je riep
maar „turist" en als je niets bij je had
dat op het tegendeel wees legden ze je
geen strobreed in de weg. Troffen ze
apparatuur aan (camera's, band
recorders) dan werd die niet in beslag
genomen. Wel ondergingen die appa
raten een kleine behandeling: de
Russen tilden ze op schouderhoogte
en wierpen ze vervolgens met enige
kracht ter aarde. De overblijfselen
mocht je weer meenemen
Uitgaansverbod
Een standaardverhaal in die dagen van
collega-tv-mensen was: als Russen
zien datje filmt, schieten ze op je. Feit
is, dat er ontzettend veel gefilmd is,
feit is ook dat geen enkele camera
man gesneuveld is. Maar je geloofde
dat verhaal onmiddellijk, omdat je
meemaakte dat er 's avonds na zeven
uur als bij afspraak in het wilde weg
door de Russische troepen werd ge
schoten. Hoewel er geen officieel uit
gaansverbod was, wist iedereen datje
na zevenen niet meer op straat
mocht.
We hadden verschillende keren aan het
eind van de dag discussies met Rus
sische soldaten die tegenover ons ho
tel dat krantegebouw bezetten en be
waakten. We - dat waren dan de „toe
risten" die vrijwel alle westelijke me
dia vertegenwoordigden. Zo'n ge
sprek verliep met handen en voeten
en met de gemeenschappelijke Rus
sische woordenschat van de „toeris
ten" Dat ging vrij gemoedelijk toe,
maar zo tegen zevenen keken de Rus
sen op hun horloge, waarschuwden
ons dat we beter naar binnen konden
gaan en vervolgens brak dan een
schietconcert los. Zij en collega's van
andere posten schoten in de lucht en
in de stoepgoten met geweren en met
automatische wapens en af en toe
hoorde je ook zwaardere wapens -
tankkanonschoten zeer waarschijn
lijk.
Het verhaal dat er op filmende came
ramannen werd geschoten klonk dan
ook heel geloofwaardig. De camera
man die ik bij me had, had nog nooit
iets van schieten in de werkelijkheid
meegemaakt. De eerste avond dat hij
het Russische schietconcert van ze
ven uur beleefde binnen de veilige
muren van Europa, liep hij in paniek
heen en weer.
De volgende dag moest er uiteraard ge
filmd worden. Ik vroeg hem de tanks
en het krantegebouw tegenover ons
hotel te filmen. Maar ik had makke
lijk praten want ik bleef letterlijk en
figuurlijk buiten schot. „Weetje wat
we doen", stelde ik voor, „ik ga zo
staan dat als ze schieten ze niet alleen
op jou, maar ook op mij schieten"-en
ik legde mijn arm om zijn schouder
en hield mijn hoofd vlak naast zijn
hoofd. Zo hebben we als twee gelie
ven de Russen gefilmd. Maar hij hield
de spanning niet vol; na twee dagen is
hij naar Nederland teruggegaan.
Dat kon, omdat een andere Nederland
se cameraman, Dick Kool (toen
werkzaam bij Cinecentrum, nu bij de
AVRO), zonder verslaggever zat om
dat die, op de zondag dat ik aankwam,
buiten Tsjechoslowakije was geraakt
en niet meer terug kon of wilde. Met
hem ben ik toen nog een dag of veer
tien gebleven. Dick Kool. die ook nog
nooit schieten aan den lijve had on
dervonden, was door niets in paniek
te brengen en we hebben alles ge
draaid wat we wilden draaien.
Hels lawaai
In de loop van dinsdag 27 augustus
keerden de Tsjechoslowaakse gede
legeerden uit Moskou terug nadat ze
een „overeenkomst" met de Sowjet-
leiders hadden bereikt. In de nacht
van maandag op dinsdag waren er al
luidruchtige getuigen dat er verande
ring op til was. Omstreeks twee, drie
uur werden de motoren van de tanks
tegenover ons gestart en met hels la
waai trokken ze weg. Ook alle andere
tanks werden van Vaclavske Names
ti en nevenstraten teruggetrokken.
Naar later bleek waren alle tanks uit
het centrum verdwenen.
Dinsdagavond hoorden de Tsjechen en
Slowaken het verpletterende bericht
dat de Russische troepen "tijdelijk"
in Tsjechoslowakije zouden blijven.
Ook uit de rest van het communique
was het voor insiders duidelijk, dat de
Tsjechoslowaakse partijleiding in
wezen had moeten capituleren in
Moskou.
Woensdagmorgen 28 augustus. Josef
Smrkovski, voorzitter van het parle
ment, komt naar de noodvergader-
zaal (het echte parlementsgebouw
werd verbouwd) aan het Gorkiplein.
Wij filmen die aankomst van de vier
de of vijfde etage van een bankge
bouw. Duizenden Tsjechen juichen
Smrkovski toe, het volkslied wordt
gezongen, de menigte is enthousiast.
Alle hoop is gevestigd op deze man.
Ik besefte toen al, dat de zes dagen
passief verzet van de bevolking te
vergeefs waren geweest, dat er niets
meer te redden viel. dat het afgelopen
was met de Praagse Lente.
Die dissonantie tussen de werkelijk
heid en de hoop die de mensen bene
den mij nog hadden, was zo ver
schrikkelijk tragisch, dal ik absoluut
kapot was; de tweede keer in die paar
dagen - maar nu veel intenser. Ik kon
nauwelijks een woord uitbrengen -
wat ook te horen is op de reportage
die ik toen heb gemaakt en die in het
archief bewaard is gebleven.
Op die dag begon de "normalisering"
Welnu - Tsjechoslowakije is "genor
maliseerd".
DICK VERKIJK
WENEN - Tien kleine bosjes
bloemen en wat planten be
dekken het graf van een oude
vrouw. Achter de ijzeren
hekken van de enorme,
grauwe centrale begraaf
plaats van Praag ruimt een
bejaarde, tandeloze bewaker
grafdelver ze na sluitingstijd
op. Maar aan het eind van de
volgende dag zijn de bloemen
en planten weer ververst. Er
is niets, maar dan ook hele
maal niets waarin dit graf met
een eenvoudig opschrift op
de zwarte marmeren graf
steen zich van de andere gra
ven onderscheidt. Behalve
dan het feit dat iedereen weet
dat dit ooit het graf was van
Jan Palach, de Praagse stu
dent, die op het Wenceslas-
plein stierf door zelfverbran
ding uit protest tegen het
meedogenloos en bloedig
neerslaan van de Praagse
Lente.
Het graf van Jan Palach werd
snel na zijn begrafenis een
pelgrimsoord en daarom
kreeg zijn moeder zeven jaar
geleden opdracht de autori
teiten te vragen of de stoffe
lijke resten van haar zoon
naar zijn geboortedorp kon
den worden overgebracht.
Maar in zijn geboortedorp is
geen grafsteen te vinden met
Jan Palachs naam erop. Ie
dere dag nog leggen tientallen
bezoekers bosjes bloemen of
planten op het graf in Praag
en iedere avond halen de ar
beiders van de begraafplaats
ze routinematig weer
weg.
Ik denk niet dat er op de 21e
augustus veel zal gebeuren",
zeiden de doodgraver, de
taxichauffeur en de verkoop
ster bijna gelijktijdig. „Wat
valt er voor ons eigenlijk nog
te hopen? Moeilijkheden
hebben we genoeg gehad".
Andere voegen er aan toe, dat
wat er ook gebeurt, zij er voor
zullen zorgen dat zij en hun
familie bij een eventuele her
denking van de Russische in
vasie ver van de stad in hun
zomerhuisjes zitten.
Bij mijn bezoek aan Praag, eind
mei, tijdens het bezoek van de
Russische partijleider Leonid
Brezjnjev aan Tsjechoslowa
kije, was het onmogelijk met
dissidenten te spreken over
hun plannen voor de herden
king van de Russische inval.
Uit voorzorg had de Tsjecho
slowaakse regering ze alle
maal tijdelijk uit de roulatie
genomen en achter de tralies
gezet. Eèn dag van het staats
bezoek maakte Brezjnjev een
uitstapje naar Bratislava. Die
ene dag gebruiken leger en
politie voor een grootscheep
se oefening in snelle overval
len en razzia's op het Wen-
ceslasplein. Honderden poli
tie- en legerauto's reden met
loeiende sirenes en op top
snelheid van kasteel De Burg
in het hoger gelegen deel van
de stad, waar zich ook de Rus
sische en Tsjechoslowaakse
kazernes bevinden, óver de
rivier naar het plein en te
rug.
Zoals vele andere acties maakte
dat deel uit van een systema
tische intimidatietactiek van
de Tsjechoslowaakse rege
ring. De stad Praag lag erbij
zoals altijd, behalve dat het
centrum is opengebroken
voor de bouw van een metro,
waardoor het op warme zo
merdagen bedekt is onder
een dikke laag stof eri zand,
die zodra het regent verandert
in een modderpoel. Op de
plaats waar Jan Palach zich
levend verbrandde, is nu een
gapend groot gat, de ingang
van de nieuwe metro, die er
door de kale betonnen massa
uitziet als de toegangspoort
naar de onderwereld.
De gewone burger in Praag
schijnt zich te hebben neer
gelegd bij het lot dat het
Kremlin hem heeft toebe
deeld. Waar hij zich in wezen
direct zorgen over maakt, is
het tekort aan goede levens
middelen en over de huisves
tingsproblemen. Iedéreen
heeft een baan en wie werk
loos wordt, krijgt zes weken,
de tijd een andere baan te
zoeken voordat hij het gevaar
loopt door de politie te wor
den opgepakt en als „para
siet" naar een werkkamp te
Studentendemonstratie op de plaats ivaar Jan Palach
zichzelf in brand stak terwille van de vrijheid.
worden gestuurd. Zelfs al zou
hij werkloos willen zijn zon
der een uitkering te krijgen.
In Oost-Europa is dat het
antwoord op het probleem
van de werkloosheid.
De Tsjechoslowaken hebben
maar één manier om de door-
deweek opgekropte spannin
gen kwijt te raken: hun zo-
mernuisje. Het welhaast logi
sche gevolg is, dat Praag op
vrijdagmiddag leegstroomt
met een snelheid alsof ie
mand de stop eruit getrokken
heeft. Per trein, in bussen en
eigen auto's vluchten de be
woners van Praag als een
troep rendieren naar hun bui
tenhuisjes, die vaak groter
zijn dan hun huis in de stad.
Op een stukje grond bij hun
buitenhuisjes kweken ze ook
de groenten en fruit die ze in
de winkels niet kunnen ko
pen.
De Tsjechoslowaken krijgen
slechts een minimum aan vi
taminen binnen. Daarnaast
hebben ze het hoogste alco-
holverbruik ter wereld. Ze
drinken vooral Pilsenerbier,
dat voor een paar centen per
liter te krijgen is. Het gevolg
van het overvloedige bierge
bruik en de weinige vitami
nen is een slecht dieet. De
drieduizend calorieën die de
Tsjechoslowaken per dag
binnen krijgen lijken zelfs
voor westerse begrippen wel
veel, maar toch kan een hout
vester-zoals bijvoorbeeld ex-
partijleider Dubcek - zich er
maar nauwelijks mee op de
been houden.
Regeringsplannen om de tuin
bouw, een van de weinige sec
toren in de landbouw die nog
voor een deel in particuliere
handen is, te collectiviseren,
maken de zaken waarschijn
lijk eerder slechter dan be
ter.
In de winkels is vlees - wat niet
altijd van een land als bij
voorbeeld Polen kan worden
gezegd - te koop, maar in be
perkte hoeveelheden en
doorgaans meer vet dan vlees.
Het goede vlees, van magere
kwaliteit, is uitsluitend be
stemd voor de export.
Buiten de grote stad is het leven
wat minder triest. De leden
van de landbouwgemeen-
schappen genieten ondanks
de collectivisatie meer privi
leges dan de stadsbewoners.
Na hun dagelijkse achturige
werkdag op het land zijn ze
vrij een stukje grond te be
werken of een eigen huis te
bouwen. De socialistische
maatschappij in de
Oostbloklanden heeft een
aanvaardbare vorm gevon
den voor de oude traditionele
godsdienstige gewoonten en
gebruiken, die vooral op het
platteland om een alternatief
vroegen. Zo is het nu niet on
gewoon dat een bruid in het
wit trouwt voor de voorzitter
van het plaatselijk comité en
niet in de kerk. Het plaatselijk
comité houdt ook op gods
dienstoefeningen gelijkende
plechtigheden bij geboorten,
het begin van het schooljaar,
bij het behalen van een aca
demische graad, het bereiken
van de pensioengerechtigde
leeftijd en bij huwelijken en
begrafenissen. Er zijn boeken
met standaardtoespraken,
maar een voorzitter van enige
allure maaktde zijne of de ha
re zelf.
Wat maakt Tsjechoslowakije zo
anders in vergelijking met
zijn buurlanden?. Het is het
allesoverheersende gevoel
van angst, een gevoel dat
verwant is aan dat in bezet
Nederland in de jaren veertig,
toen het uiterst gevaarlijk was
te zeggen watje wilde en aan
plakbiljetten op muren en
schuttingen je erop wezen:
„Der Feind hort mit". In Tsje
choslowakije ontbreken de
aanplakbiljetten, maar de
angst is minstens zo groot en
iedereen luistert -mee naar
wat er wordt gezegd. Het is de
angst dat er midden in de
nacht op de deur wordt ge
klopt, dat je zonder opgaaf
van redenen wordt gearres
teerd en dagenlang wordt
verhoord, waarna je wordt
vrijgelaten zonder dat de
verloren werkdagen worden
uitbetaald of de schade aan je
eigendommen wordt ver
goed. Het is de angst voor de
terugslag op de hele familie
als er één het etiket „fout"
draagt. De Tsjechoslowaken
zijn murw gemaakt onder de
jarenlange druk van de Rus
sische laars. Het lijkt erop dat
ze niet meer de kracht hebben
om aan een betere toekomst
te werken. Maar wie zal zeg
gen hoe het er in Tsjechoslo
wakije over tien jaar uit zal
vergelijking wordt gemaakt
met het buurland Hongarije.
Na de Russische ingreep van
1956 had immers niemand
kunnen denken dat Honga
rije in 1978 het meest vrije
Oostblokland zou zijn.