Oranje boven
in laatste
T our-weekeinde
Raas: Mikken op de groene trui
Bernard
Hinault
SUCCESVOLLE COUREUR HEEFT NIEUW DOEL VOOR VOLGEND JAAR
r>r>
Vette pot
voor
ploeg
van Post
„Als hij zo blijft
rijdenmaakt
hij zijn rug kapot99
MAANDAG 24 JULI 1978
PARIJS (ANP) - Met de overwin
ning van Bernard Hinault in de
65ste ronde van Frankrijk be
gint vandaag de oorlog in
Frankrijk. In feite begon hij al in
het laatste weekeinde van de
Tour.
In andere jaren frequenteerden de
managers Dousset en Piel de
laatste dagen van de Ronde ho
tels van de renners. Zwaaiend
met contracten en vette start-
gelden belovend voor de crite
riums, waarin het volk de hel
den uit de Tour nog een keer in
actie kan zien. Dit jaar waren
Dousset en Piel nergens te be
kennen.
Bernard Hinault en zijn ploeglei
der Cyrille Guimard wensen
niets met hen te maken te heb
ben. Guimard vond zich in de
tijd dat hij zelf nog een van de
beste Franse coureurs was, be
drogen door het managersduo.
Van zijn startgelden bleef te veel
achter in de zakken van Dousset
en Piel als zijnde een commissie
loon. "Het percentage was veel
te hoog", oordeelde Guimard,
"zij worden steenrijk over de
ruggen van de renners, die na
hun sportieve loopbaan vaak
met lege handen achterblijven".
Guimard kon een jaar of zes, zeven
geleden weinig anders doen dan
zich ondergeschikt maken aan
de macht van de beide heren. Hij
boekte successen, maar was veel
geblesseerd. Hij moest zich wel
schikken anders kwam hij geen
enkel criterium meer binnen en
verdiende hij dus ook geen cent.
Cyrille Guimard zon echter op
wraak. Vooral om een einde te
maken aan de misstanden bleef
hij in de wielersport. Eens zou
de dag komen om toe te slaan.
Op de 23ste juli was het einde
lijk zover. Zijn pupil won de
Ronde van Frankrijk en dat feit
was een scherp wapen om Dous
set en Piel op zijn minst ernstige
verwondingen toe te brengen.
Vanaf het moment dat hij ploeg
leider werd, drie jaar geleden,
heeft Cyrille Guimard de oorlog
verklaard aan Dousset-Piel. Hij
ging persoonlijk contracten af
sluiten voor zijn coureurs. Tij
dens de vorige Ronde van
Frankrijk, waarin hij een goede
ploeg had. Zonder met één van
zijn renners een rol van beteke
nis in het klassement te spelen,
dreigde hij met terugtrekking
van zijn sponsor en ploeg uit de
wielersport om alvast de
publieke opinie achter zich te
krijgen. De kranten in Frankrijk
en ook in de andere voorname
wielerlanden stonden vol over
de asociale toestanden.
Dat jaar waren er haast geen spon
sors meer en moest de Franse
bond een aantal renners in leven
houden. Dit jaar zou Guimard
toeslaan. Zijn beste renner,
Bernard Hinault, bereikte de
staat van volwassenheid. Vorig
jaar imponeerde hij reeds met
overwinningen in de klassiekers
Gent-Wevelgem en Luik-Baste
naken-Luik en toonde hij zijn
kwaliteiten als rondcrenner met
een knappe zege in de Dauphine
Libere. Guimard bracht Hinault
snel naar de top. Dit jaar ging
het duo eerst de Ronde van
Spanje winnen. Daar bleek dat
de Breton ook in de Tour moge
lijkheden zou hebben.
Alles verliep naar wens. Hinault
stootte definitief door naar de
top en kan dit jaar de hoogste
startgelden vragen. Dousset en
Piel hoeven niet als interme
diair te fungeren. Maar de per
centages van de grootste hap uit
de koek kunnen ze fluiten. Dat
was de mooiste gedachte van
Cyrille Guimard gisteren in Pa
rijs. Hij kreeg nu de kans een
einde aan de macht van Dousset
en Piel te maken. Immers, wat is
straks een criterium in Frank
rijk zonder de Tourwinnaar? Al
le organisateren willen - maar
móeten ook - de Breton aan de
start brengen, anders komt er
geen hond kijken. Hinault, even
rechtlijnig denkend en eigen
wijs als Guimard, houdt Dous
set en Piel uit zijn buurt. Chan
tage contra chantage. De oorlog
is begonnen.
PARIJS (GPD) - Zo succesvol als bijna vier weken geleden
de Tour de France voor de Raleighs van Peter Post begon,
zo triomfantelijk was ook het slot.
Overwinningen van Jan Raas op de voorlaatste dag (nadat Wilfried Wese-
mael de tussensprint in een „vliegende etappe" had gewonnen) en Ger-
rie Knetemann op de Champs Elysèe, accentueerden de kracht. Geen
wonder dat meesterknecht Aad van den Hoek na de dubbele triomf van
zijn twee overgebleven kopmannen uitriep: „Geen twijfel mogelijk. Wij
zijn toch de besten"
De overwinning van „De Kneet" in Parijs was een herhaling van de zege
die Gerben Karstens twee jaar geleden in het hart van de Franse metro
pool behaalde. Karstens eiste destijds de eerste plaats op, doordat hij een
compact peloton op weg naar de eindstreep verschalkte. Knetemann
behoorde reeds lang voordat de ontknoping plaatshad tot een leiders-
groep waarin het „Oranje boven" meer dan ooit gestalte droeg. Behalve
de winnaar van Parijs-Nice (en de rit naar Lausanne) maakten immers
ook Henk Lubberding en Fedor den Hertog deel uit van het leidend
kwartet. De enige niet-Nederlander, de Belgische Limburger Renè Mar
tens, streed dan ook bij voorbaat een verloren strijd. „De buit is pas
binnen als de beer geschoten is" stond er desondanks op het gezicht van
Knetemann te lezen toen hij de weg naar de plaats van huldiging in
sloeg.
Evenmin als in de tijdrit van vrijdag tussen Metz en Nancy slaagde de
Nederlandse kampioen Henk Lubberding er ook dit keer nietin om het
verschil met Galdos te overbruggen, waardoor niet de Spanjaard maar
Lubberding op de zevende plaats in de eindstand zou zijn geëindigd.
Het succes van Jan Raas in de zaterdagetappe naar Senlis bezorgde Fred
dy Maertens een teleurstelling die pas een minuut na afloop van de rit tot
uiting kwam. De drager van de groene trui bleek namelijk niet op de
hoogte van de sprong die Raas in het zicht van de Finish had gemaakt. „Ik
wist niet dat hij weg was", sprak de Belgische ex-wereldkampioen ont
goocheld. „Dacht je dat ik anders nog een baanronde na de eindsprint
met mijn armen in de lucht had rondgereden"
Jan Raas vona het succes niet alleen voor zichzelf een mooie prestatie.
„Drie keer een etappe in de Tour winnen is voor iedere renner een
droomwens", zei hij. Belangrijk oordeelde de Zeeuwse finisher ook dat
hij zijn ploegmakkers weer geld in het laatje gebracht.„Misschien waren
sommigen in mij gaan twijfelen", aldus Raas, „omdat ik na het overrom
pelend begin in Leiden en St. Willebrord liefst drie keer met de tweede
plaats genoegen had moeten nemen. Als iedereen de zaak nuchter be
kijkt moet hij echter weten dat winnen een kwestie is van goed rijden en
geluk hebben. Succes hangt af van details"
Tot de details zaterdag behoorde onder meer de steun die Jan Raas kreeg
van zijn ploeg en het timen van de beslissende demarrage. „Morgen, op
de Champs Elysees, zal ik mijn best doen om iemand anders van onze
ploeg in winnende stelling te brengen. Als niemand wil, doe ik het zelf
weer", grapte hij op weg naar het hotel. Nog geen 24 uur later bleek dat
Knetemann er wel degelijk veel voor voelde om na Jan Raas de glorie
van het etappe-succes op te eisen. Het was - ondanks het verlies van
Hennie Kuiper enkele dagen eerder - met recht: eind goed al goed voor
de ploeg van Peter Post.
WIEL VERHEESEN
Leidse
bloemen
voor de
„Kneet"
■~1-n-rr Gerrie
Knetemann
kan
juichen
als hij
WÊÊM die
PARIJS (GPD) - Dat bescheiden
klasseringen in de eindstand
geen mislukte Tour de France
hoeven te betekenen, is zo oud als
de wielrennerij. Uiteindelijk
draait het in „La grande bouclé"
om slechts een handjevol echte
favorieten. De rest streeft andere
doeleinden na (groene trui, berg-
klassement ritoverwinning, witte
trui) en stelt zich verder in dienst
van de kopman. Op de lange en
moeilijke weg van Leiden naar
Parijs verloren Jan Raas en Ger
rie Knetemann hun kopman
Hennie Kuiper. Twee jongeren
uit de ploeg, Paul Wellens en
Henk Lubberding, werden zeker
vanaf dat fatale moment de klas
sementsrijders uit de formatie
van Peter Post. „Voor ons slaag
de de Tour op andere wijze", zeg
gen Raas en Knetemann. „Wij
hebben bereikt wat wij voor de
start wilden. Nu de jongeren in
het peloton zich steeds duidelij
ker gaan manifesteren, moet je
verdomd goed uitkijken datje als
routinier je marktwaarde blijft
behouden".
Drie etappe-overwinningen, drie
dagen in de gele trui en drie
tweede plaatsen hebben aan een
succesvolle Tour de France van
Jan Raas geen twijfel laten be
staan. De Zeeuw kon een gevoel
van teleurstelling over het ach
terwege blijven van de derde rit-
zege tot zaterdag desondanks
niet verbergen. „Juist omdat ik er
een paar keer zo verschrikkelijk
dichtbij was deed het je pijn",
zegt hij. „Niettemin was de ont
goocheling over het achterwege
blijven van de gele trui, nadat ik
in Leiden de proloog had gewon
nen, het meest teleurstellende
moment van de Tour. Niet alleen
zijn dagsuccessen en ereprijzen
hebben Jan Raas overigens de
overtuiging gegeven dat hij in
een volgende Tour de France gro
tere doeleinden kan nastreven.
De met Hennie Kuiper en Gerrie
Knetemann voor een leidersrol
gecontracteerde inwoner van 's-
Gravenpolder in de ploeg van
Post, heeft getoond dat hij op
sommige lastige momenten (bij
voorbeeld op de Puy de Dome)
geen verstoppertje wil spelen.
Omdat hij met zijn punch en
koersintellect, maar ook met zijn
geweldige wilskracht, op alle
fronten zijn mannetje staat, durft
Raas dan ook aan een nieuw doel
in zijn carrière te denken. Dat
doel is - naast de regenboogtrui
die binnenkort aan de nieuwe
wereldkampioen op de Nurn-
burgring wordt uitgereikt - de
groene trui voor de winnaar van
het puntenklassement. „Ik ben er
van overtuigd dat ik dit keer
reeds niet ver van de tweede
plaats afgeweest zou zijn, als ik
vanaf het begin mijn zinnen op
die groene trui had gezet", meent
hij. „Je moet echter niet vergeten
dat wij naar de Ronde zijn geko
men om Kuiper aan de eindzege
te helpen. Dan moetje persoon
lijke ambities opzij zetten voor
het algemeen belang. Ik besef
goed dat zo'n situatie zich vol
gend jaar opnieuw kan voordoen.
Het ligt er maar aan met welke
plannen onze ploeg naar de Tour
vertrekt. Desondanks wil ik een
gooi doen naar het groene tricot,
waarbij ik zeker incalculeer dat er
betere sprinters zijn dan ik".
Gerrie Knetemann kijkt evenals
Raas tevreden op het grootste
wielerevenement terug. „Het is
een goede Tour geweest", zegt De
Kneet. „Ik heb bereikt wat ik
voor ogen had toen ik aan de start
verscheen. Ik weet hoeveel ik
kan". Ofschoon hij ook in de na
bije toekomst geen klassements
rijder genoemd wil worden („als
er hoger dan 1500 meter ge
klommen moet worden, kom ik
te kort"), blijft Knetemann toch
in de Tour de France een heel
belangrijke schakel in zijn wie-
lerloopbaan zien. „Het is een
wedstrijd waarin je je moet pre
senteren. zowel uit eigen belang
als in het belang van de sponsor.
Het is een ideale koers om de
marktwaarde te consolideren of
te verbeteren".
Voor Knetemann is het veroveren
van de gele trui intussen niet het
meest vreugdevolle moment uit
de Tour geweest. „Toen ik hem
kon veroveren liet ik de kans na
tuurlijk niet liggen", aldus Kne
temann. „Een ritzege heb ik ech
ter altijd het meest begeerd. Dat
het er twee geworden zijn, maakt
de zaak alleen maar interessan
ter".
PARIJS (GPD) - Voor Bernard Hi
nault is de deur naar een rijke
toekomst in de wielersport open
gegaan. Wie de Tour de France
wint, weet zich zeker van start
gelden rond de zevenduizend
gulden en een jaarsalaris dat kan
wedijveren met dat van de direc
teur wiens bedrijf hij dient met
reclame op het lijf.
Zoals het zich laat aanzien, wacht
de jonge Fransman een tijd
waarin hij zijn successen en
daardoor zijn marktwaarde in
belangrijke mate kan uitbreiden.
Het peloton lijkt met deze eerste
Tour-overwinning nog niet af
van Bernard Hinault, die zich de
afgelopen drie weken een all-
rounder toonde waar niemand
aan kan tippen Wie over een der
gelijk rijk arsenaal van geva
rieerde mogelijkheden beschikt
zoals Bernard Hinault die eta
leerde, bezit een grote macht.
Zijn specialiteit is het tijdrijden,
precies als dat het geval was met
Jacques Anquetil, aan wie hij
doet herinneren. Inde dagen van
grote roes over Hinaults succes
volle jacht op de gele trui, hebben
de Fransen hem niet ten onrechte
vergeleken met Monsieur Jac
ques". Diens klasse echter lag toch
een niveau hoger dan de indruk
die Bernard Hinault in deze ron
de van Frankrijk maakte. An-
quetils rijden blonk meer uit door
natuurtalent, ofwel de coup de
pèdale.
Anquetil bezat het vermogen om
zijn voeten niet alleen te laten
duwen, maar tevens te laten trek
ken, wat tot een briljante stijl
voerde. Bernard Hinault doet het
wat ruiger. Hij pompt met bruus
ke kracht constant de volle cilin
derinhoud, wat niet zo mooi is
maar wel zo effectief als de wijze
waarop Anquetil vanuit een zelf
de basis de Tour vijf keer wist te
De vraag die Bernard Hinault bij
alle gejubel over zijn geslaagde
debuut in de Ronde van Frank
rijk achterliet, zit vervat in die
meer geforceerde dan natuurlijk
aandoende manier van rijden.
Hij trapt versnellingen waar an
deren van gruwelen. Bijvoor
beeld: 42-19 in beklimmingen die
zijn meeste tegenstanders afleg
den met 42-22. Dat betekende, dat
Bernhard Hinault bij elke volle
dige cranck-omwenteling 70 cen
timeter meer aflegde dan zijn
lichter trappende concurrenten.
Daarvoor echter had hij, en dat is
het punt waar het om draait, on
geveer een zesde meer aan kracht
nodig. „Wie zo'n versnelling blijft
rondmalen"betoogt Jacques An
quetil, „maakt zijn rug kapot. Zo
iets kun je niet ongestraft blijven
doen"
Kennis nemend van die opmerking
reageert Bernard Hinault zoals
hij zich de afgelopen 23 dagen liet
kennen: zelfverzekerd, een tikkel
tje hautain bijna typisch de
houding van een echte kam
pioen", heet dat). Hinault: ,Als
het moet. kan ik best een kleiner
verzet rijden en dat zal ik nog wel
eens bewijzen ook"
Tot de grote plus-punten van de
nieuwe wielervedette behoort de
eigenschap van zelfbeheersing in
zijn koersprogramma. Ondanks
zijn grote successen van vorig
jaar die hem tot een gewild object
van organisatoren maakten,
werkte Bernard Hinault een ma
ger schema af. Hij reed wat voor
jaar skoersendeed de Ronde van
Spanje (die hij won) en nam
daarna arbeidzame rust (wat
kleine koersjes als training) tot
kort voor de Tour. Ook daarmee
viel Bernard Hinault op, in een
tijd waarin de meesten zich van
februari tot september uitsloven
omdat Eddy Merckx ze dat voor
deed.
Bernard Hinault hield zich in en
spaarde krachten. Ook nu crite-
riumbazen met vette contracten
zwaaien weet hij de verleiding te
weerstaan. Hij stort zich niet in
de karavaan die vermoeiende
reizen maakt naar de kermis-
koersen, maar werkt een uitge
balanceerd schema van maxi
maal 20 wedstrijden af.
Aan dat beleid is de invloed van
zijn ploegleider Cyrille Guimard
niet vreemd. Onder de knoet van
Merckx immers ervaarde Gui
mard wat het is om overal te wil
len rijden en alles te willen win
nen: hij ging er onder door.
Hinault: ,Jk ben me er terdege van
bewust dat de inspanningen aan
de top van de wielersport veel van
iemand vragen. Daarom zal ik
zuinig met mezelf omspringen. Ik
geef me als coureur hooguit nog
een jaar of tien. Op m'n 32ste zal
het wel afgelopen zijn, langer kun
je tegenwoordig niet mee. Wat ik
dan ga doen? Ik weet het nog niet.
Een hotel leiden lijkt me aardig.
Of op een boerderij leven. Ik zie
tegen die tijd wel"
In elk geval gaat Bernard Hinault
het financieel stukken beter stell-
len dan zijn ouders. Samen met
een paar honderd dorpelingen uit
Yffiniac (een 2000 zielen tellend
gehucht in Bretagne) waren ze
per bus naar Parijs gekomenLu
cie en Joseph Hinault. „Voor hon
derdfranc", zei de moeder van de
Tour-winnaar over de kosten van
de trip die 's morgens om vier uur
was begonnen. Jnclusief een
lunchpakket. Eigenlijk hou ik
niet van al die plechtigheden zo
als hier, maar ja, we konden toch
moeilijk wegblijven...".
PETER HEERKENS
De geruchten dat Hennie Kuiper
volgend jaar geen deel meer uit
maakt van de ploeg, brengen
Knetemann niet van zijn stuk.
Het wil niet zeggen dat hij en de
ex-wereldkampioen elkaar min
der goed mogen. Knetemann is
nuchter en professional genoeg
om zich niet door sentimenten te
laten leiden. Daarom zegt hij:
„Als Kuiper straks vertrekt om
dat hij zich kan verbeteren, moe
ten we dat gewoon accepteren. In
de wielersport is het precies een
der als in het gewone leven. Alles
draait verder. Raas en ik hebben
bij het aantrekken van nieuwe fi
guren in onze ploeg inspraak. Het
is nog te vroeg om op de ontwik
kelingen vooruit te lopen, maar
als het waar is dat Kuiper weg
gaat kunnen wij wel iemand ge
bruiken die klimmerscapacitei-
ten heeft".
PARIJS (GPD) - De grote suc
cessen in deze Tour hebben
uiteraard voor de renners
van Peter Post aangename
financiële gevolgen. Behalve
verhoogde startgelden en
een nog te bepalen premie
van de sponsor hielden de
renners vele duizenden gul
dens over aan hun inspan
ningen.
Hoe groot de Tour-verdiensten
precies zijn moet nog bere
kend worden (vroeger hield
Jose de Cauwer de boeken
van de ploeg bij, maar deze
keer begon hij er niet aan),
maar enkele vette bedragen
waren in Parijs zo uit de prij
zenlijst te lichten. De zesde
plaats van Paul Wellens in
het eindklassement leverde
f5000 op, de achtste plaats
van Henk Lubberding
f3000.
Het totale aantal overwinnin
gen (11) bracht samen
f 22.000 in de kas, voor zeven
dagen gele trui krijgt de
ploeg f 5000, de witte trui
van Henk Lubberding is aan
dag- en eindprijzen goed
voor in totaal f 6000, de lange
tijd dat de eerste plaats in
het ploegenklassement werd
bezet maakte f 5000 rijker en
de tweede plaats in het eind-
ploegenklassement brengt
f 4500 op.
Alleen al aan deze prijzen in
casseert de ploeg ruim een
halve ton. Daarbij komt nog
een grote hoeveelheid aan
kleinere, die samen een aan
trekkelijk geheel vor-
PETER HEERKENS