Crisissfeer
rond komst
eerstejaars
willen
wonen
Vorderen is moeilijk
ZATERDAG 15 JULI 1978
LEIDEN - Het ijzeren toegangshek
wordt gemarkeerd door twee
stenen paaltjes in de vorm van
een obelisk. Op de linker is nau
welijks nog zichtbaar een vlinder
uitgehouwen, de rechter bevat de
verweerde contouren van een
omgekeerde fakkel. De vlinder
staat voor de vergankelijkheid
van het leven, de fakkel drukt het
uitgebluste leven uit. Samen
vormen ze een stuk vergane
symboliek aan de rand van een
oud kerkhof.
Het kerkhof ligt aan de Groenes-
teeg bij de Zijlsingel in Leiden.
Verscholen in een uithoek van de
oude binnenstad en ingebed in de
idyllische omgeving van de vroe
gere stadswal dommelt de be
graafplaats in eenzaamheid. De
monumentale schoonheid is
slechts bij weinigen bekend.
Sinds kort is de begraafplaats
Groenesteeg aan een dreigende
vergetelheid ontrukt. Vorige
maand is het kerkhof op de mo
numentenlijst geplaatst. De ka
rakteristieke waarde van aula en
begraafplaats - aan de rand van
het nieuwbouwgebied Heren
gracht/Zijlsingel - is zo voor de
toekomst beschermd.
Beheerder Ten Hoove - hij woont al
eenenveertig jaar op de begraaf
plaats - is er weinig van onder de
indruk. Of hij ingenomen is met
de aanwijzing tot monument?
Ten Hoove (69) zonder aarzelen:
"Wat heeft dat nou voor nut. Ik
zie dat niet. Niks is toch eeuwig."
Ten Hoove hoopt in ieder geval dat
hij voorlopig nog op het kerkhof
kan blijven wonen. Met zijn
vrouw bewoont hij de bovenver
dieping van de aula. "Ik woon
hier prettig, ik zou er niet graag
weg gaan," zegt de beheerder van
de Groenesteeg. Dertig jaar
werkte hij op de begraafplaats,
meer dan veertig woont hij er in
middels.
De aula is volgens Ten Hoove een
prettige woning, mooi kan hij
hem nauwelijks vinden. "Ik kan
er geen monument in zien," geeft
hij te kennen. Toch kan hij meer
waardering voor opbrengen dan
voor de aangrenzende nieuw
bouw aan de Groenesteeg. "Daar
zou ik niet graag willen wonen."
Het is het verschil tussen de klas
sieke vormenschoonheid van de
vorige eeuw en het strakke func
tionele van nu.
De aula is een zogenaamd eclecti-
cistisch gebouw, een'negentien
de eeuwse bouwtrant met na
bootsing van vroegere klassieke
stijlen. Het gebouw is een ont
werp van stadsbouwmeester
Salomon van der Pauw, de archi
tect van onder andere de neo
klassieke bovenbouw van de
Koornbeursbrug.
Tand des tijds
Aula en kerkhof vertonen sporen
van de tand des tijds en een zeke
re verwaarlozing. De staat van de
begraafplaats valt niet los te ma
ken van het aflopende gebruik.
Het kerkhof Groenesteeg is in fei
te een gesloten begraafplaats.
Enkele jaren geleden vond er de
laatste begrafenis plaats.
Sindsdien laat beheerder Ten
Hoove alleen nog op verzoek be
zoekers binnen. "Nee, er komen
niet veel mensen meer. Zo af en
toe eens iemand die ontdekt dal
zijn grootvader hier ligt," vertelt
hij.
Het kerkhof Groenesteeg dateert
uit de eerste helft van de vorige
eeuw. Op de oude stadswallen
van Leiden verrezen in die perio
de vier begraafplaatsen. Het be
graven bij de kerken was door
gebrek aan ruimte niet langer
mogelijk en de geslechte bolwer
ken vormden een uitstekende
nieuwe omgeving.
Bij de Herenpoort werd een be
graafplaats aangelegd op het Jan
Door
Kees van der Malen
Foto's
Jan Holvast
Vroegopbolwerk (later het Ar
menbolwerk). Bij de Marepoort
verrees een kerkhof op het Pape-
gaaiebolwerk. Beide begraaf
plaatsen waren er voor de armen.
De begraafplaats aan de Groenes
teeg - op het Nieuwe Bolwerk -
was er één voor de welgestelden.
Bij de foto's:
Linksboven: Zerken rijzen op tus
sen het gras.
Rechtsboven: Een symbool van af
gebroken leven.
Midden onder: Grafstenen in aan
getaste slagorde.
Het gravenboek van de Groenes
teeg geeft daar een sprekend in
zicht in. Als eerste koper van een
graf vermeldt het al in 1813 - nog
voor de aanleg - mr. Pieter Ge
rard Maas. Hij bestelde een dub
bel gemetseld graf met zerk, kos
ten 120 gulden.
Andere sprekende namen uit het
gravenboek zijn die van douariè-
re Van Hatteren en heer Diederik
van Leyden Gael heer Van Vlaar-
dingen. De douarière hield het bij
een dubbel gemetseld graf zon
der zerk, kosten 70 gulden. Van
Leyden Gael liet zich een enkel
gemetseld graf met zerk, even
eens voor 70 gulden, aanleggen.
Modes
Het kerkhof aan de Groenesteeg
bevat praktisch allemaal familie
graven. Grote grafstenen liggen
er onder een zwaar ruisend bla
derdak van rijk geboomte, deels
gehavend en verweerd in aange
taste slagorde. Hier en daar zijn ze
voorzien van ijzeren hekjes als
een extra status. Ook op het
kerkhof heersen modes, in de ne
gentiende eeuw waren dat een
periode van ijzeren ornamenten.
Op een hoger gelegen deel van de
oude stadswal rijzen tussen het
welig opgeschoten gras en wilde
bloemen de zerken op. Vele na
men zijn al lang niet meer te le
zen, sommige zerken staan
scheefgezakt en een enkele graf
steen is al overwoekerd. In deze
weldadig verstilde omgeving
heerst de complete harrponie
tussen leven en dood.
De monumentale waarde van het
kerkhof wordt sterk bepaald
door de karakteristiek van de
zerken en grafstenen. Afgebro
ken pilaren in verschillende ma
ten. Beheerder Ten Hoove legt
uit: De afgebroken pilaar is een
symbool van het afgebroken le
ven. Een laag afgebroken zuil
duidt op een jong afgebroken le
ven, een langere op een verschei
den in de bloei van het bestaan.
Een, enkele zuil mist alleen de
top,'dié er schijnbaar afgebroken
naast ligt. De top heeft echter al
tijd ontbroken ligt speciaal vast-
gemetseld op de sokkel. Ook dat
heeft symbolische betekenis.
De toevallige bezoeker aan de be
graafplaats Groenesteeg weet
zich opgenomen in de tevreden
stilte van het kerkhof. Onzicht
baar kwetterende vogels in de
bomen, onverstoorbare scharre
lende ganzen tussen de graven en
een sierlijk versteend engeltje
achter een struik houden hem ge
zelschap. De begraafplaats Groe
nesteeg is meer dan alleen maar
een monument, het is een eldora
do van rust.
LEIDEN - Het wordt mis
schien wel een beetje afge
zaagd, maar het aantal
eerstjaars studenten dat
jaarlijks de Leidse colle
gebanken bevolkt, groeit
nog steeds. Dit jaar wor
den er zo'n drieduizend
verwacht. Dat is een stij
ging van tien procent ten
opzichte van vorig jaar en
nog meer in vergelijking
met het jaar daarvoor.
Het alsmaar uitdijende studenten
volkje is in de loop der jaren een
vertrouwd verschijnsel gewor
den, dat steeds diepere sporen
nalaat. Denk bijvoorbeeld aan de
schier onoplosbare kamernood,
de massale tentamensessies on
der het gewelf van de
Groenoordhallen en - als gevolg
van die massaliteit - het veron
derstelde kwaliteitsverlies in de
opleiding. Alles bij elkaar reden
genoeg om je af te vragen hoe
lang dat allemaal door kan gaan.
De universiteiten en de landelijke
overheid zijn het er al jaren over
eens dat er nu eindelijk eens af
doende maatregelen moeten
worden genomen om die enorme
drukte op de universiteiten en
hogescholen voorgoed te tempe
ren. Maar tot nu toe is er nog niets
gebeurd. Wel wordt er elk jaar
opnieuw gezworen bij het feno
meen van de studentenstop.
Maar eigenlijk is iedereen het wel
over eens dat dit een ontoelaatba
re noodmaatregel is, die op de
lange termijn niets oplost.
Kamernood
In Leiden, waar het een tijdlang vrij
goed is gegaan met de opvang
van nieuwe studenten, beginnen
zich dit jaar voor het eerst crisis
achtige ontwikkelingen af te te
kenen.
Om te beginnen bij de kamernood.
De Stichting Leidse Studenten
huisvesting rekent voor straks op
een wachtlijst van 1500 studen
ten, van wie 600 eerstejaars. Dat is
ruim 200 meer dan vorig jaar.
Vanwege deze hoge nood heeft
de stichting onlangs eén beper
kende maatregel afgekondigd:
wie meer dan twee uur moet rei
zen vanuit zijn of haar woon
plaats om in Leiden te komen,
krijgt voorrang. Dat betekent dus
voor studenten die bijvoorbeeld
uit Arnhem komen, dat ze straks
waarschijnlijk dagelijks op en
neer moeten gaan reizen
De Stichting probeert verder nog
op een andere manier de kamer
nood enigszins het hoofd te bie
den. Ze is nog steeds in onder
handeling met de horeca in de
kuststreek om te proberen in ho
tels kamers los te krijgen. In
Katwijk heeft dat tot nu toe nog
geen succes gehad. Maar in
Noordwijk hebben de pogingen
van de stichting tot dusver zo'n
vijftig kamers opgeleverd. Ka
mers die van september tot maart
voor 185 tot 200 gulden aan stu
denten zullen worden verhuurd.
Van het particuliere kamermarkt
wezen valt verder weinig posi
tiefste melden. Er zijn simpelweg
geen kamers genoeg en iedereen
weet dat. Toch gaan sommige
bemiddelingsbureau's zoals Het
Trefpunt aan de Witte Singel, en
het bureau De Sleutelstad aan het
Noordeinde, hardnekkig door
met het inschrijven van kamer-,
zoekenden. Ze ontvangen daar
voor leuke sommen geld, maar
weten dat ze ondanks hun grote
ijver weinig of geen resultaat
zullen boeken.
Rechten
Dan de onderwijscapaciteit bij de
faculteiten. Voor het komend
studiejaar, dat omstreeks sep
tember begint, geldt voor zeven
studierichtingen een studenten
stop. Sommige andere studie
richtingen komen, in de grootst
mogelijke moeilijkheden.
Kunstgeschiedenis bijvoorbeeld,
waar geen stop van toepassing is,
rekent straks op ruim 100 eerste
jaars studenten, terwijl er maar
ruimte is voor 80.
De faculteit der rechtsgeleerdheid
is er zo mogelijk nog erger aan
toe. Hoewel er aanvankelijk werd
gerekend op zo'n 800 eerstejaars
studenten, bleek al uit de voor-
aanmeldingscijfers van begin dit
jaar dat het volledig uit de hand
zou lopen. Daarom wilde het fa
culteitsbestuur een studenten
stop ingesteld zien. maar de fa
culteitsraad dacht er anders over.
Verwacht wordt nu dat de facul
teit straks met zo'n duizend eer
stejaars studenten opgescheept
zal zitten.
Onlangs heeft de faculteitsraad be
sloten een speciale regeling te
creëren voor het onderwijspro
gramma om die enorme toeloop
nog enigszins in goede banen te
leiden. Die regeling komt erop
neer dat studenten die het eerste
jaar opnieuw doen (recidivisten)
minder uren onderwijs krijgen.
Meerjarenafspraken
Inmiddels zijn er op landelijk ni
veau allerlei ontwikkelingen
gaande die erop gericht zijn de
toekomstige stormloop van stu
denten zo goed mogelijk op te
vangen. De universiteiten en ho
gescholen zijn hard bezig met het
maken van landelijke meerjare
nafspraken om tussen 1979 en
1983 dertig procent meer studen
ten te kunnen opnemen. Dat kan
bijvoorbeeld door meer tijd van
het wetenschappelijk personeel
in het onderwijs te steken ten
koste van het onderzoek.
Voor die periode 1979-1983 wordt
er dan wel vanuit gegaan dat voor
zo'n tien tot elf studierichtingen
studentenstops zullen blijven.
Berekend is ook dat er "een gat"
van 1200 studenten zal blijven,
dat moet worden opgevuld door
zg. structurele maatregelen. De
nota "Hoger onderwijs van ve
len" van minister Pais is zo'n (po
ging tot een) maatregel, waarmee
hij hoopt betere kansen voor stu
denten te scheppen in het hoger
onderwijs. Prof. dr. C.M.J. Sic
king, lid van het college van be
stuur, heeft sterke twijfel over het
beoogde effect van de nota-Pais.
Maar hij acht het wel onvermij
delijk dat er structurele maatre
gelen worden genomen. In dat
verband vindt hij het erg belang
rijk dat de universiteiten en ho
gescholen en zeker de landelijke
overheid, zich bezig houden met
de "vraag van de arbeidsmarkt".
Het is hard nodig dat het beleid
wordt aangepast aan de maat
schappelijke werkelijkheid",
zegt hij. "En dan aan twee kan
ten: namelijk als de studenten
binnenkomen, met welke ver
wachting komen ze dan binnen.
En aan het eind van hun studie,
welke kwalificatie hebben ze dan
en sluit die aan op de arbeids
markt. Die discussie was binnen
de instellingen al enige tijd gaan
de, maar die is gefrustreerd door
het feit dat de nota-Pais er tussen
kwam. Een nota waarvan ik per
soonlijk geloof dat die het beoog
de effect niet zal bereiken".
Voor de periode 1979-1983 gelooft
prof. Sicking wel dat - ook in
Leiden - de groei van het aantal
eerstejaars studenten constant
zal blijven. "Wij voorzagen voor
1983 in totaal zo'n 14.000 onder-
wijsvragende studenten, volgens
de landelijke meerjarenafspra
ken worden dat er 13.700. Dit
terwijl wij in 1977 10.600 studen
ten hadden. Je mag aannemen
dat het beleid van de meerjare
nafspraken straks enigszins sta
biliserend werkt", zegt hij.
WIM WIRTZ
"!%r
i
III
mmm mmk mm a
LEIDEN - "Ook wij willen wo
nen". Zo heet een nieuwe ru
briek die de komende weken re
gelmatig in deze kolommen zal
verschijnen. De bedoeling ervan
is de woningnood onder allerlei
Leidse bevolkingsgroepen aan
de kaak te stellen, hetzij door
mensen die onder de woning
nood lijden aan het woord te la
ten, hetzij door instanties of
mensen die een stukje woning
nood "beheren" hun verhaal te
laten doen.
LEIDEN - In Leiden zijn 4000
(ingeschreven) woningzoe
kenden. Als de verwachtin
gen uitkomen loopt de
wachtlijst met studenten, die
een Leidse kamer willen dit
jaar op tot zo'n 1500 personen.
Toch stonden er eind vorig
jaar in Leiden 1144 woningen
leeg. 227 woningen zelfs al
een jaar of langer.
Voor veel mensen, vooral zij die
zelf met huisvestingsnood te
maken hebben is die leeg
stand een onbegrijpelijke
zaak. Het raadslid Van Oosten
(PPR) heeft B en W al twee
maal een lijst aangeboden van
woningen die langer dan éen
jaar leeg staan en verzocht de
ze leegstand aan te pakken.
Burgemeester en Wethouders
hebben de mogelijkheid om
woningen die onaanvaard
baar lang leeg staan te vorde
ren. In de praktijk blijkt zo'n
vorderingsprocedure echter
een zeer moeilijke zaak.
Sinds 1 januari 1975 zijn door B
en W niet meer dan zeven za
ken om advies aan de zoge
naamde vorderingscommis
sie voorgelegd. Geen van deze
gevallen heeft overigens ge
leid tot een daadwerkelijke
vordering. Ii. de meeste ge
vallen werd door de eigenaar
alsnog verhuurd of verkocht
volgens de geldende regeling
woonruimteverdeling of
werd de kwestie op een ande
re wijze opgelost. De laatste
keer dat de vorderingscom
missie adviseerde een woning
te vorderen betrof een pand
aan de Roemer Visscher-
straat. Deze woning werd al in
februari 1974 leeg gemeld
maar 3'h jaar later volgens de
regeling woningverdeling
verkocht.
De heer Lek, secretaris van de
vorderingscommissie legt uit
dat het een onpartijdige en
onafhankelijke commissie is
die moet letten op hetgeen de
regeling woonruimteverde
ling bepaalt, op aard en groot
te van de woning, en ook op
de positie van de eigenaar.
Omdat vordering een mate
van dwang inhoudt is dat een
laatste middel en zal veelal
eerst door middel van overleg
met de eigenaar worden ge
probeerd een oplossing te
vinden.
Indien B en W besluiten een
woning te vorderen kan de ei
genaar de procedure jaren
lang vertragen. Vaak loopt er
een aanvraag om de woning
aan de woongelegenheid te
mogen onttrekken. In andere
gevallen is een plan tot ver
bouwing in voorbereiding of
in uitvoering. Soms ook gaat
het om woonruimte boven
een winkel of andere bedrijfs
ruimte die geen eigen opgang
heeft. In zo'n geval is vorde
ring van de woonruimte niet
mogelijk. Ook wanneer uit
een onderzoek van bouw- en
woningtoezicht blijkt dat de
woning niet meer voor bewo
ning geschikt is kan hij niet
meer gevorderd worden.
De vraag doet zich voor in hoe
verre bestrijding van leeg
stand van woningen, en waar
nodig vordering van een wo
ning nadat die lange tijd heeft
leeg gestaan, beter aangepakt
zou kunnen worden. Wanneer
vaker voor in aanmerking
komende gevallen tot vorde
ring zou worden overgegaan,
aan de hand van een zo aktief
mogelijk signaleringsbeleid,
zou daar mogelijk ook in
vloed vanuit kunnen gaan op
andere huiseigenaren die een
pand lang leeg laten staan.
De heer Lek meent dat de posi
tie van de eigenaar vrij sterk
in de wet is vastgelegd. Als B
en W een vorderingsprocedu
re aanhangig maken kan de
eigenaar tot het laatst wach
ten en tenslotte nog zijn huis
verkopen of zelf met een
huurder komen. Het zou een
verbetering betekenen, vol
gens de heer Lek, als de leeg-
standswet, die Scheafer bij de
Tweede Kamer heeft inge
diend, zou worden aangeno
men. "Deze wet verplicht B
en W om een vorderingspro-
ccdure aanhangig te maken
als een woning een half jaar
leeg staat."
Voorlopig blijft de algemene
aanpak van de leegstandsbe-
strijding een zaak van bur
gemeester en wethouders.
Wethouder Verboom van
volkshuisvesting heeft toege
zegd na te zullen gaan in hoe
verre de controle en bestrij
ding van leegstand door Bu
reau Huisvesting, en aktief
aanschrijvingsbeleid door B
en W voorrang kan worden
verleend. De wethouder
meent dat een en ander er toe
zal kunnen leiden dat iets
meer gevallen aan de vorde
ringscommissie kunnen
worden voorgelegd, maar een
werkelijk groot aantal geval
len zal het waarschijnlijk
nooit worden. Aanpak van de
leegstand blijft een moeilijke
zaak.
ADVERTENTIE
TELEFONISCHE HULPDIENST
LEIDEN
In verband met vakanties is de Telefonische Hulp
dienst van 17 juli tot 18 augustus bereikbaar
maandag t/m vrijdag van 19.30 tot 8 uur
tijdens het weekeinde doorlopend van vri|dag-
avond tot maandagmorgen.
HULP PER TELEFOON: 071-12.52.02
voor allen die informatie nodig hebben
of die eenzaam zijn
Vertrouwelijk.
moeilijkheden verkeren
U MMf w;
•■•Kt