Gezellige springplank naarl plaatsje in de maatschappij GODEN EN DIEREN HOUDEN ONS EEN SPIEGEL VOOR... Gezins vervangend tehuis De Brunelkamp in Leiderdorp VTERDAG 6 MEI 1978 LEIDERDORP - Een woensdagavond in gezinsvervan gend tehuis „de Brunelkamp" in een nieuwDOUWwijk van Leiderdorp. Voor de deur van het vriendelijke lage huis dat in de verste verte niet aan een inrichting doet denken hoor je gepraat en gelach alsof er een feestje aan de gang is. De vierentwintig geestelijk gehandicapten die hier net een jaar wonen, kunnen het blijkbaar goed met elkaar vinden. M'n gezicht is hier niet meer helemaal onbekend: ik heb al een ochtend met „directeur" Theun Boov ge praat. Ik stap de huiskamer binnen met een vanzelfsp rekendheid alsof ik er elke dag kom; je went hier ook gauw. De Brunelkamp is een open huis, iedereen is er welkom. In de haast luxueus ingerichte huiskamer zitten ouders en kin deren druk te kletsen voor de open haard. Een moeder wandelt arm in arm met haar dochter de trap op. Marja, een doofstom mongools meisje, zet een pak si naasappelsap voor me neer. Als ik Bep, die naast me zit, vraag of haar ouders ook wel eens op be zoek komen, stort ze een woor denvloed over me uit, waar ik in 't begin geen touw aan vast kan knopen. Haar moeder is op va kantie, begrijp ik. Daar heb je Cor ook. Cor vindt zichzelf erg be langrijk (wie niet). Als Theun Booy er niet is, denkt hij dat hij hem moet vervangen: „Ja. en als er dan mensen aan de deur ko men zeg ik, ja, komt u maar bin nen meneer, zet u uw spullen maar in die kamer boven. Ja, en Elly, die heb ik gisteren even ge zegd wat niet in orde was, wat deugde en wat niet deugde, die kreeg een knalrooie kop. Ja, zo is 't maar net. Ik hou precies in de gaten wat deugt en wat niet deugt hier, zo is dat ja. Nu moet ik weer aan het werk", „Cor gaat een brief schijven in de hobbykamer" licht begeleidster Elly toe. Mar- tijn stapt binnen met z'n transis torradiootje aan zijn oor. Nog niemand in de Brunelkamp heeft de zware blonde man ook maar een moment zonder radiootje ge zien. Overdag werkt Martijn in de tuin van Endegeest. Een grote vrouw hangt over de balustrade van de woonkamer. Het is Magda, op het nippertje ontkomen aan shocktherapie, dwangbuis en isolatiecel. De staf van de Bru nelkamp waagde het erop haar in de gemeenschap op te nemen, juist omdat men benieuwd was of zo'n als agressief bekend staande vrouw hier opgevangen zou kun nen worden. Nu doet ze uitste kend mee. Af en toe valt ze nog flink uit, maar met een paar tref fende woorden komt ze al gauw weer tot zichzelf Contact Magda is vanaf haar meisjesjaren van de ene inrichting naar de an dere gezworven. Meerdere be woners hier kennen een voorge schiedenis die niet veel verschilt van de hare. De meesten komen echter direct van hun ouderlijk huis hier naartoe. Voorwaarde is wel dat de ouders in Leiden en omgeving wonen, zodat de oude contacten zoveel mogelijk kun nen worden voortgezet. De be woners zijn uitgezocht door een teamarts, een maatschappelijk werker, de sociaal-pedagogische dienst, het dagverblijf en de ouders. Met z'n allen hebben ze een selectierapport opgesteld, waarna de uitverkorene een maand op proef kon komen. Het belangrijkste criterium was: wil de gehandicapte zelf hier wonen9 Hoewel het geestelijk niveau on der de bewoners nogal verschilt hebben ze toch een gemeen schappelijk „probleem" Theun Booy („dat „directeur moet je maar weglaten, het klinkt zo ake lig"): „De mensen hier konden de steeds ingewikkelder wordende maatschappij niet meer bijbenen Ze pasten niet meer in het ar-' beidsproces en ook van de sociale werkplaats werden ze nerveus. In een inrichting werden ze ver waarloosd, of ze moesten op hun tenen lopen om het verlangde ni veau te halen. Daarom zijn de laatste tien jaar gezinsvervan gende tehuizen en dagverblijven van de grond gekomen. Hier hebben de gehandicapten veel meer mogelijkheden om zich te ontplooien" Ja, zo ziet het er inderdaad wel uit Het huis gonst van de activitei ten. In de huiskamer zitten groepjes te praten, in de bejaar- denhoek staat de tv aan, in de hobbykamer hoor je en thousiaste hamerslagen, een paar kamers verder zoemt een naai machine, in de slaapkamer er - naast heeft iemand een plaatje op gezet. Ik vraag Trees, 31, hoe zij het hier vindt. „Nou, hartstikke leuk". Wat doet ze het liefst9 .Plaatjes draaien, spelletjes doen". Jaap, 41, is gek op kaarten Of hij zit op zijn kamer met z n vriendin Annie. Ouders De twee willen binnenkort verlo ven, maar dat zal nogal wat moei lijkheden geven met de hoogbe jaarde ouders van Annie. Het is de taak van de groepsbegeleidei s om met de ouders te praten. Zij hebben niet alleen drie gehan dicapten, maar ook drie ouderpa ren onder hun hoede. Voor de ouders is het ook een hele over gang om najaren afstand van hun volwassen kinderen te doen. De meeste moesten wel, ze werden te oud om nog langer voor hun ge handicapte kind te zorgen. De meeste ouders zijn erg tevreden met de verandering. Een vader, een van de twee die de hele avond samen stonden te borrelen: „Ik vind een huis als dit uniek. De sfeer is zo ongedwongen. Als ouder kan je langskomen wan neer je wilt. Ik help vaak in de tuin, m'n vrouw heeft pas gor dijnen genaaid. Ik kom hier haast liever dan bij mij thuis, hier heb je tenminste leven om je heen. En je maakt nog eens contact met an dere ouders. „Hij knipoogt naar de vader naast hem. Eens per week komen groepjes ouders bij elkaar, die om de drie maanden wisselen. Op die manier leert iedereen elkaar goed kennen, krijgt men meer zicht op het kind van de ander en op de gemeen schappelijke problemen. Eens in de twee maanden houden de ouders en de staf, ook de huis houdelijke dienst, een fami lieraad waarin besluiten over de praktische gang van zaken op de Brunelkamp worden genomen. .Zoals het nu op papier staat, klinkt het haast te mooi: de Brunel kamp is een democratische in stelling, de bewoners hebben er een grote vrijheid, iedereen is blij en gelukkig. Toch laat Theun Booy zich kritisch uit: „Het is hier een paleisje, maar het blijft geïsoleerd. De regering vindt alles best wat hier gebeurt, als maar niemand last van ons heeft. De geestelijk gehandicapte heeft recht op een volwaardige plaats in de samenleving. Onder begeleiding is hij daar best toe in staat. Ik zie de Brunelkamp dan ook meer als doorgangshuis. Er beginnen zich nu al groepjes te vormen, die graag samen in een flatje willen wonen: zo'n vijf ge handicapten en twee of drie be geleiders. Sommigen hebber, al een baantje, maar nog veel meer mensen kunnen nergens terecht, omdat werkgevers nog bang zijn voor geestelijk gehandicapten. Ze hebben geen idee hoeveel ge handicapten kunnen" Theun Booy wil ook meer bege leiders, minimaal tien in plaats van de acht met wie hij het nu moet stellen. Hij zou niet twee, maar drie begeleiders voor de avonddienst willen inschakelen. Inderdaad komen Elly en Huub vanavond handen tekort met het naar bed brengen van de drukke bewoners. Daarom schiet ik maar even te hulp. Eindelijk, om elf uur, ligt de grote familie op één (Terwille van de bewoners en hun ouders zijn de namen veranderd Kent U de Griekse en Romeinse mythen en legenden? U heeft vast wel van de ezelsoren van koning Midas gehoord, van Ar gusogen, van Narcissus die zichzelf in het water zag, van Niobe, Demeter, Antigone en Dionysus. Maar hoe was het ook weer precies? Hoe kreeg de stad Athene haar naam? Natuurlijk hebben we het gehoord. Maar we horen zoveel. Voor degenen die er nog eens ker>nis van wil len nemen en voor de jeugd voor wie dit alles nieuw is, verscheen bij uitgever Holland van Anneke van der Pette „Van de ezelsoren en de spin" 9,90). Een aardige uitgave met suggestieve teke ningen van Reintje Venema. Hierin is o.a. te lezen hoe vol gens de oude Grieken de men sen op de wereld kwamen. Een verhaal dat meteen de verkla ring geeft waarom gelieven naar elkaar op zoek gaan: een man vrouw. De oude Grieken waren wijs. De Romeinen ook. Ze wis- sten alles over trots, hebzucht, ijdelheid, jaloezie en deugd. Mooier dan een godin Een meisje dat mooier wilde zijn dan een godin, werd door die godin in een ooievaar veranderd en kon toen op hoge benen door sloten en plassen lopen om in het water haar spiegelbeeld te zoeken. Niobe de vrouw die zeven zonen en zeven dochters had en daar prat op ging, zo zelfs dat ze dacht, niet meer naar de tempel te hoeven, verloor haar kinde ren. Want hoogmoed komt voor de val. Een jaloerse heks toverde ko ning Picus in een specht, omdat hij niets van haar wilde weten. Vandaar dat de specht een her melijnen mantel heeft en een kroon op zijn hoofd. Van kwaadheid slaat hij af en toe een roffel tegen een boom. Door Paula Gomes Zo wordt in het boek ook ver klaard hoe de dolfijnen zijn ont staan, de spinnen, de eik en de linde. Waar de dauw vandaan komt. Hoe de zaag werd uitge vonden. Hoe je een schim wordt van verdriet. Waarom het ieder jaar weer koud wordt. En dat goud niet gelukkig maakt. Maar dat wisten we al. Het wordt allemaal keurig ver teld, zoals het bij klassieke ver halen hoort, maar ook wel een beetje saai en plechtstatig. Ik hoop, dat de jongeren als die ze op hun beurt doorvertellen het wat sappiger doen. Doordat al les zo weloverwogen gebeurt, kreeg ik bij het lezen de neiging te gaan muggeziften. Ergens staat dat Talus zo „handig met zijn vingers" is. Meteen vroeg ik me af of hij dan misschien „voetig met zijn tenen" zou zijn. Ook waren er woorden die niet helemaal klopten. Zo stond er „een lesje leren" waar het ging om een „lesje geven", „over als het „overtreffen moest zijn, of het uit het Frans kwam „meer jaloers" in plaats van .jaloerser" Zoals ik zei muggeziften, het boek is leuk om te hebben. Fabels opnieuw verteld Dit geldt ook voor nog een an dere uitgave van uitgever Hol land „Dierenfabels de wereld rond"(/ 24,50), opnieuw verteld door Johan Nieuwenhuizen en met bijpassende illustraties van Carla Hartjesveld. Bii de eerste bundel zien we in de Grieks-Romeinse vertellin gen hoe goden en mensen in hun tekortkomingen op elkaar lijken. Hoe staat het nu met de mensen ten opzichte van de die ren? In de fabels uit ver schillende landen en bescha vingen worden m verhalen over dieren menselijke eigenschap pen gehekeld. Als in een spiegel vindt de mens zich in het dier terug. Ook volgens de onder staande „gedichtjes" van schoolkinderen. Ik ben een leeuw De koning van de dieren Ik ben snel en sterk Ik eet veel Af en toe teveel Dan ga ik luieren Dan moet ik zelf oppassen Dat ze mii niet opeten Peter 12 jaar Een raaf is een mens Want een raaf pikt Net als de mensen Ilse 11 jaar Ik schrijf over een aap Hij lijkt op ons Zijn handen en voeten zijn haast eender En hij neemt alles Wat hij nemen kan Adrie 11 jaar In de uitgave wordt iedere fabel afgerond door een twee-regelig rijmpje waarin de moraal ligt besloten. Panter, bever, kraai of bot wees tevreden met uw lot staat er onder een fabel van Aesopus. Als je maar jezelf kunt zijn is de conclusie van een Russische fabel over de mees die vond dat hij te klein was Hazelhoentje Ook de Arabieren willen nierop wijzen in de geschiedenis van het hazelhoentje dat op het schildpadden-eiland neerstreek en zijn slagpennen een voor een uittrok, omdat de schildpadden hem dit vroegen. Ze waren van de vogel gaan houden en wilden niet meer dat hij wegvloog. Zo leefden de schildpadden en het hoentje gelukkig op het eiland. Tot op een dag de wezel kwam. Tot groot verdriet van de schildpadden bleef er niets meer van hun prachtige vogel over. Die stierf met de verzuchting, dat het zjn eigen schuld was. Als hij nog had kunnen vliegen, had hij kunnen ontkomen. En de moraal van dit verhaal: Wilt toch nooit als deze hoen afstand van uw wezen doen Een goede raad voor goden, mensen en dieren. Tekening van Reintje Venema bij "Van de ezelsoren en de spin" Door Anneriek de Jong Een blik in de eetzaal van de Brunelkamp

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1978 | | pagina 21