Boek blikt op circuswereld
Gevoel van
onmacht
overheerst
in de
kinder
tehuizen
Ir
Negentig
procent van
meisjes heeft
bittere
herinnering
aan vroegere
inrichting
Van Romeins circus tot Boltini
WOENSDAG 26 OKTOBER 1977
door
Herman van
Amsterdam
Tips voor deze rubriek kunt U elke
morgen tot 10.00 uur aan mij kwijt, tel.
071-144941, toestel 38. U mag ook
schrijven.
r£..
Toen Phineas Barnum
rond 1830 naar Phila
delphia reisde was hij
verrukt over wat hij daar
op een kleine tentoon
stelling aantrof; 'een
blinde negerin, zonder
tanden, het hoofd bedekt
met een massa di, grijs
haar en de nagels van
haar vingers en tenen ze
ker tien centimeter lang.
Maar wat nog véél belangrijker
was, van de negerin werd be
weerd dat ze 161 jaar oud was
en dat ze oorspronkelijk een
slavin van George Was
hington's vader was geweest.
Haar moest Barnum hebben,
koste wat 't kost. Hij kocht
haar uiteindelijk voor
duizend dollar, nam de nege
rin mee naar New York, zocht
een ruimte waar ze tentoon
kon worden gesteld, zorgde
voor de nodige publiciteit en
het publiek stroomde toe.
De Engelsman Banks kwam
(begin 1600) met zijn "reken"
paard Morocco bijna op de
brandstapel, wegens hekserij.
Het publiek zwaaide echter
om, toen de dresseur kans zag
zijn paard te laten knielen
voor een toeschouwer die een
kruisje droeg.
Binnen een mum van tijd
verdiende hij handen vol geld
aan haar.
Het was zyn eerste succesvolle
investering als beginnend
circus-directeur. In de daarop
volgende twintig jaar zou de
grondlegger van Amerika's
bekendste circus er nog heel
wat op laten volgen.
Een paar van die commerciële
handigheidjes staan vermeld
in het kortgeleden tijdens een
voorstelling van het Neder
landse Mikkeniecircus ten
doop gehouden boekwerk
"Braaf, Bravo, Bravour", over
het circus door de eeuwen
heen.
Barnum wordt daarin niet voor
niets afgeschilderd als "Prins
der charlatans", die de weg
naar de top plaveide met tal
loze stunts.
Om het verhaal van de negerin
nog even af te maken, toen in
Boston de belangstelling voor
haar tegenviel schreef hij een
brief aan één van de kranten,
ondertekend met "Een be
zoeker". Die schreef ervan
overtuigd te zijn dat de nege
rin niet echt was, maar ge
maakt van rubber-baleinen
en verborgen veren en dat
haar woorden van een
buikspreker afkomstig wa-
Na de publikatie van die brief
kwam het publiek opeens wél
in horden omdat men zelf
wilde ontdekken of de nege
rin echt was of niet
Tachtig jaar
Een paar jaar later overleed ze.
Een chirurg uit New York
verrichtte een autopsie en
concludeerde dat "op basis
van de afwezigheid van ader
verkalking in de hartstreek de
negerin onmogelijk ouder
dan tachtig jaar geweest kon
zijn".
"Braaf, Bravo, Bravour" komt
na wat spitwerk in het verle
den tot de conclusie dat het
circus zoals wij dat vandaag
In 1882 ver
scheepte Barnum
de reuzenolifant
Jumbo naar
Amerika. In New
York maakte hij
er een spektakel
stuk van
kennen zijn bestaan dankt
aan Philip Astley, een En
gelse sergeant-majoor, die
zich toelegde op de dressuur
van paarden.
Astley was hatuurlijk niet de
eerste die dat deed, maar hij
was wel de eerste van wie het
publiek dat pikte. Daarvoor
gold het aan paarden leren
van allerlei trucs als hekserij.
Zo zou een voorloper van Ast
ley, ene Banks, samen met
zijn rekénpaardje Morocco
tot de brandstapel zijn ver
oordeeld. Het publiek liet hen
echter gaan nadat Banks zijn
paardje had laten knielen
voor een omstander die een
kruis droeg, zo wil het ver
haal.
Astley legde zich aanvankelijk
slechts toe op het dresseren
van paarden, maar hij breidde
zijn programma later uit met
nummers als "Chinese
schimmen", "Kunsten op het
slappe koord", "Egyptische
pyramide" en ook een clown,
de allereerste, die hij de naam
Burt gaf.
Zo is het circus begonnen, al
moet daar wel aan worden
toegevoegd dat in een sterk
gewijzigde vorm optredens
met wilde dieren ook al voor
kwamen in de amfitheaters
van het oude Rome en oude
Egypte.
Bekend is bijvoorbeeld'gewor
den het Circus Maximus in
Rome, dat nogal eens door
politieke figuren werd
(mis)bruikt. Vooral in een po
litiek onstabiele situatie, als
de steun van de massa nodig
was, werd het volk op grote
schaal in het circus vermaakt.
"Brood en spelen" zou tot in de
dagen van het keizerrijk een
dwingende stelregel blijven
om de harten van het Ro-
volk te winnen.
"Vermaak"
In het oude Rome interp
reteerde elke gezagsdrager op
zijn eigen manier het woord
"vermaak". Keizer Helip-
gabulus bijvoorbeeld maakte
eer een gewoonte van tamme
leeuwen, beren en luipaarden
los te laten in de slaapkamers
van zijn gasten, nadat deze de
avond drinkend bij hem had
den doorgebracht.
Uit het gegeven dat geen van de
gasten ooit iets overkwam
zou kunnen worden afgeleid
dat de dressuur in die tijd op
een hoog peil stond
Terug even naar de legendari
sche Phineas Barnum. In
1880 besloot hij samen te gaan
werken met zijn grootste cop-
current, Bailey. Een stunt van
Barnum, zijn laatste grote,
bracht de combinatie twee
jaar later goud geld op.
Van een Londense dierentuin
namelijk kocht hij voor 10.000
dollar de olifant Jumbo. Ver
ontwaardiging in Engeland.
CIRCUSMAN
BARNUM
.rubber baleinen
'Koningin Victoria en de prins
van Wales smeekten de
dierentuin de koop niet door
te laten gaan. De Daily Tele
graph bood aan Jumbo terug
te kopen, tegen elke prijs.
Er werd zelfs een kort geding
aangespannen om het vertrek
van de olifant tegen te gaan.
Zonder succes. Jumbo reisde
toch naar Amerika en werd
daar anderhalf jaar tentoon
gesteld wat het circus ruim
een miljoen dollars ople
verde.
Het "melkkoetje" zou nog veel
meer hebben opgeleverd, als
hij tijdens een wandelingetje
over een spoorbaan niet door
een aanstormende locomotief
in een afgrond was ge
duwd
Na de dood van Barnum en ook
van Baily werd het befaamde
circus opgekocht door de vijf
Ringling Brothers. Het circus
bestaat nu nog onder de naam
"Ringling Brothers, Barnum
en Baily".
Wie praat over het Amerikaanse
circus kan niet om namen
heen als Buffalo Bill, Sitting
Bull en Wild Bill Hickock,
waarvan de eerste wel de
meeste naam heeft gemaakt.
Buffalo Bill, alias William Cody,
is vooral bekend geworden
om zijn wild-west shows die,
zo relativeert de Amerikaanse
auteur van het circusboek,
"een projectie van hem zelf
waren op sterk vergrote
schaal. Want Cody was één
van die gezegenden die on
schuldig geboren worden en
eigenlijk nooit volwassen
worden.
Het eerste deel van zijn leven
zat echt vol avontuur en geva
ren en was zelfs heroïsch.
Maar hij kwam zijn liefde
voor zijn opwindende jeugd
nooit te boven".
Vader Abraham
Naast het Amerikaanse cir-
cusgeweld ("wonderfabrie-
ken waar aan de lopendet
band en zonder pauzes de
verbluffendste sensaties af
geleverd werden") ook een
kijkje achter de schermen van
het Europese circusgebeu-
In het boek wordt uitgebreid
aandacht besteed aan circus
Sarassani, met name aan de
rol van oprichter Han Stosch,
bijgenaamd de Maharadja uit
het rijk van Zand en Zaagsel.
Een kleurrijk figuur, die altijd
een rol wc-papier op zak had.
üp de kleine scheurvelletjes
noteerde hij met een tim
mermanspotlood te pas en te
onpas ideeën die hem te bin
nen schoten.
(Jok de circussen in Nederland
worden onder de loupe ge
nomen. Welke er geweest zijn
en welke er nog resteren.
Dat zijn'er niet veel. Negen
kleintjes en een grote, Boltini,
die zich "met pijn, moeite en
de hulp van Vader Abraham
of Persil draaiende kan hou
den. Een man die desnoods
als attractie de clown door
een leeuw laat verslinden om
toch maar voldoende publiek
te blijven trekken
Bos vellen
"Braaf, Bravo, Bravour" (tot de
samenstellers behoort ook
Warmonder Witsenburg) is
overzichtelijk samengesteld,
maar de boekbinder heeft er
met zijn pet naar gegooid.
Althans, het bindsysteem laat te
wensen over. Van de 175 pa
gina's die ik bij het doorlezen
omsloeg, lieten er 102 op de
naad los, zodat mijn boek
39.50) nu meer op een bos
vellen is gaan lijken.
WINTERSWIJK - In de kinderbeschermingstehuizen kom je overal ge
voelens van machteloosheid tegen. Bij de kinderen, de hulpverleners en
ook de directies. Een sfeer die noodzakelijke vernieuwingen in de kiem
smoort. Waarom hebben anders zoveel mensen bittere herinneringen aan
de inrichting(en), waar ze als kind vele jaren verbleven?
De negatieve invloed die van kin
derbeschermingstehuizen uitgaat
en het onbehagen datje daar maar
weinig aan kan veranderen, komen
goed tot uitdrukking in het proef
schrift „Extreem moeilijk gedrag
bij meisjes" van dr. Klaas Frans
(39), klinisch psycholoog in het Al
gemeen ziekenhuis in Winterswijk.
Deze week promoveerde hij hier
mee tot doctor in de sociale weten
schappen aan de Groningse uni
versiteit.
Dr. Klaas Frans werkte tussen 1966
en 1972 in verschillende tehuizen
van de Vereniging Rekkense In
richtingen in het Gelderse Rekken.
Zijn onderzoek gaat over het tehuis
Gelders End, waar meisjes zitten
die voor de allermoeilijksten in de
kinderberscherming doorgaan.
Door
Madeleine Roumens
Eerst verzamelde hij gegevens over
165 meisjes tussen de 13 en 20 jaar,
die van 1968 tot 1971 in de inrich
ting zaten. Vier a vijfjaar later zocht
hij opnieuw contact met hen. Dat
lukte bij 124 meisjes.
Eén van de stellingen van dr. Frans
dat het verblijf in kinder
beschermingstehuizen voor veel
kinderen een psychische tatoeage
is, wordt onmiddellijk bevestigd.
Negentig procent van de meisjes
heeft het verblijf in tehuizen (ge
middeld zijn ze in drie a vier tehui
zen opgenomen geweest) als nega
tief, zeer negatief of matig beleefd.
De rest is positief. Niettemin zegt
het gros dat tehuizen nodig zijn:
voor kinderen die geen thuis heb
ben, die onaangepast zijn en/of van
wie de ouders in gebreke blijven.
Zelf komen de meeste meisjes uit
onvolledige gezinnen en zijn de
omstandigheden thuis van sterke
invloed geweest op hun moeilijke
gedrag. Dat ze in zo'n strenge in
richting als Gelders End terecht
zijn gekomen, komt doordat ze uit
andere tehuizen zijn weggelopen of
ongewenst contact met mannen
hebben gehad.
Nu zijn 80 van de 124 meisjes ger
trouwd of leven samen met een
man. Van de mannen heeft 18 pro
cent zelf in een tehuis gezeten.
Voorts heeft 20 tot 30 procent van
de groep een minder goede ge
zondheid, komt vaak bij de dokter
of gebruikt kalmerende middelen.
Toch gelukkig
Dr. Frans: „Toch zegt zeventig pro
cent zich nu best gelukkig te voe
len. Gezien de voorgeschiedenis
had ik dat niet verwacht. Ook is het
opvallend dat ze zo Öreeel zijn in
hun beoordeling over tehuizen. Ze
hebben positieve suggesties ge
daan voor verbeteringen, terwijl
hun ervaringen vaak zeer triest zijn.
Frappant is ook hoe sociaal bewo
gen een groot aantal van hen is.
Veel meisjes zouden graag in de so
ciaal-medische sfeer willen wer
ken. Ze willen en kunnen op een
uitstekende manier dat bieden, wat
ze zelf hebben gemist".
Een menselijker, aardiger en
liefdevoller benadering en niet
steeds wisselende hulpverleners,
meer vrijheid en geen strafregiem.
Dat is wat de meisjes uit Gelders
End willen, als het gaat om verbete
ring van de kinderbeschermings
tehuizen. Sommigen zeggen het
helemaal duidelijk: „Het zou
eigenlijk net zo moeten zijn al-
s in een gezin".
Ongetwijfeld zullen er veel hulp
verleners zijn, die aan deze wensen
graag tegemoet zouden willen ko
men. Maar in de praktijk blijkt dat
ze meer met de rug tegen de muur
staan dan dat ze het systeem in
een tehuis kunnen veranderen.
Volgéns dr. Frans is het kinderbe
schermingstehuis eigenlijk funest,
omdat daar de verwaarlozing van
het kind vaak wordt voortgezet.
Dat komt doordat de heipérs een
achturige werkdag hebben en de
kinderen steeds met anderen te
maken krijgen,idie dus niet con
tinu de gevraagde aandacht kun
nen geven.
Dr. Frans: „Voor veel medewerkers
was het werk te zwaar en het ver
loop onder hen was vrij groot. Iede
reen probeerde iets aan de situatie
te veranderen en overal con
stateerde je gevoelens van mach
teloosheid. Soms werden meisjes
vanwege moeilijk gedrag in de se-
pareercel gezet of in de isoleer. Dan
was het contact met de buiten
wereld vrijwel uitgesloten.
In de separeercellen zat nog een ge
tralied venster, waardoor je naar-
buiten kon kijken. Dan had je de
sterk geprogrammeerde daginde
ling voor de meisjes. Ook het ver
plichte, vaak geestdodende werk
en de geringe mogelijkheden om
met anderen dan de groepsleiding
en andere meisjes in contact te ko
men. Door de verplicpte kerkgang
was er hoogstens de mogelijkheid
om ic de buurt van moeilijk op
voedbare jongens en tzr be
schikking van de regering gestelde
mannen uit andere inrichtingen te
komen".
Psycholoog Frans, wie het lezen
van de gesprekkeh met de meisjes
(gedaan door studenten) nog steeds
emotioneert, zegt dat hijzelf een
moment heeft gehad, waarop hij
zich afvroeg wat hij eigenlijk aan
het doen was. „Je realiseert je dat
die kinderen slachtoffer zijn van
een systeem. Tegelijkertijd zie je,
hoe ze dat systeem steeds zelf weer
opbouwen door zich zeer moeilijk
te gedragen. Je hebt het eerst over
het afschaffen van straffen. Dan is
een kind onhandelbaar en meteen
volgt weer een sanclie. Want denk
niet dat ze makkelijk waren. De
dossiers liegen er niet om. Maar
hun uitingen, hoe brutaal die ook
zijn, kun je ook zien als een signaal.
Ze hebben iemand nodig".
Dr. Frans gelooft dan ook niet in
strafmaatregelen. Die bevestigen
volgens hem alleen maar het on
aangepaste gedrag. „Het zou beter
zijn om positief gedrag te belonen.
Want die kinderen lopen niet de
hele dagi moeilijk te doen. Vaak
gedragen ze zich juist uitstekend en
soms loopt het uit de hand".
In zijn proefschrift pleit hij ervoor
om een kind zo lang mogelijk in het
eigen gezin te laten. En als dat niet
mogelijk is, moet op een andere
manier behandeling in gezins-
verband worden gezocht. Hij denkt
daarbij aan de Browndale huizen,
waar kinderen in een soort gezins
verband leven in gewone huize-
n en gewone straten.
DrFrans:„Het is iets meer dan een
gewoon pleeggezin. Zeg maar dat
er nog meer aandacht aan het kind
kan worden gegeven dan in een
gewoon gezin. Want met liefde en
warmte alleen kom je er ook niet".
Dr. Klaas Frans: "Tehuis is funest