Reorganisatie bij de CIA:
oude garde wordt afgedankt
"PRINS CARNAVAL"
GESCHROKKEN VAN
REACTIES KLANTEN
PUBLIEK
1818» -
1
I lil 111 1!!! lïllilllll Illlllllll Ill 1
IJslandse vis gaat toch naar Engeland
SCHILDER
"WEG" VAN
MAROKKO
PAGINA 4
VARIA
DINSDAG 20 DECEMBER 1977
door
Herman van
JL:
Amsterdam
Tips voor deze rubriek kunt U elke
morgen tot 10.00 uur aan mij kwijt, tel.
071-144941, toestel 215. U mag ook
schrijven.
"Als ik dit van tevoren had geweten, dan was
ik er nooit aan begonnen. Dan had ik voor de
eer bedankt".
De Lissese prins carnaval Hans
Wekking regeert momenteel
weliswaar met een verplichte
brede glimlach op de lippen
het Rijk der Gaapstokken
maar blij is hij niet. Want se
dert zijn feestelijke installatie
op de Elfde van de Elfde heb
ben al heel wat van zijn vaste
klanten het vertrouwen in
hem opgezegd en loopt zijn
glas- en verfwinkel in de Ka
naalstraat lang niet zoals ge
bruikelijk is in deze maanden.
"Toen ik nog maar kort was
geïnstalleerd waren de reac
ties helemaal fel", zegt Wek
king. "Voor mijn zaak was de
situatie op een bepaald mo
ment alarmerend. Ik er erg
van geschrokken. Je ver
wacht eerder dat je er wat
meer bekendheid door
krijgt. Maar nu is het tegen
overgestelde het geval. Zelfs
goede bekenden van me ko
men niet meer bij me in de
winkel. Dat ik voor zoiets
heb laten lenen, zeggen ze"
Klanten
De horde klanten die heeft af
gehaakt en die bijvoorbeeld
ook verdoemenis uitspreekt
over de jaarlijkse kermis in
Lisse behoren tot de groep
andersdenkenden. "Hun
principes respecteer ik uiter
aard", zegt de katholieke Lis
sese middenstander, "maar ze
doen het voorkomen alsof ik
in de rol van prins carnaval als
mens opeens niet meer deug.
En dat pik ik natuurlijk niet.
Ze zien me nu als iemand die
zich als een lor in het car-
navalsgebeuren stort en die al
die tijd de beest uithangt".
"Als dat zo zou zijn, dat is er
tenminste een reden om niet
meer naar mij toe te komen
maar ik ga op geen enkele
wijze buiten mijn boekje.
Want ook ik heb mijn prin
cipes. Bovendien hanteert
zo'n carnavalsvereniging
strakke regels waardoor het,
zeer zeker voor een prins car
naval, onmogelijk is om uit de
band te springen. Natuurlijk
loopt er in die maanden wel
eens iets uit de hand maar dat
gebeurt in een voetbalvereni
ging per slot van rekening
toch ook
Ondanks alles wil ik tot het
einde toe prins carnaval
blijven. Ik ga door. Ik heb A
gezegd en zeg nu ook B. Op
den duur zal het wel weer
goed komen, denk ik zo".
Positief
Lisse heeft in het korte bestaan
van de carnavalsvereniging
nog een middenstander als
prins carnaval gehad; de han
delaar in naaimachines John
de Lijzer. Bij hem waren de
reacties tegenovergesteld.
"De mensen die bij mij in de
winkel kwamen reageerden
louter positief', zei hij, "al
moet ik daar wel aan toevoe
gen dat ik in feite niets had te
verliezen omdat ik juist in de
periode dat ik als prins werd
gekozen, mijn zaak opende.
In
andere situatie zou ik er
geloof ik ook zonder kleer
scheuren zijn afgekomen."
'Toen ik tijdens de carnaval
speriode andersdenkende
klanten in mijn winkel kreeg
die me vertelden het maar
niks te vinden dat ik me tot
prins had laten kiezen,
praatte ik ze naar de mond.
Als zakenman moet je in zo'n
geval met alle winden mee
waaien. Doe je dat niet dan
kostje dat, zeker in Lisse, een
stuk van je boterham".
"Het is niet voor niets dat de or
ganisatie van het carnaval zo
weinig middenstanders kan
strikken om mee te doen met
de reclame-caravan. Gega
randeerd dat zoiets klan-
tenverlies betekent. In Lisse
ligt een carnavalsvereniging
zó gevoelig dat ik niet zie dat
het ooit uit kan groeien als
bijvoorbeeld in Noord wij-
kerhout".
De problemen waarin de Lis
sese carnavalsvereniging nu
verzeild is geraakt hebben
het bestuur van de
Gaapstokken rond de verga
dertafel gebracht. De kans is
nu groot dat de op een zon
dag geplande Pintentocht
dit jaar niet onder leiding zal
staan van Hans Wekking,
maar dat zijn voorganger
kaashandelaar v.d. Hulst
dan als invaller fungeert.
Er zijn méér tegenslagen voor
het Lissese carnaval dit
seizoen. In de afgelopen jaren
vormde het feest voor gehan
dicapten in de veilinghal van
de HBG één van de hoogte
punten van het carnaval. Ge
handicapten uit de hele
streek namen eraan deel, vo
rig jaar waren dat er zelfs rond
de duizend. Dit jaar gaat het
feest niet door, althans niet
als onderdeel van het car
naval. De directie van de
HBG heeft de organisatie la
ten weten dat precies in die
periode werkzaamheden aan
de veilingvloer moeten wor
den verricht.
Gehandicapten
Ingewijden menen dat er een
andere reden in het spel is, nl.
dat directieleden (van streng
gereformeerden huize) er zich
aan hebben gestoord dat vo
rig jaar op de dag na het ge-
handicaptenfeest, een zon
dag, in de veilinghal door de
organisatoren en medewer
kers aan het feest, luidruchtig
de restanten drank zijn genut
tigd. Maar volgens directeur
Segers is dat een verzinsel.
"We hebben altijd graag onze
medewerking gegeven", zegt
hij, "maar nu kan het niet
omdat de vloer moet worden
opgehoogd. Een andere reden
is er niet".
Organisator van het gehan-
dicaptenfeest is Lissenaar
Roks. Hij heeft een uitwijk
mogelijkheid gevonden in de
vlakbij gelegen veiling Ho-
BaHo. Alleen: het feest is
gepland 6 mei, als carnaval
dus al lang en breed achter de
rug is. "Dat zal voor veel ge
handicapten een enorme
teleurstelling zijn", zegt hij,
"maar wij kunnen nu een
maal ook geen ijzer met han
den breken".
Verf-handelaar
Hans Wekking als
"voorgangervan
de Lissese car
navalsvereniging
"De Gaapstok
ken". Een deel van
zijn klanten blijkt
die olijke rol ech
ter niet zo te
waarderen. Zelfs
goede bekenden
mijden de ver
fwinkel nu
Het doorgaan van het feest in
mei is overigens nog niet ze
ker. Dat hangt af van de fi
nanciële steun die de Lissese
middenstand wil geven. Als
het wel doorgaat krijgt het
feest voor de gehandicapten
de naam Lentefeest. Vorig
jaar heette het Winterfeest en
niet Carnavalsfeest. "Als we
het zo zouden noemen, zou
den veel ouders hun gehan
dicapte kinderen thuis laten",
zegt organisator Roks.
Zodra de bouw van zijn atelier
aan het Noordeinde in Roelo-
farendsveen is voltooid gaat
de 27-jarige Querido Dobbe
de indrukken die hij heeft
opgedaan tijdens zijn 'werk
bezoek' aan Marokko, omzet
ten in tekeningen en schilde
rijen.
De Roelofarendsveense kun
stenaar (voorheen woon
bootbewoner in Warmond)
was er, samen met zijn
vrouw Marianne, een maand
en hij zou daar nu nog heb
ben rondgestapt als hij niet
wegens familieomstan
digheden naar Nederland
zou zijn terug geroepen.
In Marokko heeft hij rond
gekeken in niet-toeristische
gebieden waar zijn aandacht
vooral uitging naar het am
bachtelijke werk. Hij zegt:
'In Nederland is het aantal
mensen dat daar zijn brood
mee verdient zeer gering en
neemt m.i. nog af. De me
chanisatie die ervoor in de
plaats is gekomen heeft het
werken in veel gevallen on
menselijk gemaakt, wat zijn
weerslag heeft op de ar
beidsvreugde. we hoeven
maar om ons heen te kijken
en je ziet talloze ontevreden
gezichten en mensen met
neurotische gedragingen.
Waar ik met mijn vrouw was
constateerden we het tegen
overgestelde. In Marokko is
de arbeider nog geen ver
lengstuk van de techniek.
Hoe en met welke materia
len hij omgaat heb ik van
dichtbij willen bekijken en
daar ga ik nu ook een aantal
werkstukken over maken'.
Querido Dobbe heeft nog maar
een paar tekeningen ruw op
papier staan. 'Ik ben niet
iemand die ter plaatse het
schetsboek ter hand neemt
en alvast wat opzetjes
maakt', zegt hij. 'Mijn
werkmethode is dat ik alles
goed in mij opneem en dan
later in mijn atelier aan het
tekenen en schilderen ga'.
Van zijn werkstukken wil hij
een expositie houden. Omdat
hij zijn bezoek aan Marokko
heeft moeten onderbreken
wil hij samen met zijn vrouw
er volgend jaar weer een
kijkje gaan nemen.
WASHINGTON - Op maandag 1 november kre
gen 212 agenten van de Amerikaanse geheime
dienst CIA via een speciale koerier een tweere
gelig, gestencild briefje van het hoofdkwartier
bij Washington. Het was ondertekend door on
derdirecteur William Wells en behelsde de me
dedeling dat zij waren ontslagen.
.Veel van die 212 agenten zaten al
lang in de dienst. In maart zullen
ze naar ander werk moeten gaan
zoeken. Al snel deden geruchten
de ronde dat er nog 700 agenten
het veld zullen moeten ruimen,
als onderdeel van de grote
schoonmaak in de CIA, die de
laatste jaren zo fel is gekritiseerd.
Zeker zeven chefs waren er onder
de ontslagenen: die van Londen,
Bonn, Wenen, Ottawa en drie La
tijns-Amerikaanse hoofdsteden.
De ongelukkige uit Ottawa had
zelf deel uitgemaakt van een
team van drie dat op het hoofd
kwartier de slachtoffers had moe
ten aanwijzen. Teruggekeerd in
Canada ontdekte hij dat zijn twee
collega's zijn naam aan de lijst
hadden toegevoegd. (Heimelijk
heid wordt een chronische
kwaal).
Er kwamen onfrisse verhalen over
interne ruzies in de CIA naar bui
ten en de daaruit voortvloeiende
strijd wordt nu uitgevochten.
Kliek
De onlangs benoemde directeur
van de dienst, admiraal Stans-
field Turner, gaf vorige week toe
dat het allemaal in april is begon
nen. Een veertigjarige Cl A-agent,
John Stockwell, kondigde toen
in een brief aan de Washington
Post zijn ontslag aan. Hij klaagde
daarin dat „een kliek" van „oude
en opgebrande" agenten de
dienst uitmaakte in de CIA. Tur
ner vroeg hem die beschuldigin
gen waar te maken, maar Stock
well weigerde. Andere jonge
agenten wilden echter best aan
dat verzoek voldoen. Zij over
tuigden de admiraal ervan dat de
CIA hard toe was aan een grote
schoonmaak.
Turner, een klasgenoot van presi
dent Carter op de marine-acade
mie van Annapolis, was door de
nieuwe president uitgekozen om
het moreel en de doeltreffend
heid van de CIA te herstellen, die
sterk te lijden hadden gehad van
een reeks onderzoeken en ont
hullingen over „smerige streken"
in Amerika zelf en het buiten
land.
De kritiek had zich niet alleen ge
richt op de beruchte mysterieuze
operaties van de dienst. Een se
naatscommissie betoonde zich
ook ontevreden over de wijze
waarop de CIA zijn eigenlijke
taak vervulde: het vergaren en in
terpreteren van gegevens. Er was
niet genoeg economische infor
matie bij. De analyses waren vaak
zo gedetailleerd dat drukbezette
beleidsmakers niet de tijd had
den die in zich op te nemen. Er
werd een hoop energie verspild
als gevolg van geruzie tussen de
CIA en twee organisaties van het
ministerie van defensie (het Pen
tagon), de Nationale Veiligheids
dienst (de militaire inlichtingen
dienst) en het Nationale Verken
ningsbureau (elektronische on
derschepping).
Bovendien concludeerde de se
naatscommissie dat de CIA zich
niet liet leiden door de president
en richtlijnen naar eigen
goeddunken uitlegde.
Macht
Niemand betwistte dat de regering
weer greep op de dienst moest
zien te krijgen, een streven waar
president Ford al mee was be
gonnen. Maar de vraag was wie
de macht diende te krijgen. Te
gen augustus had admiraal Tur
ner die strijd goeddeels gewon
nen van minister Harold Brown
van defensie. De president
plaatste hem aan het hoofd van
een commissie op regeringsni
veau die toezicht hield op de CIA
en besliste over de besteding van
de vijf miljard dollar (ruim twaalf
miljard gulden) die Amerika uit
geeft aan zijn inlichtingendienst.
Door Laurence Marks
(observer)
De liberalen onder de tegenstan
ders van de CIA wilden verder
gaan; de dienst moest maar he
lemaal worden opgeheven. Pre
sident Carter hield zich echter op
de vlakte en gaf alleen zijn minis
ter van justitie de volmacht om
uit te zoeken of geheime opera
ties wettig zijn of niet.
En toen lanceerde de admiraal vo
rige maand zijn gestencilde
briefjes. Zijn bitse stijl als ma
rine-officier heeft hem niet ge
liefd gemaakt bij de veel mon
dainere burgers die nu onder zijn
bevel staan. In juli was zijn ver
vanger, Enno Knoche, plotseling
opgestapt. In kleine kring liet hij
weten, dat Turner zijn onderge
schikten „met achterdocht zoniet
vijandigheid" bekeek. En Tur
ners opmerking tegen de senator
dat „de CIA nu geen smerige
streken meer nodig heeft", zette
veel kwaad bloed. De officiële
verklaring voor de ontslagen is
dat er teveel mensen in dienst
zijn. Sedert het eind van de oor
log-in Indo-China was de dienst al
uitgedund van 8500 tot 4000 man.
(In 1969 waren er alleen al in Laos
1870 agenten). „Ik voel me als een
voetbaltrainer met teveel goede
voetballers", beklaagde Turner.
Koude oorlog
De zuivering wordt echter ook in
verband gebracht met de gewij
zigde opvattingen over Ame-
rika's rol als supermogendheid.
Veel van de ontslagen mensen
behoren tot de oude garde in de
CIA, mensen van de oostkust die
zijn groot geworden in de tijd van
de koude oorlog. Volgens hun
critici dachten zij dan ook in een
duidelijke scheiding tussen de
krachten van licht en duister. En
volgens deze redenering heeft de
CIA nu behoefte aan koele, vak
kundige mensen, die zonder
ideologische bagage Amerika's
buigzamere buitenlands beleid
kunnen dienen.
Maar zelfs de jeugdige aanhangers
van de admiraal erkennen dat er
in de ontslagkwestie wel met de
botte bijl is gewerkt. De on*;-
slagbriefjes werden toch nog drie
dagen vastgehouden omdat ze
anders op vrijdag zouden zijn
aangekomen. En psychologen
van de dienst hadden gewaar
schuwd dat er dan tijdens het
weekeinde zulke akelige depres
sieve toestanden hadden kunnen
ontstaan.
De snelheid en de omvang van de
zuivering waren bedoeld om zo
snel mogelijk een eind te maken,
aan een demoraliserende pe
riode. (De admiraal zei vorige
week dat er volgend jaar nog „ten
hoogste" 225 zullen volgen).
De korpsgeest in de CIA is echter
opnieuw aangeslagen. De vete
ranen vinden, en terecht, dat zij
niet netjes zijn behandeld. Het
zijn allemaal vaderlandslievende
mensen, sommigen hebben zich
heldhaftig gedragen. Velen wa
ren betrokken bij acties in het
buitenland die de liberale critici
brandmerken als misdadig. Die
critici vinden het nu ironisch dat
uitgerekend deze CIA-agenten
erover klagen dat zij niet netjes-
worden behandeld.
LONDEN - Traditiegetrouw was het zondag op de markt van Pettycoat
Lane in Londen weer een drukte van belang. Tienduizenden Londenaren
zochten in de dagen voor kerst naar leuke koopjes.
SCHEVENINGEN - De Engelse boycot van IJslandse vis
sersschepen sinds de visserij-oorlog tussen de twee lan
den wordt omzeild via de Nederlandse vissershavens.
IJslandse vissers lossen hier hun lading die daarna per auto
naar Engeland gaat.
De IJmuidense vishandelaar N.
Wijnschenk en de Scheveninger
H. van Wijk van de firma Eurov-
riesvis hebben gezamenlijk een
contract met de IJslanders. Die
handel bestaat al jaren.
Handel
Hoewel geen IJslander het in zijn
hoofd haalt om aan een afslag in
Engeland te verschijnen, van
wege de gespannen situatie tus
sen de twee landen, meent de
heer Wijnschenk dat er met zijn
handel niets aan de hand is. „Ik
koop overal vis. Van Oost-
Duitsers, Russen, Polen, van
iedereen. Het is gewoon handel".
De heer Wijnschenk is inkoper
voor de Brits-Nederlandse mul
tinational Unilever.
De heer van Wijk beseft evenwel
terdege dat er conflicten gaande
zijn tussen Engeland en IJsland,
maar meent dat er geen sprake is
van besmette vis. „Ik heb er geen
weet van. Maar ik zeg er tegelijk
bij, dat ik niet bereid ben het
naadje van de kous te vertellen.
Die handel is niet van vandaag of
gisteren. In IJmuiden gebeurt
het aï veel langer. Men komt nu
naar Scheveningen, omdat het
beter gelegen is ten opzichte van
de Norfolkline. Wij beschouwen
deze zaak als doodgewone han
del", aldus de heer Van Wijk.
De Scheveningers denken daar an
ders over. Een van de exporteurs
rond de haven vertelt, dat deze
zakenlieden „op een smerige
manier gebruik maken van een
geschil, waarvoor EG-partner
Engeland zich hard maakt".
Het zou logisch zijn geweest als de
losploegen aan de afslag hadden
geweigerd lossen. Enige samen
hang of solidariteit met de col
lega's aan de andere kant van het
Kanaal is er echter niet. „Dat
komt ook al, omdat dit per
soneel", volgens een van de
Scheveningse ingewijden „voor
90 procent bestaat uit beunhazen.
Mensen die het loswerk er bij
doen". Men is verbolgen over
deze gang van zaken. „Of de
winst, die uit de transactie wordt
gehaald nou stinkt of niet, dat
komt bij hen niet aan de orde",
zegt een van de exporteurs. „Men
moet echter wel beseffen dat het
voor Scheveningen alleen al een
slechte zaak is, doordat een der
gelijke aanvoer de markt in En
geland voor onze eigen vissers
verslechtert".
„Men moet twee zaken goed onder
scheiden", legt een Scheveninger
uit. „Als je in IJsland handel
koopt - ingevroren - en het hier in
Nederland opslaat, dan kan' dat
best op een zeker ogenblik naar
Engeland gaan. Dat is een ge
wone zaak. Je verkoopt dan in
feite een Nederlands produkt.
Maar wanneer een IJslands schip
zo van zee komt, in Scheveningen
z'n verse vis opeen vrachtwagen
naar Engeland zet in ongemerkte
kisten, dan is er van een verkapte
handel sprake. En dat gebeurt
Kosten
Men is er op de Visafslag blij mee.
De IJslander betaalt namelijk de
kosten, die het gebruik van de af
slag kost. Dat geld kan natuurlijk
goed worden gebruikt in een be
drijf waar jaarlijks zoveel geld bij
moet. Maar er waren al
Scheveningers, die bang waren te
markten, omdat de prijzen door
deze aanvoer wel eens konden
dalen.
„Het laat zich in ieder geval aan
zien", volgens een woordvoerder
van de Visafslag, „dat er steeds
meer IJslanders aan de afslag
zullen meren. De Scheveningers
hebben al gedreigd in dat geval
de zaak aanhangig te maken bij
de bond van zeevarenden". De
heer Van Wijk is behalve direc
teur van Eurovries ook voorzitter
van de Belangenvereniging
Schevenings Havengebied. Hij
meent, dat dit alles de havenin
dustrie alleen maar ten goede
komt. Immers, het schip tankt
hier en neemt bijvoorbeeld ijs in.
„Een argument van niks",
zijn collega's.