WOENSDAG 21 SEPTEMBER 1977 EXTRA PAGINA 19 Voor burger en rebel. Voor Jan en Alleman. Muziek maken gewoon op straat. Voor iedere Ier. Voor iedereen. Er zijn veel mensen, die dwepen met Ierland. Om de rust en het natuur schoon, die het land onbe perkt voorradig heeft. Om het vissen. Om de geheim zinnigheid, die in de ne vels boven dit oude Kel- tenland voelbaar is. Of om de muziek. De traditionele Ierse volksmuziek, die de laatste tien, vijftien jaar in Nederland (en andere landen) vooral onder jon geren erg populair is geworden. Een voorliefde voor deze huis- kamermuziek. die voortspruit uit het ongenoegen, met de onper soonlijke, geautomatiseerde we reld van de jaren zestig en zeven tig. In Ierland zelf heeft de belang stelling voor de volksmuziek niet die geladenheid. In het schaars bevolkte, wonderschone en voornamelijk agrarische Ierland is ook nog weinig van de verwor venheden van onze technologie merkbaar. Het is volksmuziek in de ware zin van het woord. Ge liefd door het volk en gespeeld door (in elk geval het overgrote deel van) het volk. „Het is de muziek van het hele volk, jong en oud. Van de zwer vende gemeenschap tot de za kenwereld. Van de langharigen tot de ultra-conservatieven. Van de rebel tot de „steunpilaar" van de maatschappij. Iedereen vindt elkaar bij een oud-Ierse „air" of een zwierend stukje dansmu ziek", schrijft Labtyras O Murchu, directeur van de „Comhaltas Ceoltoiri Eireann", een organisa tie die zich inzet voor de ontwik keling van Ierse volksmuziek, in een artikel in de Irish Times. Harp Toch heeft de Ierse volksmuziek lange tijd een wat sluimerend be staan gekend. Tot zo'n vijfen twintigjaar geleden werd de mu ziek vooral door de ouderen thuis in de huiskamer gespeeld en een enkele keer op een boerenbrui loft voor wat dansmuziek. Na de Tweede Wereldoorlog is echter vooral in de Verenigde Staten een plotselinge belangstelling voor volksmuziek gegroeid. Via Ierse Amerikanen is de vonk overge slagen naar het oude vaderland, waardoor de volksmuziek uit haar half-slaap werd gehaald. De muziek is uiteraard door de eeuwen niet altijd hetzelfde ge weest. In de achttiende eeuw was de harp het instrument, waarop de muziek werd gespeeld. De harp is nog steeds het „handels merk" van de Ieren. Behalve dat het een geliefd biermerk is, staat de harp op alle munten afge beeld. Aan het eind van de acht tiende eeuw kelderde de belang stelling voor de harp. Een belang rijke bron voor belangrijke, ge schreven Ierse muziek is volgens de kenners The Belfast Harp Fes tival geweest in 1792, maar het festijn is tevens de zwanezang voor de harp-traditie geweest. "Pipes" In de negentiende eeuw werd vooral de „uilleann pipes" het be langrijkste instrument om volksrpuziek op te spelen. Dit muziekinstrument is vergelijk baar met de Schotse doedelzak, alleen wordt hier de lucht niet in geblazen, maar met een pomp onder de arm ingebracht. Uit de literatuur en schilderijen uit de vorige eeuw blijkt, dat een uil leann pipes-speler meestal blind was, van dorp naar dorp reisde en speelde in huizen van het gewo ne volk. Garret Barry uit West-Ierland was zo'n „piper" en hij vermaakte het volk in de provincie Clare met zijn muziek in ruil voor onderdak en voeding. Hij stierf op 6 april 1899 in een ziekenhuis in Ennis- tymon als een onbekende. Zelfs in de administratie van het zie kenhuis staat zijn functie als mu- ziekmaker niet vermeld, maar is hij simpel geregistreerd als „Gar ret Barry, arbeider". Nu 75 jaar later luisteren duizenden mensen naar de muziek, die Garret Bar ry heeft nagelaten. De belangstelling voor uilleann pipes is de laatste jaren zelfs zo groot in Ierland en andere lan den, dat de handwerklieden aan de vraag naar dit instrument ge heel niet kunnen voldoen. Tegenwoordig heeft niet langer een instrument de boventoon. Al leen de harp heeft nog enig pres tige. Doorgaans wordt Ierse mu ziek gespeeld op viool, accor deon, banjo, gitaar, fluit, trom en de Ierse doedelzak. Het beste is een aantal muzikanten te ont moeten, die op verschillende in strumenten sessions spelen. Lilten Veel moeite zal dat niet kosten. De volksmuziek is een zeer le vende traditie en het lijkt ^r haast op dat iedere Ier een of ander in strument bespeelt of kan zingen. Of "lilten", muziek maken door het uitstoten van klanken. (Enigszins vergelijkbaar met jo delen, maar dan duizendmaal in getogener). De al eerder ge noemde organisatie „Comhaltas" .spant zich in om het (volks)mu- :ziekonderwijs in Ierland op po nen te zetten. Geldgebrek is ech- i:er het grootste probleem. Om volksmuziek te horen is een bèzoek aan een pub altijd raak. Want in alle gelegenheden, waar de goegemeente een pint bier kan' drinken, is muziek. En als de kas telein er niet voor heeft gezorgd om wat muzikanten uit te nodi gen, is er altijd onder de klanten wel iemand te vinden, die muziek kan maken. Of men zingt gewoon wat. Het liedjesrepertoire, dat ie dere Ier uit zijn hoofd kent, lijkt onuitputtelijk. Festival Wie in één keer alle kleuren en klanken van de Ierse volksmu ziek wil proeven, zou een bezoek moeten overwegen aan Ierlands grootste muziekfestijn „Fleadh Ceoil na hEireann". Een woord, waar een Ier bij het uitspreken meer inslikt dan uitbrengt, maar dat niets meer betekent dan „mu ziekfestival Ierland". De "Fleadh Ceoil na Eireann" wordt elk jaar op touw gezet door de „Comhaltas". Om de twee jaar in een andere plaats. Het festival kent al zo'n vijfen twintig jaar lange geschiedenis en mag zich zonder overdrijving tot de grootste festivals van Europa rekenen. Voor dit en volgend jaar is Enms, hoofdstad van de westelijke pro vincie „Clare", gekozen als gast stad voor het festival. Ennis is niet groter dan een plattelands gemeente in Nederland en telt nog geen twintigduizend inwo ners, maar valt op door het on evenredig groot aantal cafe's in het binnenste gedeelte van het dorp. Toch blijkt dit forse aantal pubs bij lange na niet voldoende om 's avonds aan alle festival gangers plaats te bieden. En lo gisch niet. Want in de drie dagen dat het festival duurde hebben zich naar de schatting van de or ganisatie, zeker 150.000 mensen door de smalle straten gedron gen. (Om te vergelijken: het Door Paul Sneyder Holland popfestival in 1970 in Rotterdam, Nederlands grootste openluchtgebeuren tot nu telde op de drukste momenten 80.000 bezoekers). Kamperen De overgrote meerderheid van de festivalgangers komt uit Ierland, maar jaarlijks trekken ook dui zenden Amerikanen terug naar het land van hun voorouders. Verder veel Scandinaviers, Fran sen, Duitsers en Nederlanders. Om te luisteren naar de muziek of om het zelf te maken. Een enkele Ier mompelt dan ook al, dat door die buitenlandse belangstelling het festival teveel een toeristi sche attractie aan het worden is en Fleadh Ceoil niet meer is als- vroeger. Alle hotels in Ennis en in de wijde omgeving zijn al een half jaar voor het festival volgeboekt. Het merendeel van de festivalgangers is daarom verplicht een tentje mee te nemen om zijn nachten door te kunnen brengen op de weiden rond Ennis. De gemeente Ennis meldt trots, dat op die ge- improviseerde campings een ex tra waterkraan is geslagen. Maar dit is ook alles. Verdere sanitaire voorzieningen zijn er niet, alleen de openbare toilet in het midden van het dorp blijft dag en nacht open. Behalve dat dit simpele ge bouwtje de menselijke behoefte nauwelijks kan verwerken, is het voor de kampeerders ook te ver weg. Iedereen verdwijnt - als ware het voorgeschreven - achter de bosjes in een doorgaans rustig en fraai park. .Maar iedereen neemt het onge mak voor lief als de muziek maar goed is en het bier volop. Muziek en drank gaan hand in hand, het stimuleert elkaar. Het belang rijkste onderdeel van de Fleadh Ceoil is een groot muziekcon cours waaraan zo'n tweeduizend muzikanten deelnemen. In meer dan twintig categorieën (viool, fluit, accordeon, uilleann pipes, banjo, lilten, maar ook groepen) komen Ierse, Ameri kaanse en Europese muzikanten tegen elkaar uit. Een vrij serieuze aangelegenheid, dit concours. In alle openbare gebouwen, scho len, theaters, bioscopen worden de competities gehouden. Sessions Ook tijdens het concours wordt niet op een biertje gekeken. Bij het vioolspelen is een fiddler zo dronken, dat hij door zijn kame raden op een stoel moet worden gehesen. De viool wordt behoed zaam tussen schouder en linker hand geplaatst. Maar ondanks zijn wankele entree is zijn spel van grote-klasse en speelde hij volgens kenners het meest rit misch die middag. De eerste prijs moest hij toch aan een talentvol lere violist laten. Het muziekconcours is een uit stekende gelegenheid om Ierse muziek op verschillende instru menten en in combinaties daar van te leren kennen. Maar het sfeervolst en het meest „echt" pikt men de muziek op op straat. Op straat, waar de duizenden muzikanten onder honderdvijf tigduizend festivalgangers met elkaar sessions spelen. Op een plaatsje achter een pub, op het voorplein bij de kerk, in de tuin van het sjieke Old Ground Hotel of gewoon letterlijk midden op- straat. Garda In Ennis zijn tijdens het festival doorlopend tientallen sessions van muzikanten tegelijk gaande. Veel muziekmakers reizen alleen maar naar de Fleadh Ceoil om samen met a'nderen sessions te spelen. Om anderen te ontmoe ten en „tunes" uit te wisselen. Ook als het festival al officieel voorbij is, blijven vooral de mu zikanten hangen om met elkaar nog wat te spelen. Tot diep in de nacht - en voor sommigen zelfs de hele nacht - gaat het feest door. De Ierse poli tie - de Garda - laat alles ooglui kend toe. Er zijn wel een paar honderd man extra ingezet, niet zozeer om de orde te handhaven, maar om het publiek wegwijs te maken in de bende van Ennis. 's Avonds puilen de pubs uit en men doet er verstandig aan al aan het eind van de middag binnen te zijn. Anders komt men er niet meer in. Voor deze gelegenheid is de laatste ronde niet om elf uur, maar om twee, drie uur. Volgend jaar, eind augustus of begin september, is de Fleadh Ceoil na hEireann opnieuw in Ennis. Men is 'n beetje benauwd voor volgend jaar. Voor de honderdvijftigduizend man was nu nauwelijks plaats. Volgend jaar zullen het er vast meer zijn en niemand weet nu hoe ze onder te brengen. Rose of Tralee Meestal tezelfdertijd is zo'n tweehonderd kilometer zuidelij ker nog een minstens zo goed be zocht festival, maar van een heel ander kaliber. De „Rose of Tra lee" heet dit festijn en reisbu reaus mogen dit graag als echt Iers aan hun klanten slijten. De „Rose of Tralee" genoemd naar een smartlap, waarin de liefde van een keukenmeid en de zoon van haar rijke werkgever voor elkaar, wordt bezongen. Huwelijk is uiteraard taboe en de meid sterft aan een of andere ziekte, de zoon gewoon van lief desverdriet. Elk jaar wordt er nu een miss gekozen, die zich een jaarlang de „Rose of Tralee" mag noemenDit jaar deed er zelfs een Hollandse mee van Ierse af-, komst. Maar Rosabel Everard, een rechtenstudente uit Leiden, moest de eer laten aan de 20- jarige Orla Burke uit het Ierse Waterford. Een telg uit een twaalf kinderen tellend gezin. De „Rose of Tralee", volledig ge sponsord door een aantal indus trieën (waaronder het biermerk Guinness) moet geld in het laatje, brengen. Het kost 107.000 pond (ongeveer vier en een halve ton), maar zal als alles slaagt 2.000.000 pond (8 miljoen gulden) opleve- Toch is de belangstelling voor dit festival met een kermis, grey- houndraces, cabaret, muziek, shows, enorm. Men schatte de be langstelling dit jaar op 200.000, terwijl het vrijwel gelijk viel met de Fleadh Ceoil. Ook hier zeer veel Amerikanen, Canadezen en zelfs Australiërs, door wie het fes tival misschien zijn kermisach tige karakter heeft gekregen. Volgend jaar worden de kosten geraamd op een miljoen gulden, maar zal de opbrengst eveneens een veelvoud zijn van wat er dit jaar is ontvangen. De organisatie, die elk jaar tekent voor de „Rose of Tralee", schroomt er geenszins voor dit financiële voordeel we reldkundig te maken. Alleen als men door de protserige bovenlaag van de „Rose van Tra lee" heenkijkt kan, bijvoorbeeld bij de greyhound-races of - zoals altijd - in een cafe, nog iets Iers proeven. Veel eenvoudiger is het nog om Tralee gewoon de rug toe te keren en ergens op het platte land stilletjes naar een session gaan luisteren. Tien tegen een, dat het een echte goede middag of avond wordt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1977 | | pagina 19