Medicijnen
als snoep
over de
toonbank
I
Sociale uitkeringen
rijzen de pan uit...'
I sport
Met vis volgeplempte vijver is miskenning
van de hengelsport
VIS
POLYESTER
VISBOTEN:
BOOT-CENTRUM
Zoeterwoude.
Fa. Verhoog
DE SPORT
FRED VELTMAN
ZATERDAG 18 JUNI 1977'
Medicijnen gaan als snoepjes over de toonbank. Van
heilzame middelen lijken het genotsmiddelen te zijn
geworden. We slikken maar. Illustratief is de verdub
beling van het medicijngebruik in Nederland in zeven
jaar. Per jaar geven we met z'n allen anderhalf miljard
gulden uit aan drankjes, pillen en poeiers. En dat ter
wijl de helft van deze indrukwekkende hoeveelheid
geneesmiddelen nooit direct gebruikt wordt.
Jv vlkuik
Nog meer cijfers. Een onder
zoek van het Groningse socio
logisch instituut in 1974 heeft
uitgewezen dat het meren
deel van de medicijnen ge
bruikt wordt door gezonde
mensen of door mensen voor
wie ze eigenlijk niet bestemd
zijn.
Per jaar worden tien- tot vijf
tienduizend mensen ziek
door te veel of verkeerd me
dicijngebruik. Vijf- tot zes
honderd van hen sterven aan
de gevolgen ervan.
Door
Wim Wirtz
Alles bij elkaar een geweldig
geweldige waar - gelukkig -
steeds meer aan gedaan
wordt. Dat is hard nodig.
Want er zijn heel wat lastige
hindernissen die uit de weg
moeten worden geruimd.
Neem de (huis)arts. De
(huis)arts schrijft voor wat
goed voor de patiënt is. Maar
dat gebeurt niet altijd even
zorgvuldig. De hoge prijs van
het medicijn wordt soms na
uwelijks in aanmerking ge
nomen. Em eventuele bij
werkingen, ach, dat loopt ook
zo'n vaart niet.
En dan de industrie. De farma
ceutische fabrikanten profi
teren flink van des mensen
medicijnreligie en van de
soms weinig kritische opstel
ling van de (huis)arts. Gevolg:
de markt wordt overspoeld
met dure, prachtige verpakte
en "alles genezende" medi
cijnen. Medicijnen waarvan je
kunt betwijfelen of ze ook al
lemaal wel zo heilzaam zijn.
Het hele scala aan vitamineta
bletten bijvoorbeeld is rege
lrechte flauwekul. Een sina
asappel is beter.
En toch: we slikken maar.
Oude bekenden in de reeks zijn
de psychofarmaca. De de
pressieonderdrukkers, de
ellende-vergeters, en de
zorgen-wegnemers. Genees-
"Verslik u niet": vitamine-tabletten bijvoorbeeld zijn rege
lrechte flauwekul
plaatselijke
samenwer-
ot stand
middelen, die in vele gevallen
helemaal niets oplossen.
Maar toch: de doorsnee Neder
lander slikt 48 van dergelijke
middelen (kalmerings, pep-
en slaapmiddelen) per jaar.
Dat het ander kan bewijst het
initiatief van de apotheker P.
van 't Spijker in Heerhugo-
waard, die in 1975 met de
(toen nog) ze^
huisartsen ei
kingsverband
bracht.
Doel: controle op de noodzaak
en de prijs van de medicijnen.
Als het even kon geen medi
cijn. En als het dan toch
moest, dan kijken of er geen
goedkopere vervangings
middelen waren.
In de éénjaarlijkse proefperiode
leverde deze kritische bena
dering een besparing op van
1,5 miljoen gulden, zijnde de
helft van de medicijnkosten
in Heerhugowaard. Landelijk
betekent dat dat we jaarlijks 6
a 700 miljoen gulden zouden
kunnen besparen. Over kos
tenbeheersing gesproken
Maar er is ook nog de pa
tiënt/consument. En die is
geen haar beter dan de huis
arts, de apotheker of de in
dustrie. Uit onderzoek blijkt
dat de helft van de Nederlan
ders niet weet waar de medi
cijnen die ze slikken, voor
dienen.
Zelfmedicatie is een berucht
gevolg. Makkelijk immers?
Tante Truus heeft voor haar
hoofdpijn tabletjes gekregen.
Neefje Johan, die bij haar lo
geert, krijgt ook hoofdpijn.
Wacht maar, zegt tante Truus
Tabletjes van de dokter, hel
pen prima. Dus Johan ook ta
bletjes.
We weten niet of het helpt. Maar
ja, hoofdpijn is hoofdpijn,
nietwaar?
De onwetendheid van de pa
tiënt/consument is groot.
Vandaar het onlangs ver
schenen boekje "Verslik U
niet", een kritische handlei
ding voor het gebruik van
medicijnen. Een uiterst nut
tig boekje dat, voor zover be
kend, het eerste werkje is dat
op het lijf van de patiënt/con-
sumenf is geschreven.
Waarschuwing
Het boekje is een pennevrucht
van drie artsen en de journa
list Rolf Boost. De bedoeling
is duidelijk: een waarschu
wing tegen het klakkeloos
slikken van medicijnen. De
hierboven genoemde cijfers
en feiten zijn aan dit boekje
ontleend. Maar er staat nog
veel meer in. Nuttige advie
zen bijvoorbeeld.
Neem de koorts. Wist u dat het
erg onverstandig is koorts te
drukken met koortswerende
middelen? Koorts is een reac
tie op iets in het lichaam dat
niet in orde is. Door koorts
gaat het afweersysteem har
der werken.
Koerts is op zichzelf dus een
nuttige reactie. De koorts on
derdrukken en dan verwach
ten dat je beter wordt, is het
zelfde als de wijzers van een
klok tegenhouden en dan
denken dat het niet later
wordt. Goed uitzieken is de
enige remedie. En als de
koortstemperatuur hoger is
dan 40,5 graden of als de
koorts langer aanhoudt dan
vier dagen, de dokter waar
schuwen.
Mondig
Zo staan er meer van dit soort
adviezen in het boekje "Vers
lik U niet". En achterin een
uitvoerig „Kritisch medi
cijnen ABC" met onder elke
(merk)naam van het medicijn
een heldere verklaring.
Het boekje is één van de vele
manieren om de patiën
ten/consumenten mondig te
maken. En ook kritisch. Daar
wordt-ie uiteindelijk zelf be
ter van.
"Verslik U niet,', geschreven
door de artsen G.L. van
Iterson, J.M.A. Kole en K.H.
Noordhoff, onder redactie
van Rolf Boost. Uitgeverij
Kosmos, A'dam. Prijs f. 24,90
Sportvissers ontmoeten in ons land nog altijd een groot
stuk wanbegrip, bij die mensen voor wie de hengelsport
niet meer is dan een zinloze tijdspassering. Ze kunnen maar
niet begrijpen welke lol er aan is om 's morgens voor dag en
dauw het behaaglijk warme bed te verlaten om bij nacht en
ontij naar de waterkant te trekken om daar een paar
stomme vissen op de halen. De bekoring, die er schuilt in
een dagje één zijn met de natuur gaat aan hun voorbij.
Het trieste van de zaak is, datje een
dergelijk onbegrip ook vaak ont
moet bij mensen, die het eigenlijk
wel zouden moeten weten. Om de
dóódsimpele reden, dat zij werken
ten dienste van het nog steeds
groeiende miljoenenlegioen van
enthousiaste hengelaars. Dat zijn
de landinrichters, planologen,
ontwikkelaars of hoe ze ook mogen
heten.
Zij zijn het, die in de veronderstel
ling verkeren dat de sportvisser al
leen op zijn gemak gesteld is en lou
ter aan de waterkant verblijft om
zoveel mogelijk te vangen. En datje
een hengelaar geen groter plezier
doet dan hem een keurig aange
legde vijver aan te bieden, die vol
geplempt is met zoveel mogelijk
vissen. Het is een miskenning van
de hengelsport en ik zal proberen
uit te leggen waarom.
ADVERTENTIE
OVERNAADSE JOL 1450,-;
NOORSE JOL 2450,-; ELAN vis-
sloep4750,-; Crescent visboten
43 0 f 1995,-.
Hoge-Rijndijk 93 - 0-71-126966.
Hengelaars zijn namelijk in grote
meerderheid avontuurlijk inge
stelde personen. Het beste kan dat
duidelijk worden gemaakt aan de
hand van een voorbeeld. Stel een
sportvisser voor de volgende keus:
vissen in een water waar allemaal
dezelfde vissen rondzwemmen,
vissen met dezelfde afmetingen. Of
vissen in een water waar een heke
boel kleine visjes in voorkomen,
maar ook enkele hele grote. Tien
tegen één dat hij die laatste plaats
zal kiezen. Omdat hij op de ene
plaats precies weet wat hij zal van
gen en het op de andere plaats een
verrassing is.
Een ander voorbeeld: biedt een
hengelaar een bochtig poldersloo
tje aan met riet aan weerskanten,
een watertje dat moeilijk bereik
baar is. Biedt hem daarnaast ook
een keurig aangelegde vijver aan
compleet met houten schoeingen
langs de kant en luxueus uitge
voerde vissteigers. In dat geval zal
de keus voor een echte sportvisser
niet moeilijk zijn. Hij kiest voor het
geheimzinnige polderslootje.
Afzien
Het is voor de sportvisser de l&atste
jaren op vele punten „afzien". Door
stadsuitbreidingen zijn in de loop
der tijd al vele uitstekende viswa-
tertjes verdwenen. Slootjes en
plassen die een visstand bezaten,
die in natuurlijk evenwicht leefde.
Ruisvoorn, zeelt, baars, snoek en
soms de echte boerenkarper. Ze
zijn opgeofferd aan noodzakelijke
nieuwbouw. Ook de waterveront
reiniging heeft het areaal van de
sportvisser in de loop der tijd flink
beperkt. Elk jaar gaat er opnieuw
viswater verloren door de lozing
van giftige afvalstoffen of wordt
door allerlei oorzaken het zuurstof
gehalte zo laag dat er geen vis meer -
in kan leven.
Andere gevaren, die op het eerste
gezicht veel minder ernstig zijn
maar evenzeer de sportvisserij na
delig beïnvloeden zijn de niilver-
kavelingen en de kanalisaties. Om
bij de ruilverkavelingen te begin
nen; in de gebieden die op de schop
gaan, zijn voordien vaak sloten en
Sport" visserij
kweekvijver.
Is dat de
hengelsport
van de
toekomst?
te mogen dempen en daarop ver
harde paden aan te leggen.
Ook in de directe omgeving van
Leiden is een dergelijk streven
merkbaar, maar in een aantal ge
bieden heeft de provincie daar ge
lukkig een stokje voor gestoken.
Het resultaat van een ruilverkave
ling is vaak dat er eenvormige
kaarsrechte sloten ontstaan. En als
het meezit wordt er ook nog wel wat
vis in uitgezet. Zo zijn we dan ook
nog wel. Daarom houd ik - als
sportvisser - mijn hard vast wat er
straks gaat gebeuren met het ge
bied bij Zoeterwoude, Hazers-
woude en Koudekerk, wanneer de
ruilverkaveling Rijnstreek-Zuid
haar beslag krijgt.
Kanalisatie is een ander sluipend
gevaar. Gevaar, omdat niet alleen
watertjes, die zich door het land
schap slingeren worden omgeto
verd in kaarsrechte kanalen met
houten of betonnen schoeiingen,
maar ook omdat tegelijkertijd
broedplaatsen voor bepaalde vis
soorten verloren gaan. De drukke
scheepvaart helpt daar nog een
flink handje aan mee. Steeds groter
wordende vrachtboten zorgen er
voor dat het water vrijwel voortdu
rend troebel is en gewaardeerde
sportvis als snoek naar de onder
gang wordt gevoerd, omdat hij be
hoefte heeft aan helder water.
Nog erger
Ik besef dat de opsomming die ik in
deze visrubriek heb gegeven niet te
rooskleurig was. Maar er zijn nog
erger dingen denkbaar. Deze week
kreeg ik een visblad onder ogen
met de volgende advertentie: "Vis
sen op forel dat kan dagelijks van
8.00 tot 13.00 uur of van 13 tot 18 uur
in forellenkwekerij. Tevens ver
koop van karpers en siervissen.
Ook interessant voor het maken
van excursies". Als ik dat lees doet
mijn sportvissershart pijn. Wordt
dat de sportvisserij van de toe
komst dan ga ik vandaag nog met
m'n hengelspullen op pad, op zoek
naar een paar flinke wilgen
vaarten aanwezig, die qua uiterlijk
Gifspuit
Plantengroei langs en in het water
hebben zich - als de boer niet al te
driftig met de gifspuit heeft rondge
lopen - lange tijd ongestoord kun
nen ontwikkelen. Het water in
zulke gebieden is vaak in overvloe
dige hoeveelheid aanwezig, omdat
het in vroegere jaren als de beste
erfafscheiding gold. Omdat trans
port van vee en melkbussen vaak
met platte boten plaatsvond zijn er
in die gebieden ook dikwijls brede
vaarten aanwezig.
De moderne boer heeft daar geen
boodschap méér aan. Het liefst
heeft hij een verhard pad dwars
door zijn bezittingen, want dan
kunnen tractors en ander materiaal
snel verplaatst worden. In feite
heeft de poldersloot voor een be
langrijk deel zijn functie verloren.
Vandaar dat polderschappen ook
vaak pogingen ondernemen om
toestemming te krijgen om sloten
ADVERTENTIE
't Is geen visserslatijn, maar voor al
v hengelsportartikelen kunt u beter
terecht bij:
Leldseweg 14, Voorschoten
telefoon 01717-2430
ADVERTENTIE
De enige speciaalzaak voor al uw
HENGEL
SPORTARTIKELEN
Haarlemmerstraat 11, tel. 124020
ADVERTENTIE
Lage Rijndijk 36-40
Leiden, tel. 122293
HET AANGEWEZEN
ADRES VOOR AL
UW HENGELSPORT
Leidse hoogleraar Halberstadi
vindt nullijnreëel
LEIDEN - „Ons systeem van sociale zekerheid dreigt zichzelf om zeep te
brengen. Al die sociale uitkeringen en regelingen zijn in 'n absurde wild
groei geraa - ze rijzen de pan uit. In het nu ontstane labyrint weet vrijwel
niemand meer weg. Ondoelmatigheid en organisatorische verspilling
hebben ertoe geleid, dat we diep in de problemen zitten. We weten niet
meer hoe we de ontwikkelingen moeten beheersen - dat mag best gezegd
worden. Het is toch ongelooflijk dat 'n half miljoen Nederlanders niet
meer tot de actieven" behoort en een uitkering via de Wet Arbeidsonge
schiktheid en AWW krijgt? Tien a elf procent loopt in de ziektewet, 65.000
mensen vallen onder de wet sociale werkplaatsen - kortom, van de 13
miljoen Nederlanders werken er maar 3 3/ miljoen. Dat alles kan op zich
best gerechtvaardigd zijn. Maar we weten niet WIE het zijn, en WAT er met
ze aan de hand is. We sturen die mensen naar huis, en laten ze daar dan
maar eenvoudigweg zitten. We zouden ons diep moeten schamen.
Prof. drs. V. Halberstadt, 'n rijkbesnorde dynamische dertiger, is kroon-
lid en een van de wijze mannen van de Sociaal Economische Raad,
krooniid van de Sociale Verzekeringsraad en van het College Algemene
Bijstandswet, en doceert overheidsfinanciën aan de Leidse Universi
teit. Denkt hij dat „meer winst meer werk is", of dat een fabrikant z'n
extra-inkomensten op 'n Zwitserse bank zet?
"Natuurlijk is dat kretologie", aldus Halberstadt. „We weten niets van de
mensen die niet aan het arbeidsproces deelnemen, maar we weten ook
niets van de ondernemers in Nederland. Wat zijn de gedragsbepalende
factoren van de spelers in het economisch spel? Slechte mensen zijn er
altijd geweest. Als men de kans zou krijgen excessieve winsten te maken,
en op een onmaatschappelijke manier te besteden, dan moeten parlement
en wetgever daaraan paal en perk stellen. Wanneer Nederland in feite 'n
fiscale vluchthaven is, en in belasting-oogpunt zo lek als 'n mandje, dan
ligt dat vooral aan de wetgever. Dat is niet zomaar aan de ondernemers te
verwijten - zij maken gebruik van de mogelijkheden".
Nullijn
Ook top-econoom Halberstadt gelooft dat de inkomens in de toekomst
niet meer beduidend hoger, gaan worden, tenminste, dat de koopkracht
niet toeneemt. „De nullijn, zoals dat heet, vind ik een realistisch uitgang
spunt. Het gaat inderdaad veel moeilijker in economisch oogpunt, en we
hebben een stagnerende inkomensgroei.
Maar ons welvaartsniveau is hoger dan ooit tevoren, en de zwakkeren in
onze samenleving zijn er gelukkig veel beter aan toe dan in het verleden,
en dat moet zo blijven. Moeilijkste punt is nu de vraag, die ik ook al stelde
bij het systeem van sociale zekerheid - hoe kunnen we onze democratie zo
om-vormen, dat we in staat zijn de problemen te beheersen. En over die
uitermate belangrijke vraag wordt in ons land nauwelijks systematisch
gepraat".
Is er langzamerhand in ons land nog wel plaats voor ondernemers die
hun bedrijf via de ondernemingsgewijze productie willen runnen?
Prof. Halberstadt: „Een ondernemer is nooit vrij geweest, ook niet in het
verleden. Toen had-ie ook al te maken met belastingplicht, arbeidsinspec
tie, vestigingseisen. In zekere vrijheid kan hij nog beslissen over ver
vreemding van z'n bezit, al wordt ook dat, en terecht, in toenemende mate
aan banden gelegd. Ik vind het, bij gebrek aan een redelijk alternatief wel
essentieel dat de ondernemingsgewijze productie gehandhaafd blij tl via
een georienteerde markteconomie. Maar bedrijfsleven en overheid moe
ten daarbij samen, in een coalitie, de zaak bespreken".
Inmiddels groeit de werkloosheid. En dan zijn nog niet eens alle vrou
wen meegeteld, die ook wel 'n baan willen, maar Zich niet melden,
omdat de vooruitzichten tot plaatsing zo somber zijn.
Prof. Halberstadt: „Dat is waar - er
is nog veel potentiele werkloos
heid. Als je de leerplichtige leeftijd
zou optrekken naar 18jaar, ben je al
een aardig eind op streek, en dan
druk je het aantal werklozen flink.
Al weet ik niet of dat als oplossing
politiek haalbaar is. Vervroegde
pensionering lijkt mij ook een uit
stekende bijdrage. In feite is het nu
al zo, dat van alle werknemers bo
ven de 55 jaar ongeveer de helft vol
ledig werkt - dat is dus een niet erg
kostbare operatie. Verkorting van
de werktijd is wellicht ook een op
lossing „Maar", en zegt dat met
stemverheffing, „we moeten bij al
die oplossingen dan niet uitgaan
van gelijkblijvende verdiensten.
Met andere woorden - iemand die
nu 40 uur werkt, en teruggaat naar
een werkweek van 30 uur, kan dan
geen aanspraak maken op het
zelfde loon. Hij moet dan willen
volstaan met 3ij4 van zijn huidige
salaris, en idem voor zijn sociale
aanspraken. Dat is ook wel een ge
geven, om even bij stil te staan".
Prof. Halberstadt
ondernemer is nooit vrij ge
weest
VNO-voorzitter Van Veen zette vraagtekens bij de prijscompensatie.
Prof. Halberstadt: „De vakbeweging zegt dat prijscompensatie een ver
worven goed is. Ik ben het daarmee eens, maar zijn alle verworvenheden
ook wel goed? Ik geloof dat je zo'n systeem met wat soepelheid moet
hanteren. We zullen straks de contractlonen gemiddeld wel op het huidige
niveau moeten stabiliseren, en ook de belasting en premiedruk. Wel, dan is
er dus nauwelijks of geen ruimte voor verhoging van de koopkracht voor
de modale" werknemer. Je kunt dan 'n beetje schuiven - de laagste inko
mens wat omhoog, de hogere en hoogste inkomensgroepen 'n stapje terug
laten doen. De zo belangrijke gemeenschapsvoorzieningen en sociale ze
kerheid kunnen dan in beginsel onaangetast bliiven. Daar genieten de
mensen toch ook van, net als van hun besteedbare inkomen? Wat er
precies in die prijscompensatie moet zitten, weet ik niet. De Stichting van
de Arbeid doet er een studie over, en die is nog niet afgerond. Daarnaast zie
ik wel dat men erg eenzijdig op die prijscompensatie is geconcentreerd.
Het vraagstuk van het beheersen van het niveau en de omvang van de
sociale uitkeringen is veel belangrijker. Dat geldt ook voor ons uitgehold
belastingstelsel. Zo'n opmerking maakt me niet populair bij m'n politieke
vrienden, maar dat moet dan maar".
Ziet hij iets in het meer op een lijn stellen van die sociale uitkeringen
Prof. Halberstadt: „Het feit dat bij derving van inkomen uit hootde van
werkloosheid of bij arbeidsongeschiktheid verschillende uitkeringsni
veaus worden gehanteerd, is inderdaad onjuist. Dat moet een stelsel wor
den, en niet meer zo dominerend in handen van werkgevers en werkne
mers, die dit overigens in opvallende harmonie beheren. Dat is naar mijn
mening een staat in de staat geworden. De overheid moet dit heel hard
reorganiseren, en in eigen hand nemen, waarbij ook controle wordt uit
geoefend op het besluit wie wel of niet voor een uitkering in aanmerking
komt. En dan uiteindelijk ook iets doen aan preventie, begeleiding en
herinschakeling in het arbeidsproces. Daarnaast valt nog te denken aan
verdergaande integratie van belastingen en sociale verzekeringen. Want
wie kent zo langzamerhand 't verschil nog? Zo'n fundamentele aanpak zie
ik als vijfde hervormingsvoorstel voor het nieuwe kabinet-Den Uyl".
Komen er nog meer werklozen, omdat de mensen uitgekocht zijn en
de markt is oververzadigd?
Prof. Halberstadt: „Ja, hoewel - tot nu toe zijn er altyd nieuwe behoetten
gevonden en markten ontdekt voor levering van goederen en diensten
door het particuliere bedrijfsleven en door de overheid. Ik ben niet zo
pessimistisch: de technische ontwikkelingen leveren nog wel wat op. De
overheid gaat meer doen, en er zijn nog braakliggende terreinen: zoals
isolatie van de huizen in Nederland, grootse aanpak van de stadsvernieu-
wirtg. En daarnaast - we kunnen vanuit ons land niet alles overzien. Brazi
lië wordt een wereldmacht, en wat willen de olieproducerende landen? De
echte beslissingen over onze economische toekomst worden heus steeds
minder in de Westerse wereld genomen. We moeten wennen aan het idee
dat andere nieuwe landen de toon aangeven".