Bejaarde oorho weet oude bomen te redden Vakanties opgeofferd aan museum Ondernemers denken te weinig progressief padden-op-pad Bioloog gaat door met zijn actie voor WOENSDAG 8 FEBRUARI 1978 De 82-jarige Voorhouler Hein van Wieringen heeft het toch voor elkaar kunnen krijgen dat de twee zeldzame bomen in de achtertuin van het be jaardentehuis St. Agnes mo gen blijven staan. Aanvan kelijk zag het er naar uit dat ze zouden moeten wijken voor de nieuwbouwuitbreiding die daar momenteel gestalte krijgt. De provinciale plano logische dienst voor Zuid- Holland heeftom de bomen te kunnen behouden, het bouwplan herzien. Tot die beslissing heeft onge twijfeld bijgedragen een brief die Noordwijker Schipper aan de PPD schreef. Hij is oud bestuurslid van de konin klijke maatschappij voor tuinbouw en plantkunde en was voor zijn pensionering hoofd van de Noordwijkse plantsoenendienst. Schipper, die op verzoek van Van Wieringen op de bres is gesprongen: 'De moeras- cyprus en de Hollandse eik in de Agnestuin zijn de enige twee bijzondere bomen die Voorhout nog rijk is. Dat heb ik de PPD ook geschreven. Ik heb ze er eveneens op gewezen dat ze op een steenworp af stand staan van de botani sche tuin van de bekende bo tanicus Boerhaave en daar dus goed bijpassen. Wellicht dat dat argument ook van in vloed is geweest'. Hein van Wieringen heeft in elk geval zijn zin. 'De andere be jaarden hebben zich er niet druk om gemaakt', zegt hij. 'Die kon het geen fluit schelen of die bomen nu wel of niet zouden worden gekapt. Mij wel. Toen ik in 1905 krul lenjongen was bij timmerman Vester heb ik zelf bijgestaan toen ze in de achtertuin van de Agnes geplant werden. En sindsdien heb ik ze ook zien groeien. Ik heb ze ook in de gaten gehou den al die jaren dal ik nu in het bejaardentehuis woon. Aan die bomen ben ik gehecht geraakt. Toen ik hoorde dat ze waarschijnlijk weg moesten heb ik wat benauwde dagen meegemaakt. Gelukkig is het nu goed afgelopen' Over de bomen in de Agnes-tuin (ook de wilg aan de inmiddels gedempte tuinvijver is ge spaard. gebleven) heeft Hein van Wieringen een verhaal op papier gezet. Hij schrijft meer verhalen over zijn dorp. In middels heeft hij zo'n 300 vel letjes vol gepend. Hij wil die informatie tot een.boek gaan bundelenEr is al een uitgever die interesse heeft in wat Van Wieringen over het Voorhout van toen maar ook van nu schrijft. 'Er is niemand in het dorp die beter dan ik weet wat hier al lemaal is voorgevallen. En dat komt niet alleen omdat ik een geheugen als een ijzeren pot heb, maar ook omdat ik •k Hein van Wie ringen (82): 'In 1905 heb ik er nog zelf als krul lenjongen bijge staan dat ze wer den geplant hier in mijn leven van alles en nog wat ben geweest. Ik heb het hele dorp doorkruist. Als koster, postbode, tuinder, van alles heb ik een graantje mee gepikt. En altijd goed de oren open ge houden Al wil dat niet zeggen dat alles wat ik ooit heb ge hoord ook op papier ga zetten Ik denk dat ik dan veel men sen zou kwetsen. Nee. ik klap maar een beetje uit de school En dal kan geen kwaad dacht ik'. Zo wil Hein van Wieringen bij voorbeeld 'eindelijk ophelde ring brengen' in de gerucht makende dubbele moord (een man vergiftigde zijn vrouw en kinddie zich zo'n negentig jaar geleden in Voorhout af speelde. In historische na slagwerkjes is daar al veel over geschreven. Maar vol gens Van Wieringen is de waarheid nooit verteld. En die meent hij te weten. De 82-jarige, die ook zijn sporen verdiende in de bloemisterij (een paar jaar terug kweekte hij in een kleine broeikas nog een nieuwe variëteit Fuchsia) heeft een belangrijk gedeelte van zijn boek in wording be steed aan de beschrijving van de vier jaargetijden zoals ze zich door de jaren heen in Voorhout hebben gepresen teerd. Zo heeft hij onder meer bijzonderheden over de laatste zeventig winters bij gehouden. Tips voor deze rubriek kunt U elke morgen tot 10.00 uur pan mij kwijt, tel. 071-144941, toestel 215. U mag ook schrijven. De tegenwoordig in Leiden wonende bioloog Bas van Leeuwen zal over enige tijd het gemeentebestuur van Noord wijk een paar suggesties aan de hand doen om de veiligheid van een (beperkt) aantal padden in deze gemeente aanzienlijk te verbeteren. Het gaat om de exemplaren die hun stek hebben langs een gedeelte van de Capellebos- laan. Jaren geleden, toen Van Leeuwen daar in de buurt kampeerde viel het hem op dat er op die weg honderden padden (in Nederland een be schermde diersoort) door voorbij snorrende auto's op het wegdek werden plat gewalst. Dat gebeurde dan vooral rond de eerste week van maart als de padden mas saal vanuit de duinen de weg oversteken om dan in een sloot het broedsel te depone- Er vielen ook veel slachtoffers als de padden, samen met hun jongen, weer naar de duinen (de overwinterplaats) terug keerden. Van Leeuwen heeft destijds de gemeente Noordwijk op die massale paddensterfte gewe zen en de gemeente heeft op haar beurt de vereniging voor vogel- en natuurbescherming in de armen genomen om daar iets tegen te onderne- Dat heeft er in de afgelopen ja ren in geresulteerd dat er over een lengte van zo'n 300 meter in de berm van de weg, aan de kant van de duinen, een vee rtig centimeter hoge gaasaf zetting is geplaatst. De pad den kunnen daar niet over heen. Gaan ze langs de afzet ting op zoek naar een opening dan vallen ze vanzelf in een van de houten vangkistjes die achter de gaasafzetting staan. Vrijwilligers en mensen van Staatsbosbeheer zorgen er dan elke morgen voor dat de in de val gelopen padden veilig over de weg worden ge zet. Vorig jaar werden er op die manier 300 padden een handje geholpen. Deze methode van padden- bescherming vraagt vrij veel vrijwilligerswerk. Daarom is er gestudeerd op alternatie ven. Bas van Leeuwen heeft zich daar in verdiept. De ge dachten zijn bijvoorbeeld uitgegaan naar het aanleggen van een vijvertje in de duinen zodat dé padden niet speciaal de weg over zouden hoeven te steken om aan de waterkant hun broedsel te deponeren. Van dat idee is inmiddels afge stapt omdat is gebleken dat de padden niet alleen over steken om bij water te komen maar ook omdat ze in de buurt van de sloot het voedsel vinden dat ze niet in de dui nen tegenkomen. Wel serieus overwogen zou moeten worden het onder de weg aanleggen van een pad- dentunnel, zoals ze bijvoor beeld al volop in Zwitserland in gebruik zijn. Een moge lijkheid zou ook zijn een brede sleuf in de weg te ma ken waar een rooster over komt te liggen. Secretaris Kramer controleert de gaas-afzetting welke de padden moet weerhouden van een vaak dodelijke oversteek over de (auto)weg. De preciese uitwerking van deze plannen heeft Van Leeuwen nog niet op papier staan. De praktijk elders heeft echter uitgewezen dat het mogelijk is om padden min of meer te "dwingen" van zo'n oplossing gebruik te maken. Van Leeuwen: "Als je over de economische haalbaarheid van deze plannen gaat praten ben je uiteraard nergens. Dan lijkt het je reinste flauwekul om voor een paar honderd padden een vrij grote investe ring te doen. Aan de andere kant is het zo dat bij niet af doende maatregelen een hele paddenpopulatie binnen een paar jaar kan zijn uitgeroeid, vooral nu steeds meer verkeer gebruik maakt van de Capel- lebosweg". De Noordwijkse afdeling voor natuur- en vogelbescherming blijft voorlopig de koers van de afgelopen jaren volgen. Binnenkort worden de gaas afzettingen weer in orde ge maakt en de vangkistjes ge plaatst. Secretaris Kramer: "Van Leeuwen heeft wel de alter natieven met ons doorge sproken. Maër zolang de ge meente daar geen actie op neemt blijven we het doen als in voorgaande jaren. Mis schien dat we het traject iets gaan uitbreiden. Wat dat be treft zouden we nog wel wat vrijwilligers kunnen gebrui ken". Door Aad Wagenaar Dr. Jan Schouten ging tien jaar lang naar Suriname Als koningin Juliana deze week donderdag in Suriname aankomt - ze is het eerste staatshoofd dat de jonge republiek bezoekt brengt zij ook een bezoek aan het Fort Zeelandia. de vesting aan de Surinamerivier, waaruit Parama ribo ontstaan is. Terzijde van dit fort staat het standbeeld van koningin Wil- helmina. nu uitkijkend over de rivier, dat tientallen jaren het Oranjeplein heeft gedomineerd; enkele dagen voor de onafhan kelijkheid in november 1975 werd het beeld daar weggehaald Het Fort Zeelandia is in het begin van de 17e eeuw gesticht door Franse kolonisten, daarna door Engelsen ingenomen en in 1667 door Abraham Crijnssen voor de Staten van Zeeland veroverd. Het is een robuuste vijfhoekige ves ting met fraaie in koloniale stijl gebouwde officierswoningen - een van de fraaiste plaatsen in- Paramaribo. Sinds 1972 is Fort Zeelandia de huisvesting van het Surinaams Museum, waar culturele en et nografische facetten van de Suri naamse samenleving tentoon gesteld zijn. Dat koningin Juliana juist deze plaats bezoekt, is iets waar de Goudse kunsthistoricus dr. Jan Schouten zeer- mee in zijn sas is. Want Schouten, nu gepensioneerd directeur van de Goudse musea, heeft er tien jaar lang zijn vakan ties voor opgeofferd om het Suri naams Museum te maken tot wat het nu is: de fraaiste culturele uit stalkast in het Caraïbisch gebied. Van 1966 tot 1975 was dr. Schou ten jaarlijks zes weken in Para maribo om er leiding te geven aan de reorganisatie van het mu seum, dat bij zijn eerste bezoek niet meer dan een rommelige oudheidkamer in de wijk- Zorg en Hoop was. „Ik kan me geen zinvoller vakan tiebesteding voorstellen", zegt hij nu. ,,Ik ben geweldig van Su riname gaan houden; de mensen liggen me erg na; zo hartelijk en oprecht als ze zijn. En ik ben na tuurlijk ook wel trots op dat mu seum, ja". Het begon in 1966 toen de Sticusa hem vroeg te gaan helpen bij de reorganisatie van een museum op Curacao en op de terugweg langs te gaan in Paramaribo, om daar het kleine museum in ogen schouw te nemen...Fort Zeelan dia was toen nog een gevangenis barstensvol met kleine celletjes Maar er was juist besloten de ge vangenen ergens anders onder te brengen en het fort te restaure ren. Ik was er erg enthousiast over dat men hier het museum wilde gaan huisvesten. Het was een geweldige ruimte en een mo nument. ik heb wel direct voor gesteld om een gevangeniscel in tact te laten, want ook dat is een facet van de samenleving". De Surinaamse etnografica lagen her en der in de stad opgeslagen en dr. Schouten deed.er tot 1973 over om de Indiaanse veren tooien, ritueel vaatwerk, mu ziekinstrumenten, werktuigen, prehistorica bijeen te krijgen en- Ie beschrijven. „En ik ging natuurlijk vaak zelf het bos in. Samen met ir. Bubberman van 's Lands Bosbeheer, een man met een natuurlijk talent voor ar cheologie. Met korjalen gingen we dan de rivier op naar verlaten plantages om te zien wat we nog uit de afvalhopen naar boven konden brengen. Of wegingen in het bos op zoek naar dakpannen, die we nodig hadden voor de res tauratie van het fort. Suriname zit vol met prehistorische dingen; vooral nu ze in het westen het bos open kappen. kom- t er steeds meer te voorschijn". »Voor de plaatsen waar vroeger de kade van de plantage geweest was, haalden we ook flessen uit het water, die daar een eeuw ge leden waren ingegooid. Europese wijnllessen - daar wordt nu zo'n honderdvijftig gulden voor be taald. Onzin natuurlijk". Die toevoeging brengt hem op zijn visie op antiek. „Uit mijn mond zal het raar klinken", zegt de kunsthistoricus Schouten, „maar in wezen geef ik niks om een stuk antiek als zodanig. Een antieke stoel interesseert me niet, maar wel de vent die hem gemaakt heeft. En dat past ook ip mijn op vatting over hoe een museum moet zijn opgezet ik wil een dialoog uitlokken tussen de voorwerpen, de kunst als stille getuigen van toen en de bezoeker „Dat is nodig. En vooral in een land in de Derde Wereld, zoals Suri name, kan een museum dan een geweldig hulpmiddel zijn bij het vinden van de eigen identiteit. Alle' Surinaamse bevol kingsgroepen kunnen zich in het museum herkennen in dedingen, die hun voorouders gemaakt hebben of meebrachten uit de landen in Afrika, India, China of Java". ..En dat er in de Surinaamse ge schiedenis ook die periode van slavernij is geweest, mag je na tuurlijk niet verbloemen. Daarom zijn in het museum ook de ketens en martelwerktuigen uit die tijd te zien. Maar ik zeg erbij: dit waren Nederlandse gruweldingen, niet speciaal voor de negerslaven in Suriname ge maakt. Want thuis, in Holland paste dat marteltuig ook in het strafsysteem". Behalve in Suriname hielp dr. Schouten ook op alle Neder landse Antillen mee bij het opzet ten of reorganiseren van musea Zijn laatste reis bracht hem op Saba („de mooiste rots van de we reld"), waarna hij zich ging inzet ten om dit kleine eiland in zijn geheel tot beschermd ge bied te maken. Twaalf jaar lang bemoeienis met de West - het was allemaal liefde werk. zegt dr. Schouten. ..Be halve reis- en verblijfskosten heb ik er nooit een vergoeding voor gehad. Dat was ook niet nodig, want ik had plezier genoeg. Wel ben ik benoemd tot officier in de orde van Oranje-Nassau. Dat is normaal voor een museumdirec teur niet te halen. De onderschei ding werd me uitgereikt op Bin nenlandse Zaken, in de kamer waaruit vroeger de gouver neurs-generaal naar Oost- en West-Indie vertrokken. Die sym boliek beviel me wel". STEENBERGEN „Er zijn helaas te weinig werkgevers die prog ressief denken. Ik ben zelf lid ge weest van het Nederlands Chris telijk Werkgeversverbond en dan ontdek je dat. Je treft nog veel die mentaliteit aan dat van.arbeiders gezegd wordt dat ze te weinig werken, ziek zijn als het even kan. Van rechts wordt de laatste jaren meer gepolariseerd dan van links. Een polarisatie met schone handen. De arbeider is hetzelfde als wij. Hij moet zijn kinderen ook opvoeden en dat doet hij vaak nog beter dan wij ook. Als wij pretenderen de meeste her sens te hebben, moeten wij op houden met dat polariseren. Het fundamentele wantrouwen tus sen werkgevers en werknemers heeft de sfeer voortdurend ver ziekt". Hij iszestigjaaroud.lid van de PPR en de PvdA, en sinds 1 januari een directeur in ruste. Tot die da tum gaf hij leiding aan het AKZO-bedrijf ENKA-Steenber gen en daarvoor aan ENKA- Breda, dat als eerste door de werknemers bezette bedrijf in Nederland zich van een plaats in de geschiedenisboekjes verze kerd weet. Hoewel die bedrijfs bezetting plaatsvond in sep tember 1972 wil H. G. M. Ruygers. want over hem gaat het, er niet veel over kwijt. ..Die zaak ligt nog altijd erg gevoelig in de raad van het bestuur van AKZO, omdat daar nu nog mensen inzitten die destijds bij deze affaire betrok ken waren. Die bezetting was naar mijn mening legitiem. Je kan niet een bedrijf sluiten dat het jaar ervoor nog miljoenen winst maakte". Bewustwording Ruygers heeft de moeilijke weg naar de top achter de rug: van ar beider tot directeur met een stop op alle tussenliggende stations. Naar hij zelf zegt is hij langzaam naar het progressief denken toe gegroeid. De politieke bewust wording kwam in 1966, om pre cies te zijn in de nacht van 14 op 15 oktober, de Nacht van Schmelzer. Een en ander heelt onder meer geleid tot het voorzit terschap van de PPR in Breda en tot het lidmaatschap van de Partij van de Arbeid, toen in 1971 en 1972 het streven naar een grote progressieve volkspartij kracht bijgezet moest worden. „Poli tieke ambitie had ik niet; ik vond mezelf te oud. Bovendien vond ik het Kamerlidmaatschap door de hoeveelheid werk dat dat met zich meebrengt, niet met mijn werk verenigbaar". En wat kan iemand met een prog ressieve kijk op maatschappij en onderneming als bedrijfsdirec teur daarvan nu in de door hem geleide onderneming laten door sijpelen? „Het is vooral een kwes tie van mentaliteit... de marges zijn natuurlijk klein. Het is een wijze van leidinggeven, denk ik. Volgens de Amerikaanse profes sor Lijckert heb je twee typen leiders: de taakgerichte en de mensgerichte leider. Bij mijn af scheid heeft men gezegd dat ik een mensgerichte leider geweest ben. Dat wil dus zeggen dat je je mensen door ze beter te motive ren lot dezelfde prestaties hoopt te brengen als de taakgerichte leider, maar datje meer blijvende resultaten bereikt. Het betekent ook: voortdurend openstaan voor iedereen en kritiek durven ac cepteren. Een voorwaarde is dat je erin moet geloven dat je op deze manier iets bereikt", aldus Ruygers. Door Onno Schoonheyt Werkoverleg Een concreet voorbeeld ontbreekt niet: „In heel Nederland praten we over werkoverleg. Ook bij ENKA is dat werkoverleg in gang gezet, maar het is nog niet zo erg van de grond gekomen. Heel voorzichtig zeg ik: in Steenber gen dreigt het werkoverleg een succes te worden. Er wordt door 40 procent van de uitvoerenden aan deelgenomen Een wer koverleg vindt eens in de drie of vier weken plaats onder leiding van de voorman, de meester of een staflid. De agenda wordt ge zamenlijk vastgesteld". „Als zo'n overleg een keer moet worden uitgesteld is de angst voor verwatering duidelijk merkbaar. Er wordt altijd over de werksituatie gepraat. En er zijn al heel wat goede suggesties en praktische aanbevelingen uitge komen. Het werk in Steenbergen is massa-arbeid, maar niet zo kort-cyclisch als bijvoorbeeld bij Philips. Dat is niet zulk motiver end werk en je mogelijkheden zijn hierdoor begrensd. Het wer koverleg staat of valt met het ge loof'erin van de arbeid". „Het doorzetten in periodes met veel zieken is de kunst, maar enorm moeilijk, omdat je dan ge confronteerd wordt met een duidelijk produktieverlies. Toch moet je doorzetten en de overtui ging hebben dat het zin nig is", aldus Ruygers. Groot voorstander is hij van een grote openheid in het werken met de ondernemingsraad („Open heid kent geen grens"). „Wanneer de ondernemer verantwoording af wenst te leggen van zijn leidinggeven, dan verstomt de roep om inspraak. Ook hier is het voornamelijk een kwestie van mentaliteit. De gelijkwaardig heid van kapitaal en arbeid moet voorop staan. Openheid wil heus niet zeggen dat iedereen alles moet weten. De ondernemings raadsleden vertegenwoordigen immers een groep werknemers. Er kan niet genoeg aan hun op leiding gedaan worden. Om te beginnen moeten zij de wet ken nen. De wet biedt meer moge lijkheden. dan de or-leden er op het ogenblik uit weten te halen. De ondernemer die vraagt hoeveel een or-lid aan het onder nemingsraadswerk mag beste den, heeft er nog niets van begre pen". De oud-directeur gaat niet zo ver als bijvoorbeeld de FNV. Zo vindt hij het verwerpelijk dat de FNV haar or-kandidaten verplicht het overleg met de directie op te schorten, wanneer de federatie dat, bijvoorbeeld bij stakingen. nodig acht. Ook het weren van de directeur uit de ondernemings raad als voorzitter, vindt hij in feite overbodig: „In het gesprek met de directie moeten spijkers met koppen worden geslagen Arbeiderszelfbestuur'.' „Aan ar beiderszelfbestuur zijn we voor lopig nog niet toe We moeten blij zijn als kapitaal en arbeid gelijk geschakeld zijn. De factor arbeid moet meepraten en meebeslissen over investeringen. Je kan niet elders investeren als daarmee de werkgelegenheid hier straks foetsie is". .Het is jammer dat van de werkge verskant de laatste vijf jaar zo weinig positiefs ingebracht wordt, zoals een oud-AKZO-di- recteur eens gezegd heeft. In plaats van te trachten verande ringen die toch niet tegen te hou den zijn, te proberen zo veel mo gelijk te vertragen, kan men beter richtinggeven aan die verande ringen. Het ontbreken van de po litieke wil in hel Westen om iets te veranderen, is een van de gron doorzaken van de malaise", zo stelt Ruygers.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1978 | | pagina 4