Marineluchtvaartdienst (60 jaar) in vogelvlucht AVRO-BOËKJË VOOR SPINOZA-RESTAERATIE JACHT VANVALENTIJN HAALT DE FINALE-RACE LEIDSE MAJORETTEN STEMMEN VOOR REIS Huis ter Duin in Noordivijk doet inbo van de hand KEIZER- EN SPIEGELZAAL TEGEN VLAKTE STREEK door Herman van Amsterdam Tips voor deze rubriek kunt U elke morgen tot 10.00 uur aan mij kwijt, tel. 071-144941, toestel 222. U mag ook schrijven. De vereniging Het Spinozahuis, Jan van Herpen, redacteur die vorig jaar opdracht gaf kunst en wetenschappen heeft tot restauratie in Rijnsburg van het begin af aan die kwis van het Spinozahuis en zich voor zijn rekening genomen, daarvoor voor een aanzien- E™d september is de laatste lijk bedrag in de schulden aflevering, moest steken, is ter verlichting boekje "Enigma voor Spi- daarvan een schenking in het noza" is een soort "afscheids vooruitzicht gesteld. cadeau" aan Van Herpen. Er staat een kwis in met 72 vra- Hoeveel dgt gaat worden hangt gen. Bezitters van het boekje, af van de verkoop van een moeten zelf de antwoorden door de AVRO uitgegeven bedenken en vóór 1 februari boekwerkje met de titel 1978 aan de AVRO sturen. "Enigma voor Spinoza Voor de tien beste reacties zijn Enigma is de naam van de prijzen beschikbaar gesteld, kwis in de AVRO kunstru- Er zijn 1500 boekjes gedrukt. De briek Aspecten. prijs is tien gulden per stuk. Het jacht Australia, dat Australië vertegenwoordigt in de zeilrace om de America-cup, is als winnaar uit de voorwedstrijden geko men en mag het nu in de finale in een rechtstreeks duel opnemen tegen titelverdediger Amerika. Bijzonderheid: de Australia werd ontworpen en gebouwd door Jo- han Valentijn, een paar jaar geleden naar Amerika geëmigreerd en zoon van een Langeraarse scheepsbouwer. Als zijn schip de finale wint is het voor het eerst in de ruim honder djarige geschiedenis van de America-cup dat een niet-Amerikaans jacht de finalerace in het voordeel beslist. Het is nu zeker dat het Leidse majorettenpeloton Fou,rty Four Degrees volgend jaar een veertiendaagse tournee maakt door Canada. Over de uitnodiging van de Nederlandse impresario Kross moest deze week op een ledenvergadering worden gestemd. De 32 meisjes gingen unaniem akkoord. Enige probleem is dat er zich nog geen orkest heeft aangemeld dat de groep wil begeleiden. Er zijn er in Nederland drie die daarvoor in aanmerking komen, maar geen heeft al een toezegging gedaan. Op de vergadering is ook besloten alle leden van de Amsterdamse drumband Tubantia uit te nodigen als gast aanwezig te zijn op de komende Leidse Taptade in november. Zoals bekend kwam afgelopen weekeind de drumband in het nieuws omdat er een politiewagen op de muzikanten was ingereden. Er vielen een paar gewonden. "Oht dat leed te verzachten" hebben de Taptade-organisatoren de zestig Amsterdamse collega's geïnvi teerd. v General mana ger Alois Eberhar- ter in de Spiege lzaal. Hij moet de veiling in goede banen leiden Op korte termijn gaat er wederom een stuk van het Noordwijkse grand-hotel Huis ter Duin tegen de vlakte. Het is dit keer de noord vleugel, het oudste deel van het complex waar het destijds alle maal is begonnen. In dit zogenaamde "Oude huis" liggen ook de meeste herin neringen aan het vroegere, vaak buitensporige Huis ter Duin gebeuren. Vorsten, filmsterren en andere groot heden, waar dan ook van daan, lieten zich daar in de watten leggen. In de Keizer- zaal de Nautuluszaal, de Duinzaal. Parket op de vloer, veel houten betimmeringen en hoge, decoratieve pla fonds. Voordat het jaar ten einde is zal daar weinig meer van over zijn. De slopershamer zal ook korte metten maken met de grill-room (voormalig restau rant De Brug) en de bekende Spiegelzaal, destijds Huis ter Duin's paradepaardje. Vanuit de halfronde zaal met grote ramen hadden de gas ten een panoramisch uitzicht op zee. Daar ook dirigeerde de bekende orkestleider John Kristel rüim twintig jaar lang het huisorkest. Vorig jaar werd er nog het tradi tionele bal der Oostenrijkers gehouden, een feest dat over eenkomsten vertoont met het Weense Opera-bal en waarop de mooiste meisjes uit de "beste" families debuteren. De Spiegelzaal is nog volledig intact. Alle spiegelcomposi- ties tegen plafond en pilaren zitten nog op hun plaats. Voor zover dat bij de sloop moge lijk is worden ze heel gehou den. Kaptafels Ze gaan deel uitmaken van een grote veiling van Huis ter Duin inboedel, die voorlopig is gepland op begin oktober. Het te slopen gedeelte gaat tien september dicht. In de weken daarna zal er worden geïnventariseerd en bekeken wat geveild kan worden of wat in gebruik blijft. In de veilingcatalogus kan men in elk geval verwachten de inboedel van negentig ka mers (bedden, kasten, com modes, kaptafels, gordijnen, lampen). Dan van het restau ratiegedeelte alle technische apparatuur en ook alle tafels, stoelen en vloerbedekking. Voorts witte skaileren fauteuils en ook een grote hoeveelheid rotan stoelen. Op de verkoop lijst zal men nauwelijks schil- derijen van waarde aantref fen. Die zijn bij eerdere directie-wisselingen al weg gehaald. Op de veiling, die zo'n week in beslag zal nemen, komen ook wijnen aan bod. General- manager Alois Eberharter: "Alleen de wijnen waarvan het tijd wordt dat ze worden opgedronken, komen onder de hamer. Het gaat om een paar honderd flessen. Voor wijnkenners zitten daar inte ressante namen tussen". Aan de veiling, die in de sloop- zalen van het grand-hotel zal worden gehouden, gaan drie kijkdagen -vooraf. Er zijn er nu al Veel, onder wie voorna melijk gasten van vroeger, die hebben laten weten bepaalde dingen uit het "Oude huis" te willen kopen. Zo hebben zich al liefhebbers aangemeld voor de Spiegelzaalspiegels. Van het Huis ter Duin complex zoals dat tientallen jaren aan de Koningin Astrid Boule vard heeft gestaan, blijft na de komende sloop alleen nog maar "het middenrif' over. Dat blijft in gebruik. Men zoekt alleen naar een oplos sing om de grauwe buitenmu ren, die erg afsteken tegen de nieuwe appartementen, van een licht kleurtje te voorzien. Dat zal nog wel de nodige hoofdbrekens kosten.. Wat zelfs verfspecialisten van Sikkens, om advies gevraagd, zijn er nog niet in geslaagd een produkt samen te stellen dat goed van kleur blijft on der de invloed van zoveel wind, zee, zon en zand. Lukt het niet met het vinden van een muurverf, dan wordt overwogen tegen de gehele voorgevel een 1-steens kalk- zandsteenmuur neer te zet ten, die een stuk makkelijker te bewerken is dan het mate riaal dat nu op de buitenmuur zit. Op de plaats van het "Oude huis" zijn 79 appartementen gepland. De deze jaar opgele verde appartementen aan de zuidvleugel, zijn allemaal verkocht. De prijzen daarvan varieerden van ruim twee ton tot een half miljoen. Film Een filmteam heeft gisteren nog opnamen gemaakt in het te slopen Huis ter Duin gedeel te. Te elfder ure werd het "Oude huis" als lokatie geko zen voor een gedeelte uit een nieuwe Nederlandse Speel film waarin Monique v.d. Ven de hoofdrol speelt. Aanvan kelijk zouden de opnamen plaatsvinden in Knokke, Bel gië. Maar het weer zat daar erg tegen. Vandaar dat men naar Noordwijk is uitgeweken. VALKENBURG - De mari- neluchtvaartdienst bestaat 60 jaar, een diamanten jubi leum. Een diamanten huwe lijk zou je zelfs kunnen zeg gen, tussen lucht en land, de luchtmacht en de marine. Het jubileum wordt van daag intern gevierd. 18 Augustus 1917 werd de eigen luchtvaartdienst van de marine bij Ministeriële Beschikking ingesteld. Drie dagen later was de oprich ting een feit met _de in dienststelling van het mari nevliegkamp "De Mok" op Texel. door Ingrid Cramer Pioniers Hier was natuurlijk al het nodige aan vooraf gegaan. Nü is de marine- luchtvaartdienst een begrip, zeker voor de bewoners van Valkenburg en de directe omgeving, die al di rect bij het binnentreden van de gemeente met een bord gewaar schuwd worden voor "overvliege nde vliegtuigen". Aan het begin .van deze eeuw lag dat allemaal heel anders. Er was de landmacht die een luchtvaartafdeling had en ma rine was marine. Slechts een enke ling bij de marine had op dat mo ment oog voor de mogelijkheden die de luchtvaart zou kunnen bie den. Dat was, in het prille begin, in de eerste plaats luitenant ter zee Ram- baldo, die als eerste marine-officier ook werkelijk de lucht in ging. Niet met een vliegtuig, maar met ae bal lon. In 1911 kwam hij bij een van deze ballonvaarten in Nederlands- Indië om het leven. Nog steeds her innert een standbeeld op vlieg kamp Valkenburg aan deze "pio nier", zoals de vliegers van het eerste uur bij de marine worden genoemd. En pionieren was het ook wel eigenlijk. Na Rambaldo volgden anderen, die evenals hij ijverden voor de tot standkoming van een nieuw on derdeel bij de marine: de marine- luchtvaart. Dit werd vooral ge wenst vanwege de grotere moge lijkheden om verkenningen uit te voeren. Door vliegtuigen bij de verkenningsdiensten in te schake len zou het zicht van de schepen toenemen. Waarnemingen zouden zich over een groter gebied kunnen uitstrekken dan wanneer ze alleen door schepen gedaan zouden wor den. De pioniers vonden gehoor. In 1913 sprak de Eerste Kamer zich uit voor de oprichting van een vliegdienst bij de marine. Omdat een dergelijk onderdeel noodzakelijkerwijs ook over de no dige vliegers moet kunnen be- schikken werd een jaar later gestart met een opleiding tot vlieger voor een viertal zee-officieren, die daar toe bij de luchtvaartafdeling in Soesterberg werden onderge bracht. Eëft van hen Was Karei Doorman, de latere schout-bij nacht. Aantekeningen in het dag boek van Wallaardt Sacre, de eerste commandant van de luchtvaartaf deling van Soesterberg vermelden: "Luitenant ter zee Doorman vliegt laag boven de grond en breekt lan dingsgestel. Is nog niet rijp voor zulke zaken" (14 maart 1916). Eind april 1916 behaalde Doorman met de drie anderen echter zijn brevet. Buit De voorbereidingen voor het nieuwe onderdeel vorderden. Bij Schellingwoude werd een vlieg- tuigloods gebouwd voor water vliegtuigen, het begin van het latere vliegkamp, dat in april 1916 in dienst werd gesteld. Er waren dus gediplomeerde marine-vliegers, er was een vliegbasis en bovendien nog een vliegkamp in aanbouw aan een inham in de zuid-west hoek van Texel, "de Mok", maar vliegtuigen waren er nauwelijks. Door de oor log was de mogelijkheid om vlieg tuigen van andere landen aan te kopen gering. Nederlands neutrali teit verschafte echter de oplossing. Vliegtuigen van beide partijen moesten zo nu en dan een noodlan ding in Nederland maken waar ze vervolgens werden geïnterneerd. Om de neutraliteit te behouden kon Nederland deze vliegtuigen niet te ruggeven. Ze konden echter wel van het betrokken land worden ge kocht, waarna ze een welkome aan vulling voor de Nederlandse lucht vloot vormden. Zo deed de Nederlandse marine in 1914 haar eerste vangst met een Duits één-motorig drijversvlieg tuig van het type Friedrichshafen FF-19. Hierna volgden vele andere vliegtuigen, zoals de Britse vlieg- boot 1199. Deze White Thompson werd boven Vlaanderen door luch- tafweervuur getroffen. Het be schadigde vliegtuig werd na een noodlanding op de Westerschelde met een torpedoboot naar Vlissin- gen vervoerd van waar het verder, werd vervoerd naar Amsterdam. Bij het transport over land naar Amsterdam werd de Thompson echter nog wat erger beschadigd door een aanrijding met de elektri sche tram Vlissingen-Middelburg. 16 toestellen werden op deze ma nier buit gemaakt. Deze werden in 1917 aangevuld met 8 Thulins (les- vliegtuigen), 10 eenpersoons jacht vliegtuigen en 3 Franse Farmans, eveneens lesvliegtuigen. Deze eerste vliegtuigen konden wel een stukje van de kust vandaan vliegen maar nog niet echt op zee opereren. Het zou nog tot 1923 duren totdat de eerste vliegtuigen werden aange schaft die dat wel konden: de Fok kers B I, die zowel op de zee als op het land konden landen. De eerste jaren Met de in dienststelling van "De Mok" was de marine luchtvaart dienst officieel in werking getre den. Luitenant ter zee Vreede, "de derdd pionier", werd de eerste commandant. Vliegen bracht, voor die tijd, nog wel wat geld in het laa tje. De vliegtoelage bedroeg toen per uur voor officieren (buiten de keerkring) 8 gulden per uur; voor hoofd-officieren 5,40; sergeants 4,- per uur, korporaals 3,20 en voor manschappen tenslotte 2,20 per uur. Manschappen kregen toen per uur dus slechts een kwart van de toelage voor officieren. "Progress ieve belasting" was in die tijd trou wens en nog onbekend begrip. Na zijn instelling breidde het nieuwe wapen zich snel uit. In 1918 werd marinevliegkamp De Kooy bij Den Helder in gebruik geno men. Dit werd het hoofdkamp om dat hier ook landvliegtuigen kon den landen in tegenstelling tot "De Mok", die slechts voor watervlieg tuigen geschikt was. Verder wer den bases betrokken in Schelling woude, Vlissingen en Veere, die als steunpunten moesten dienen. In Nederland kon met kustvliegers worden volstaan, voor de Indische archipel werd al spoedig behoefte gevoeld aan vliegtuigen die op een schip meegevoerd konden worden. Met name de ongekende mogelijk heden in Nederlands Indieë voor de marineluchtvaartdienst veroor zaakten de grote uitbreiding van dit marine-onderdeel. Met het uitbreken, van de Tweede Wereldoorlog werd het allemaal weer volledig anders. De militaire luchtvaartdienst kreeg tot taak om verkenningen boven zee uit te voe ren ten behoeve van de handels scheepvaart, tactische en strategi sche verkenningen uit te voeren ten behoeve van de eigen strijdkrach ten op zee en met bommen en tor pedo's op te treden tegen landings ondernemingen en andere vijande lijke operaties. Zoals bekend duurde de echte strijd in Nederland maar kort. De vliegtuigen die er heelhuids van af waren gekomen evacueerden naar Frankrijk om uiteindelijk gestatio neerd te worden op de Air Force Basis in Engeland. De bestaande vliegkampen werden vernietigd, "De Mok" door de kernbemanning, de overige door de Duitsers. Valkenburg En hier begint dan vooi aardige geschiedenis van Valken burg. Valkenburg was in 1939 door de marine opgekocht om er een vliegpark van te maken. De plan ning was om het per 1 juli 1940 in gebruik te nemen wat door de oor log werd verhinderd. Maar ook zonder de oorlog was deze datum niet gehaald: de grond was erg drassig gebleken, waardoor de aan leg van een vliegkamp hier toch wel op aanzienlijke moeilijkheden zou stuiten. De eerste aanzet om van Valkenburg een vliegkamp te ma ken was echter al gegeven waar door de Duitsers in de eerste dagen van de oorlog dachten hier nu eens "frisch und frohlich" te kunnen landen. Het tegendeel was waar. De 57 Juncker transportvliegtuigen die keurig in volgorde landden ble ken vervolgens olgens niet meer op te kunnen stijgen: ze zaten tot hun as in de modder. Pas maanden later zijn ze met behulp van tractiren tractoren de modder getrokken. Na de resten verwijderd te hebben legden de Duitsers keurige start banen aan, die de marine later, na wat herstelwerkzaamheden, goed van pas zouden komen. De Duit sers hebben maar een paar jaar van dit vliegveld willen genieten. De grond werd er tenslotte wat te heet onder de voeten met de toene mende dreiging van de Engelsen in de kustgebieden, waardoor de Duitsers meenden het vliegveld met sloten te moeten doorsnijden en niet langer te gebruiken. Naar Nederlands Indië Na de oorlog de wederopbouw, ook voor de marineluchtvaartdienst. Deze kreeg echter logischerwijs bepaald niet de hoogste prioriteit. Mankrachten om te vliegen waren er genoeg, viiegDasea niet. Het enige vliegveld dat in min of meer bruikbare staat was aangetroffen, Valkenburg, werd gebruikt om manschappen op te leiden om te vliegen in het toen nog bezette Ne derlands Indië. De marinelucht vaartdienst kreeg in Indieë na de oorlog nauwelijks meer een poot aan de grond. Het militaire mate riaal was er na de oorlog voorname lijk op gericht greep te krijgen op de "opstandelingen" onder Soe- karno. Toen dat uiteindelijk niet bleek te lukken werd bij de soever- eniteits overdracht een deel vair het in het voormalige Nederlands Indië gestationeerde materiaal overge dragen aan de republiek Indonesië, een deel vernietigd en een deel overgebracht naar Nederland. Het zelfde liedje speelde 3 jaar later in Nieuw Guinea met de opheffing van de basis in Het aantal op de An tillen gestationeerde vliegtuigen is na de oorlog aanzienlijk afgeno men. Stonden op vliegkamp Hato in Curacao in 1952 nog 12 Firefly's, nu zijn er voor het gehele gebied van de Antillen nog slechts 3 Nep tunes gereserveerd. Het aantal vliegkampen is vergeleken met de vooroorlogse situatie eveneens af genomen. 15 Oktober 1947 werd vliegveld Valkenburg officieel in dienst gesteld en ook de Kooy is later weer in gebruik genomen. Bij deze twee is het echter gebleven. Reddingsdienst Biak. Maar de taak van de dienst is uitge breid: met de opsporings- en red dingsdienst in 1951. In 1947 hebben 53 landen, (nu 136) waaronder Ne derland, het verdrag van Chicago ondertekend, dat inhield, dat elke staat maatregelen zou treffen om hulp te verlenen aan luchtvaartui gen die boven zijn grondgebied in nood verkeren. Niet uit menslievendheid werd dit verdrag gesloten. In feite was het een uitvloeisel van de oorlogstijd. In de oorlog was ge bleken dat de Engelse „Search and Rescue"-dienst het moreel van de vliegtuigbemanningen flink wist op te peppen, waardoor deze beter vol konden houden. Bovendien was het uiterst belangrijk dat er zo weinig mogelijk mannen verloren zouden gaan om de noodzakelijke gevechtskracht in stand te houden. De opsporings- en reddingsdienst verleent hulp aan vliegtuigen en schepen bij ongevallen en andere noodsituaties. Het opsporende werk wordt door vliegtuigen ge daan, het reddingswerk door heli copters, waarvan de eerste, Jezebel, in 1951 werd aangeschaft, smen- werkt met diverse overheids- en particuliere instanties. Inkrimpen Valkenburg beschikt thans over 12 Neptunus en 8 Brequet Atlantics. In 1972 zijn de taken van de twee vliegkampen om organisatorische redenen gedecentraliseerd. Om de helicopters meer in de buurt van de schepen te hebben zijn alle helicop ters naar De Kooy overgebracht. Dit is ook efficiënter; door de taken te scheiden kan het aantal mensen dat bij de marinevliegdienst werkt worden verminderd. Thans werken er op Valkenburg ongeveer 1400 mensen en 300 op De Kooy. Zo'n 10% hiervan is dienstplichtig. Uitbreiding na de eerste wereldoor log, besnoeiingen na de tweede. Genoemd zijn al de vermindering van het aantal vliegtuigen en van de hoeveelheid personeel. De poli tieke en maatschappelijke verhou dingen zijn na de oorlog gewijzigd. Er wordt veel minder geld dan vroeger voor defensie beschikbaar gesteld. Er worden ook andere normen aangelegd, waarin het maatschappelijke welzijn steeds meer mee gaan spelen. Negatieve aspecten van vliegvelden, zoals gaat inbreuk die daardoor wordt gedaan op bouwgronden of op het nog schaars aanwezige groen, de hinder die omwonenden er van on dervinden, tellen zwaarder. Dit heeft vanzelfsprekend ook zijn weerslag gehad op de marinelucht vaartdienst. De defensienota 1974-1983 voorziet in een inkrimping bij de marine van 20%. De marineluchtvaartdienst zal hier natuurlijk ook aan mee moeten werken. De inmiddels geeffec- tueerde scheiding van taken tussen De Kooy geëffectueerde Valken burg waardoor de verschillende staven kunnen vervallen, is een eerste stap in deze richting. Er wordt verder meer geautomati seerd, waardoor minder mensen hoeven te worden aangetrokken. Voor de rest zal de inkrimping voornamelijk plaatsvinden via het zogenaamde „natuurlijke verloop". Deze plannen moeten vanzelfspre kend de nodige weerstanden bij de ontmoeten Weesrstanden zijn er eveneens tegen het uitblijven weerstanden een uitspraak over een vervanging van de inmiddels twintig jaar oude Neptunus. Niet dat ze niet meer zouden kunnen vliegen, de inwoners van Valken burg weten wel anders te vertellen, maar de apparatuur aan boord van deze vliegtuigen is niet goed meer op de taak berekend onderzeebo ten op te sporen. De atlantic brequets, die eveneens voor de onderzeebootbestrijding zijn aangekocht, maar van '69 date ren, voldoen beter en maken ook minder lawaai. Als de Neptunus vervangen zouden worden meent de marinelucht vaartdienst met 2 zou minder toe te kunnen. Nu moet er steeds een overschot zijn om de vliegtuigen, die wegens hun ouderdom rege lmatig in de reparatie moeten, te vervangen. En dan is er nog de vraag of het aantal vliegvelden de in randstad gehandhaafd zal blijven. Regelma tig in de op om vliegveld Ypenburg op te heffen. Provinciale Staten zou liever zien dat aan dit gebied een bouw-bestemming werd gegeven. Het voorontwerp streekplan Zuid Holland West wordt In het gedach ten te vormen over een samenvoe ging van de vliegvelden na 1980. Of dit ook zal gebeuren? Het wachten is op het vliegveld-beleggingsplan van defensie, waarin uitspraken onder andere over de functie en taak van Ypenburg en Valkenburg zullen worden gedaan. En n atuur- lijk hangt ook veel af van natuurlijk van het nieuwe kabinet, evenals van de tijd die het zal duren om er een te vormen. De Kamer zal zich eveneens moeten uitspreken. Al met al is het niet te verwachten dat hier zeer binnenkort een beslissing over zal worden genomen. Vergeet bovendien niet: Valkenburg is van de marine, Ypenburg van de luchtmacht, allebei*onderdelen die niet gauw iets wat verworven is prijs geven. Tenslotte burgemeester Van 't Wout van Valkenburg gevraagd hoe de gemeente de aanwezigheid van de marinevliegdienst binnen haar grenzen beoordeelt. De bur gemeester hoefde hier niet lang over na te denken. „Positief', luidde het onmiddellijke antwoord. „We hebben een Uitstekende ver standhouding met de mórine. Als de marine ons op de een of andere manier kan helpen doet zij dat. Geluidsoverlast? Al het mogelijke wordt er aan gedaan om zo min mo gelijk lawaai te maken, 's Nachts wordt er niet gevlogen, of er moet echt iets aan de hand zyn. Als ik ze dan hoor overkomen denk ik wel eens: „wat zou er zijn?" Voor dit artikel is gebruik gemaakt van de marine-uitgaven: 50 jaar ma rineluchtvaartdienst" en „60 jaar marineluchtvaartdienst". De foto's zijn welwillend afgestaan door de fotodienst van de marine luchtvaartdienst Valkenburg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1977 | | pagina 4