EERSTE KAARSENMUSEUM IN GOUDA Bloemen straks langer in de vaas door snufje „zilver"..? Jeugd kan overtollige pk's kwijt op 'uitleef- terrein in Sassenheim PAGINA 4 VARIA WOENSDAG 24 MEI 1978 Tips voor deze rubriek kunt U elke morgen tot 10.00 uur aan mij kwijt, tel. 071-144941, toestel 215. U mag ook schrijven. Een bloemen-experiment, dat mogelijk ook ver strekkende gevolgen heeft voor de bolbloementeelt houdt momenteel de gemoederen in het bloemiste rijvak bezig. Het gaat om de behandeling van anjers met een zilver-oplossing, waardoor de levensduur van de bloem met bijna een week verlengd zou kun nen worden. Vorige week is het proefstation voor de bloemisterij in Aals meer van start gegaan met proefnemingen. Al eerder zijn in Wageningen, op de institu ten voor landbouwkundig onderzoek CABO en IT AL, op bescheiden schaal wat testen met zilver uitgevoerd. Het principe is vrij eenvoudig. Bloemen die verouderen vor men ethyleen. Zilver houdt dat proces tegen, waardoor een vertraging in het afster ven ontstaat. De houdbaar heid wordt dus langer. Aanvankelijk werd in Wage ningen een systeem bedacht om anjers aan de buitenkant met een zilvernitruat te be spuiten Maar het effect daar van viel tegen. Dus is men het gaan zoeken in het in de bloe- menstengels inbrengen van een vertragingsmiddel. Door het ITAL is toen in eerste instantie gekozen voor het toedienen van zilverintraat maar dat verplaatste zich zo langzaam door de bloemen- stengel (3 cm per dag) dat van een levenverlengend effect nauwelijks sprake was. An ders lag dat met het toedienen van zilverthiosulfaat, door fo tograven in gebruik als fixeermiddel. In een bepaalde concentratie ingebracht zou een anjer bijna een week lan ger houdbaar blijven. Milieu In Aalsmeer wordt nu vooral de praktische toepassing van het zilver getoetst. Het onderzoek wordt geleid door de fysioloog dr. Sietsema. Zijn mening: "Het principe klopt, maar dat wil nog niet zeggen dat dit het ei van Columbus is. Want wat moet er bijvoorbeeld gebeuren met al dat afvalwater waarin zilver zit opgelost? Als daar niet erg voorzichtig mee wordt omgesprongen heeft dat een brok milieu-veront- rei j Uf tot gevolg. Daarom ook rcr deze methode ver geleken wt andere ontwik kelingen zijnde preparaten, zoals suikerconcentraties, die ook een langere houdbaar heid beogen. Qua aantal da gen spant zilver echter wel de kroon". Sietsema, die het onderzoek in een paar maanden tijd hoopt af te ronden, is er ook nog niet uit wat de beste methode van verwerking zou zijn en waar (bij de kweker op zijn bedrijf of op de veiling). Door hem zal ook het kostenaspect worden bekeken. Een globale bereke ning heeft al uitgewezen dat de met zilver behandelde an jers per stuk nog geen cent meer hoeven te kosten. Naast proeven met anjers zullen ook andere bloemen aan de zilvertest worden onderwor pen zoals typische bollen streekproducten als de tulp en narcis. Van papier Het bloemisterijvak moet zich nog beraden over deze vrij re volutionaire levenverlengen- de methode. Er bestaat een landelijke adviescommissie voor grootbloemige anjers. Bestuursleden daarvan zijn uitgenodigdom begin juni ten kantore van het proefstation in Aalsmeer over deze materie van gedachten te komen wis selen. Voorzitter H. Vink uit De Kwa- kel heeft nog geen uitgespro ken mening over het gebruik van zilver. "De proefneming die ik zelf heb gedaan (hij kreeg een flesje zilverthiosul faat van één van de Wage- ningse instituten voor land bouwkundige onderzoek) was niet bemoedigend. Na een week stonden de anjers wel iswaar nog kaarsrecht in de vaas maar de bladen leken wel papier geworden. De kleur was ook al sterk achter uit gegaan. Ik denk niet dat een huisvrouw daar erg mee in de schik zal zijn. Maar laat ik niet te vroeg oordelen. Het kan best zijn dat ik het spul verkeerd heb toegepast". Anjerkwekers uit de regio zijn verdeeld over het nut van de "uitvinding"Voor kweker Van Dongen uit Roelofa- rendsveen hoeft het eigenlijk niet. "Het zou natuurlijk voor de consument wel aardig zijn als de anjers veel langer blij ven staan, maar een conse quentie is dan dacht ik wel dat er minder van worden omgezet. En dat mag toch niet de bedoeling z\jn. Ik vind dat de anjers die nu op de markt zijn een voldoende lange le vensduur hebben. Ik heb ten- Terwij! een paar kilometer verderop in Hillegom de po litie regelmatig met man en macht moet uitrukken om twee elkaar in de haren zit tende jeugdgroepen in be dwang te houden, is dezer weken in Sassenheim de ba sis gelegd voor een aanzien lijk vreedzamer jeugdgebeu- ren. Drie jonge Sassenhei- mers "versierden" in de buurt van de in aanleg zijnde Schiphollijn een groot cros sterrein waarop jeugdige motorrijders nu naar harte lust hun overtollige pk's kunnen wegscheuren. De animo blijkt bijzonder groot te zijn. Uit Sassen heim, maar ook uit Katwijk, Lisse Valkenburg en Rijns- burg meldden zich tot nu toe zo'n zeventig liefhebbers. Om één en ander in goede banen te leiden zal voor de motorrijders en crossers een club worden opgericht. Voorlopig zal als voorzitter optreden initiatiefnemer Sassenheimer Frank v.d. Vlugt, die overigens nog naarstig op zoek is naar een geschikte vergader- en ont spanningslokaliteit. De initiatiefnemers hebben veel medewerking gekregen bij het realiseren van een crossterrein. Zo heeft een Sassenheims bedrijf gezorgd voor de (gratis) aanleg van springschansen en kom- bochten. De Sassenheimse politie staat achter het initiatief. Heeft wel ter plaatse een geluid stest gehouden. Onder meer omdat niet ver van het cros sterrein de Warmondse een denkooi ligt. Al teveel mo torgeronk zou de rust daar kunnen verstoren. Om dat tegen te gaan rijden de cros sers nu met gedempte uitla ten en bovendien maar op bepaalde uren van de dag. Het is de bedoeling dat in Sas senheim zowel wedstrijd- als gelegenheidsrijders de kans krijgen de gashandle open te draaien. Frank v.d. Vlugt: "wat in Hillegom gebeurt is typisch een gevolg van het feit dat de jeugd tegenwoor dig te weinig de kans krijgt om zich uit te leven. Zodra er maar ergens een paar meter grond vrij komt wordt direct aan woningbouw gedacht. Dan is het ook moeilijk de jeugd van de straat te hou den. Zo'n crossterrein als nu in Sassenheim voorziet in een grote behoefte. We hopen dat ons initiatief zich nog wat verder kan ontwikke len". minste nog nooit klachten ge hoord dat ze te kort blijven staan". Collega-kweker Broesterhui- zen, ook uit Roelof sar ends veen en lid van de regionale anjerwerkgroepdenkt daar anders over. Hij zegt: "Hoe be ter de anjer is, des te meer worden er van verkocht. Als het milieu niet in het geding komt en de meerprijs onder de cent kan worden gehouden is de anjer met zilver een uit komst voor het vak" Kweker Broesterhuizen (Roelofarendsveen) over het zilver-experiment: "Hoe beter de anjer, hoe meer er worden verkocht."Niet al zijn collega's staan echter zo positief tegenover het nieuwe bloemen- pepmiddel. Tijdelijk voorzitter Frank v.d. Vlugt (in het midden met snor) tussen een groep jeugdige crossers. "Beter dit dan straatvechten" broodt" (die naam zal overigens ook weer op de ramen worden geschilderd) en dat maakt het al lemaal nog interessanter om juist hier het kaarsenmuseum te ves tigen. Door Ria Schuurhuizen In vroegere tijden namelijk kocht men kaarsen bij de koekebakker. De bakkers namelijk gebruikten honing om iets zoet te maken (er was immers geen suiker), zij ken den dus de imkers en konden op die manier aan de bijenwas ko men die nodig is om kaarsen te maken. En vandaar ook dat veel kaarsen vroeger werden gemaak- t in de broodvormen. Kaarsen zijn in de loop der jaren altijd erg belangrijk geweest voor mensen, ze gaven het licht en aangezien licht een symbool van God is werd het ook een offeran de. Er brandden kaarsen in de kerk, er kwamen communie en doopkaarsen en men ging er ook toe over om afbeeldingen van bijvoorbeeld zieke ledematen, maar ook beeldjes van zichzelf naar de kerk te brengen, met na tuurlijk wat kaarsen om te bran den en zo een ziekte af te wenden of voor altijd gezond te blijven. Van deze „motieven" heeft Van der Heijden ook een aantal zeer bijzondere exemplaren in zijn museum. Verder is daar een ver zameling washangers en ook kan men diverse machines zien waarmee kaarsen werden en worden gemaakt, alsmede lonten en de diverse grondstoffen. Kitsch Behalve een verzameling hele ou de, grote en zware kaarsen heeft Van der Heijden ook een verza meling opgezet van alle kitsch die er op het ogenblik op de wereld wordt gemaakt. Kaarsen gelden, in onze westerse wereld als een aardigheidje, een sfeerbepaler of iets dat men in noodgevallen ge bruikt, in grote delen van de we reld zijn kaarsen nog steeds het middel van verlichting. Van der Heijden: "Ik was een keer bij een fabrikant van kaarsenma chines, ik verwachtte een klein fabriekje waar een paar mensen bezig zouden zijn, maar ik zag een enorme fabriekshal en toen ik de catalogus van die mensen zag sloeg ik achterover. Maar als je erover nadenkt is het heel nor maal, in Zuid-Amerika en Afrika, zijn kaarsen nog altijd verlichting nummer een. Het is de bedoeling dat Van der Heijden op de even uren rondlei dingen gaat houden in het mu seum. „Ik kan iedereen wel zo la- De winkel waar men met de hand versierde kaarsen verkoopt. ten rondlopen, maar het is leuker om er iets bij te vertellen, dan zie je er veel meer aan". De verzameling kaarsen moet nog wel wat groter worden, maar Van der Heijden is niet bang dat dat niet zal gebeuren. „Ik heb aan al lerlei fabrikanten gevraagd of ze wat willen sturen. Als het mu seum eenmaal draait en ik ze wat foto's kan laten zien, dan hebben ze er waarschijnlijk wel wat meer voor over". Droogbloemen Kaarsen worden bijna niet meer met de hand gemaakt en ook het versieren van de kaarsen gebeurt ook bijna overal machinaal. Bij het kaarsenmuseum kan men nog kaarsen kopen die met de hand zijn bewerkt. Helemaal „in" zijn kaarsen met droogbloemen. In het winkeltje van het kaar senmuseum kan men overigens ook kaarsen met van alles en nog wat laten versieren. Men kan een kaars cadeau geven bij de ge boorte van een kind, met een wiegje, datum, naam en gewicht. Maar ook de kegelclub die een wedstrijd organiseert kan een kaars als prijs uitloven, met daar op de naam van de club enz. Dat gebeurt allemaal met de hand. Verder kan men ook nog honing en boenwas kopen in het kaarsen museum. Dat honing en kaarsen iets met elkaar hebben te maken, wisten we inmiddels al. Een kaarsen museum? Ach, waar om niet. In Gouda? Ja, natuurlijk. Zo ongeveer dacht Jan van der Heijden erover. En dus ging hij in Gouda op zoek naar een pandje, vond dat aan de Turfmarkt, een pandje uit 1611. Mooier kon het niet. Er kwam een stichting Het Kaarsenmuseum, Van der Heij den werd daarvan directeur en hoopt op 1 juni het eerste kaar senmuseum ter wereld te ope nen. „Ja, waarom ga je zoiets doen? Ik was me de laatste jaren sterk voor kaarsen gaan interesseren, kwam toen tot de ontdekking dat er bij na niets was op dit terrein. Geen boeken, geen foto's, geen verza melingen. Ik ben iemand die in eens iets onderneemt en dus be sloot ik een kaarsen museum te stichten. Tegen het pandje in Gouda liep ik heel snel op. Het was een verschrikkelijke toe stand, maar ik zag door alle rom mel heen dat het een uitstekend gebouwtje voor dit doel- was". En inderdaad kwamen er schitte rende houten balken te voor schijn, onder de vele lagen be hang en vloerbedekking en met wat breken en vernieuwen is de Turfmarkt 18 nu omgetoverd in een fraai oud pandje. "Hemelbroodt" Sinds 1629 was in het pand een bakkerij gevestigd „Int Hemel- Van der Heijden met een kaars waarop het Onze Vader.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1978 | | pagina 4