Je moet opschrijven wat je ziet Aegir krijgt toch zendapparatuur „GOED DOEN" MET HALVAMEL DIMITRI FRENKEL FRANK: „Dan denk ik, ik zal wel gek zijn" DIT WEEKEINDE IN DE LUCHT? PAGINA 4 STREEK VRIJDAG :o JUNI i;jp/ In het malse groen van de Beemster, ver van lawaai, vuile lucht en andere stadsneuroses, legt Dimitri Frenkel Frank zijn blocnote terzijde. Hij slentert naar het hek met het groene bordje: „Wacht u voor de waakhonden", De betrokkenen maken hun kwaliteit op dat punt niet waar, want zij kwispelen alleen, draaien een beetje nerveus om hun eigen as. Dimitri: „Dat bordje heeft niets te beteke nen. Ze doen maar alsof'. Het grote ongenoegen van een dreigende houding met de tanden bloot wordt ons daar om bespaard. Makkelijke stoelen op het erf, telefoon aan een lange draad, stralend zonlicht, vogels in de bomen en het zachte geronk van een trekker in het verre veld. Het land waar het leven goed is strekt zich ook uit tot deze polder. TRÓS-regisseur Jan Keja vertelde een paar weken geleden dat hij een televisiefilm had gekocht van Dimitri Frenkel Frank en dat hij zich daarmee zo kostelijk had geamuseerd. „Een schitterend verhaal van een al wat ouder wordende intellectueel, die op aanraden van zijn broer een huis houdster in dienst neemt om zijn boerderijtje te beredderen. De jonge vrouw uit het dorp, een simpel mens van het platteland, brengt een omwenteling in zijn leven teweeg. Raakt hij door haar aanwezigheid in verwarring, zij pakt de zaken flegmatiek aan hetgeen o.a. blijkt uit de opmer king: O, wil je met me naar bed? Nou, zegt dat dan, of woorden van gelijke strekking". Dimitri: „Ja, „Grijze haren" heet die film. Voor Jan Keja was het aanleiding om nog drie films in optie te nemen. Vorig jaar heb ben we „Grijze Haren" gemaakt met wat wij noemen „Het Beem ster Filmer Collectief'. Ik had er over gesproken met Mat van Hensbergen. Zelf een filmpje maken uit de losse hand. Hij had nog vijfentwintig rol film liggen en even de tijd om het te realise ren. We konden er beiden geheel op eigen risico instappen en het op de meest compacte manier doen. Ik schreef het scenario, speelde de hoofdrol en voerde de regie. De opnamen konden hier op de boerderij worden gemaakt. Mijn vrouw, die vroeger regie-as sistente is geweest, kreeg de lei ding van de produktie. De vrouw van Mat was belast met de grime en de kleding en de rol van het meisje werd gespeeld door een vriendin van ons. Op een paar be roepsacteurs na werkten we met louter amateurs. Beroepsacteurs hebben grote voordelen maar ook nadelen. Zij spreken nog al nadrukkelijk en dat is begrijpe lijk want elke zin moet knallén in de schouwburg. Maar ook omdat ie weet hoe moeilijk dat vak is, wordt ie gefrustreerd. Alleen al als ie binnen moet komen met de groet „Hallo", dan begint ie al te denken: „Hoe hallo, tegen wie en in welke context". Dan gaat zijn hoofd al draaien. Bovendien is ie niet altijd beschikbaar. In mijn goedkope produktie kan het niet dat hij steeds moet terugkomen omdat hij ook nog ander werk te doen heeft. De charme van ac teurs is dat ze nog een bepaalde onschuld hebben en dat is voor film heel belangrijk. Voor dat de beroepsacteur dat niveau van on schuld weer bereikt heeft, dat duurt te lang, het is ook te moei lijk voor hem" Fantasie Dimitri Frenkel Frank spreekt zo als hij acteert, een beetje hortend bij elke nieuwe regel en dan een paar razendsnel uitgesproken zinnen vermengd met veel hu mor die je zo zou kunnen gebrui ken voor een dialoog. „Het is een film van vijfenvijftig minuten geworden. Nadat ie in het labora torium was geweest konden ze hem ten verkoop aanbieden. Het komt niet veel voor dat je naar iemand toestapt met een rol on der je arm waar niets meer aan hoeft te gebeuren. Ik ging naar Jan Keja omdat ie een stijl van drama voorstaat die met deze film overeenkomt. Het doel van de film is een anti-Kojak-drama. Er is genoeg actie op de televisie dus is er plaats voor war fantasie met een lichte humor. Maar het blijft goochelen met de beperkte mogelijkheden. Ik zou ook dol graag met een megafoon een 35 mm camera op een bus willen staan op de Place de la Concorde, roepend: „Piccoli en Mastroian- ni, retourner. Encore une fois" Dimitri Frenkel Frank zet zijn han den aan zijn mond voor deze rake typering van het grote filmwerk. Hij praat over zijn veelvuldige ac tiviteiten die hem inderdaad niet in staat stellen relaxed drankjes te nippen aan de toog in een brum cafe. „Ik speel in het cabaret van Robert Long en er zijn twee to neelstukken klaar die binnenkort worden uitgebracht. Het ene heet „Lipstick" waarin spelen. Hugo Metsers, Pleuni Touw, Jules Royaards en Steye van Branden burg. Jan Teulings heeft de regie. Het andere heet „Bedden" dat ik zelf speel samen met Liesbeth- List". Een aantal van zijn stukken wordt in het buitenland voor de televi sie uitgebracht of opgevoerd in het theater. De Poolse televisie produceert het eerste deel van „Spiegels". Het tweede deel niet omdat er een homosexueel in voorkomt. Dat mag niet in Polen. Hoewel het schrijven hem bijzon der veel bevrediging schenkt, voelt hij zich ook een vertolker „Ik zou dolgraag rollen in films willen spelen. Het moet toch heerlijk zijn om de hele dag puur acteur te zijn. Die zorgeloze sfeer van verzorgd en geschminkt te worden terwijl je daar Prinsheer lijk zit te wachten tot je aan de beurt bent. Dat is ook het voor deel van amateurs. Zo spelen een rol zonder angst om af te gaan want hel is hun werk niet. Ze zijn daardoor ook stoutmoediger want ze hebben niets te verlie zen" Voordat hij zijn creativiteit in dienst stelde van de kunst zat hij twintig jaar in de reclame waarin hij naar zijn zeggen veel geld heeft verdiend. De kritici verwij ten hem wel eens dat hij com mercieel is gebleven, dat zijn drama's er van doortrokken zijn. „Ik ben een intellectuele volks chrijver. Ik heb nooit geenga- geerd toneel geschreven. Dat is mijn aard niet. Mijn verhalen zijn lichtelijk absurd. Mensen doen dingen die hen voortdurend in verwarring brengen. Die optiek verbiedt mij geengageerd toneel te schrijven. Ik ben het beste in de satire" Ambachtelijk De reclame is niet van invloed ge weest op zijn techniek van schrij ven Hij zet: „Reclame is kunst nijverheid. Het is een puur am bachtelijk probleem om bijvoor beeld te zorgen dat mensen naar een stuk van Shakespeare komen kijken. Een zodanige tekst ma ken dat mensen in tien seconden besluiten die voorstelling te be zoeken. Hoe doe je dat? Zoiets roepen als „Wie gooit vergif in 's konings oor?" Het schrijven van een dialoog, vele Nederlandse auteurs worstelen er mee. Volgens Dimitri Frenkel Frank is dat niet te leren. „In Amerika bestaan cursussen aan de universiteiteit. Walter Carr heeft een boek geschreven: „How not te write tv-play". Het is een handleiding waarmee je grove fouten kunt verwijderen. Maar het schrijven, het maken van een introductie, dat moet je leren in de praktijk. Je moet gewoon op schrijven wat je ziet. Bovendien is er op de televisie en in het thea ter zoveel studiemateriaal voor handen, dat je daar je voordeel mee kunt doen. Maar je moet je wel afvragen of het te maken is. Als je schrijft: „Hij kijkt uit het wc-raam en ziet tien ruiters voor bij gaan, dan moetje wel beseffen watje aan het doen bent. Die rui ters komen nooit meer terug. Hebben ze een functie want wat kost dat allemaal. Twee locomo tieven die op elkaar botsen, dat kan alleen in een miljoenenpro- duktie. Een schrijver moet wer ken in een bepaald raam, het moet te doen zijn. Werk met niet meer dan zeven acteurs en ga met je figuratie nooit boven de twin tig man uit. Houdt er met je loka- ties ook rekening mee dat je in een stuk niet overstapt van Ibiza naar een cafeetje en dan weer in een duur vliegtuig. En als je au to's gebruikt laat het dan func tioneel zijn, niet zoals bij de Ame rikanen die overal auto's inlassen om beweging in het drama te krijgen, maar zoals in „I love Ly- dia". Daar heeft de auto een es thetisch waarde, al is het alleen maar om aan te duiden in wal voor huizen die mensen wo nen. Zo zit dat. Verhaal Ik begrijp de mensen nooit die al tijd praten over bepaalde scholen om het vak te leren. Iemand die een roman schrijft gaat toch ook niet maar een romanschool? De basis van ieder toneelstuk, iedere film moet zijn: Vertel een verhaal dat mensen aangenaam bezig houdt. De mensen moeten gefas Dimitri Frenkel Frank cineerd worden en niet twee uur lang onderricht. Brecht heeft ge zegd: „Eerst de toeschouwer amuseren en dan vertel je hem- wat je kwijt wilt". Volgens Dimitri Frenkel Frank heeft met name Joop v.d. Ende het toneel goed in evenwicht ge bracht. Daardoor is nu de ver houding ontstaan van zestig pro cent entertainment, dertig pro cent cultuurtheater en tien pro cent avantgarde. Hij vindt datje theater niet moet loskoppelen maar als een deel moet zien van de dramavoorziening waartoe ook film en televisie behoren. De grootste leverancier van drama is televisie geworden. Entertainment „Ik geloof dat drama de nieuwe en tertainment op televisie is ge worden. Het amusement: een liedje, een sketch en een balletje, daar zijn de mensen niet meer te vreden mee. Daarom krijgen drama-series hoge kijkcijfers. Het percentage dat naar „De Herdershond" heeft gekeken werd vroeger alleen gehaald door Mies Bouwman met „Een van de acht". Dimitri Frenkel Frank praat uit voerig over hoe een idee voor een drama ontstaat. De meeste au teurs werken volgens hem vrij disciplinair. Het idee kan gewekt worden door de omstandigheden waarin hij leeft. Er is altijd een basisidee. „Ik schrijf nooit een synopsis, want ik weet nooit wat er van de ene op de andere dag gaat gebeuren. Een synopsis is te koel en te tech nisch, het spontane en het grillige gaan er af. Het schrijven moet boeiend en spannend blijven. Als ik straks met vakantie naar Italië ga schrijf ik een aantal pagina's per dag. Die moeten geschreven worden. Toch werk ik niet meer dan twee uur per dag. Langer gaat niet. Mijn probleem is altijd hoe vul ik de rest van de dag. Ik ben namelijk ontzettend slecht in niets doen. Ik opereer toch goed als ik het druk heb". Henri Miller citerend zegt hij niet te scheppen vanuit de benauwenis maar vanuit de volte. Meesterwerk „Bij een schrijver ontstaat een idee uit een innerlijke drang. En als het dan allemaal uit de pen stroomt, dan mag je best in de fout gaan. Wat geeft het, dan be gin je opnieuw. Alles wat ik schrijf lees ik voor aan mijn vrouw. Als ze zegt „Ja, nou._T dan gooi ik het esoluut Reageert ze met: „iet is eigelA.1 wel erg leuk", dan veet ik da% f verder kan gaan. In dan trek, me ook niets aan vin al die mf sen die zeggen: „)imitri schler nou eens iets goed". Er is alts J wel iemand die eerklamme hade op mijn arm legt net de opm king dat ik het hus welk k^- Dan antwoord ik:„Mijn demw^ zal mij dicteren \unneer de t rijp is. Ik wil bes. een meestee] werk schrijven, naar ik kan^e toch niet voor gan zitten? _iJ mensen weten nie hoe creati teit werkt. Ik heb geen gerichteimbitie. In f te is de enige amiitie mijn d„j creatief te vullen. Ian hoop ik cstj ik dingen kan makn waarvoor w mij niet hoef te schmen. Het is ac gek met die kritek. „Liefd< wacht" met Ramss en Liesb^t wordt als een mesterwerk Ion schouwd. Waarom" Ik vond Hei wel een aardig filnpje, maar fhe verdient niet om ii de vaart dëo volken omhoog tevorden gesflVL ten. Schrijf ik „Spegels", watVi zelf goed vind darizeggen de kpr tici: „Weer modieis, oppervlaR, kig gedoe van Frerxel Frank, d;b( denk ik, ik zal weigek zijn" ra di p' (Van onze correspondent) HAARLEM-DEN HAAG-HILVERSUM - Met de inbe slagname van een kolossale zender, woensdagmiddag bij de Haarlemmer Stef Willemsen, een in kringen van de radiopiraterij bekende handelaar in radiozendappara- tuur, lijkt de opsporingsdienst van de PTT een nieuwe schakel met het verdwenen schip Aegir gevonden te heb ben. Het schip, dat voorbestemd leek de nieuwe etherpi raat voor de Nederlandse kust te worden, is begin deze week uit de Scheveningse haven verdwenen nadat men eind vorige week zendklare apparatuur, die op het schip was geïnstalleerd, in beslag had genomen. Uit het voorlopig onderzoek is ko men vast te staan dat een belang rijk deel van deze apparatuur eveneens afkomstig was van Willemsen. Deze heeft vijf jaar geleden in de bekendheid ge staan als eigenaar van het pira- tenschip Condor, dat voor de Ne derlandse kust enige tijd uitzen dingen heeft verzorgd. De inbe slagname van de apparatuur in zijn woning in Haarlem kwam voor Willemsen niet onverwacht. Door de radiocontroledienst wa ren eind vorige week op de Aegir papieren aangetroffen waaruit bleek dat de toen in beslag geno men apparatuur afkomstig was van de Condor Willemsen heeft inmiddels toege geven de apparatuur gratis gele verd te hebben uit ideële overwe gingen. aangezien hij ernstige bedenkingen heeft tegen de hui dige omroepstructuur. „Luiste rend Nederland krijgt door de l€ bestaande omroepen iets opge drongen wat de mensen niet wil len. De tijd is rijp vooreen nieuwe piraat op zee. Daarom heb ik me achter de plannen voor de Aegir geschaard en de apparatuur gele verd", aldus Willemsen. Of de apparatuur die bij hem thuis in beslag is genomen ook voor de Aegir was bestemd nadat het schip zonder zendinstallatie zee had gekozen, is een vraag waarop Willemsen niet duidelijk kan antwoorden. Het is voor hem ech ter een klare zaak dat de Aegir binnen afzienbare tijd toch te beluisteren zal zijn voor het Ne derlandse publiek. Zuidengelse kust Naar de Aegir is de afgelopen dagen vergeefs gezocht door nieuwsgie rige zeevissers. Het schip zou voor anker liggen inde omgeving van het REM-eiland, maar zou De "Aegir" in de haven van Scheveningen. voor het laatst gesignaleerd zijn in zuidwestelijke richting. Naar alle waarschijnlijkheid ligt de Aegir in een haventje aan de Zui- dengelse kust. Aan boord van het de 30-jarige Gerard van Dam. in dertijd ook initiatiefnemer voor het zendschip Mi Amigo, dat nu in handen is van de Belgische wa felbakker Sylvain Tack. Het is schip bevindt zich in ieder geval zeker dat het ruim 300 ton tende schip genoeg olie, water en proviand aan boord heeft om het enkele maanden met een naar schatting vierkoppige beman ning op volle zee uit te hou den. Volgens Willemsen zal binnenkort toch zendapparatuur worden geleverd, die door aan boord zijnde technici in werking kan worden gesteld. De semafoor van de Scheveningse haven heeft nog geen radiocontact met het schip kunnen maken, omdat de Aegir niet over een zender zou be schikken die krachtig genoeg is om de verbinding tot stand te brengen. Voor zijn plotselinge vertrek heeft schipper en mogelijk mede-eige naar Van Dam laten doorscheme ren dat de opzet van de Aegir be rust bij enkele opdrachtgevers, die het project voor het grootste deel zouden financieren. Volgens ex-piraat Willemsen zou de schatkist aan boord van de Aegir vrijwel zijn uitgeput en is het wachten - zeker nu de oorspron kelijke apparatuur in beslag is genomen - op nieuwe financiële impulsen. De in Scheveningen in beslag genomen radiozendin- stallatie stond afgestemd op 192 meter, zoals bekend de voormali ge golflengte van Radio Veroni- World music Behalve de zendapparatuur wer den voorts 10.000 grammofoon platen, 225 recorder-tapes en de complete inrichting voor twee geluidsstudio's weggesleept. Het lag in de bedoeling vanaf de Aegir de ether in te gaan onder de naam World Music Radio, zoals onder meer uit enkele bandjes kon worden afgeleid. Tegenover de politie verklaarde schipper Van Dam aanvankelijk het schip ver huurd te hebben aar enkele men sen, van wie de n.men officiee^. niet bekend zijn jemaakt. Volg1 gens Willemsen is het niet on,( denkbaar dat de problematiek rond het al dan net toekennei^ van de C-status aai de Veronicjj, Omroep Organisaie te maker-e heeft met de poginjen een nieuv zendschip voor de Nederlandse j kust voor anker tel,ten gaan. Morgen beslist CRMminister Gar deniers over verdee stappen die j. ?ij zal ondernemer ten opzichtea van de VOO. Het ii mogelijk dal j dan bekend wordtdat Veronica j geen C-omroep wo dt en dus uil r de ether moet veüwijnen. Di1( zou voor de Veronca-medewer- kers aanleiding kumen zijn weer illegaal in de ether tt verschijnen. „Veronica wordt mn of meer in zee gedreven. Ik houd het niet-- voor onmogelijk dalenkele voor- j vechters van de zeidpiraterij de i koppen bij elkaar hebben gesto- f ken", aldus Steph Wllemsen. Omdat de plannen vai Gerard van Dam door tussenkomst van de radiocontroledienst zijn door- kruist, behoort hetvolgens Wil- lemsen tot de mogeijkheden dat" de Aegir nu ter vervmging van de lek geslagen Engelse piraat Ca-" roline gaat dienen Dit temeei^ daar de Aegir koeis heeft gezet naar de Engelse ziidkust, waar» Caroline voor ankeiligt. Rond de werkelijke bestemhing van de Aegir hangt niettemin een waas van geheimzinnigheid. Insiders willen echter wel Kwijt dat het duidelijk is dat de Aegir niet als een vissersvaartuij op zee zal blijven dobberen. De Friesche Vlag houdt, met zijn halfvolle koffiemelk Halvamel, een actie om „goede doelen" te steunen. Dat gaat zo: de klanten kopen twee flessen Halvamel, halen daar de Friese vlagjes af en sturen die vlug, voor 16 juni, op naar de Coöperatieve Condens- fabriek in Leeuwarden. Opge plakt op een bon, waarop ze be halve hun eigen naam. ook de naam en het adres van het goe de doel moeten invullen. Als je de reclame voor die actie leest schieten de tranen van ontroe ring je bijna in de ogen. Achter een wolk zie je toch nog de zon schijnen. Geluksvogels vliegen in het rond. „Wie goed doet, goed ontmoet", staat erbij, en: „Frie sche Vlag helpt met geld waar handen te kort schieten". Dat is toch mooi „In Nederland zijn gelukkig nog heel wat mensen, die belangeloos hun tijd en energie besteden om anderen te helpen", constateert de koffiemelkl'abrikant, „vrijwil ligers die zich inzetten voor be- jaardenwerk, wijkcentra, kinder- creches en ga zo maar door. Die mensen of groepjes mensen, die daarvoor aan de slag gaan, krij gen geen of nauwelijks financiële steun en hebben vrijwel altijd te kampen met geldgebrek. Deze mensen wil Friesche Vlag finan cieel helpen". Elk duizend Vijftigduizend gulden is er be schikbaar, voor veertig goede doelen, die elk duizend gulden krijgen. Dan schiet er dus nog tienduizend guiden over. zult u zeggen. Dat klopt. Want de klant die een bepaald project, dat wordt uitverkoren, heeft voorge dragen, krijgt 250 gulden. Je steunt als koffiemelkkoper dus niet alleen het goede doel. maar ook jezelf. En behalve jezelf bo vendien de winkelier, bij wie je de koffiemelk hebt gekocht. Want die krijgt 100 gulden, als hij de leverancier is van de flessen koffiemelk voor het „winnende" project. Geen naam Over dit deel van de actie staat in de advertenties voor het publiek niets vermeld. We lazen het toe vallig in „Levensmiddelen markt". een blad voor de levens middelenhandel. Als klant kun je zelfs niet het flauwste vermoeden krijgen dat je winkelier ook „me despeler" is. want je hoeft zei I's zijn naam niet eens op te geven. Ander punt is: hoe worden de goe de doelen gekozen uit al die voor stellen die de klanten doen? Nou, dat staat wel in de advertentie: dat is de taak van een deskundige jury. Daar zal dus ongetwijfeld iemand uit het bejaardenwerk in zitten, of in ieder geval iemand die beroepshalve met vrijwilli gerswerk te maken heeft. Ai! Dat hebben we helemaal mis. Reclamemensen Friesche Vlag laat ons desgevraagd weten dat de jury uit louter reclamemensen bestaal. „Wij delen u mede dat in de jury vijf personen vertegenwoordigd zijn, te weten mevrouw A. v.d. Schuit, Mevrouw H. Oberink en de heer A. de Vries, assistenten van onze reclame-afdeling en het reclame bureau De Zuil, en de heren A. v. Eyk, adjunct-directeur van reclamebureau De Zuil en J. Zecmans, hoofd reclame van ons bedrijf'. ,Als klankbord wordt zonodig in geschakeld onze directeur per soneel en sociale zaken", voegt het bedrijf er nog aan toe. Van die directeur wordt blijkbaar een Salomonsoordeel verwacht. Maar met zoveel „deskundigen" hoefhhpwtzl vast en zeker niet aan te pas te komen. Waarom Waarom, vroegen we ook nog aan de Friesche Vlag, staat cr in de advertentie voor de actie niks over de prijs voor de winkeliers? En waarom krijgen die trouwens een prijs? De Friesche Vlag vindt, dat het weinig zin heeft om het publiek erop te attenderen. Hij blijkt bedoeld te zijn als „prik kel". „Op het verkooppunt", zegt men, „hebben wij de medewer king nodig van de winkelier, ten einde daar de aandacht te vesti gen op deze aktie". Vandaar. Nagaan Maar - laatste vraag - hoe weet de fabriek nou wie de winkelier is, terwijl naar 's mans naam niet eens wordt geïnformeerd? „Uw laatste vraag beantwoordend", schrijft ons de condensfabriek, „zullen we zeer kritisch nagaan of de consument de juiste leveran cier heeft opgegeven. Dit wordt dus in praktische an nagegaan" Van zo'n antwoord warden we even stil. Het blijft ons en raadsel hoe je iemands naam ta weten komt, als die niet op het deelnemers formulier staat. Enfin, als consumen; zal het u mis schien niet zo interesseren hoe de winkelier zijn geldkrijgt. En mis schien vindt u deze actie wel erg leuk. Precies Wij niet. Wij vinden dat de consu ment precies moet weten hoe zo'n reclamestunt in elkaar zit. Dat zijn winkelier graag Halva mel verkoopt om-Jat hij dan mis schien honderd gulden krijgt. En dat de „deskundigen" gewoon reclamemensen zijn, die net zo veel van bejaardenwerk en kin dercrèches weten als u en wij. Maar ja, als u dat weet, dan is zo'n actie niet zo mooi meer. „Wie goed doet, goed ontmoet". Je zou bijna vergeten dat ze gewoon graag veel Halvamel verkopen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1978 | | pagina 4