Kinder boek eindelijk erkend als literatuur Gouden zilver Kinder boeken extra DONDERDAG 13 OKTOBER 1977 "We mogen blij zijn dat Simon Carmiggelt nog dage lijks zijn Kronkel aflevert, dan zal er tenminste nooit strijd ontstaan over de vraag wie in Nederland de beste column schrijft", zei Renate Tamar-Rubenstein eens. De tijd heeft haar gelijk gegeven. Want hoewel het nergens ter wereld zo gretig als in ons land beoefende genre van "stukjes schrijven" tot grote en droefstemmende dieptepunten heeft geleid, is Car miggelt als grootvader van het Nederlandse cursiefje, niet langer meer eenzaam aan de top, maar weet hij zich daar in het gezelschap van een aantal andere bekwame understatement-producenten. Toch kwam er geen protest toen hem dit jaar voor zijn complete werk in de Koninklijke Schouwburg de P. C. Hooftprijs werd uitgereikt. Een zeldzame eensgezindheid, zo weten we inmiddels. Blijft het gekrakeel rond de toekenning van allerlei kleine prijzen in de culturele sector hier even ach terwege, dan rest er nog altijd een tweetal hoog opgelaaide ruzies over grotere literaire prijzen: de Nijhofprijs en nu dan ook de gouden griffel. Eerder dit jaar immers rezen de armen van vertalend Neder land verontwaardigd en mach teloos richting hemel, toen er bij gebrek aan kwaliteit geen Nijhofprijs voor de beste ver taling werd uitgereikt, gemoti veerd door het simpele, maar houtsnijdende argument dat er "geen beste vertaling was". En of literatoren daarmee nog niet genoeg voedsel voor min derwaardigheidscomplexen was uitgedeeld, volgde daarop in mei de mededeling dat de gouden griffel van het jaar maar niet gegoten moest wor den. De door de CPNB (collectieve propaganda voor het Neder landse boek) ingestelde regio nale jury's hadden er in de huizenhoog op de bureau's van uitgevers opgestapelde ma nuscripten geen een kunnen aantreffen die aanleiding gaf tot de toekenning van het pre dikaat: beste kinderboek van '77. Het niveau van het kinderboek leek daarmee tot een diepte punt gedaald, want vonden de jury's in '74 en '75 nog aanlei ding om in totaal vier gouden griffels uit te reiken, vorig jaar was dit er nog maar één en dit jaar zou dus niemand de eer te beurt vallen. Het CPNB, ge sterkt door de gedachte dat er toch juist dit jaar zeer accepta bel werk was uitgekomen, zette de jury opnieuw aan het werk en uiteindelijk rolde er dan toch een toekenning uit. Corrigerende houding Inmiddels weten we dat die cor rigerende houding van het CPNB de schrijvers niet ver genoeg is gegaan. Tijdens de persconferentie ter introductie van de kinderboekenweek in het hoofdstedelijke theater De Brakke Grond, greep voorzitter Dolf Verroen van de werkgroep kinderboeken van de Vereni ging van Letterkundigen naar de microfoon. De jury's hadden zich teveel ver loren in gemanipuleer en te weinig ooi gehad voor kwali teit. Er was alle reden geweest om meer dan één gouden griffel toe te kennen. Ook zou het aan beveling verdienen om in de. toekomst een vast aantal zilve ren griffels beschikbaar te stellen voor oorspronkelijk Nederlands werk, zodat het uitgesloten wordt dat te veel zilveren griffels naar vertaalde kinderboeken gaan (dit jaar kregen twee oorspronkelijk Nederlandse boeken de zilve ren griffel, tegen zeven verta lingen).- Het CPNB uiteraard niet ver baasd en overvallen door deze kritiek, pakte het defensief tac tisch aan. Alle kritiek zou wor den bekeken in een werkgroep, die voor het einde van het jaai bekend moet maken, wat ge daan kan worden om aan de onvrede een einde te maken, Einde discussie, althans op dat moment, want je hoeft nauw elijks aanleg tot koffiedik- kijken te hebben om te weten, dat het de Nederlandse schrij vers in de aandacht voor hun werk niet ver genoeg kan gaan en de kwaliteit daarvan niet vaak genoeg door het voetlicht kan worden beschenen. Ongeduld Helemaal ongelijk hebben ze daar natuurlijk niet in, hoewel de dames en heren van het WL jeugd i9t/m29okt wel enig ongeduld kan worden verweten. Het afgelopen jaar is voor het eerst sinds een lange periode een jaar geweest dat het niveau van het Nederlandse kinderboek inderdaad aanlei ding gaf tot optimisme. Er is veel goed werk uitgekomen maar met de malaise van voor gaande jaren in het achter hoofd is er toch de gedachte dai één zwaluw nog geen zomei maakt. Was in '74 en '75 met de toeken ning van 'steeds twee griffels toch een vertekend beeld gege ven en bleek het totale aanbod vrij gering, nu is het omge keerde misschien enigszins het geval. Zet de huidige gunstige tendens zich volgend jaar voort, dan nadert het bevredi gende midden tussen de twee kwade ongetwijfeld. Nog twee andere problemen zijn in deze kinderboekenweek ac tueel. De debutanten (daar over zaterdag op deze plaats meer) en het tijdens de pers conferentie door Fiel van dei- Veen veronderstelde tekort aan illustratoren. Fiel betoogde dat kunstacademies weinig doen aan de opleiding van illustrato- Hij vond voor zijn eerste stand punt maar een beperkt gehoor. Terecht werd gewezen op het tegendeel. Veel afgezwaaide leerlingen van academies kla gen juist steen en been over de slechte markt, het grote tekort aan illustratiewerk. En dit ter wijl de opleidingen volop de kans bieden tot een specialisa tie in die richting. Discussie in elk geval volop dit jaar en meer dan ooit en dat op zich zelf is al positief. Een beter bewijs dat het kinderboek eindelijk zijn plaats tussen het werk voor volwassenen heeft gekregen en als volwaardig wordt beschouwd, is nauw elijks te geven. TON VAN BRUSSEL Volgende week woensdag worden in het Haagse HOT-theater de gouden en zilveren griffels en ook het gouden penseel uitgereikt. De met mede werking van regionale jury's bepaalde uitslag is als volgt De Gouden Griffel werd toegekend aan: Henk Barnard - Kon hesi baka Kom gauw terug - ill.: Reintje Venema). Een Zilveren Griffel werd toegekend aan de Nederlandse auteurs: Wim Hofman - "Wim" - (ill.: van de schrijver) Guus Kui jer - Grote mensen daar kun je beter soep van koken - (ill.: Mance Post) Eveneens werd een Zilveren Griffel toegekend aan de volgende vertaalde boeken: James Cressey - De rattenvanger (naverteld door L.M. Niskos) (ill.: Tama- sin Cole) Roald Dahl - Daantje de wereldkampioen - (vert.: Harriët Freezer) (ill.: Jill Bennett) Robert Gemhardt - Wie dit leest is het vierde beest - (vert.: Willem Wil mink) (ill. Almut Gernhardt) Jan Prochazka - Milena - (vert.: Erie Spoelstra en Miep Diekmann) Marilyn Sachs - Het boek van Dorrie - (vert.: Willem van Toorn) (ill.: The T^ong Khing) Doris Buchanan Smith - We gingen bramen plukken - (vert.: Bob den Uyl) (ill.: Mance Post) Sven Wernström - De vergeten hacienda - (vert.: Han de Boer) De gouden penseel werd toegekend aan: Max Velthuijs voor zijn illustraties bij "Het goedige monster en de Het thema van de Kin derboekenweek, die van 19 tot en met 29 oktober voor de 24ste maal wordt gehouden, heeft als motto "Wie je droomt ben je zelf'. In die periode zal namelijk vooral aandacht worden besteed aan de manier waarop kinderen zich identificeren met wat zij lezen. De uitwerking van het thema en de opzet van de speciale Kin derboekenweek-uitgave zijn er dit jaar op gericht het traditionele identificatiepatroon te doorbre ken, en te stimuleren dat de jonge lezers zich nu eens niet alleen vereenzelvigen met de hoofdper soon of de held van hun boek. Het Kinderboekenweekboekje, dat het motto als titel heeft, zal hen daarbij behulpzaam zijn. Paul Biegel bewerkte daarvoor het bekende sprookje Roodkapje. Bedoeling is dat de kinderen zich in dit verhaal met alle sprookjes figuren kunnen vereenzelvigen. De illustraties zijn van Carl Hol lander. Zoals altijd zal de Kinderboeken week weer worden opgeluisterd door tal van evenementen, waar van de uitreiking van de Gouden Griffel de voornaamste is. Deze vindt op 19 oktober plaats in het Haagse HOT-theater en vormt te gelijkertijd het startschot van de actie. Ook de negen Zilveren Griffels en de Gouden Penseel zullen dan worden uitgereikt. Vooraf zal de Haagse jeugdtheatergroep "Ps- sst" een opvoering geven van "De droomsoezer", geschreven en ge regisseerd door Herman Frank. In de hal van het Haagse Centraal Station wordt die middag een Kinderboekenmarkt gehouden. Paul Biegel en Carl Hollander, auteur en illustrator van de kinderboekenweekuitgave "Wie je droomt ben je zelf'. In de boekhandel verkrijgbaar voor 2,75 bij aankoop van een kinder- of jeugdboek. De tijd datje voor een stuiver of een duppie een handvol gelukstoffees duimdrop of zoethout kon kopen ligt inmiddels een flink aantal jaren achter ons. De inflatie heeft het kinder snoep goed niet onbe roerd gelaten En datzelfde geldt voor het kinderboek en het kin dertijdschrift. Waar is de tijd ge bleven dat je Donald Duck elke week stipt op tijd, door een bezor ger van de Geïllustreerde Pers kreeg afgeleverd voor de somma van een kwartje. Jaren geleden was een boek uit de prijsklasse rond een tientje nog een kloek exemplaar, waar je als voorlezende vader je handen vol aan had. Maar de tijden zijn ver anderd. Tegenwoordig sta je als ouder (wat klinkt dat trouwens ouderwets) met je ogen te knippe ren wanneer de notering op het ingevouwen prijskaartje of de met potlood op het schutblad ge noteerde cijfertjes op je netvlies verschijnen. Boekjes van niet meer dan twintig, vierentwintig bladzijden, waar voor zonder blikken of blozen be dragen tussen de tien en twintig gulden wordt gevraagd. De in houd weliswaar in kleur uitge voerd, maar de bladvulling weer zo bescheiden dat een kwartiertje, twintig minuten flink de stem verheffen voldoende is om voor de tweede maal het omslag te berei ken. Dan is zo'n investering een knap kostbare, ook als je er rekening mee houdt, dat je zo'n boek mis schien later nog eens ter hand neemt. Het spijt mij voor de heren uitgevers, maar voor een simpele voorlezer-voor-het-slapen-gaan is er geen touw meer aan vast te knopen. Dé logica is ver te zoeken Nu kan de uitgever natuurlijk met het voor de hand liggende verhaal komen dat er een groot verschil in kosten bestaat tussen het ene en het andere boek. Het maakt nu eenmaal flink wat uit of je de illustraties van een boek zo kunt overnemen uit een eerder verschenen buitenlandse uitgave of dat er oorspronkelijk mate riaal bij gebruikt wordt, waar van kostbare opnamen gemaakt moeten worden. Ze kunnen iets verklaren van de enorme prijs verschillen maar niet alles. Om maar even bij het kinderspeel goed te blijven: die vlieger gaat lang niet altijd op. In de praktijk blijken bepaalde uit gevers een nogal winstgevoelige neus te hebbenwanneer het gaat om boeken waarvoor ineens een zeer grote belangstelling bestaat. Die koopgolf wordt dan in negen van de tien gevallen veroorzaakt door een of andere televisie-serie die erg blijkt aan te slaan. In zulke gevallen rijzen de prijzen de pan uit en houden geen. enke, verband meer met de realiteit. Weet u waar ik mij bij kinderboe ken ook zo bijzonder aan kan er geren. Dat is de werkelijk flodde rige kwaliteit, die nogal wat peuter- en kleuterwerk kenmerkt Misschien is het wel te wijten aan het feit dat mijn vader een boekbinder was en als hij een boek in handen kreeg, altijd eerst keek hoe de uitvoering was alvo rens hij kennis nam van de in houd. Dat doet hij nog steeds. Staat de tekst scheef, is de rug niet gekaptaald. het oordeel is geveld een waardeloos boek. Zover wil ik niet gaan, maar het moet me wel van het hart dat de tranen soms in je ogen schieten wanneer je halverwege het voor lezen tot de ontdekking komt, dat je ineens twee losse bladzijden in je hand houdt. Alleen omdat het ingebonden boek een te kostbare zaak is geworden en we moeten leren leven met de zegeningen van het lumbacken. Voor de leek: de pagina's van een boek worden, aan de rugzijde ook afgesneden en vervolgens met lijm weer aan elkaar geplakt. Geplastificeerd omslagje eromheen, en klaar is kees: Vandaar een welgemeend advies aan voorlezende ouders: wees kri tisch ook bij het kopen van kin derboeken. Koop nooit een boek omdat de omslag er zo aardig uit ziet. Lees een stukje en verplaats je in de denkwereld van een kind. Er zijn kinderboeken met een werkelijk afgrijselijk taalge bruik. Het verhaal mag aardig zijn, maar de wijze waarop het in woorden is vervat, doet je ver moeden dat het een literaire reuzenpocket is. LÉSH Wt Kijk vervolgens hoe het boek is uit gevoerd en of het enige houdbaarheid bezit. En als dat allemaal tot tevredenheid is, kijk dan ook of de prijs enigszins re delijk is. Tot slot nog één advies: sinds enige tijd kunnen kinderen gratis boeken lezen van de biblio theek. 't Is maar dat u het weet. BRAM VAN LEEUWEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1977 | | pagina 13