De spectaculaire ontwikkelingen in de ruimte Het Centraal Station te Amsterdam. Met z'n bijna negentigjarige leeftijd een van de oudste spoorwegstations van ons land. Meer dan welke andere plaats ook in Ne derland kan Amsterdam bogen op oude en hechte bandenwaarmee het aan de spoorwegen verbonden is. Het was de eerst plaats in ons land, waar de stoomwagens voortrollend over een ij zeren baan" vertrokken. Op de foto ziet U het Centraalstation van Amsterdam over de volle breedte van de sporen vanuit de westzijde. De op name is gemaakt met een zogenaamde circuline-camera. Wie de fotograaf was, is ons niet bekendEvenmin als het tijdstip, waarop de foto gemaakt werd en de reden daarvan. We steken ons licht daarom maar eens op bij het Spoorwegmuseum in Utrecht. "Een prachtige opname", zo reageerde mevrouw MA. Asselberghs, de direc trice van het museum. Maar zelfs voor haar is de foto nieuw. De opname moet gemaakt zijn rond het jaar 1935, zo concludeert zij voorzichtig na bestude ring van het materieel en de uniformen Het bijzondere van de foto vindt zij dat de opstelling vrij natuurlijk is en dat het beeld overeen moet komen met de dagelijkse werkelijkheid in die tijd. De twee stoom-locomotieven zijn van de serie 3700 en gebouwd omstreeks 1910. De treinstellen zijn van latere datum; het is het zogenaamde electrische buf- fermateriêel, dat dateert uit de jaren rond 1925. In het groepje mensen mid den tussen de treinstellen staat na tuurlijk de belangrijkste man. Zijn ti tel: "Stationchef lste klasse A met een .ster, een hele autoriteit in die dagen. nogal wat verzet. Sommige Amster dammers vonden het zonde dat het uit zicht vanuit de stad op het IJ straks bedorven zou worden. Weinigen zullen nu echter nog misprij zend naar het monumentale vooraan zicht van het Centraal Station kijken. Het staat niet voor niets op de monu mentenlijst. Na Amsterdam kregen vervolgens Haarlem, Leiden en later Den Haag, Utrecht en Arnhem een treinverbin ding. Later volgden Delft, Rotterdam, Foto: Ronald Speijer Roozendaal, Breda, Maastricht. Op een gegeven moment waren er in ons land meer dan twintig maatschappijen, die alle zelfstandig een spoorweg exploi teerden. Met elk hun eigen stoomlocs in de specifieke maatschappij kleuren. Maar het materieel is nu allang ge standaardiseerd. Alleen de oude stati ons geven het spoorwegbeeld nog wat sfeer, een sfeer van gezellig, ouderwets reizen. Zoals het beeld op de foto van het Centraal Station in Amsterdamdat er nu in grote lijnen nog net zo uit ziet als zo'n veertig jaar geleden. Het Centraal Station van Amsterdam werd op 15 oktober 1889 voor de dienst opengesteld. Met de bouw, onder lei ding van de architecten Cuypers en Van Gendt, is men niet minder dan ne gentien jaar bezig geweest. De plannen voor het stationgebouw op deze plaats stuitten aanvankelijk op De foto geeft dus min of meer een dage lijks beeld uit de jaren dertig. Spoor wegpersoneel en reizigers door elkaar heen. De uitrijseinen op de seinbrug staan nog allemaal op onveilig. Sinds het jacht Flyer als over winnaar van de zeilrace rond de wereld zijn triomfantelijke intocht maakte in Rotterdam, kent iedereen de naam van schipper Connie van Riet schoten even goed als die van diens fraaie schip. Maar één man vierde een dub bele triomf in de wereldrace: hij bouwde de Flyer en ook het schip dat op de derde plaats eindigde. Twee Ne derlandse schepen (zij het dat er een onder Belgische vlag voer) bij de eerste drie. Grandioos succes voor de Ne derlandse jachtbouw in het algemeen, maar natuurlijk in het bijzonder voor Wolter Huisman (46), eigenaar van de bijna honderd jaar oude „Overijsselse jachtwerf W. Huisman" in Vollenhove. Een succes dat niet voor het eerst werd geboekt. Huisman in Vollenhove bouwde al een reeks van „winners". Veelal voor buitenlandse opdracht gevers. Zijn naam is dan ook in de Verenigde Staten, En geland, Duitsland en Frank rijk bekender dan in eigen In 1884 stichtte Wolter Huis mans grootvader in de omge ving van Vollenhove (Wan- neperveen) een scheeps werfje, waar men zich voor namelijk toelegde op de bouw van vissersscheepjes voor de visserij op de nabije Zuider zee. Met name op de bouw van de karakteristieke Vol- lenhovense Bol, een scheep- stype dat het in deze dagen nog steeds goed doet als ple zierjacht. Verder bouwde Huisman aan het einde van de vorige en de eerste decennia van deze eeuw talloze pun ters. De bootjes die nu nog al tijd bij het waterrijke gebied rond Vollenhove, Giethoorn en Blokzijl horen als Van Gend bij Loos. Huisman was een ambachts man. 'Aan de bouw van zijn scheepjes kwam geen teke ning te pas. De stoere vissers schepen voor de Zuiderzee werden gebouwd door man nen die het voornamelijk moesten hebben van gevoel, een scherp oog en bekwame handen. Een ambachtelijk vak. En dat is in de huidige jachtbouw voor een belang rijk deel nog altijd zo. De afsluiting van de Zuiderzee had voor de visserij en voor de oeroude havenstadjes er om heen onoverzienbare gevol gen. Niet in het minst voor Vollenhove en Blokzijl, die op slag veranderden van zeeha venstadjes in in het binnen land gelegen plaatsen. Slechts een dun sliertje water bleef ze over tussen het oude land en de bodem van de voormalige Zuiderzee, die de eindeloze Noordoostpolder werd. Maar hoe dun dat slier- - ■.■v.,'- Pi' Ml tje was, het bleef wel een toe gang geven naar wat er van de Zuiderzee was overgebleven: het IJsselmeer. De toekomst was niet meer aan de visserij, maar aan de watersport. Aanpassing Huismans werf paste zich bij die nieuwe situatie aan. Men ging over tot de bouw van jachtjes en jachten. Hout bouw. Want daarin had men een reputatie opge oouwü. Wolter Huisman ging na de tweede wereldoorlog zelf meedoen. Zo van*de lagere school af kwam hij als leer- ling-scheepstimmefman het vak leren bij zijn vader. Met een paar jaar onderbreking om bij de Marine te dienen. Een instantie, waar hij niet zoveel later opnieuw mee te maken kreeg. Toen bouwde de werf Huisman namelijk het bekende marinejacht Najade. Inmiddels was Huisman over gestapt van hout op staal bouw. Maar de echte speciali satie begon eigenlijk in 1963, toen Huisman (mogelijk als een concurrerende stap tegen het oprukkende polyester) zijn schepen van aluminium begon te bouwen. Een speci alisatie die nieuwe, efficiënte werkruimte vereiste, vandaar dat de werf zijn historische plaats verliet en zich vestigde in Vollenhove zelf, direct aan de vaarweg naar het IJssel- Racers Het bleek een goede stap. Huisman kreeg contacten met bekende buitenlandse (vooral Amerikaanse) ont werpers - „ik bouw alleen, ontwerpen doen wij niet" - en dat leidde tot de bouw van een reeks wedstrijdjach- ten van grote naam. Om er een paar te noemen: de Running Tide, de Prospect of Whitby, de Kohinoor, de Nan tucket. Alleen al voor levering Holland Yacht is een onlangs gestichte, combinatie van vijf Nederlandse jachtwerven, die als een collectief gaan opereren op de buitenlandse en Nederlandse markt. Het zijn Holland Boat Cy. in Har- dinxveld-Giessendam, jachtwerf Frans Maas in Breskens, Waarschip BV in 't Waar, Anne Wever BV in Den Bosch en W. Huisman BV in Vollenhove. „We moeten de handen ineen slaan. Wij zijn niet de enigen die goede zeilschepen bou wen. De meeste concurrentie komt van de Verenigde Sta ten. Een concurrentie die vooral de laatste twee jaar sterk toeneemt. De lonen lig gen daar relatief lager. Wij moeten het vooral zoeken in efficiency. En voor wat de aluminiumbouw betreft: die heeft zijn grote voordelen bewezen. Corrosie-proble- men zijn er al lang niet meer. En het materiaal is behalve licht ook erg sterk", zegt Huisman. Hij ziet overigens nog een nieuwe afzetmogelijkheid: namelijk door de bouw van snelle patrouilleboten voor bijvoorbeeld het loodswezen, de politie. Rijkswaterstaat en vooral ook het Midden-Oos- Reclame Betekent zo'n overwinning van de Flyer nu een goede re clame voor de werf? „Dat moetje een beetje beperkt zien", zegt Wolter Huisman. „Duitsland bijvoorbeeld had geen deelnemer in de race. En dat betekent: dat er in dat land ook vrijwel geen publici teit aan de wedstrijd is gege ven. Maar er waren natuurlijk wel deelnemers uit Frankrijk, Engeland en België". Zonder twijfel is Huisman trots op de zege van de Flyer? „Natuurlijk wel. Maar je moet wel voorop stellen dat, hoe goed een schip ook is, de be manning het moet doen. En de Flyer had een grandioze bemanning, die 't schip door en door kende. Tijdens de hele duur van de wedstrijd heb ik trouwens wel in grote zorg geleefd. Voor mij was het belangrijker dat de schepen het goed de den dan dat ze eeFste zouden worden. Ik had vooral zorgen over de Traite de Rome, die onder Belgische vlag voer. Die was voor dit uitermate zware werk helemaal niet ge bouwd. Bovendien had het schip een erg gemengde be manning. Er heerste soms een Babylonische spraakverwar ring aan boord. Om onder die omstandigheden toch derde te worden is een fantastische prestatie. Maar ja, in de publi citeit wordt natuurlijk alleen maar naar de winnaar geke ken. in 1973 kreeg de werf op drachten voor de bouw van acht wedstrijdjachten die zouden meezeilen om de Ad mirals Cup. Beroemde architecten als Sparkman and Stephens, Laurent Giles, Dick Carter, de Nederlanders E. G. v.d. Stadt en Frans Maas en de Frans man Jean-Marie Finot zagen hun ontwerpen in aluminium gestalte krijgen in het oude Vollenhove. Veelal om ver buiten Nederland hun triom fen te vieren. Maar er was ook al eerder een befaamd Ne derlands zeiljacht dat bij Huisman werd gebouwd. De Bestevaer, waarin solozeiler Gerard Dijkstra een paar jaar geleden een transatlantische race meemaakte. „We hebben met die „winners" natuurlijk wel naam gekre gen", zegt Wolter Huisman. „Maar daar zit ook een nadeel aan vast. Men denkt dat wij alleen maar miljonairs-sche pen bouwen. Dat hebben we natuurlijk ook wel veel ge daan. Zoals bijvoorbeeld de Gitana voor Baron de Roth schild. Maar we bouwen ook kleinere schepen. De ervaring die we opdoen met de bouw van grote, uitgekiende racers, willen we ook voor klei nere boten benutten". Zo'n „kleine" boot is dan bij voorbeeld de Huisman 41 (41 voet lang) waarmee de Vol- lenhovense werf een gooi wil doen naar een bredere markt. Altijd echter nog wel een. (aluminium)zeegaand zeil jacht dat ruim drie ton moet kosten. Al is dat ook weer niet zoveel, vergeleken met bij voorbeeld de Flyer, die aan bouwkosten een slordige an derhalf miljoen gulden kostte. Voorlopig ziet het er naar uit dat de export voor Huisman het belangrijkste blijft. Van zijn produktie is zeventig tot tach tig procent voor het buiten land bestemd. De concurrentie gaat echter steeds sterker meespreken. En tegelijk een niet geringe terugval van de Amerikaanse en Engelse markt door de da lingen van dollaren pond. Het oog zal nog meer gericht moe ten worden op landen als Frankrijk, Duitsland, Italië en België Maar ook verder. Er staat op dit moment een jacht op stapel voor Turkije. En de Arabische wereld verdient volop aandacht. In januari vaart een van de grote veerboten van de Tor-line als expositieschip naar het Mid den-Oosten met aan boord stands van grote Nederlandse bedrijven (Ballast-Ne- dam, Philips en Holland Yacht). Export De afgelopen maanden zijn er op het gebied van de commu nicatie via satellieten specta culaire dingen gebeurd. Het belangrijkste was wel de lan cering van de Japanse satel liet BSE. Deze satelliet ver zorgt rechtstreeks uit de ruimte televisie-uitzendingen naar een aantal kleine eilan den en naar Okinawa. De uitzendingen worden opge vangen met behulp van an- tenne's die nauwelijks groter zijn dan een meter en die in serieproduktie 500 gulden kosten. De kleine eilanden werden tot hu toe niet bereikt door de Japanse televisiezen ders. Okinawa is in het expe riment opgenomen omdat de televisie-ontvangst in grote steden soms te laat vanwege reflecties door grote' gebouwen. Met de lancering van de BSE heeft de satelliettelevisie nu werkelijk zijn intrede gedaan. De BSE draait precies met de draaiing van de aarde mee, hangt dus „stil" ten opzichte van de aarde. De vaste positie van de satelliet is op 110 gra den oosterlengte, 36.000 km boven Borneo. De Japanse satelliet is, en dat is typisch' voor Japan, door de Ameri kaanse General Electricfa- brieken gebouwd. Japan koopt op die manier techni sche kermis in het buitenland. Het project wordt mede gefi nancierd door de Japanse te levisie en de Japanse PTT. Ook in Europa zal poging worden gedaan te komen tot een televisiesatel liet. Het programma van Eu ropese communicatiesatellie ten beleefde in september vo rig jaar een ongelukkige start. De experimentele Europese telecommunicatiesatelliet OTS kwam toen niet in een baan om de aarde, omdat de Amerikaanse lanceerraket na 54 seconden al explodeerde. Een nieuwe OTS wordt eind van deze maand gelanceerd. De PTT's van verscheidene Europese landen zullen met deze OTS-2 proeven gaan doen, onder meer op het ge bied van de draadloze lange- afstandtelefonie. Over drie jaar moet de proef-OTS wor den gevolgd door een stelsel van satellieten voor gewoon gebruik. Over de financiering van die satellieten is juist overeenstemming bereikt. In dezelfde tijd zullen de eerste satellieten voor maritiem ge bruik worden gelanceerd. Deze „Marots" gaan contac ten tussen de vaste wal en schepen en booreilanden ga randeren. De Europese lan den hopen in 1982 experi menten te starten met een ei gen televisiesatelliet. Het is opvallend dat Japan in dit op zicht Europa, Rusland en de Verenigde Staten voor is. Een verklaring daarvoor is het grote economische belang dat er in deze ontwikkelingen zit. Op het ogenblik is er al een jaaromzet van 500 miljoen gulden voor communicatie satellieten en grondstations. Het is zeker dat deze jaarom zet in de komende tijd nog flink zal stijgen. Japan heeft al een behoorlijk aandeel in de wereldmarkt op electroni- cagebied en speelt, met voor andere landen bedreigende voortvarendheid, in op de ontwikkelingen. geworden, bleek in maart ook weer uit de geruisloze lance ring van de zesde Intelsat-4A. De telefoongesprekken tus sen de verschillende conti nenten lopen steeds meer via het netwerk van Intelsat- kunstmanen. In meer dan honderd landen staan al grondstations voor deze vorm van communicatie. Het Ne derlandse grondstation, in het Friese Burum, is onlangs met een tweede antenne uit gebreid. Een antenne in Bu rum wordt gebruikt voor tele foongesprekken met Noord-Amerika, de nieuwe is bestemd voor telefoonges prekken met het Verre Oos ten. De Intelsats die tegen woordig worden gelanceerd, zijn berekend op een levens duur van 7 jaar. De ervaring leert dat deze levensduur vaak wordt overschreden. Een Intelsat-4A kan 6000 tele foongesprekken en 2 kleu- ren-televisieprogramma's gelijktijdig overbrengen. Het opmerkelijkste is wel dat in middels de lancering duurder is dan de satelliet zelf. Bij de laatste Intelsat-4A kostte de lancering 85 miljoen gulden, de satelliet 39 miljoen. De verklaring hiervoor is, dat sa tellieten steeds goedkoper worden: het zijn bijna serie- produkten geworden. Intus sen wacht men met ongeduld op een goedkopere lanceer- mogelijkheid. De Space Shuttle (de „ruimteveer boot") zal die vanaf maart 1979 moeten gaan bieden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1978 | | pagina 15